Waar vandaan: Boek > De Belgen in Engeland 1940-1945 > Geef ons een slagveld!

De Belgen in Engeland 1940-1945

INHOUD "De Belgen in Engeland"

osteo6 Deel 1. Ontreddering (1940-1941)
   osteo6 De weg naar Tenby
      osteo6 België capituleert
      osteo6 Halt aan de pantsers
      osteo6 De blik op Londen
      osteo6 De generaal-paardenkoopman
      osteo6 Their fines hour...
      osteo6 De tweedekkerazen
   osteo6 Geef ons een slagveld!
      osteo6 Malaise bij de 'landmacht'
      osteo6
De legionairs
      osteo6 Vlucht naar de vrijheid
      osteo6 Piloten en matrozen
      osteo6
Dönitz’ wolfsbendes
osteo6 Deel 2. Wederopstanding (1942-1943)
osteo6
Deel 3. Overwinning (1944-1945)
osteo6 Besluit. De Belgen ná Engeland...

19,95 € - 218 pagina's
Auteur: Frank Decat
Uitgeverij: Lannoo
 
Bestel/koop boek, klik hier.

<<< Vorige pagina

Geef ons een slagveld!

Dönitz’ wolfsbendes

Het succes van de Duitse onderzeeërs en het feit dat ze bijna de slag om de Atlantische Oceaan wonnen, vinden hun verklaring in de moed en deskundigheid van de bemanningen én in het leiderschap van de ‘Befehlshaber der U-Boote’, admiraal Karl Dönitz (1891-1980). Reeds als duikbootcommandant tijdens de Eerste Wereldoorlog geloofde Dönitz rotsvast in de kracht van het U-bootwapen. Als ze werden ingezet tegen álle vijandelijke schepen, dus ook tegen passagiersschepen en vrachtvaarders, ongeacht hun lading, dan konden duikboten de geallieerde oorlogvoering een beslissende slag toebrengen, zo luidde het credo van Dönitz. Al vanaf 1917 had de Duitse keizerlijke marine een ‘onbeperkte duikbotenoorlog’ gevoerd, maar de oppermachtige Royal Navy slaagde er uiteindelijk in de konvooien te beschermen en de schade binnen de perken te houden. Oberleutnant Dönitz zou dus moeten wachten.

Tot juli 1919 zat hij in een Brits krijgsgevangenenkamp en hij en andere U-bootcommandanten leefden geruime tijd in de vrees te worden terechtgesteld wegens oorlogsmisdaden, zoals de Britse publieke opinie eiste. Na zijn terugkeer uit Groot-Brittannië stelde hij zijn ervaring ten dienste van de Duitse Weimar­republiek. In de Reichsmarine, die als gevolg van het Verdrag van Versailles grote oppervlakteschepen noch U-boten mocht hebben, viel voor de voormalige duikbootcommandant echter niet veel te beleven.

Daar kwam verandering in na de machtsovername van Hitler begin 1933. Vastbesloten om opnieuw een sterke strijdmacht te creëren, lapte de Führer de restricties van Versailles aan zijn laars en in mei 1935 richtte hij de Kriegsmarine op. De toekomst lonkte voor ervaren officieren met een uitgesproken offensieve spirit, een profiel waaraan Dönitz voor honderd procent beantwoordde. In 1936 gelastte de Führer hem het U-bootwapen uit te bouwen, een taak die Dönitz zeer ter harte nam.

Bij het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog, op 1 september 1939, telde de Kriegsmarine al een zestigtal U-boten,waarvan bijna de helft geschikt was voor de oceaanvaart. Een aantal geallieerde koopvaardij- en oorlogsschepen werd gekelderd, maar hun hoogtijdagen beleefden Dönitz’ U-boten vanaf midden 1940. Door de ingebruikname van de Franse havens konden de Duitse onderzeeërs immers ongestraft de Atlantische Oceaan op en de Rudeltaktik kon ten volle renderen. Deze door Dönitz uitgewerkte aanvalsmethode was even efficiënt als eenvoudig en brak met de individuele aanpak uit de Eerste Wereldoorlog, waarbij meestal één U-boot zich op één schip of konvooi stortte.

