Waar vandaan: Boek > De Belgen in Engeland 1940-1945 > Een bloedig najaar

De Belgen in Engeland 1940-1945

INHOUD "De Belgen in Engeland"

osteo6 Deel 1. Ontreddering (1940-1941)
osteo6 Deel 2. Wederopstanding (1942-1943)
osteo6
Deel 3. Overwinning (1944-1945)
   osteo6 Bestemming Normandië
      osteo6 D-day
      osteo6 Jointoperaties, een eeuwenoud concept
      osteo6 ‘Vive la Belgique, merci, vive la France!’
   osteo6 Een bloedig najaar
      osteo6 September 1944
      osteo6 Vrouwen in uniform
      osteo6 Geblokkeerd onder de Moerdijk
      osteo6
A la guerre comme à la guerre…!
      osteo6
Gevaar in de Ardennen
      osteo6 De ramp met de Leopoldville
   osteo6 De Rijn over
      osteo6 Slotoffensief in Nederland
      osteo6
Bij de Ieren
      osteo6
V for Victory
osteo6 Besluit. De Belgen ná Engeland...

19,95 € - 218 pagina's
Auteur: Frank Decat
Uitgeverij: Lannoo
 
Bestel/koop boek, klik hier.

<<< Vorige pagina

Een bloedig najaar

Geblokkeerd onder de Moerdijk

Eind september 1944 hadden de geallieerden alvast één zekerheid: de vijand was niet verslagen en het oversteken van de Rijn zou niet voor morgen zijn. Ten westen van deze grote rivier, onder meer in Zuid-Nederland en de Elzas, bevonden zich sterke Duitse legereenheden en die zouden zich beslist niet zomaar overgeven. Opperbevelhebber Eisenhower beval daarom opnieuw zijn eigen broad front strategy te volgen, zoals hij die trouwens al had uitgedacht in de dagen voor Overlord. Van de Noordzee tot de Zwitserse grens zouden de geallieerde legers samen over een breed front oprukken en geleidelijk de Duitse verdediging oprollen. Eisenhowers strategie zou niet resulteren in een onmiddellijke doorbraak, maar ze had wel het gigantische voordeel dat de aanvoerlijnen niet te lang werden en de bevoorrading niet in het gedrang kwam.

Tot het voorjaar van 1945, bijna een half jaar dus, werd op meerdere plaatsen zwaar slag geleverd tussen de geallieerden die in de richting van de Rijn oprukten, en de Duitse troepen die dat wilden verhinderen. Een van de bloedigste episodes in dit verhaal was de – vandaag bijna vergeten – uitputtingsslag tussen Amerikanen en Duitsers in het Hürtgenwald, ten zuiden van Aken. Ook in Zuid-Nederland, de sector van de Brits-Canadese 21ste Legergroep, verliep het terugdringen van de Duitse strijdkrachten niet zonder slag of stoot. De groepering van Piron zou dus zeker niet werkloos blijven, zoals haar bevelhebber na de bevrijding van Brussel even had gevreesd.

Grondpersoneel van het 349ste in MaldegemOp 22 september, toen Operatie Market Garden nog volop aan de gang was, staken manschappen van de Eerste Groepering bij Bocholt de Belgisch-Nederlandse grens over om een aantal sluizen op de Zuid-Willemsvaart te veroveren. Daar gaven de Nederlandse grensbewoners hun Belgische bevrijders een hartverwarmend onthaal. Henri Sauvage, een militair van de brigade, noteerde in zijn dagboek:

‘De luitenant springt op de oever. Een oude schipper met een dikke baard en zware harde wenkbrauwen valt op zijn knieën en begint te wenen. Hij grijpt de handen van de officier en kust ze, twee andere mannen doen net hetzelfde. Zij kunnen niets anders zeggen dan: “Dank u. Dank u. Eindelijk!” Dat komt zo onverwacht en het is zo ontroerend dat iedereen gedurende enkele seconden de kluts kwijt is. Instinctmatig buigt de luitenant zich over de bebaarde kaken en kust ze. Hij drukt de handen. Vrouwen komen aangelopen met bloemen. Ook zij wenen, zeggen niets, slaan een kruisteken en knielen neer. Wat is dat allemaal ver van die hysterische scènes die wij de laatste weken zo vaak beleefd hebben. Men mag dan nog gehard zijn, het verplettert u door zijn waardigheid en zijn menselijke warmte.’(3)

De twee flight commanders van 349 squadron eind 1944: Lucien Lelarge (in cockpit) en Paul SirouxToch had de bevrijding ook een minder prettige kant. Aan de Belgische zijde van de grens waren de militairen van Piron getuige van een uitbarsting van volkswoede. Henri Sauvage vertelt:

