Grootheden uit het verleden.

Dit is de rubriek die volledig voor poëzie en proza is voorbehouden.

Robol
Lid geworden op: 25 dec 2004, 14:48
Locatie: Beringen

03 mei 2009, 10:12

Beste vrienden van de poëzie. Naar aanleiding van één eeuw "Liefde gaf U duizend namen", open ik hier een nieuw topic ter ere van August Cuppens. Ik wens jullie veel lees- en kijkgenot. En natuurlijk...reageer gerust, met of zonder plaatje, met of zonder "verzeke"...
Laatst gewijzigd door Robol op 15 sep 2015, 16:48, 3 keer totaal gewijzigd.
walk on with hope in your heart
And you'll never walk alone...

Robol
Lid geworden op: 25 dec 2004, 14:48
Locatie: Beringen

03 mei 2009, 10:50

Zijn ouders:
Antoon Cuppens *Beringen 18 december 1830 en Rosalie Bomans *Beringen 18 maart 1832

Broeder Bernard Cuppens in het werk "Priester-dichter August Cuppens:

De ouders van het pastoorke waren graag geziene mensen. Toonke Cuppens was een werkzaam menneken, hield van klucht en plagerij en dronk tussenin een borrelke, de voorloper van de tegenwoordige inspuitingen tegen alle mogelijke kwalen. Maar het glas moest groot van maaksel zijn en diep van inhoud. Anders...dan smeet Toontje de herbergdeur open, zette het borrelken op de dorpel en met 'n duchtige schop vloog het , begeleid door: "né, klenne snotneus, kom terug als ge wat groter zijt!"
Laatst gewijzigd door Robol op 15 sep 2015, 17:06, 2 keer totaal gewijzigd.
walk on with hope in your heart
And you'll never walk alone...

Robol
Lid geworden op: 25 dec 2004, 14:48
Locatie: Beringen

03 mei 2009, 12:06

Liefde gaf U duizend namen
Groot en edel, schoon en zoet
Maar geen een die 't hart der Vlamen
Even hoog verblijden doet
Als de naam, o Moedermaagd,
Die gij in ons landje draagt.
Schoner klinkt hij dan al d'andren.
Onze Lieve Vrouw van Vlaandren, (bis)



2.
Waar men ga langs Vlaamse wegen
Oude hoeve, huis of tronk,
Komt met U, Maria, tegen,
Staat Uw beeltenis te pronk
Lacht ons toe uit lindegroen
Bloemenkrans of blij festoen
Moge't nimmer hier verand'ren
O gij Lieve Vrouw van Vlaand'ren (bis)



3.
Blijf in 't Vlaamse herte tronen
Als de hoogste koningin
Als de beste moeder wonen
In elk Vlaamse huisgewin
Sta ons bij in alle nood,
Nu en in het uur des dood
Ons, Uw kin'ren, en ook d'and'ren
Liefste Lieve Vrouw van Vlaand'ren (bis)


A.C.
Laatst gewijzigd door Robol op 15 sep 2015, 17:07, 1 keer totaal gewijzigd.
walk on with hope in your heart
And you'll never walk alone...

Robol
Lid geworden op: 25 dec 2004, 14:48
Locatie: Beringen

03 mei 2009, 14:33

Gust werd geboren te Beringen op 22 mei 1860 en overleed te Loksbergen, waar hij pastoor was, op 1 mei 1924.
Van zijn geboortehuis, een lemen huisje dat tegen het college aanleunde, bestaan geen afbeeldingen.

Aan vaders hand liep Gust door de diepe dennenbossen, door veld en wei en dan vertelde vader over de natuur. Gust getuigt:


Vader, onbewuste dichter
die wel nooit een vers en sloegt
maar zoveel onuitgesproken
zangen in uw ziele droegt!

Vader, die mijn blijde kindsheid
overgoot met poëzij
als ik, vragend-plagend knaapke
danste en dobberde aan uw zij;

met u meeliep, langs de velden
over 't reine heidezand
door de diepe dennenbossen
van ons droomziek Loonse land.

