Deel via

Wat als je ouder onder bewind is geplaatst en nog iets wil schenken?

April 2017
Een schenking doen als je onder bewind bent geplaatst omdat je niet meer gezond van geest bent, was vroeger onmogelijk. De nieuwe wet maakt dat nu wel mogelijk onder bepaalde voorwaarden. Zo kan de bewindvoerder aan de vrederechter een machtiging vragen om een schenking te doen. Vrederechter Ingrid Verstringe legt de gang van zaken uit als je ouder al dan niet gezond van geest is.

Financiële zorgvraag 12:

Wat als ... je ouder onder bewind is geplaatst en toch nog iets wil schenken?

De vader van Sandra is sinds enkele maanden onder bewind geplaatst. Hij heeft er vroeger geen geheim van gemaakt dat hij bij het huwelijk van zijn kleinkinderen een schenking wil doen. Bij de kleinkinderen die al gehuwd zijn, heeft hij dat ook gedaan. Nu staat opnieuw een kleinkind op het punt te trouwen en Sandra zou graag haar vaders wens uitvoeren. Maar ze weet niet of een onder bewind geplaatste persoon nog kan schenken.

Het goede nieuws is dat de nieuwe wet op het bewind hiervoor een betere oplossing heeft dan het vroegere voorlopig bewind. Toen moest je, zelfs als je onder bewind was geplaatst voor een zuiver lichamelijk probleem (bijvoorbeeld volledige blindheid of verlamming), toch aan de vrederechter een machtiging vragen om een schenking te doen. Door de nieuwe wet kan de vrederechter bij de beoordeling voor het instellen van het bewind ‘op maat’ werken en hoeft een beschermde persoon niet altijd om een machtiging tot schenken te vragen. Met andere woorden, de vrederechter kan de omvang van het bewind zoveel als mogelijk beperken door in de lijst van vertegenwoordigingshandelingen over de goederen de schenking weg te laten. Hierdoor kan een persoon die onder bewind staat vanwege een fysische beperking, maar verder gezond van geest is, toch schenken zoals iedereen en zonder tussenkomst van de bewindvoerder of de vrederechter. De nieuwe wet staat ook toe dat in sommige situaties de bewindvoerder om de machtiging tot schenken vraagt. De oude wet voorzag dat niet waardoor de beschermde persoon die niet meer gezond van geest was, nooit een schenking kon doen. Dat maakte een ‘normale’ vermogensplanning onmogelijk. De hierna volgende behandeling van dit onderwerp gaat uit van de nieuwe wet.

De onder bewind geplaatste mag zelf schenken, mits er een machtiging is

Indien je ouder onder bewind is geplaatst, maar nog altijd gezond van geest is, kan hij of zij zelf aan de vrederechter een machtiging vragen om een schenking te doen. Bij het verzoekschrift tot machtiging moet een uitgebreid medisch attest zitten met een beschrijving van de gezondheid van geest en de wilsbekwaamheid van de verzoeker. De rechter moet kunnen oordelen of je ouder beseft wat hij of zij vraagt, wat de gevolgen ervan zijn enzovoort.

Als de wilsbekwaamheid vaststaat, gaat de vrederechter na of de schenking ertoe leidt dat je ouder of zijn of haar onderhoudsgerechtigden behoeftig worden. Beschikt je 93-jarige ouder bijvoorbeeld over een vermogen van 300.000 euro, dan vormt een schenking van 100.000 euro geen probleem. Maar een schenking van 100.000 euro gaat niet bij een vermogen van 150.000 euro en een leeftijd van 65 jaar.

De rechter gaat ook de inhoud van de schenking na. Er kan bijvoorbeeld een last van bijstand en onderhoud in zijn opgenomen of een recht van bewoning ... Het is in principe niet mogelijk om aan de bewindvoerder zelf een schenking te doen, tenzij de bewindvoerder een erfgenaam is in rechte lijn, een echtgenoot of samenwonende partner, of een bloedverwant tot de vierde graad, als er geen erfgenamen in rechte lijn zijn. Het familielid dat de taak van bewindvoerder aanvaardt, moet zich daar goed van bewust zijn. In het bovenstaande geval kan Sandra’s vader dus wel een schenking doen aan zijn kleinkind dat op het punt staat te trouwen, en ook aan zijn dochter Sandra, maar bijvoorbeeld niet aan zijn neef als die de bewindvoerder is.

