Deel via

De "groote oorlog". Beleef de herdenking van ’14-‘18 met Luc De Vos. Een interview.

January 2014
Davidsfonds
In dit artikel praten we met oorlogsspecialist Em. Prof. Dr. Luc De Vos. In februari verschijnt er van zijn hand een uniek boek over de eerste wereldoorlog. Je kan als volwassene voordrachten volgen bij Luc De Vos en zelfs met hem als begeleider op reis in het teken van '14 – '18. Een interview met kolonel De Vos. Voor Defensie coördineert hij de projecten rond de Eerste Wereldoorlog. Een interview met een prof met praktijkervaring.


Wie is Luc De Vos?

Em. Prof. Dr. Luc De Vos is afkomstig uit de Westhoek. Hij volgde na de cadettenschool de militaire school en werd kolonel. Later studeerde hij geschiedenis, doctoreerde daarin en doceerde vervolgens aan de Koninklijke Militaire School en de KU Leuven. Hij werd een veelgevraagd spreker en commentator, vooral op radio en tv.



De projecten van professor De Vos

Luc De Vos coördineert niet alleen voor Defensie de projecten rond de Eerste Wereldoorlog. Hij werkt o.a. ook samen met het Davidsfonds, waar hij publiceert, doceert en reizen begeleidt.

De "Groote Oorlog", de grote herdenking: interview met oorlogsspecialist prof. Luc De Vos

In 2012 ging professor Luc De Vos (67) op emeritaat. Maar dat betekent niet dat hij niets meer te doen heeft. Integendeel, 2014 wordt een bijzonder jaar voor Luc De Vos. Hij coördineert niet alleen de herdenkingen van de Eerste Wereldoorlog voor Defensie, hij zal waarschijnlijk ook overal verschijnen om die oorlog te duiden. Professor De Vos is nauw betrokken bij heel wat projecten, te beginnen met een nieuw boek: 14-18. Oorlog in België.

Tip 1: Het boek:

'14-18. Oorlog in België', door Luc De Vos Verschijnt midden februari bij Davidsfonds Uitgeverij, € 49,95. Wil je het bestellen? Klik hier

Uw nieuwe boek wordt een serieuze kanjer van meer dan 300 pagina's. Wat mogen we verwachten?

Luc De Vos: "Het boek brengt een algemeen overzicht van de oorlog, maar ook een grondige analyse van de militaire situatie op het Belgische grondgebied. We hebben daarvoor al het oude onderzoek opnieuw bekeken en er recente bevindingen aan toegevoegd.

Tip 2: Volg een cursus van De Vos in februari.

Je kan ook een interessante cursus volgen rond de tentoonstelling '14-18. Dit is onze geschiedenis'.

Het Legermuseum pakt begin februari in Brussel uit met een grootse en ambitieuze tentoonstelling. De expo '14-18, dit is onze geschiedenis' toont alle facetten van het conflict dat heel Europa getekend heeft.

In samenwerking met Davidsfonds Academie, bereidt professor De Vos je grondig voor op het bezoek aan deze toptentoonstelling.

De Vos geeft een totaaloverzicht van de gebeurtenissen, van de moord op aartshertog Frans Ferdinand tot het ondertekenen van de wapenstilstand in Compiègne. Daarbij verliest hij oorzaken en gevolgen van dit wereldconflict niet uit het oog.

10, 17 en 24 februari, in de Koninklijke Militaire School in Brussel, kostprijs € 68 klik hier om je in te schrijven.

Het is ook een aanzet tot verdere opzoekingen: waar bevonden de eenheden zich? Wie vocht er precies mee en waar kwamen de soldaten vandaan? Er staan maar liefst 53 kaarten in en 300 nooit eerder gepubliceerde foto's."

De focus ligt dus voor een stuk op België. Velen denken daarbij meteen aan de Westhoek, maar de oorlog voltrok zich in een veel groter deel van ons land.

Het grootste deel van het land kwam behoorlijk ongeschonden uit de oorlog, maar in de Westhoek werd een hele strook land compleet weggevaagd en omgeploegd.Het grootste deel van het land kwam behoorlijk ongeschonden uit de oorlog, maar in de Westhoek werd een hele strook land compleet weggevaagd en omgeploegd.