‘Hamont wordt bezet door de bemanning van Putzeys en Danneau. Op de dijk zullen twee meiden, wier “kont” nogal Duitsgezind was, een onaangenaam kwartier beleven, nadat zij kaalgeschoren zijn. Ook drie collabo’s worden behoorlijk afgetuigd. Het wordt tijd om in te grijpen. Gelukkig komt de luitenant net op tijd. Hij kan de chef van het verzet bepraten. Onder stevige bescherming worden de collaborateurs naar achteren in veiligheid gebracht, naar Bree, waar zich een rijkswachtpost bevindt.’(4)

Het was een weinig verheffend spektakel, zoals er in die dagen ontelbare te zien waren. De afrekeningen door het ‘verzet’ vervulden sommige militairen met afschuw, anderen vonden misschien dat de aan het volk overgeleverde landgenoten niet beter verdienden. In een aantal – uitzonderlijke – gevallen waren militairen van November 1944: Spitfires van 349 squadron in Maldegem klaar voor de "take off"Piron trouwens zelf betrokken bij brutale afrekeningen met ‘zwarten’ (zie kadertekst). De Belgische militairen waren echter niet gekomen om als politie op te treden, maar om tegen de Duitsers te vechten.

Nadat de geniecompagnie bij Bree voor de Britse strijdkrachten een noodbrug over het Schelde-Maaskanaal had gebouwd, werd Pirons hele groepering op 26 september naar Nederlands-Limburg gezonden. De volgende twee dagen nam ze stelling in ten noordoosten van Maaseik, meer bepaald in de driehoek gevormd door de Maas en het kanaal van Wessem. Het was een behoorlijk breed front, gelegen op de scheiding tussen de Britse en de Amerikaanse aanvalssector. Dat verklaart waarom de 1st Belgian Brigade op 29 september tijdelijk werd toegevoegd aan het Amerikaanse 19de Corps. Dat stond een aantal tanks af om samen met de Belgen door de Duitse linies te proberen te breken. Een aanval op de gemeente Wessem op 2 oktober 1944 werd afgebroken, onder meer omdat de tankbemanningen vreesden in open terrein een makkelijk doelwit te vormen voor antitankgeschut. Na die mislukte doorbraakpoging, waarbij gelukkig geen slachtoffers vielen, groef de Eerste Groepering zich in voor een stellingenoorlog, die bijna een maand zou duren. Voor de soldaten betekende dat: nachtelijke patrouilles, artilleriebeschietingen en vooral… weinig slaap.

Nederland, oktober 1944: Duitse militairen geven zich over aan de Brigade PironPas op 11 november 1944 – een symbolische datum voor beide oorlogvoerende partijen! –kwam het front aan het kanaal van Wessem weer in beweging. Die dag gingen de Belgen op bevel van generaal Dempsey van het Britse 2de Leger in de aanval om de Duitsers te verjagen van de linkeroever van het kanaal. De aanval was bedoeld als voorbereiding op een Brits offensief in de richting van Venlo. De missie slaagde en leverde kolonel Piron en zijn manschappen andermaal de gelukwensen van hun Britse superieuren op. Aan deze lokale overwinning hing wel een triest prijskaartje: zes doden en dertien gewonden.

Enkele dagen na de zuiveringsactie aan het kanaal van Wessem werd de beproefde Belgische 1st Belgian Brigade teruggetrokken voor reorganisatie. Die duurde de hele winter en resulteerde in de uitbouw van de groepering tot een échte brigade naar Brits model (zie verderop). Intussen verliep de opmars van de geallieerden in noordelijke richting erg moeizaam. Zo moesten Venlo en Roermond tot 1 maart 1945 wachten op hun Amerikaanse bevrijders en het duurde ook tot dan voor de Duitsers zich overal in Nederland achter de Rijn hadden teruggetrokken.

In Zeeuws-Vlaanderen echter werden de Duitsers al eerder teruggedrongen. De regio had dan ook een bijzonder groot strategisch belang, aangezien ze aan het estuarium van de Schelde lag. Net zoals aan de Kempische kanalen moesten de geallieerden zwaar slag leveren, omdat ze hadden nagelaten meteen na de inname van Antwerpen krachtig door te stoten naar het noorden.

Nederland, oktober 1944: Duitse militairen geven zich over aan de Brigade PironTijdens de tweede helft van september al hadden Canadese en Poolse troepen van de 21ste Legergroep een groot deel van het gebied ten zuiden van de Westerschelde veroverd. Toch volstond dat niet om geallieerde schepen een veilige doorvaart naar de haven van Antwerpen te garanderen. Sterke Duitse legereenheden bevonden zich immers nog altijd ten noorden van de Westerschelde. Zo ook het 15de Leger, dat door het getreuzel van de geallieerden tijdens de eerste week van september uit België was kunnen ontkomen.

