Legerkledij bij de dienstplichtigen
Geplaatst: 01 feb 2017, 17:28
Bij onze aankomst in Heverlee kregen we ons ganse hebben en houden aan legermateriaal. Daaronder was ook de kledij, zelfs de onderkledij werd ons ter beschikking gesteld.
De bovenkledij die we van bij de opleiding tot het einde van de legerdienst kregen omvatte volgende stukken:
- Linnenpak (vest en broek – 2 stuks): meest gebruikte stukken tijdens de opleiding (drill, schietoefeningen, tactiek, ...). Spiegels werden op de schouderlinten aangebracht.
Het linnenpak moest gedragen worden met kousen en bottienen.
- Battle dress (BD genaamd) 2 stuks: was de kleding die we het meest droegen in de finale eenheid in Duistland (was meer een ‘kantoor’ kledij), alhoewel we ook wel het linnenpak droegen.
De BD moest netjes gestreken worden volgens de regels van de kunst, met alle plooien keurig op hun plaats. Spiegels bevonden zich op de kraag.
De BD kon naargelang de omstandigheden gedragen worden met kousen en bottienen of met sokken en stadsschoenen.
- Kaki hemden (3 stuks), met lange mouwen. Korte mouwen kregen we niet, maar als het te warm was rolden we de mouwen op. Zomerhemden waren wel beschikbaar voor beroepsmilitairen. Spiegels konden op de schouderlinten aangebracht worden. Wanneer we onze service dress kregen (zie verder), moesten we ons ook witte hemden aanschaffen.
- Een trui. Die kon gebruikt worden met het linnenpak, op hemd of zonder hemd.
- Een smoke vest. Dit was een soort vormloze parka vest (bij ons was die eenkleurig kaki, niet de meerkleurige camouflage versie). Die vest kon gedragen worden op linnenpak of op BD. Spiegels konden op de schouderlinten aangebracht worden.
- Een capootvest. Lange mantel die heel zwaar woog, heel onhandig was om dragen en daarom ook niet gebruikt werd. Dateerde nog van de tweede wereldoorlog.
- Twee mutsen. Meest gebruikte hoofddeksel waarop de kentekens van de landcomponent van het Belgishe leger aangebracht werden. Bij de opleiding kregen de recruten meestal een leeuw op de muts gespeld, omdat nog niet duidelijk was bij welke component ze zouden belanden. Gezien wij van bij de aanvang voorbestemd waren voor de Logistiek, kregen we onmiddellijk het Logistiek kenteken op blauwe achtergrond op de muts gespeld.
- Een helm. Onding dat zijn eigen leven leidde eens het op je hoofd stond.
- 2 kaki gebreide dassen. (Een daarvan is bij mij door een groep vrouwen in Duitsland, op Weiberfestnacht, gehalveerd geworden). Eens we Adjudant KRO waren dienden we geweven dassen erbij te kopen voor het dragen met service dress (zie verder). Het betrof een kaki das: bestemd voor het dragen met kaki hemd en een zwarte das: bestemd voor het dragen op wit hemd.
- Een broeksriem.
- Een ‘ceinturon’: tijdens de eerst drie maanden opleiding in Heverlee was die te vercoteren. Vanaf de opleiding in Doornik was die ongevercoteerd.
- 2 paar botinnes en 1 paar stadsschoenen. Kleur: zwart. Moesten steeds blinken als een spiegel.
- 2 paar zwarte sokken, 2 paar zwarte kousen en 1(of 2) paar kaki kousen.
- 1 paar kaki handschoenen.
- Een kaki trainingspak (broek/vest): zag er eerder uit als een flannel pyjama Voor het sporten had iedereen dan maar zijn eigen trainingspak meegebracht, dat wat meer 'met de tijd mee' was.
Wanneer we aangesteld werden tot Adjudant KRO, kregen we een ‘service dress’ erbij. Een paar weken vóór ons vertrek naar de definitieve eenheid kwam een kleermaker langs om ons volledig op te meten. Zo kregen we een maatpak service dress met kepie, kledij die enkel gebruikt werd bij speciale gelegenheden (Reizen, officiële gelegenheden en allerhande feestelijkheden). Het bovengedeelte van de kepie zag er, als die nieuw was, uit als een plaat om bretoense pannenkoeken op te bakken. Om er een ietwat elegantere vorm aan te geven heb ik er een ijzerdraad in aangebracht. De service dress hebben wij naar schatting maximum een tiental keren aangetrokken. Spiegels bevonden zich op de kraag.
De service dress werd enkel gedragen met stadsschoenen, met hemd (kaki of wit) en das (geweven kaki of zwart, naargelang kleur van het hemd). Samen met de service dress kregen we tevens een paar bruine lederen handschoenen en een stick (die moesten we zelf betalen, in bamboe was de prijs schappelijk, maar als we een luxe uitvoering wilden, met leder overtrokken, dan liep de rekening gevoelig op). De stick werd zo onder de arm gedragen (ter gelegenheid van parades, vlaggegroet, enz...). Voor het grootste deel van de tijd is die bij mij in de kast gebleven.
De service dress die we kregen was in donker kaki kleur en was geschikt om zowel in de winter als in de zomer te dragen. In hete dagen was die wel iets te warm, daarom konden beroepsmilitairen een service dress krijgen in een lichtere stof in een lichte kaki kleur. Dit was evenwel niet voor KRO's bestemd.
Heeft nog iemand interessante herinneringen aan legerkledij of –gerief, deel gerust uw informatie of indrukken met de anderen.