O! Wat kost ge schoon vertellen
over al dat levende is :
over bomen, bloemen, kruiden,
vogels, biekens, wild en vis !

Over al dat in de wijers
woont, en wast, en zwemt en roert
over al dat in de bossen
schuilt en springt, en stemme voert.

Ei! Ik heb het al onthouden
dat ge, in schitterende taal
mij geleerd hebt van de reiger,
van de specht, de wedewaal,

van de kraaien, en de zwanen
van de otter, vos en das
van 't dopperke in 't water
van de krekel onder 't gras...

al uw spreuken, al uw sproken
al dat in mijn kinderziel
uit uw mond, als edele zaden
van de dichtkunst nederviel !...

A.C.


Een wedewaal is een wielewaal en voordat onze provincie de naam "Limburg" kreeg van Willem, tijdens het Hollands tijdvak, leefden we hier in het Land van Loon.

Robbe
Laatst gewijzigd door Robol op 15 sep 2015, 17:07, 1 keer totaal gewijzigd.
walk on with hope in your heart
And you'll never walk alone...

Robol
Lid geworden op: 25 dec 2004, 14:48
Locatie: Beringen

03 mei 2009, 14:56

Oud stadhuis Beringen (centrum)
Laatst gewijzigd door Robol op 15 sep 2015, 17:08, 1 keer totaal gewijzigd.
walk on with hope in your heart
And you'll never walk alone...

Alterego1
Lid geworden op: 20 jan 2006, 14:05
Locatie: Antwerpen

03 mei 2009, 16:42

Afbeelding

Op deze foto zien we de Limburgse priester-dichter August Cuppens,alias "'t Cupke",
met naast hem de nog jonge Antwerpse componist Lodewijk De Vocht.

Beiden voelden voor elkaar een grote vriendschap,Lodewijk De Vocht
woonde een tijdje bij 't Cupke in de pastorie,waarna hij,eens gehuwd,
met zijn vrouwtje en kinderen voorgoed in Loksbergen kwam wonen.

We mogen gerust stellen dat de loopbaan van Lodewijk De Vocht in
de muziekkunst door August Cuppens gelanceerd en aangemoedigd
werdt,het lied "Onze Lieve Vrouw van Vlaanderen"op tekst van August
Cuppens,vormde de aanhef van een grootse componistencarriere van
Lodewijk De Vocht.

De Pastorij van 't Cupke was in zijn tijd te Loksbergen zowat het trefpunt
van al wat naam en faam bezat in het literaire genre,'t zij proza of 't zij
dichtkunst.
Waarvan bijgaande foto enige getuigenis brengt

Afbeelding

We zien hier van links naar rechts ondermeer;

Priester Jos Geurts,Cesar Gezelle(neef van Guido Gezelle),
dan Hugo Verriest die armsteun vindt bij August Cuppens,alias 't Cupke,
dan Stijn Streuvels ofte Frank Lateur,en daarnaast diens jongere broer Karel Lateur.

Spijtig genoeg is Guido Gezelle op deze foto niet aanwezig,hoewel hij
bij andere gelegenheden meerdere malen contact had en onderhield
met 't pastoorke.
Gezelle kwam voorheen graag naar Cuppens,
toen die nog in 't Seminarie was te Luik,
en later wanneer hij pastoor was te Ans bij Luik.
In Loksbergen is Gezelle nooit geraakt,vermits 't Cupke pas op
25 November 1899 te Loksbergen als pastoor geplaatst werd,en Guido
Gezelle overleed op 27 November 1899.

De Antwerpse schrijfster en mecenas Maria Belpaire,behoorde toen
ook al,samen met haar evenzeer prozaische vriendinnen Hilda Ram
en Louiza Duyckers,tot de vriendenkring van Cuppens.

Marie Belpaire en Gust Cuppens zijn méér dan 25 jaar lang de
beste vrienden geweest,puur gebaseerd op het literaire vlak.

