Angstwekkend: slechts 4 op 10 vijfenvijftigplussers werkt

Onderstaande nieuwe pensioenplannen van de regering-Michel, moeten door het federale parlement wel nog worden goedgekeurd. Wijzigingen zijn daarbij niet uitgesloten.

Intussen is het wel bijzonder zorgwekkend, om niet te zeggen angstwekkend, voor de opbouw van de benodigde pensioenuitgaven, dat maar 41 procent van de Belgische 55-plussers werkt. Geen land in Europa doet het slechter.

Ook jongeren motiveren

Een absolute voorwaarde om de pensioenen in de toekomst betaalbaar te houden, is zoveel mogelijk mensen aan het werk te krijgen en te houden. Ook en vooral jongeren, maar eveneens 55-plussers. Daarom moet de kloof tussen de wettelijke en de werkelijke pensioenleeftijd kleiner worden. Nergens in Europa is die kloof zo groot als in België. Van de 55-plussers (tot en met 64 jaar) werkt in België momenteel nog amper 41 procent. In Nederland is dat 60 procent en in Duitsland bijna 65 procent. De groep van 55-plussers moet dus worden geactiveerd.

Soms al vanaf 50 jaar naar huis gestuurd

In de loop der jaren werden tienduizenden werknemers in België met pensioen naar huis gestuurd. Zelfs vanaf 50-52 jaar werden mensen op pensioen gestuurd, door de sluiting van verscheidene fabrieken en bedrijven of door de verplaatsing van hun activiteiten naar goedkope loonlanden. Dat kwam omdat regeringen en vakbonden weigerden iets aan de hoge loonkosten en de torenhoge belastingen te doen. Veel van deze mensen werden ziek of kregen psychische problemen. Dat hebben we voor een deel aan de vakbonden te danken, die geen oog hebben gehad voor de kwalijke gevolgen van deze gedwongen vervroegde pensionering en dat veelal nog steeds niet hebben.

Mentaliteitsverandering tegenover  pensioenleeftijd noodzakelijk!

Nauwelijks drie procent van de Belgen wil tot zijn 65ste werkenHet werkt dan ook contraproductief om opnieuw op een populistische manier de publieke opinie op te ruien tegen een pensioenmaatregel die binnen Europa als onvermijdelijk wordt beschouwd om de pensioenen in de toekomst te kunnen blijven betalen. Daarom zijn de structurele hervormingen, die de ‘Zweedse coalitie’ nu wil doorvoeren nadat de voorgaande regering-Di Rupo dat pertinent weigerde, van het allergrootste belang.  Er zal een ware mentaliteitsverandering op gang moeten komen en er zullen ook heel wat heilige huisjes gesloopt moeten worden vooraleer wordt ingezien dat het land sociaal-economisch moet worden hervormd. Daaronder valt ook de hervorming van de pensioenen. 

Maak eerder ruzie over de toename van de pensioen uitgaven

In plaats van ruzie te maken over de pensioenleeftijd, zouden de regering en de vakbonden zich meer zorgen moeten maken over het feit dat niet alleen de vergrijzing toeneemt, maar ook de daarmee gepaard gaande pensioenuitgaven. Die meerkost kan,of de vakbonden dat nu leuk vinden of niet, alleen maar betaald worden als er meer mensen langer werken. Om te beginnen bijvoorbeeld verhoogd tot 63 jarige leeftijd, het Europese gemiddelde, in plaats van nu gemiddeld tot 59 jaar in België.  Daarna tot de leeftijd van 67 jaar, zoals meer Europese landen van plan zijn.

Jonge 50’ers hebben prijs: hun pensioenleeftijd wordt 66

Dat in het regeerakkoord van de nieuwe federale centrumrechtse regering een verhoging van de wettelijke pensioenleeftijd staat, heeft jou misschien ook opgeschrikt. Vanaf 2025 komt de pensioenleeftijd op 66 jaar te liggen en in 2030 wordt ze verhoogd naar 67 jaar.

Gelukkig gaat dit niet onmiddellijk in, maar toch! Wie nu begin 50 is,  kan uittellen. Ben je over 10 jaar 65 of jonger, dan komt er een jaartje bij je pensioenleeftijd.

Anderzijds betekent langer werken ook een langere opbouw van pensioenrechten.

De regeling voor vervroegd pensioen

Wie vervroegd met pensioen wilt, kan dat vanaf 2018 pas ten vroegste vanaf  63 jaar. Bovendien moet je 41 jaar werk op de teller hebben staan. De nieuwe regeling wordt niet door iedereen guntig onthaald.

De nieuwe pensioenregeling moet drie cijfers rechttrekken

Volgens de nieuwe federale minister van pensioenen, Daniel Bacquelaine (een Franstalige liberaal), zijn bij de voorbereiding van de pensioenhervorming drie cijfers doorslaggevend geweest. Ten eerste de gemiddelde Europese pensioenleeftijd van 63 jaar.In België is dat 59 jaar. Ten tweede de werkzaamheidsgraad bij de 55-plussers,die met 41 procent in België de laagste in Europa is. Tot slot de totale pensioenuitgaven in België, die jaarlijks met circa 1,5 miljard euro stijgen.

