Deel via

Draaiorgels zijn wonderbaarlijke klankmachines!

May 2016
Maandelijks zetten we in de rubriek Openhartig een SenNet-lezer in de kijker: iemand met een bijzondere hobby, een hartverwarmende getuigenis, een fijn verhaal. Deze keer vertelt muzikale Willy hoe zijn passie voor orgeldraaien gegroeid is sinds zijn kindertijd.

Willy (67): Orgeldraaien is niet meteen een alledaagse hobby. Ik denk dat ik al héél lang geleden met de microbe besmet ben geraakt en nog steeds haal ik er veel plezier en voldoening uit!

Geheimzinnige gaatjes

Eens per jaar zetten mijn ouders vroeger de bloemetjes buiten op de jaarmarkt in ons dorp. Als kleine rakker ging ik toen mee naar enkele cafeetjes. In twee ervan stond een groot draaiorgel, daar was ik niet van weg te slaan. Zo gefascineerd was ik door de mooie klanken die uit deze waarlijk mysterieuze machines kwamen. Minstens even interessant vond ik de verschillende fluiten en buisjes aan de achterzijde van de apparaten. Wat was dat geheimzinnige boek met al die gaatjes?

Al snel maakte ik een praatje met de man die na elk lied een ander boek op het orgel legde. Ik was een en al oor toen hij me probeerde uit te leggen hoe het orgel werkte. Veel begreep ik er toen nog niet van, maar een ding wist ik wel al zeker: later zou ik ook zo’n fantastisch apparaat hebben! Ik was toen een jaar of zeven en heb toch nog een vijftigtal jaren moeten wachten om mijn droom in vervulling te zien gaan.

Toen ik enkele jaren terug met brugpensioen ben gegaan, kreeg ik plots een zee van tijd. Die heb ik handig gebruikt om op het internet wat rond te zoeken, met succes! In het verre Leiden in Nederland stond een oud orgeltje, of liever een wrak van een orgeltje, te koop. Dolenthousiast trok ik mijn stoute schoenen aan, vulde ik mijn benzinetank en ging ik op pad. Vijf uur later stond het ding bij me thuis, samen met een wankel karretje en een tiental boekjes. Mijn partner verklaarde me meteen gek, zeker toen ze hoorde hoeveel dat stoofhout gekost had. Buiten ‘piep poep paap’ kwam er ook al niet veel muziek uit. Nu ben ik wel een knutselaar, maar zo’n orgel zit behoorlijk ingewikkeld in elkaar en veel informatie is er niet over te vinden.

Echte pareltjes

Na ongeveer drie maanden hard werken en
m’n hoofd breken speelde dat ‘orgue de barbarie’, want zo heet dat in het Frans, eindelijk naar behoren! Toen was het hek van de dam. Ik ging op zoek naar meer orgeltjes, steeds groter en complexer, maar helaas ook duurder. Ik heb ze allemaal hersteld en later opnieuw verkocht. Ondertussen heb ik al een paar echte pareltjes op de kop kunnen tikken die ik uiteraard niet verkoop. Zo heb ik een Prinsenorgeltje, een Raffin tongenorgeltje, een Deleika en een heel mooi Limonaire kermisorgeltje. Mijn laatste aanwinst is een 45 toetsorgel van de onlangs overleden meesterorgelbouwer Johnny Verbeeck.

Wist je trouwens dat er kampioenschappen Orgeldraaien worden georganiseerd in ons land? Twee keer heb ik al meegedaan en een keer ben ik als kampioen van Oost-Vlaanderen geëindigd. Af en toe ga ik eens draaien met een van mijn orgeltjes op festivals, verjaardagsfeestjes, voor rusthuizen, enz., maar dat is zeker niet mijn hoofdbedoeling. Wie trouwens denkt dat je met orgeldraaien een leuk centje kan bijverdienen, die is eraan voor de moeite. Met het weinige geld dat je ophaalt, kan ik bijvoorbeeld nieuwe boeken of rolletjes aanschaffen, en de rest gaat naar het onderhoud van de machines.

Nood aan jong bloed!

Wat orgeldraaien voor mij zo bijzonder maakt, zijn de verwonderde gezichten van de kinderen die nauwlettend de beelden en de belletjes in de gaten houden. Dan keer ik in gedachten terug naar mijn eigen jeugd en zie ik mezelf staan. Ook komen er vaak mensen even een babbeltje slaan als ik sta te draaien. De verhalen die je dan hoort zijn soms heel verrassend. Al die dingen maken orgeldraaien een heel mooie en spannende hobby. Wel zou het leuk zijn als er wat jong bloed bijkomt. De orgels zijn immers de voorlopers van de MP3-spelers!

Orgeldraaiers en –draaisters worden trouwens blijkbaar heel oud. In België draait de 85-jarige Sus Cavo nog elke dag, en in Duitsland gaat de 101-jarige mevrouw Wolf nog wekelijks op stap met haar orgel. Veelbelovend voor mij!


Heb jij ook een uitzonderlijke hobby, een merkwaardig talent of heb je onlangs (of niet zo onlangs) iets heel unieks meegemaakt? Dan horen wij graag jouw verhaal!

Stuur een mailtje naar redactie@sennetmagazine.be en misschien staat jouw verhaal binnenkort in de rubriek Openhartig!


0 reacties

Login Registreer

Recente Artikels

Gerelateerde Artikels