Deel via

Minder snoepen, anders eten? Controleer je gedachten!!

March 2014
Veronika
Ben jij een ongecontroleerde snoeper? Eet je verder, ook al ben je eigenlijk al voldaan? Of laat je de helft van je eten op je bord als je genoeg gegeten hebt? SenNet psychologe Veronika Sjinkarenko legt je uit waar jouw eet- en snoepgedrag vandaan komt en hoe het je via je gedachten lukt om minder te snoepen en anders te eten. Verhoog je impulscontrole en krijg een ijzersterke wil om gezonder te leven en... te vermageren.

Eetgewoonten krijg je met de paplepel binnen.

We weten immers vaak ook al hoe we bijvoorbeeld de aardappelen lekker moeten klaarmaken. Ieder pondje gaat door het mondje. En dat heeft vooral te maken met wat we eten. Het is mama's keuken die aanvankelijk sterk bepaalt voor welk eten we kiezen. We grijpen naar de voedingsmiddelen die we kennen. We weten immers vaak ook al hoe we bijvoorbeeld de aardappelen lekker moeten klaarmaken. Later kan dit natuurlijk wel veranderen en kan je je eetgewoonten uitbreiden of zelfs helemaal veranderen als je zelf leert koken.

Vooral hoe we eten hebben we als kind geleerd.

Onze kindertijd heeft vooral ook een invloed op hoe we eten.
Als je als kind altijd je bord moest leeg eten, heb je geleerd om visuele 'cues' te volgen. Zo eet je sneller "met je ogen".

  • Bord leegeten.
    Als je als kind dag in dag uit kreeg ingeprent -vaak zelfs met straffen en sancties- om je bord leeg te eten, is er veel kans dat je dat nu nog steeds doet. Ook al ben je voordien eigenlijk al voldaan.
  • Snel of traag eten.
    Of als er bij jullie altijd zeer snel een maaltijd werd gegeten, zonder praten, meer happen en slikken dan kauwen, kan het zijn dat je nog steeds met die ongezonde gewoonte kampt. Ken jij dat ook?
  • Mama schept op.
    In veel huisgezinnen was het bovendien vroeger mama die de bordjes volschepte en de porties verdeelde. Zo kon je zelf de hoeveelheid niet bepalen maar was toch het devies om alles op te eten.

Eten met een 'vol' gevoel.

Wie op deze manier is opgevoed interpreteert zijn 'vol gevoel' anders. Die gaat nog dooreten ook al vertelt zijn lichaam eigenlijk dat het genoeg is geweest. Je hebt zo immers vaak je hele jeugd met een vol gevoel doorgegeten.

Tip. Schep minder op je bord.

Als je zo bent opgevoed kan je beginnen kleinere porties op je bord te leggen. Dat zal in het begin niet gemakkelijk gaan, daar zorgen je synapsen voor zoals je hieronder kan leren.

Zelf kiezen wat je eet is beter.

Er zijn ook kinderen die zo opgevoed zijn dat ze zelf konden kiezen hoeveel ze aten. Dat is natuurlijk veel beter. Zo leer je als kind de signalen van je lichaam op de juiste manier te interpreteren. Je leert wat een voldaan gevoel is, wat echte honger is en wanneer je het beste stopt met eten.

Wat is de beste manier om te eten?

Laat kinderen op vaste momenten gezond eten maar laat de kinderen zelf beslissen hoeveel ze er van eten. Dat raden diverse specialisten aan.

Help, zo ben ik niet opgevoed!

Als je niet het geluk hebt gehad om bij de laatste groep kinderen te behoren, kan je nog steeds leren om te luisteren naar je lichaam.

TiP: Let er op hoe je lichaam reageert:

  • als je honger hebt,
  • als je te veel hebt gegeten,
  • als je gezond eet,
  • als je ongezond eet,...

Neem tijd om bewust te eten en echt te voelen wat je lichaam je zegt. Na een tijd ga je leren hoe het voelt om voldaan te zijn.

Eten met een blinddoek is een beetje rigoureus, maar het kan je heel veel interessante dingen onthullen over je eetgedrag!

Snoepers hebben lage impulscontrole.

Of je nog snel een hap neemt van iets lekkers of niet is sterk afhankelijk van het niveau van je impulscontrole. Als je een hoge impulscontrole hebt, zeggen mensen wel eens dat je een sterke wil hebt. Dan kan je heel goed aan je verleidingen weerstaan. Dan kost het je weinig moeite om je zoete schatten te 'sparen' en dat chocolaatje te laten liggen. Je hebt geleerd je behoeften niet onmiddellijk te bevredigen.