Slechts 1 op de 10 Belgen zal écht tot 67 werken

Belg is realistischer over leeftijd pensioen dan twaalf jaar geleden De nieuwe minister Baquelaine sust de verhitte gemoederen: “Slechts 1 op de 10 Belgen zal werkelijk  tot 67 werken”, zegt hij. Nu werkt slechts 10 procent van de Belgen tot 65 jaar en dat zal volgens Bacquelaine ook na de hervorming van de pensioenen het geval blijven. Ook na de invoering van de nieuwe regeling blijft het immers mogelijk om al op 63 jaar met vervroegd pensioen te gaan. Bovendien vallen er een aantal mensen buiten de nieuwe regeling, zoals mensen met een zwaar beroep,bijvoorbeeld in de bouw,  mensen die reeds een lange loopbaan hebben, nachtarbeiders en onderwijspersoneel. Verder is er nog de categorie van mensen die door ziekte of andere oorzaken niet tot hun 67ste jaar zullen kunnen werken, verduidelijkt Bacquelaine.

Gunstig: gepensioneerden mogen onbeperkt bijverdienen …

Toch een vrolijke noot bij de nieuwe pensioenregeling; elke gepensioneerde die ouder is dan 65 jaar, zal voortaan onbeperkt mogen bijverdienen. Je valt daarbij onder het gangbare fiscale tarief. Je wordt bijgevolg  wél belast op je bijverdienste.

Is een hogere pensioenleeftijd ook voor jou een streep door de rekening?

We haalden al aan dat niet iedereen tevreden is met het vooruitzicht langer te moeten werken. Dat blijkt ook uit de uitslag van een recent onderzoek van ‘Human Resources Randstad’. Daarbij werden 3000 werknemers bevraagd. Uit het onderzoek komt naar voren dat de pensioenmaatregel voor het overgrote deel van de Belgen een dikke streep door de rekening is. Gelukkig gaat de maatregel pasover ruim tien jaar in, zodat wie erdoor wordt getroffen, zich toch op een en ander kan voorbereiden.

Belg wil niet later op pensioen, maar juist (veel) vroeger

In verband met de pensioenleeftijd ligt er een wereld van verschil tussen de wens van de Belgen en de werkelijkheid. Volgens het Randstad onderzoek wil de gemiddelde Belg momenteel op pensioen gaan als hij 60 jaar wordt. Een andere vaststelling is dat nauwelijks 3 procent van de ondervraagden tot zijn 65ste  jaar wil werken.

Dat de ondervraagden toch het verschil maken tussen hun wens en de werkelijke mogelijkheden, getuigt dan weer wel van gezond verstand. Gevraagd naar de leeftijd waarop zij effectief met pensioen denken te kunnen gaan, luidt het meest gehoorde antwoord: 64,8 jaar. Dat is een verschil van twee maanden met de huidige wettelijke pensioenleeftijd.

Realistischer over pensioenleefijd dan 12 jaar geleden!

Twaalf jaar geleden, toen er nog geen sprake was van een economische crisis als de huidige en de politieke partijen zich niet druk maakten over de al of niet betaalbaarheid van de pensioenen of deze discussie niet aandurfden uit vrees voor een afstraffing bij de verkiezingen, wilde de gemiddelde Belg nog met 55 jaar op pensioen en dacht hij dat effectief op 60-jarige leeftijd te kunnen doen.

Met pensioencriteria ten dele advies Vandenbroucke gevolgd

De ‘Zweedse coalitie’, zoals de nieuwe regering- Michel 1 wordt genoemd naar de kleuren van de partijen (blauw en geel) die overeenkomen met die van de Zweedse vlag, heeft in dit moeilijke pensioendossier nagelaten overleg te plegen met de betrokken partijen.

Wel heeft ze in grote lijnen de adviezen gevolgd van de expertencommissie onder leiding van de Belgische socialistische oud-minister Frank Vandenbroucke. Die vindt dat het aantal gewerkte jaren moet bepalen wanneer iemand met pensioen gaat. Hij heeft zich echter nooit expliciet uitgesproken voor 67 jaar als begindatum van het wettelijke pensioen, maar wel als een mogelijke optie.

Had de nieuwe regering-Michel 1 geen tijd te verliezen?

De regering-Michel heeft in pensioendossier nagelaten overleg te plegen met de betrokken partijenTer verdediging van de snelheid van deze beslissing voert de nieuwe coalitie aan dat er geen tijd verloren mocht gaan met eindeloos palaveren. Ook werd gevreesd dat de vakbonden stokken in de wielen zouden steken.Als er iets is, dat deze coalitie wil vermijden is het dat de vakbonden de wet voorschrijven en een loopje nemen met de wens van de democratisch gekozen meerderheid. Insiders binnen de coalitie vreesden dat de tegenstanders van de pensioenmaatregelen massaal de straat zouden mobiliseren en stakingen zouden organiseren in het hele land. Deze vrees is inmiddels in Brussel bewaarheid.