Luc De Vos: "Zeker. Je had het beleg van Luik, de gevechten aan de Gete bij Tienen, het beleg van Namen en Antwerpen… Maar vooral ook de dagdagelijkse oorlogssituatie in het land.

De voedselbevoorrading was het grootste probleem. De strijd om elke dag te overleven was veel groter in de Eerste Wereldoorlog dan in de Tweede. België was afgesneden als het om voedsel ging en kon alleen overleven door hulp vanuit andere landen. De smokkel tierde welig en om dat tegen te gaan werd er een elektrische draad gespannen van 5.000 volt langs de Belgisch-Nederlandse grens."

Was er veel te zien in ons land van de oorlogssituatie in de Eerste Wereldoorlog?

Luc De Vos: "Dat viel eigenlijk wel mee. 90 procent van het land was ongerept, de verwoestingen waren heel lokaal.

Behalve natuurlijk in de Westhoek: daar was de ravage extreem. Over een breedte van pakweg twintig kilometer, van Nieuwpoort over Diksmuide en Ieper, was de aarde werkelijk omgeploegd door de vele bombardementen. Het was een vernietiging die grondiger was dan Hiroshima..."

De Eerste Wereldoorlog was vier jaar lang een echte stellingenoorlog.

Luc De Vos: "Het fundamentele probleem was: hoe doorbreek je het front? Je hebt een massa legers, een continu front van 700 kilometer, 40.000 kilometer loopgraven, overal mitrailleurs en kanonnen… Wie aanvalt moet een bijzonder moeilijk landschap trotseren, ook nog eens vol prikkeldraad.

Er is echt met alles geprobeerd om de vijand te breken: mijnen ingraven onder de stellingen, vlammenwerpers, gifgas en in 1916-1917 met de eerste tanks in te zetten. Maar uiteindelijk is het toch de komst van 1.800.000 Amerikaanse soldaten die het verschil zal maken. Bovendien was Duitsland economisch erg verzwakt. Het wilde een wapenstilstand sluiten om een goed vredesverdrag in de wacht te slepen."

Weet jij nog wat de aanleiding was voor de Eerste Wereldoorlog?

In het begin van de 20ste eeuw ontstond er een heel wankel machtsevenwicht in Europa. Frankrijk had een bondgenootschap gesloten met Rusland, en Duitsland met Oostenrijk-Hongarije. Het rommelde tussen de grote mogendheden, onder andere over handelsverdragen, territorium en kolonies, maar de situatie was enigszins onder controle.

In de Balkan kwamen intussen sterke nationalistische bewegingen op. 'De Zwarte Hand' bijvoorbeeld, een geheim genootschap dat Bosnië-Herzegovina wou afscheuren van Oostenrijk-Hongarije en aansluiten bij Servië. Het is die Zwarte Hand die voor de rechtstreekse aanleiding voor de Eerste Wereldoorlog gezorgd heeft. Op 28 juni 1914 schoot Gavrilo Princip, een van de leden van de Zwarte Hand, aartshertog Frans-Ferdinand van Oostenrijk-Este dood. Die aanslag bracht een sneeuwbaleffect teweeg: Oostenrijk-Hongarije verklaarde Servië de oorlog. Rusland steunde Servië, waarna Duitsland de oorlog aan Rusland verklaarde. Frankrijk stond ook aan de kant van Rusland en zo nam de oorlog steeds grotere proporties aan. Toen Duitsland via België een kortere weg naar Frankrijk zocht, werd ook ons land erbij betrokken.
Officieel duurde de oorlog van 28 juli 1914 tot 11 november 1918.

De cijfers zijn indrukwekkend. Is die enorme schaal ook de reden waarom deze oorlog zoveel jaar later nog zo sterk herdacht wordt?

Luc De Vos: "Het is de combinatie van de eerste massaoorlog met miljoenenlegers én industriële producten. In de tijd van Napoleon had je geweren die op twintig meter iemand konden doden, nu kon je in theorie iemand doden vanop twee kilometer.

Bovendien is het landschap in de Westhoek door deze oorlog letterlijk veranderd: rond Ieper zijn er maar liefst 144 begraafplaatsen, 400.000 mensen liggen er begraven. De Britten vochten ook mee, samen met ontzettend veel soldaten uit hun voormalige kolonies. Ook dat speelt een rol bij de herdenking. Hun taal brengt het gebeuren meteen op wereldschaal en het blijft voor hen ontzettend belangrijk."