Valkuil
Pas op als je je tot bewindvoerder laat benoemen, want dan loop je het risico geen schenkingen of legaten te mogen aanvaarden.

Bij het verzoekschrift wordt ook nog een ontwerpakte van de schenking gevoegd en bij machtiging keurt de rechter die concrete ontwerpakte – dus die schenking en geen andere – goed. De ontwerpakte kan een notariële akte zijn of een handgift. De vrederechter houdt ook rekening met mogelijke fiscale gevolgen.

Eventueel kan de rechter een tijdslimiet opgeven om de schenking effectief uit te voeren na de machtiging. Dat kan bijvoorbeeld een termijn van twee maanden zijn bij een beginnende of schommelende dementie.

De bewindvoerder vraagt om een machtiging tot schenken

Is je ouder toch niet meer gezond van geest, dan kun je als bewindvoerder bij de vrederechter om een machtiging tot schenking vragen. Het uitgebreide medisch attest bij het verzoekschrift moet dan aantonen dat de beschermde persoon niet meer wilsgeschikt of gezond van geest is. Nog voor de wilsonbekwaamheid optrad, moet je ouder de wil tot schenken hebben geuit en je moet dat kunnen aantonen met geschreven (al dan niet notariële) documenten of feitelijkheden.

Als je vader bijvoorbeeld al aan vier van zijn kleinkinderen eenzelfde bedrag heeft geschonken bij hun huwelijk en de twee jongste kleinkinderen pas huwen nadat je vader onder bewind is geplaatst, dan kun je op basis van de eerste vier schenkingen aantonen dat hij ook aan de twee andere kleinkinderen eenzelfde bedrag wilde schenken bij hun huwelijk.

Het feit dat je ouder vroeger een ontwerp van schenkingsakte heeft laten opmaken, om later te verlijden (zoals wij hebben aangeraden bij casus 26 in het boek Financiële zorgvragen, in goede en kwade dagen), kan ook een argument zijn om de vrederechter ervan te overtuigen dat de wil tot schenken wel aanwezig was.

Ook hier zal de vrederechter nagaan of de schenking de schenker en zijn onderhoudsgerechtigden niet behoeftig maakt, maar geen tijdslimiet opleggen voor de gemachtigde schenking. Het spreekt voor zich dat je er beter niet eindeloos mee wacht. Als je ouder intussen overlijdt, is een schenking onder levenden niet meer mogelijk.

Aandachtspunt
Zet je wil tot schenken sowieso al op papier, zodat er een bewijs van bestaat mocht je later eventueel wilsonbekwaam worden. Zonder dit schriftelijk bewijs kan de vrederechter je bewindvoerder alleen machtiging verlenen om in jouw plaats te schenken als uit concrete gegevens uit het verleden onomstootbaar je wil tot schenken blijkt. Het zou nog beter zijn als je in een buitengerechtelijke of voorzorgsvolmacht de mogelijkheid tot schenken voorziet.

Optimale vermogensplanning

Zelfs als een schenking tijdens het leven van de beschermde persoon mogelijk is, kun je voor een optimale vermogensplanning ook de opstelling van een testament overwegen. Vroeger was hiervoor altijd machtiging door de vrederechter vereist, ook voor personen die alleen wegens lichamelijke problemen onder bewind waren geplaatst. Onder de nieuwe wet geldt dat de beslissing tot aanstelling van een bewindvoerder ‘op maat’ van de te beschermen persoon de rechtsbekwaamheid van die persoon zal bepalen. Concreet komt het erop neer dat als de vrederechter bepaalt dat de beschermde persoon nog wel zelf in staat is om te beslissen een testament op te stellen, daar geen machtiging voor moet worden gevraagd.

Als iemand onder bewind is geplaatst omdat hij of zij niet meer helemaal gezond van geest is, dan kan de vraag tot machtiging om een testament op te stellen enkel en alleen van de beschermde persoon zelf uitgaan, niet van de bewindvoerder. Dat laatste kan niet omdat het een strikt persoonlijke handeling betreft.