Heb jij een lage impulscontrole?

Als je een lage impulscontrole hebt, is het veel moeilijker om te weerstaan aan iets wat je wil. In dat geval krijg je trek of zin in iets en ga je onmiddellijk over tot het ook daadwerkelijk oppeuzelen van iets lekkers.

Je 'goesting' in lekkers wordt nog versterkt als je iets ziet dat je trek doet krijgen, bijvoorbeeld iemand anders die iets lekkers neemt, wanneer je voorbij een bakker loopt, door iets wat je ziet in de reclame...

Tip. Haal het niet in huis.

Als je zo bent opgevoed kan het je helpen om voedingsmiddelen die je niet meer of minder wil eten, uit zicht te plaatsen of niet in huis te halen.

Ook de routines die in je leven zijn geslopen, zoals slechte gewoontes als het steeds eten van koekjes voor de tv of achter je computer, vergroten je lage impulscontrole.

Je lage impulscontrole kan zich specifiek uiten op het vlak van eten, maar zich evengoed ook doorzetten op meerdere vlakken in je leven.

Train je impulscontrole zoals je spieren!

Gelukkig is jong geleerd in dit geval niet voor altijd oud gedaan. Je impulscontrole kan je trainen, net zoals je een spier zou trainen.

Ik leg meteen uit hoe je dat doet, maar er zijn nog enkele dingen die je moet weten voor we hieraan beginnen.

Bekijk je 'trek' als een emotie.

Je kan "trek hebben in iets" zien als een soort emotie. Wanneer je niet toegeeft aan je trek, er weerstand aan biedt, dan zie je dat er met je 'zin hebben om iets te eten, met je 'goesting' om te eten hetzelfde gebeurt als bij een andere emotie.

De gelijkaardige levensloop van je 'goesting' en andere emotie volgt namelijk deze 3 stappen:

  1. eerst wordt het sterker, krijg je nog meer zin
  2. tot je zin echt een piek bereikt (dat je bijna 'ontploft' van de zin in iets lekkers),
  3. maar daarna neemt je lust af tot ze verdwijnt als een golf in de branding.

Neem afstand van je zin in lekkers en observeer.

Nu je dit weet, kan je het 'gevoel' zin te hebben om te eten gaan observeren. Door de afstand te nemen van je gevoel, die je nodig hebt om te observeren, krijg je meer controle over wat de 'zin in lekkers of eten' met je doet.

Je gedachten bepalen hoe je je voelt en gedraagt.

Hoe je denkt heeft invloed op hoe je je voelt en hoe je je gedraagt.
Door je gedachten bewust te sturen, kan je controle krijgen op je gedrag.

We hebben altijd gedachten, ook als we ze niet bewust sturen. In het geval van oncontroleerbaar snoepen of niet kunnen weerstaan aan eten, komen er vaak automatische gedachten die er juist voor gaan zorgen dat je net wél gaat snoepen, zoals bijvoorbeeld:

  • 'Het is niet erg, het geeft niet.'
  • 'Niemand die het ziet.'
  • 'Eentje kan geen kwaad.'
  • 'Vanaf morgen zal ik het niet meer eten.'
  • 'Het is heus niet zo belangrijk.'
  • 'Het kan me nu niets schelen...'

Het zijn dergelijke gedachten die je op het cruciaal moment een extra zetje geven om toch maar dat zakje chips open te trekken of op de koeken aan te vallen. .
Het zijn die gedachten die opkomen op het moment dat je trek en zin hebt.

Smoesjes, want dit vind je eigenlijk belangrijk!

Wanneer je geen trek hebt, denk je ook wel andere dingen die je ook belangrijk vindt;

  • 'Ik wil vermageren.'
  • 'Suiker is niet goed voor mij.'
  • 'Het blijft niet bij eentje, dus beter 'geentje'.'
  • 'Ik voel me niet lekker in mijn vel als ik te veel eet.'
  • 'Ik kan het!'
  • 'Ik ga me super voelen als ik iets minder weeg.'

Roep de hulptroepen in! Helpende gedachten.

De kunst is om de gedachten die eigenlijk smoesjes zijn het zwijgen op te leggen door "helpende gedachten" in te zetten op het moment dat je het moeilijk krijgt.

In therapie helpt je psycholoog jou de gedachten te vinden die het sterkst helpen voor jou persoonlijk. In het algemeen, kan je volgende gedachten inzetten om je te helpen:

  • 'Dit eten is niet goed voor mij.'
  • 'Ik ben sterk genoeg om er af te blijven.'
  • 'Ik kies voor iets gezond.'

Mensen hebben een massa gewoonten...