In Limburg werd August Cuppens door ieder die met poëzie of proza
begaan was,terecht heel hoog geprezen,hij werd beschouwd als hun
voorman,en stond daarbij aan de wieg van diverse literaire uitgaven,
zoals "Dietsche Warande en Belfort" of "'t Daghet in den Oosten" en
"Eigen Leven".

Pastoor August Cuppens,alias 't Cupke,mag gerust de Limburgse
Gezelle genoemd worden,leven en werk vertonen vele raakpunten,
als mens(afkomst en levensgeschiedenis) zowel als poëet(liederen en
gedichten die het volk blijvend beroeren).
Hun wederzijdse grote vriendschap en achting heeft rijke vruchten
afgeworpen.

Alterego
Laatst gewijzigd door Alterego1 op 05 mei 2009, 11:59, 3 keer totaal gewijzigd.
To be or not to be,that's the question
Niemands meester,niemands knecht

Alterego1
Lid geworden op: 20 jan 2006, 14:05
Locatie: Antwerpen

03 mei 2009, 17:07

---Zomers versje---

-Een enkel zonnestraalke
-dat door de wolken blinkt
-één enkel blijde vinkslag
-die uit een linde klinkt
-de geur van éne bloeme
-die onder 't haagske bloeit
-'t Gewip van enen vlinder
-die door het hofke stoeit
-een rimpelken op 't water
-een lachsken van een kind;
-rijk achternoen verzet,voor
-een mens die God bemint!

August Cuppens
To be or not to be,that's the question
Niemands meester,niemands knecht

Robol
Lid geworden op: 25 dec 2004, 14:48
Locatie: Beringen

03 mei 2009, 18:29

De kennismaking met Guido Gezelle begon met een brief die Gust Cuppens, toen nog student in Luik, schreef naar de grote meester:



Wel Eerwaarde Heer en Meester,

Wij hebben alhier, in het Seminarie van Luik, al zo dikwijls in Lopuela naar Limburgsche woorden gezocht en er toch altijd zoo danig min in gevonden.
Nochthans dunkt ons, sukkelaars van Limburgsche studenten, Valamingen ofte flaminganten, dat er in ons Kempenland en elders in Limburg ook eene macht van woorden en goede Vlaamsche uitdrukkingen meten bestaan, die ongeboekt ons wetens, en tot nog toe "epea pterôenta" gebleven zijn. A.L. hier, heeft ons aangepreekt dat het U misschien niet onaangenaam noch onnuttig zou zijn, zoo wij ook al eens een woordjen of ettelijk voor moeder "Loquela" opstuurden. God weet of er hier in Limburg geen woorden bestaan die nuttig konden zijn om dit of dat, 'k weet niet wat, te verklaren!
Daarbij zouden wij al een handje willen meê helpen om ook den Limburgsche taalschat bij den grooten Westvlaamschen te voegen dien gij, E.H. Debo en anderen ginder verre met zoveel iever verzamelt, iets waarvoor gij alhier zoo bewonderd, bemind en als "kwaad geld" bekend wordt bij de jonge blauw- of geelvoeten der Limburgsche heide.
Hier hebben wij nu een honderdtal Limburgsche woorden en uitdrukkingen, zoo wat overal bijeenvergaârd, die ik met een makker, onder honderden heb uitgekozen. Misschien is er iets onder dat van waarde is, misschien kent gij die woorden veel beter dan wij! Wat er van zij, ons inzicht is goed, en daarom dierf ik het wagen naar een groot man te schrijven, dien A.L. hier "Vader Gezelle" heet.