Wat is de impact van deze oorlog geweest op ons land, op de manier waarop we leefden?

België was compleet afgesneden van voedsel, waardoor het dagelijkse leven van de bevolking enorm moeizaam verliep.België was compleet afgesneden van voedsel, waardoor het dagelijkse leven van de bevolking enorm moeizaam verliep.

Luc De Vos: "Omdat zoveel mensen gesneuveld zijn, is het algemeen enkelvoudig stemrecht er sneller gekomen. Daarnaast kwam er een emancipatiebeweging voor de vrouw op gang. Heel wat vrouwen werkten tijdens de oorlog in de industrie, omdat hun man aan het front zat.

De oorlog dreef ook de emancipatie van het Vlaamse volk op de spits. Aan de IJzer kwamen Vlaamse intellectuelen in contact met eenvoudige Vlamingen. Die begrepen hun Franstalige onderofficieren niet en werden dus slecht behandeld. De Vlaamse intellectuelen namen het voor hen op."

U zal dit jaar voor het departement Defensie alle herdenkingen van de Eerste Wereldoorlog coördineren. Wat staat er zoal op het programma?

Luc De Vos: "Wat we doen bij Defensie is natuurlijk maar een deel van het geheel. Er is de expo '14-18. Dit is onze geschiedenis', die begin februari in het Legermuseum start.

Enkele andere hoogtepunten zijn de officiële plechtigheden natuurlijk: een nationaal herdenkingsprogramma dat op 4 augustus plaatsvindt in Luik bijvoorbeeld en op 28 oktober een plechtigheid aan het monument van Albert I in Nieuwpoort. Dat monument wordt trouwens helemaal vernieuwd.

Er zijn nog talloze andere initiatieven, zoals een plechtigheid aan de Menenpoort in Ieper, een nieuwe inrichting van de Dodengang, een databank van alle Belgische gesneuvelden,... Een indrukwekkend programma!"

Hoe komt het dat de informatie voor de Belgen over de toestand aan het front eerder onbetrouwbaar was?

Mensen konden op twee manieren iets te weten komen over het front: via de massamedia zoals kranten, radio of nieuwsuitzendingen in de bioscoop, ofwel door persoonlijke brieven van kennissen en geliefden aan het front.

De Eerste Wereldoorlog was een enorme propagandaoorlog, dus berichten in de media waren vaak niet echt betrouwbaar. Brieven gaven een accurater beeld, maar kwamen natuurlijk vaak niet aan. Er was dus wel informatie, maar die was niet altijd betrouwbaar.

U heeft zelf ook een boek geschreven, een lijvig overzicht werk.

Luc De Vos: "14-18. Oorlog in België', heet het.
In dit ultieme overzichtswerk reis ik samen met Dave Warnier, Tom Simoens en Franky Bostyn terug in de tijd. Je krijgt uitgebreid beschreven hoe de Eerste Wereldoorlog in België verlopen is. Van de forten rond Luik, de slag aan de IJzer, het gevecht om Ieper tot de loopgravenstrijd.

Voor het eerst worden alle militaire operaties in België of met Belgische troepen in één boek besproken.

Hoeveel mensen zijn er gesneuveld in de eerste wereldoorlog?

In totaal kwamen tijdens de Eerste Wereldoorlog, op alle fronten, bijna 9,5 miljoen soldaten om. 10.000 daarvan waren Belgen.

Het feit dat landen als Frankrijk en Engeland zo veel troepen uit de kolonies inzetten, zorgt ervoor dat ook de herdenking op wereldschaal gebeurt.Het feit dat landen als Frankrijk en Engeland zo veel troepen uit de kolonies inzetten, zorgt ervoor dat ook de herdenking op wereldschaal gebeurt.

Waarom is dit boek over de Eerst Wereldoorlog 'anders dan anders'?

Luc De Vos: Het boek biedt niet alleen een compleet overzicht van de Eerste Wereldoorlog, het is ook het eerste boek dat volledig vanuit het standpunt van België doet. Het gaat dus enkel over militaire operaties die zich op Belgisch grondgebied afspeelden, of waarbij Belgische troepen betrokken waren.