Wij hebben eigenlijk ongelooflijk veel gewoonten in ons leven en in onze (slechte) eetpatronen. Let er maar eens op hoe veel je eigenlijk 'automatisch' eet. Denk maar aan altijd dat zakje chips als je voor de televisie zit of dat koekje als je achter de pc zit, een snoepje in de auto, een stukje chocolade laat op de avond.

Je hebt het gevoel dat je je hele leven verder kan zonder die chips, tot het moment dat je voor de televisie zit... dan begint het te knagen!

Doorbreek je (slechte) gewoonten.

Je kan deze gewoonten doorbreken door al op voorhand andere hapjes klaar te zetten die wel gezond zijn.

Het is misschien even wennen en nadenken over de nieuwe hapjes, maar je zal zien dat ze even lekker kunnen smaken als je ongezonde gewoonten.

Train je impulscontrole.

Nu je dit allemaal weet kan je al deze dingen samenbrengen en je brein trainen.

De ingesleten gedachten en gewoonten worden m.a.w. een zeer sterk getrainde spier. Je hersenen zijn net zoals een spier. Die spier wordt getraind door steeds hetzelfde te denken en te doen wat je gewend bent. De ingesleten gedachten en gewoonten worden m.a.w. een zeer sterk getrainde spier. En het is gemakkelijk om op die bekende manier te denken en te handelen en steeds hetzelfde te doen.

De reden hiervoor zijn onze synapsen, die verantwoordelijk zijn voor ons gedrag. Wanneer je een gedachte hebt, maak je een verbinding in je hersenen. Er moet een bepaalde weg doorlopen worden om een bepaalde gedachte te hebben. Als je heel vaak hetzelfde denkt of doet, wordt deze synaps sterker.

Als je rechtshandig bent, gebruik je je rechterhand vaker. Het zelfde doen met je linkerhand kan veel moeite kosten.
Je hersenen kiezen de gemakkelijkste weg. De gemakkelijkste weg is de weg die vaak wordt gebruikt.

Een nieuw eetpatroon aanleren vraagt oefening.

Als je een nieuw eetpatroon wil aanleren zal je merken dat dit in het begin niet zo eenvoudig is. Het is een beetje zoals leren eten met je linkerhand. In het begin lukt het niet, moet je oefenen, wil je steeds toch met die gemakkelijke rechterhand eten. Een nieuw eetpatroon is in het begin nog een zwakke verbinding.
Het kan zijn dat je cravings naar suiker ondervindt of grijpt naar dingen die je niet mag eten.

Een nieuw eetpatroon is in het begin nog een zwakke verbinding. Je kan het enkel sterker maken door je nieuwe eetpatroon en helpende gedachte te oefenen, net zoals je spieren traint. In het begin zal dit moeilijk zijn omdat synapsen de gemakkelijke weg willen kiezen.

Drang te lijf gaan met observatie en ontspanning.

Controle krijgen over je impulsen is op verschillende vlakken in je leven belangrijk. Drang om te eten, te snoepen, ongezond te eten kan je ook te lijf gaan door de golf van de drang (van sterker, naar het piekmoment en het wegvloeien van de emotie) te observeren en je tegelijkertijd helemaal te ontspannen.

Zo leer je controle te krijgen over je impulsen. En controle krijgen over je impulsen is op verschillende vlakken in je leven belangrijk.

Je zal merken dat na een tijd de drang veel minder hevig wordt en ook sneller zal verdwijnen.

Psychologe Veronika Sjinkarenko
Zij biedt gedragstherapeutische en oplossingsgerichte behandelingen aan: to-the-point en kortlopend. Ze komt aan huis in de regio van Brasschaat. Daarnaast doet ze ook online behandelingen.
 

2 reacties

joke392
Ja hoor dit is helemaal waar. Je kan alles aanleren, wel bijna alles op de zelfde tijd.
Na een paar dagen of weken gaat het automatische, net als een klein kind, dat leert ook automatische goede en slechte dingen aan.
Veel succes Joke
19/03/14 13:02 REAGEER
gigi
$$ik ben verslavingsgevoelig. Twaalf jaar geleden ben ik van de ene op de andere dag gestopt met alcohol te drinken. Drie maanden later ben ik gestopt met roken. Ik rookte een pakje sigaretten per dag, in het weekend 2.
Inmiddels snoep ik dwangmatig. Deze houding krijg ik maar niet onder controle.
U heeft het over synapsen die de weg van de minste weerstand kiezen. Kan u daar wat meer over uitwijden a.u.b.?
19/03/14 20:22 REAGEER

Login Registreer

Recente Artikels

Gerelateerde Artikels