Nu iets anders. Ik zou toch zoo gaarne de vier bundels uwer gedichten hebben, die kleine grijze "Kerkhofblommen tot......et Reliqua", maar zou het U niet slecht aanstaan, zoo ik U zegde, dat ik tot onder 't grote verlof moet wachten om ze te betalen? Ik heb enen te verwachten "de Konink" op de maag te krijgen en er al eenen "de Gheldere" op liggen!
Zoo het U aangenaam is ben ik bereid onder het groot verlof U een duizend woorden van de kanten van Beeringen en Diest bijeen te zoeken en beloof U een een vijf, zes zanters uit Limburg, die hun jongensbest zullen doen.
Maar nu moeten wij U ook iets vragen. Welke zijn de beste en bestekoop boeken om het Angelsaksisch aan te leeren, waar volgens "Loquela" het Limburgsche veel mee in verband is; om goede Vlaamsche woorden en goeden zuiveren Vlaamsche ontleedkunde? Zou bijvoorbeeld deze afleiding van het woord "Kempen", goed zijn?
Kempen komt van "emp", oude stam die "ledig" zou betekenen., zoo: Kempen = ge(k)empte of ge-empen streek, land. Land dus dat geledigd is, bijvoorbeeld van bosschen, of water, gelijk ons arm landeken er waarlijk uitziet?
Zou "vol, ge-hol" zijn, ge"privans"?
Zou "Maeseyck" van Maas-eek (hoek) en niet van Maes-eik (chène) komen, gelijk 't op 't wapen van het stedeken staat?
Zou Beeringen, of Behringen gelijk men eertijds schreef, niet komen van "bairan" en "ing" (vruchtbare plaats) ? De sage meldt nochthans dat te Beeringen, de eerste beer geringd wierd (!).
Zou Hasselt van "hazelaar" komen ? Er staat nochthan een hazelaar op 't wapenschild dier stad.
Nu schei ik uit, Wel Eerwaarde Heer, U vergiffenis vragende over mijn stout en al te lang schrijven, en groete U heel eerbiedig en genegen in X°.
A.L. groet u insgelijks. Volgens men hier vertelt heeft, moet gij met den grooten Ommegang alhier in het Seminarie, naar hem gevraagd hebben. Hij heeft er bitter spijt van, dat hij niet te huis was. Of het waar was en weet niemand; een Waal heeft het rondgestrooid.

August Cuppens
theol. stud.
Seminarie
Luik 16 juni 1883


August Cuppens schreef later (1910) in "'t Daghet in den Oosten":
Wat had deze "studentenbrief" mij zweet en angst gekost. Hoe bang ik werd toen hij verzonden was, enz. daar zal ik maar over zwijgen. Maar ik kende 't einde van mijn blijdschap en fierheid niet meer, toen er enige dagen nadien een brief uit Kortrijk aankwam, van eene nog onbekende hand! 't Was het antwoord van den goeden, grooten man !

Dit antwoord plaats ik later!

Nog wat uitleg bij de brief van Gust, zijn woorden in Het daghet:

De Koninck: "Het menschdom verlost", dat toen ging uitkomen en waar wij op ingeschreven hadden.
De Gheldere: De eerste uitgave van dr Karel de Gheldere's al te veel vergeten "Landliederen".
"Kempen", enz.: Deze vragen werden mij ingeblazen door de slimmen C.L., die destijds allerlei...Keltische woorden wou vinden in het Limburgsch en mij belast had met de "kaal commissie" van aan G.G. te schrijven. Hij wilde de brief niet tekenen.

(C.L.) studiegenoot en medestichter Jacob Lenaerts van Zonhoven, bekend van zijn werk over de alvermannekes.

Robbe
Laatst gewijzigd door Robol op 04 mei 2009, 10:27, 1 keer totaal gewijzigd.
walk on with hope in your heart
And you'll never walk alone...

Robol
Lid geworden op: 25 dec 2004, 14:48
Locatie: Beringen

03 mei 2009, 23:16

Daar ligt in de Kribbe


Daar ligt in de kribbe lief Jezuke zoet,
het lammeke Gods dat ons zondekes boet.
Het komt uit den hemel, waar d'engeltjes zijn,
om ons te verlossen van d'eeuwige pijn.
Om ons te verlossen van d'eeuwige pijn.