Aanvallen met meerdere U-boten tegelijk was zijn tactiek. Groepen van vijf tot tien U-boten, een aantal dat later nog werd opgevoerd, spoorden een konvooi op, achtervolgden het verschillende dagen en probeerden in die tijd zo veel mogelijk schepen te kelderen. Hoewel de geallieerde konvooien lange tijd onvoldoende beschermd werden, bleef voorzichtigheid geboden. Daarom werd het konvooi eerst gespot door een verkenner. Die maakte zijn bevindingen via de boordradio over aan Dönitz’ hoofdkwartier, dat vervolgens bepaalde met hoeveel U-boten en wanneer er precies zou worden aangevallen. Door een gebrekkige transmissie had de Rudeltaktik tijdens de Eerste Wereldoorlog weinig kans op slagen, maar in de Tweede Wereldoorlog was dat euvel verholpen. Zodra het bevel tot de aanval werd gegeven, werd alles overgelaten aan de individuele U-boot­commandanten: doelwit, plaats en wijze van aanvallen, enzovoort. Sommige commandanten, onder wie ‘nationale held’ Otto Kretschmer, drongen door tot de kern van het konvooi voor ze hun torpedo’s afvuurden, anderen hielden zich liever aan de buitenzijde. Daardoor leek de aanval van een Rudel of een Wolfpack, zoals de Britten zo een groep onderzeeërs noemden, sterk op een aanval door een horde roofdieren en de tactiek droeg in grote mate bij tot de enorme angst van scheepsbemanningen voor Dönitz’ onderwatervloot. De admiraal kreeg in januari 1943 trouwens het bevel over de hele Kriegsmarine en in de daaropvolgende maanden zou hij de druk van de U-boten nog opvoeren.

Drie jaar lang zaaiden de Duitse onderzeeërs terreur op de Atlantische ­Oceaan en achtervolgden de konvooien tot voor de Noord-Amerikaanse kust en de Caraïben. De kentering kwam er in de lente van 1943. Betere detectietechnieken en een efficiënt escortesysteem, zoals de hunter-killertactiek, deden het gevaar maand na maand afnemen. Op bevel van Dönitz trokken de U-boten zich terug uit de Atlantische Oceaan en voortaan opereerden ze haast uitsluitend op de Noordzee en de Baltische zee. In mei 1943, tijdens de laatste fase van de slag om de Atlantische Oceaan, kwam trouwens een zoon van de admiraal, Peter Dönitz, om het leven aan boord van de U-954.

Een bijzonder zware slag voor de Kriegsmarine was het verlies van de Franse havens in de zomer van 1944, waardoor een reis naar de Atlantische Oceaan een behoorlijk lastige onderneming werd. Tot het einde van de oorlog bleven U-boten geallieerde schepen aanvallen en tot zinken brengen, maar dat nam niet weg dat Dönitz’ Rudeltaktik gefaald had en dat zijn ‘zeewolven’ de oorlog geen beslissende wending hadden kunnen geven.

Dönitz moest na de oorlog verantwoording afleggen voor het meedogenloze optreden van zijn U-boten. Het tribunaal van Neurenberg veroordeelde de admiraal tot tien jaar cel, een straf die hij volledig uitzat in de West-Berlijnse Spandaugevangenis.


Uittreksel uit boek "De Belgen in Engeland"
19,95 € - 218 pagina's
ISBN 978-90-209-6981-8

Auteur: Frank Decat
Uitgeverij: Lannoo

Boek verkrijgbaar bij

Azur, Bol.com, Cosmox, Fnac, Proxis, Standaard Boekhandel.

Bestel boek online via SeniorenNet

Pagina afgedrukt van http://www.SeniorenNet.be/BelgenInEngeland

 
<<< Vorige pagina...