Het verzoekschrift wordt neergelegd bij de vrederechter, samen met een uitgebreid geneeskundig verslag van maximaal vijftien dagen oud (tenzij dit wegens hoogdringendheid onmogelijk zou zijn). Dit attest moet de gezondheidstoestand van de beschermde persoon beschrijven en tevens ‘de weerslag ervan op het behoorlijk waarnemen van zijn belangen van vermogensrechterlijke of andere aard’.

Dit attest is louter informatief voor de vrederechter, dat wil zeggen dat het niet bindend is. Er kunnen uitzonderlijk namelijk nog andere redenen zijn dan louter medische om te besluiten dat de beschermde persoon niet rechtsbekwaam is.

De vrederechter hoort in de raadkamer de beschermde persoon, de bewindvoerder en de vertrouwenspersoon. In de praktijk is dit een rustig gesprek waarbij iedereen zijn zeg kan doen, toelichting kan geven enzovoort. Een ontwerp van testament is niet nodig, hoewel de inhoud ervan wel ter sprake zal komen. De vrederechter gaat zo onder andere na of de beschermde persoon de draagwijdte van een testament begrijpt, weet dat het herroepbaar is en wie de erfgenamen zullen zijn. Bij een positief medisch attest zal de vrederechter de machtiging alleen weigeren wegens extreme situaties. Stel dat de beschermde persoon lange tijd een (publieke) persoon gestalkt heeft en daarvoor strafrechtelijk veroordeeld is, dan lijkt het niet aangewezen dat de rechter een machtiging geeft om de gestalkte persoon via testament te begunstigen. De vraag naar de eventuele behoeftigheid van de beschermde persoon of zijn onderhoudsgerechtigden komt hier – in tegenstelling tot bij een schenking – niet aan bod omdat het testament toch pas een uitwerking heeft na het overlijden van de testator.

Na de machtiging door de vrederechter stelt een notaris het testament op, aangezien een eigenhandig testament niet mogelijk is voor de beschermde persoon. De notaris die het testament opstelt, moet op dat moment opnieuw de gezondheid van geest van de beschermde persoon beoordelen en het ambt weigeren wanneer dat niet (langer) het geval is. Uit praktische overwegingen kan de vrederechter een termijn verbinden aan de machtiging, bijvoorbeeld binnen drie maanden na de machtiging het testament opstellen.

Voor meer informatie over het bewind, zie pagina 240 in het boek Financiële zorgvragen, in goede en kwade dagen.


Dit artikel werd genomen uit Financiële zorgvragen, in goede en kwade dagen.
Auteurs: Ingrid Stevens, Rik Deblauwe, Karl Ruts, Jo Stremersch, Johan Verstraete, Ingrid Verstringe, m.m.v. Herman Nys.
Gepubliceerd door KnopsPublishing.

Het boek is verkrijgbaar in Standaard Boekhandel, ISBN: 9789460354427.

Met dank aan www.financielezorgvragen.be.


Vond je dit artikel nuttig? Laat het ons weten in de reacties!


 

Auteur: Financiële zorgvragen

1 reactie

daar ik niets heb, geen probleem, goed of kierewiet, maakt niets uit, niets om te schenken...is dit niet gemakkelijk???? :))))))))))))))))))))))))
2/05/17 00:51 REAGEER

Login Registreer

Financiële zorgvragen

Met het boek ‘Financiële zorgvragen, in goede en kwade dagen’ wil editor en effectenmakelaar Ingrid Stevens via een concrete, praktijkgerichte wijze de lezer wegwijs maken in de fiscale, juridische en andere aspecten die belangrijke levensmomenten met zich meebrengen. Daarvoor heeft ze een beroep gedaan op vijf ervaringsdeskundigen: fiscalist Rik Deblauwe, private banker Karl Ruts, financial planner Jo Stremersch, erenotaris Johan Verstraete en vrederechter Ingrid Verstringe. Alle artikels uit de reeks Financiële zorgvragen op SeniorenNet werden genomen uit 'Financiële zorgvragen, in goede en kwade dagen'. Met dank aan www.financielezorgvragen.be .

Meer artikels van Financiële zorgvragen

Recente Artikels

Gerelateerde Artikels