O! Ziet toch hoe schoon het in 't kribbeke ligt,
hoe 't lacht op ons allen met stralend gezicht.
Hoe 't reikt met zijn armkes, alsof het ons zei:
"Ik zie u zo geerne! Komt allen bij mij!
Ik zie u zo geerne! Komt allen bij mij"


Wij komen! Wij komen! O Jezuke zoet!
Bij U is het schoon en bij U is het goed!
Wij geven U alles, 't zij groot of 't zij klein:
wij willen voor eeuwig uw vriendekes zijn!
Wij willen voor eeuwig uw vriendekes zijn!


A.C.


Afbeelding
walk on with hope in your heart
And you'll never walk alone...

Alterego1
Lid geworden op: 20 jan 2006, 14:05
Locatie: Antwerpen

04 mei 2009, 09:23

Afbeelding

Dichter Jef Leynen en 't Cupke

Het troetelkind op de pastorie te Loksbergen was ongetwijfeld
de jonge Hasseltse dichter Jef Leynen.
't Pastoorke hield zielsveel van Jef,ze waren beiden zowat
dezelfde schoonheidsgenieters,en Jef Leynen nogal weemoedig
en schuchter van aard,vond opgewektheid bij zijn levenslustige
vriend.
Meermaals moesten 't Cupke en andere vrienden de Jef uit de
eenzaamheid trekken,want Jef was schuw van nature en vluchtte
zelfs bij wijze van spreken zijn eigen schaduw.
Slechts in de gesloten kring van vrienden ging hij open,en in zijn
verzen ligt de weemoedige getuigenis van zijn ziele-eenzaamheid.

Zo o.a. in 'De eenzame"

Ik was een onbezorgde jongeling
En toch,wanneer ik bij mijn makkers toefde,
somwijlen mij een treurigheid beving,
die vroege rimp'len in mijn voorhoofd groefde

Hun ogen keken "wat of hem bedroefde"?
Geen dierf te vragen,ik te spreken niet,
Dien keer,toen ik het schuchterlijk beproefde,
vond ik geen woorden voor mijn vreemd verdriet

Van toen was eenzaamheid mij toegewezen,
en bij het wiss'len van de avondgroet,
dan dacht ik "wie gaat eerst ontrouw mij wezen",
daar,de een na d'ander,mij ontvallen moet?

En de een na d'ander ging,"vaarwel",me loech
als de ure Gods hem wees zijn eigen wegen.
Eén enk'le wel,"En gij?" vol deernis vroeg.
Mij staarden,grauw en ijl de verten tegen.

Toen zwierf ik jaren.Niemand noodde thuis
dien jongen man,weemoedig en zó blode,
wiens woord klonk klaaglijk als ver zeegeruis
en droef zijn lied,als zong hij van een dode

Toch mor ik,God,noch klaag om 't groot ontberen
Dat gij al and'ren wel ter blijdschap riept,
benijd ik niet...Wil mij maar eenmaal leren
waarom Gij toch mijn ziel zo eenzaam schiept?

Jef Leynen,dat stille dromen en dat grote eenzame blijft de
grondtoon ook in zijn dichtbundel "Liederen van Innigheid"
die in Mei 1923 het levenslicht zag.
Natuurlijk zorgde de 61-jarige pastoor August Cuppens toen
voor de inleiding,waarin hij mocht getuigen:
"Ik heb de wording van deze eersteling sinds jaren bijgewoond
en gadegeslagen;ik weet met hoeveel zorgelijke liefde,geduld
en ootmoedigheid onze dichter aan elke strofe,elk vers,elk
woord zelfs,van deze bundel heeft gearbeid".