Het boek '14-18. Oorlog in België' verschijnt midden februari bij Davidsfonds Uitgeverij, €49,95. Klik hier om het boek te bestellen.

Maak een thematische dagreis rond de Eerste Wereldoorlog

Professor De Vos begeleidt voor Davidsfonds Cultuurreizen ook enkele daguitstappen rond de Eerste Wereldoorlog.

30 maart 2014: De fortengordel rond Antwerpen, met Luc De Vos en Marc Van Riet.
15 mei en 18 mei 2014: Ieper, met Luc De Vos en Franky Bostyn.
3 oktober en 4 oktober 2014: Het IJzerfront, met Luc De Vos en Tom Simoens.

Een overzicht van deze en alle andere initiatieven rond WO I bij Davidsfonds, vind je terug op www.davidsfonds.be/oorlog

Het echte Vlaamse gevoel vindt zijn oorsprong in de eerste wereldoorlog?

Dat vermeldt De Vos inderdaad in het interview. De Eerste Wereldoorlog is belangrijk geweest voor het vormen van de Vlaamse identiteit en de Vlaamse ontvoogding. De intellectuele Vlamingen, die wel Frans spraken, steunden hun minder gegoede Vlaamse collega's, die de bevelen niet begrepen en zo vaak zinloos omkwamen. Dit zorgde voor het ontstaan van de Vlaams-nationalistische Frontbeweging.

4 reacties

klaproos
Mijn grootvader, die als 14jarige, zich uitgaf als 16 zijnde en zo voor 4 jaar vrijwillig soldaat werd in 1910, kon 8 dagen na het uitbreken van de oorlog normaal uit het leger vertrekken, maar bleef toen nog 5 jaar , was vuurkruiser, bleef lange tijd vechten aan de ijzer, moest op een gegeven moment zijn eigen paard opeten, zoals zovelen in zijn compagnie en ging dan nog 1jaar Duitsland bezetten.
Gans mijn jeugd heeft hij me de echte verhalen verteld over de oorlog , ook en niet in het minst , zijn juist naast hem doodgeschoten vrienden . Weet je wat me nog het meest heeft geraakt, dat was, dat hij de meeste gruwelen na de oorlog heeft gezien ....en hij had er enorm veel gezien, maar in niets te vergelijken met die van de Russen (de mongolen zei hij, te paard )toen ze na de oorlog Duitsland binnenvielen...De dingen die hij me verteld heeft heb ik nooit in 1 boek over de oorlog gelezen. Gans zijn borst hing vol medailles, voor moed en wat weet ik allemaal , maar de herinnering heeft hem nooit losgelaten en als op 11 november het " te velde" werd geblazen op het oksaal van de kerk, begon hij steevast te wenen , die knappe, boom van een vent die hij was.
Ikzelf ben geboren in 1949, maar ergens heb ik , in die band met hem, ik heb een pracht van een grootvader gehad, op die momenten heel sterk aangevoeld, wat hij heeft moeten doormaken. Respect,100jaar na datum, voor allen die toen, in de omstandigheden van toen, huis en haard (moesten)verlieten om te vechten voor hun land , terwijl ze soms ouders, vrouw en kind moesten achterlaten, zonder inkomen.
Mooi is het al die strategieën te kennen, van toen, waar de gevechten hebben plaats gevonden, hoe het leger door het land is achteruit gedrongen en dergelijke, maar wie beseft nog , wat die soldaten echt hebben meegemaakt , terwijl ze eigenlijk nog aan de vooravond stonden van hun echte leven, nog niet geleefd hadden ?
15/01/14 16:56 REAGEER
HubertH
Hubert Hendrickx, met dank aan Nico Donckele Het verhaal dat ik vernomen heb :