Op 2 oktober 1944 begon Montgomery’s 21ste Legergroep een offensief ten noorden van Antwerpen. En andermaal waren het de Canadezen die het zwaarste deel voor hun rekening zouden nemen van wat de geschiedenis is ingegaan als de slag om de Schelde. Een vitaal onderdeel was de verovering van het schiereiland Zuid-Beveland. Na drie weken van harde gevechten was het gebied inderdaad grotendeels bevrijd, maar vele geallieerde militairen, overwegend Canadezen, hadden daarvoor met hun leven betaald. Zo staat 13 oktober 1944 in de annalen van het Canadese Royal Highland Regiment bekend als ‘Black Friday’. Bij de aanval in Hoogerheide vielen die dag honderden doden en gewonden. In één compagnie overleefden slechts vier van de negentig militairen, een verliescijfer dat sterk aan de dodentallen van de Eerste Wereldoorlog doet denken, toen het regiment ook zware verliezen leed. Hoe dan ook, na de geslaagde militaire campagne in Zuid-Beveland moesten de geallieerden in de strijd om de Scheldemonding nog maar één serieuze hindernis nemen: de verovering van Walcheren.

Hoewel het terrein ‘geprepareerd’ was door Bomber Command, een actie waarbij ook vele burgerslachtoffers waren gevallen, moest er ook deze keer zwaar gevochten worden. Tussen Domburg en Vlissingen bevonden zich immers talrijke artilleriestellingen en rond de haven van Vlissingen hadden de Duitsers een sterke defensieve perimeter uitgebouwd. Daartegenover stond dat een aanzienlijk gedeelte van de Duitse strijdmacht op Walcheren was samengesteld uit tweederangstroepen.

Belgische gevechtspost nabij het kanaal van WessemDe strijd begon op 31 oktober 1944 met een landoffensief via Zuid-Beveland. De volgende dag vonden amfibieoperaties plaats in Vlissingen (Infatuate I) en Westkapelle (Infatuate II). Ook de Belgische troop nr. 4 was erbij.

Na hun avontuur in Joegoslavië hadden de commando’s van kapitein Danloy aan geen enkele militaire actie meer deelgenomen, een onbelangrijke verkenningsmissie op het Franse eiland Yeu buiten beschouwing gelaten. In september 1944 bevond de eenheid zich in België en er meldden zich onmiddellijk meer dan 200 kandidaat-commando’s aan. Hoewel zich onder hen vele verzetslui en oudgedienden van mei 1940 bevonden, waren deze nieuwelingen niet inzetbaar in Walcheren. Infatuate I en II waren immers behoorlijk complexe jointoperaties, te vergelijken met Overlord, maar dan op een kleinere schaal. Zulke acties vereisten goed getrainde elitetroepen. Speciaal voor Infatuate II waren de veteranen van Danloy eind oktober enkele dagen in afzondering gehouden in een kamp in De Haan.

De joint force met bestemming Westkapelle vertrok rond kwart over drie in de ochtend vanuit de haven van Oostende. Zes uur later, toen de aanval op Vlissingen al was begonnen, werd de strijdmacht aan land gezet. De eerste aanvalsgolf bestond uit een bataljon van de Britse 4th Special Service Brigade (Royal Marines), onmiddellijk gevolgd door de twee andere bataljons van de brigade en elementen van No 10 (Inter Allied) Commando: de commando’s van Danloy en de Noorse troop nr. 5. Vuursteun vanaf zee kregen de invasietroepen onder meer van het slagschip HMS Warspite en de met raketten uitgeruste LCT’s. Ook RAF-Typhoons bestookten de Duitse stellingen met raketten. Door de mist boven de vliegvelden konden de toestellen echter pas in actie komen nadat de eerste eenheden geland waren. De Duitsers zetten echter alles op alles om de landing te verhinderen en ze namen de landingsvaartuigen en amfibietanks zwaar onder vuur.

Ook de LCT waarin troop nr. 4 opeengepakt zat, werd getroffen. Op bevel van Danloy sprongen de commando’s in het koude water en met hun wapens en munitie boven het hoofd bereikten ze al wadend de kust. Dít was het soort aanvallen waarvoor de commando’s en andere elite-eenheden opgeleid waren. Ondanks de mijnenvelden en de lokaal soms hevige tegenstand was de Duitse verdediging in Westkapelle tegen het einde van de dag opgerold en de geallieerde invasietroepen konden verder landinwaarts trekken.