Alterego

(wordt vervolgd)
To be or not to be,that's the question
Niemands meester,niemands knecht

Robol
Lid geworden op: 25 dec 2004, 14:48
Locatie: Beringen

04 mei 2009, 12:37

Het antwoord van Gezelle


Eerw. Heer en vr. (vrienden)

Over 25 jaar heb ik gedaan wat gij komt te doen; ik had namelijk een zeker getal Vl. woorden vergaard en zond ze naar (enen Limburger?) Profr Bormans zaliger, zoo gij Limburgers nu naar eenen Vlaming, uwen Limburgschen oest zijt zendende.
Profr. Bormans heeft mij eerst van al en meest aangemoedigd en ik ben oprecht blij ulieden de schuld te betalen die zijne geleerde goedheid bij mij gelaten heeft. Onlangs heb ik van Profr Vercoillie (Athenaeum te Luik) eenen schoonen brief gehad, met den boek erbij, die hij over het Westvlaamsch gemaakt heeft. ’t Waren al redens genoeg zeker, als de wereldlijken, ja de liberale, officieele Professors zelve zoo verre vooren zijn, voor de Limburgsche Theologanten om eens voor goed wakker te komen en den vaak, slaaplust, uit hunne oogen te wrijven. Leest bijgevoeg Loquela, Mei 83 of beter nog, de Moniteur, die daar vermeld wordt en gij zult wel komen te beseffen dat het niet enkel eene zake van tale is, van liefhebberij, van blauw- of geel- of domvodderij, maar zake van bestaan voor al dat een Christen dietsch hart dierbaar is. Als dat nog iets is, moet dat iets in weerde houden, bewaren, verdedigen, immers de parijssche (d.i. wereldsche) zondvloed komt om al ! Enz…

Schrijft dan uwe woorden, elk een, afzonderlijk op de onbeschreven kant van ¼ blad briefpapier; ’t woord in de slinkeren hoek, om hoogewaard, daarbij stemzate, uitsprake, geslachte, beteekenisse, , tijd, plaatse, enz. Hebt gij 10, 20, 30 ww legt ze dan abc wijze, zodat ge elk w. terugvinden kunt. Alzoo hebik mijne schat, in eene cigaarbak geloove ik, naar Profr Bormans gezonden, alzoo heb ik hem terug ontvangen met ’s Prof’s kostelijke aantekeningen.
Om Angelsaksisch te leeren, moet ge met het engels beginnen.
Ontleedkundige woordenboeken in ’t Vl. zijn nog te maken, ’t Groot algemeen neêrlands woordenboek, dat uitkomt is op goeden weg.
Plaatsnamen ontleden en uitleggen is het moeilijkste van al; eerst moet gij de oude schrijfwijze, de oudste liefst van al, achterhalen en oefenen, anders geen uitkomen.
Vergelijk pater = vader, p = v, t=d, in ’t latijn. V in vol is is aan den zelfsten gang onderworpen, te weten p=v, vol = pel = ple, dat te vinden is in ple-re, ple-tus, ple-nus. Dat is een voorbeeld, zoekt er meer, maar op geen anderen weg.
Maas-eyck is waarschijnenlijkst van al de eyck (aan de) Maas, Behringen zal eertijds Behringaheim geweest zijn = le retranchement des enfants de Behr!
De plaats waar de familie Behr eerst woonde, enz.
M.Dejonckheere, mijn mede onderpastoor, is naar Ludike komen beêvaarden, hij heeft er achter Arthur gevraagd; ik blijve meest thuis.
Van Walen sprekende, dient gij ook de vl. Limburgsche woorden aan te teekenen in hunne oude en zeer merkweerdige tale loopen.
Mijn Kerkhofbloemen en ander zulk werk, zal ik u in’t korte zenden, gratis en ten bewijs van dankbaarheid over uw gedaan en beloofd werkzaam zijn, ten voordeele der zake, die mij onder hare dienaars telt.
Ik hebbe al veel Limburgsch, Kempens, etc. gelezen, bij niemand en vinde ik zulken diepe inkijk in de tale als bij u. Al zoeken zult gij leeren, het minste w. of woordendeelke, hoe leelijk ook, eerbiedigen en voor kostelijk achten. Wat gij eerst en vooral zoudt moeten doen is zuiver Limburgsch schrijven.
Ik zende u naastvolgende uwe lijste terug om afzonderlijk elk w. op een blad te schrijven.
Dus gegroet en A.L. mijne beste boodschap!
Blijve ul. toegenegen

Guido Gezelle


P.s.: Zendt mij op een briefkaartje a.u.b. of peddemook, oo gelijk is in rook of o gelijk is in kool, kolen. Is peddemook puiderek, ova etc. renarum?