De Duitsers naderden België in wereldoorlog II. Vava en zijn familie had de keus : blijven waar ze woonden of vluchten. Vava was jong en avontuurlijk ingesteld en hij vluchtte samen met jeugdvrienden. Hij vluchtte naar Frankrijk, waar hij dieper en dieper (zuidelijker en zuidelijker) moest vluchtten omdat Duitsland ook Frankrijk aan het veroveren was. Uiteindelijk haalden de Duitsers ook een deel van het zuiden (Alpengebied) binnen waar ook Vava naartoe was gevlucht. Hij werd getransporteerd door de Duitsers naar Duitsland om er te werken in een werkkamp. Zijn vader was al enige tijd als dwangarbeider werkzaam in Duitsland. Omdat zijn vader op een bepaald moment, op de hoogte was dat Vava ergens elders (?) als dwangarbeider tewerkgesteld was, zorgde hij ervoor dat Vava bij hem kon werken in eenzelfde werkkamp, namelijk het werkkamp 'Emma' of 'Em' te Eisenach. Het werkkamp herstelde BMW motoren voor vliegtuigen. Een werkkamp verschilde niet veel van een concentratiekamp. In een werkkamp diende je te werken totdat je er bij neerviel. Wie ziek werd of niet meer kon werken wegens gekwetst of moe of werkonwillig was, kreeg geen eten en drinken niet meer en werd aan zijn lot overgelaten. In een concentratiekamp werd je onmiddellijk, zonder eerst te werken, van kant gemaakt. Daar moest Vava vooral dingen verdelen, de post doen, rondlopen om berichten door te geven,...een 'loopjongen'. (Zijn Vader moet ergens een 'technicus' zijn geweest in die tijd want enkel vakbekwame mensen werden daar tewerkgesteld om motoren en luchtvliegtuigonderdelen te herstellen). Vava was heel creatief en overleefde op zijn geëigende manier, door ruilhandel, creatief denken, kleine en geniepige zaakskes te doen,...Zijn taak als 'loopjongen' speelde in zijn voordeel om te overleven (hij kon met velen goed opschieten). Er zijn weinig gegevens bewaard over dat kamp, maar ze zouden gemiddeld 500 man continu tewerkgesteld hebben, vooral Polen, Duitsers (diegene die zich verzette tegen het Duitse regime), Russen en Nederlanders. Naar de overgebleven documenten : geen/weinig belgen, vandaar dat Vava een Russische vriend had waar hij Russisch van leerde.
Het werkkamp heeft maar een jaar bestaan (tot 16 februari 1945). Op het einde werd de vader van Vava ziek. Niemand wou hem helpen (in een werkkamp is het zo dat wie ziek is, ten dode opgeschreven is). Vava heeft hem in een houten kruiwagen gelegd en verschillende ziekenhuizen in Eisenach gevraagd zijn vader te helpen. Tevergeefs, geenenkel ziekenhuis wou hem opnemen (wegens terminaal). Ten einde is er toch 1 verpleegster geweest die zijn vader de laatste zorgen heeft toegediend en bij hem is gebleven tot het eind. Heel waarschijnlijk is de vrouw op de foto (achterkant staat 'Eisenach'), die verpleegster, daar zij een belangrijk mens moet zijn geweest die in Vava zijn fotoverzameling stak. Die foto is in Eisenach gemaakt in die tijd door een fotograaf van Eisenach en het is een vrouw. De foto van deze vrouw moet belangrijk zijn geweest, die heeft hij zorgvuldig bewaard tot op het eind. Nadat het werkkamp was opgedoekt door de Duitsers zelf (16 februari 1945), zijn vader gestorven was op 27 februari 1945, en de Geallieerden (Frankrijk, Groot Brittanië, Amerika, Rusland) Duitsland aan het herovereren was en Eisenach naderden, moesten de dwangarbeiders tevoet in rij naar een ander werk- of concentratiekamp dieper het land in. Op een onbewaakt moment heeft Vava, samen met enkele (een drietal) companen, de rij verlaten en over een draad gesprongen (wat niet eenvoudig was, want ze hadden elk een bazatse bij, en als er iemand zou haperen aan de draad zouden zij worden verraden), het bos in. Daar hebben ze met zin vieren in de regen en in de kou, de nacht doorgebracht met takken en bladeren over hun lichamen (ze mochten geen vuur stoken want de rook zou hen verraden). De dag erop zagen ze in de verte een huis/boerderij. Een van de jongens durfde het aan, aan te bellen en om eten te vragen. Met veel geluk waren het Duitsers die heel warm en menselijk waren en gaven hem te eten. Toen de jongen bij het drietal terugkwam, waagden ze met zin allen om terug aan te bellen. Ze kregen allen eten en drinken en een stal/schuur om er te slapen. De nachten waren angstaanjagend voor zowel de huiseigenaars als het viertal, want Duitse soldaten wandelden geregeld langs dit huis en vroegen de huiseigenaars ook om eten en drinken. Een van de nachten was bijzonder, in die zin dat er hevige bombardementen waren in de buurt en schoten heen en terug. Het hondje dat bij hen in de schuur/stal lag, piste van schrik op een van de hen. Aan het geluid van de 'geweerschoten' kon Vava uitmaken of het Duitsers waren of de geallieerden (voornamelijk Amerikanen). Plots werd het ijzig stil. De deur van de stal/schuur werd opengestampd met de zware legerlaarzen van een soldaat. Bewapend riep de soldaat in het Engels of er iemand was en dat zij onmiddellijk uit hun schuilplaats moesten komen met hun handen omhoog. Vava en zijn makkers kwamen uit hun schuilplaats en schreeuwden het uit dat zij geen Duitsers waren. Ze waren dolblij dat ze de soldaat zagen. De oorlog was voorbij en ze konden terug naar hun Vaderland. Mijn schoonvader is gestorven op 29 jan 2013.
16/01/14 00:08 REAGEER
Jespers
Ja, De Groote Oorlog...
Er is al veel over gezegd, geschreven en er is nog veel onbekend. Vooral de individuele verhalen van degenen die de oorlog meemaakten zijn veelal in stilte tussen de plooien van de geschiedenis verdwenen.