België volgt Europese trend om ouder met pensioen te gaan

Hoewel de socialistische partijen, PS en SPa, de verhoging van de pensioenleeftijd dus afwijzen en ook de vakbonden moord en brand schreeuwen met voorlopig als ‘populistische’ uitschieter de christelijke vakbond ACV, die spreekt van “de zoveelste gruwelijke scene uit een horrorfilm”, zal België met de verhoging van de pensioenleeftijd gewoonweg het voorbeeld van een groot aantal andere Europese landen volgen.

Die hebben deze maatregel al eerder effectief ingevoerd of aangekondigd dat te zullen doen. Overal gebeurt dit met de bedoeling om de pensioenen ook in de toekomst betaalbaar te houden, nu de levensverwachting vrijwel overal toeneemt.

Zo oud kan je in Europa met pensioen!

Zo verhoogt Nederland de wettelijke pensioenleeftijd van 65 jaar geleidelijk naar 66 jaar in 2020 en naar 67 jaar in 2025. In Duitsland gaat de pensioenleeftijd in 2020 omhoog naar 67 jaar, maar wie 65 jaar oud is en 45 jaar heeft gewerkt, mag meteen op pensioen.

Polen kent ook al een wettelijke pensioenleeftijd van 67 jaar en in Italië gaan de mensen vanaf 2030 op 67-jarige leeftijd met pensioen. De Ieren zullen tegen 2029 zelfs pas op 68-jarige leeftijd op pensioen kunnen gaan en in sommige landen wordt zelfs  de leeftijdsgrens van 70 jaar genoemd om op te houden met werken.

Alleen in Frankrijk stap je op 60 op

De verhoging van de pensioenleeftijd is met andere woorden helemaal geen uitvinding van de ‘Zweedse coalitie’. Ze volgt gewoon de tendens in Europa, ook al doet Zweden niet mee en heeft president Hollande in Frankrijk twee jaar geleden de pensioenleeftijd verlaagd naar 60 jaar om zijn voorganger Sarkozy bij de presidentsverkiezingen kiezers af te snoepen.

Socialisten aller landen, verenigt u???

Insiders binnen de coalitie vrezen dat tegenstanders van de pensioenmaatregelen
op straat zullen komenHet is trouwens merkwaardig dat de socialisten in België niet van een verhoging van de pensioenleeftijd willen weten, terwijl hun geestesverwanten in landen waar ze aan de macht zijn, er wel voorstander van zijn … Dat toont  eens te meer aan dat het in de politiek vaak niet om de inhoud,maar gewoon om dwars te liggen tegenover de regerende meerderheid gaat. Daarbij wordt vergeten dat de kiezer dit vroeg of laat heus wel inziet.

Ook de OESO en het IMF pleiten voor hogere pensioenleeftijd

Ook de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) in Europa en het Internationaal Monetair Fonds (IMF), twee internationaal gezaghebbende en onpartijdige organisaties, hebben België eerder al aangespoord om de wettelijke pensioenleeftijd te verhogen naar 67 jaar.

De OESO is een samenwerkingsverband van 34 landen om het sociaal-economisch beleid te onderzoeken en te coördineren De lidstaten proberen samen problemen op te lossen en hun beleid op elkaar af te stemmen. De vorige Belgische regering en de vakbonden hebben nooit naar het IMF, noch naar de OESO willen luisteren. Erger nog, hun aanbevelingen werden op hoongelach onthaald, alsof ze van een verre planeet kwamen.

Levensverwachting stijgt met wel zeven jaar!

De OESO stelt dat de gemiddelde levensverwachting de komende 50 jaar in de industrielanden met meer dan zeven jaar zal toenemen. De pensioenleeftijd ziet de organisatie stijgen naar maximaal 69 jaar. Secretaris-generaal Angel Gurria van de OESO waarschuwt België en andere landen: "We moeten de hinderpalen uit de weg ruimen die oudere mensen verhinderen om ook na de traditionele pensioenleeftijd door te werken. Dit is noodzakelijk om zeker te zijn dat onze kinderen en kleinkinderen van een voldoende pensioen kunnen genieten na hun loopbaan."

Het pensioenstelsel kunnen laten bestaan, daarom draait het!

Dat we in ons land voortaan pas op 67 jaar met pensioen kunnen in plaats van op 65, is een feit. Maar daarmee is de vraag hoe de pensioenen, ook al zijn die vergeleken met tal van andere landen in Europa toch al laag,  betaalbaar gehouden kunnen worden allesbehalve opgelost. Toch is dàt het grote probleem ofwel de cruciale uitdaging voor een al zeer nabije toekomst: De uitkering van pensioenen betaalbaar houden én zeker zijn dat onze kinderen en kleinkinderen van een voldoende pensioen kunnen genieten na hun loopbaan.