De opdracht van de Belgen bestond erin om samen met de Noorse commando’s en een compagnie Royal Marines Domburg te zuiveren. Tegen 3 november waren de Duitsers uit het kustdorp verdreven en de Belgische en de Noorse troop hadden bovendien een artilleriebatterij uitgeschakeld. Het ergste moest echter nog komen: samen met de Noren en de Britten moesten de commando’s enkele noordelijker gelegen artilleriestellingen veroveren. Die werden bemand door eersterangstroepen van onder meer de Kriegsmarine en het hele terrein was afgezoomd met duinen, bossen en geïnundeerd gebied. Op 4 en 5 november vonden zware gevechten plaats, waarbij de Belgische commando’s zich opnieuw onderscheidden. Na een gewaagde stormaanval wisten ze een belangrijke stelling in te nemen en ze maakten tientallen krijgsgevangenen. De keerzijde van de medaille was het hoge verliescijfer. In totaal telde de troop van Danloy 22 doden en gewonden, dat was bijna 25% van het ingezette effectief. Walcheren was dan ook de zwaarste campagne waaraan Danloys commando’s deelnamen.

Belgische commando's tijdens de strijd om Walcheren (november 1944)Het offer van de Belgische en de zovele andere geallieerde militairen was echter niet tevergeefs geweest. Op 8 november 1944, een week na het begin van Infatuate I en II, staakten de Duitsers de strijd. Door de verovering van Walcheren kregen de geallieerden de volledige controle over het estuarium van de Schelde. De Duitse troepen in Knokke en Zeebrugge hadden al op 2 november de wapens neergelegd. Er restte de geallieerden nog één belangrijke taak: het opruimen van de talrijke mijnen, verspreid over de hele lengte van de Westerschelde.

Nog voor de verovering van Zuid-Beveland en Walcheren waren Britse mijnenvegers al begonnen met het vrijmaken van de Scheldemonding. Toch kon er pas vanaf begin november 1944, nadat de Duitsers van de oevers van de Westerschelde verdreven waren, systematisch en op grote schaal worden gewerkt. Operatie Calendar duurde van 3 tot 25 november en werd uitgevoerd door het Sheerness Flotilla van kapitein H.G. Hopper. Onder zijn commando stond ook het Belgische 118de Flottielje. Dat stond vanaf maart 1943 onder het bevel van luitenant Petitjean, het telde negen schepen en was initieel verantwoordelijk voor het ruimen van mijnen in de sector Sheerness-Yarmouth. In de weken voor D-day had de eenheid het bijzonder druk gehad met het mijnenvegen in het Kanaal. Op 5 oktober verlieten de eerste schepen van het 118de Flottielje Harwich en gingen voor anker in Oostende. Van daaruit zou de eenheid de volgende weken samen met de Britten opereren.

Hoppers Motor Minesweepers (MMS) – of Mickey Mouses, zoals zij grappend werden genoemd – slaagden met glans in hun opdracht en op 28 november 1944 bereikte het eerste geallieerde vrachtschip veilig en wel Antwerpen. Bijna een half jaar na de landing in Normandië beschikten de geallieerden eindelijk over een grote haven, van waaruit ze hun gigantische legers konden bevoorraden. De SHAEF kon nu in alle ernst beginnen met de planning van het finale offensief tijdens het voorjaar.

Maar ook Hitler en zijn generaals hadden niet stilgezeten. Maandenlang hadden de Duitse strijdkrachten een bittere defensieve oorlog gevoerd en een doorbraak naar het hart van het Reich voorkomen. Op 16 december 1944 bleek dat ook de offensieve kracht van Hitlers legers niet gebroken was. Die dag zette een sterke invasiemacht van pantsereenheden en elite-infanterie zich in beweging om via Zuid-België een wig te drijven tussen de geallieerde legers en een doorbraak te forceren naar Antwerpen. Dat zou de geallieerden hopeloos in de problemen brengen en ze er misschien toe bewegen een bestand te sluiten, zo hoopten ze in Berlijn. Het Ardennenoffensief was begonnen.



Uittreksel uit boek "De Belgen in Engeland"
19,95 € - 218 pagina's
ISBN 978-90-209-6981-8

Auteur: Frank Decat
Uitgeverij: Lannoo

Boek verkrijgbaar bij

Azur, Bol.com, Cosmox, Fnac, Proxis, Standaard Boekhandel.

Bestel boek online via SeniorenNet

Pagina afgedrukt van http://www.SeniorenNet.be/BelgenInEngeland

<<< Vorige pagina...