Om te verhinderen dat het verhaal van mijn grootvader ('voltijdse' krijgsgevangene) zou vergeten worden heb ik toen hij 50 jaar overleden was (in 2003) zijn levensverhaal gereconstrueerd. Daar heb ik wat opzoekingswerk voor gedaan, wat moeizaam verliep, enerzijds omdat ik leek ben op dat vlak maar ook omdat er zo weinig over te vinden was.

Ik wilde hulde brengen aan mijn consequent zichzelf opofferende grootvader, die in Namen gemobiliseerd werd en algauw als krijgsgevangene naar Duitsland werd gevoerd. Hij overleefde méér dan vier jaar krijgsgevangenschap, want pas op 1 januari 1919 kwam hij in Luik aan.

Hij overleefde door gedichten te schrijven, te bidden en te houden van het vaderland waaruit hij als 'banneling'(zo noemt hij het zelf) verwijderd was.
'Meesteremy' bleef pedagogische, vredevolle gedichten schrijven voor zijn schoolkinderen die hij erg miste. Hij schreef voor zijn vrouw en hun twee kleine kinderen die in England de ganse oorlog doorbrachten. Er was geregeld schriftelijk contact, maar de censuur was heel streng.

Alles heb ik zorgvuldig uitgeplozen en in een boek verwerkt dat ik in eigen beheer uitgaf. Ik bezocht ook de kampen waar hij verbleef in Duitsland (Soltau en Uchte-Seemoor). Zo kon het nageslacht en de mensen die hem kenden zijn ware geschiedenis kennen, want na de oorlog was er bij de krijgsgevangenen schijnbaar een ongeschreven afspraak om hun omgeving niet lastig te vallen met wat ze meemaakten: de oorlog was voorbij en de draad van het leven werd weer opgenomen. MAAR de gruwel, de ziekte, de kwetsuren waren littekens die er voor altijd in zaten... Ik ontdekte iets van dat alles, maar zelfs de eigen kinderen hebben nooit geweten wat hun pa echt meemaakte. Nu is de herdenking nog steeds stil over hen: hij voelde zich op 1 januari 1919 niet welkom in zijn vaderland en het vaderland eert nu vooral de gesneuvelden en de oud-strijders...
17/01/14 11:01 REAGEER
MoniekPlanckaert56
Wie weet er iets over een Duits in Laon, Frankrijk, tijdens WO 1.
Mijn grootvader en grootnonkel werden in die tijds als civielarbeider naar Laon gestuurd. Zij woonden in West-Vlaanderen, Zwevegem. Er zijn wel gegevens terug te vinden over de Duitse bezetting in Chemin des Dames, Laon. Maar gegeven over de exacte plaats van het werkkamp, situatie ... kan ik niet vinden. Kan er misshcien iemand een tip geven?
2/02/14 11:38 REAGEER

Login Registreer

Recente Artikels

Gerelateerde Artikels