Bepaalde dingen had G.G. onderlijnd en ook gebruikte hij heel wat afkortingen. Het papier was zeldzamer en kostbaarder in die tijd en allles moest met pen en inkt!

Robbe
Laatst gewijzigd door Robol op 05 mei 2009, 08:10, 1 keer totaal gewijzigd.
walk on with hope in your heart
And you'll never walk alone...

Alterego1
Lid geworden op: 20 jan 2006, 14:05
Locatie: Antwerpen

04 mei 2009, 18:31

Ook Alice Nahon behoorde tot
de vriendenkring van 't Cupke


Afbeelding
Alice Nahon en Jef Leynen

Ondanks zijn schuchterheid was Jef Leynen toch een treffelijk
voordrachtgever,die zowat doorheen gans Vlaanderen in grote
en kleine parochiezaaltjes,met veel bijval,uit het werk van Gezelle
en Cuppens declameerde.
Tijdens één van die voordrachten,in de winter van 1920,leerde
Jef Leynen de Antwerpse dichteres kennen.
Alice Nahon verbleef toen voor haar gezondheid in een sanatorium
te Tessenderlo,haar eerste dichtbundel "Vondelingskens" was
pas verschenen,en maakte het onderwerp van gesprek uit.
Omdat Jef Leynen toen ook redactiesecretaris was van de uitgave
"'t Daghet in den Oosten" viel er vanuit dat oogpunt ook wel
enige belangstelling te noteren om eventueel daarin enkele
gedichten van Alice Nahon op te nemen.
Het klikte in ieder geval meteen goed tussen Jef en Alice,ze werden
dikke vrienden,en Leynen introduceerde Nahon in zijn literaire
vriendenkring.
Sedert die ontmoeting ging Alice Nahon zich dan ook met veel
ijver verdiepen in het Limburgse culturele leven.
Zo gebeurde het dat ze met Pasen 1921 te gast was in Loksbergen
bij pastoor Cuppens,waar ondermeer ook de begaafde
kunstschilder Gaston Wallaert tot het kransje behoorde.
Alice Nahon moet wel indruk gemaakt hebben op Wallaert,
want hij wou van haar een portret-schilderij maken,
maar zover is het uiteindelijk toch niet gekomen.
Twee weken nadat Nahon te Loksbergen was geweest,
trok het hele gezelschap onder leiding van Leynen en Wallaert
voor een vriendendag naar Tessenderlo.
De bedoeling was uiteraard om er het charmante gezelschap
van Alice Nahon te treffen,maar die was door haar moeder
naar Antwerpen geroepen om mee te helpen aan het
communiefeest van haar jongste zusje Lucie.
Toch bleven ze allen via briefwisseling met elkaar geregeld in contact.
Jef Leynen,voor wie Nahon wel meer voelde dan enkel genegenheid,
ontmoette ze nog wel her en der tijdens zijn voordrachten,maar pas in
Augustus 1927 durfde ze hem te bekennen wat ze voor hem voelde.
Doch Jef Leynen gaf zich niet gewonnen,en liet zich niet verleiden tot
een huwelijksaanzoek,al hield hij ook wel van Alice,toch vermeed hij
het haar enige hoop te geven.In zoverre dat wanneer hij wist dat hij
samen met Alice Nahon ook ergens aanwezig zou zijn,hij er voor
zorgde dat hij omringd werdt door enkele geestelijken.
En eens bij een onaangekondigd bezoek van Alice bij hem thuis,
waar hij nog samen met zijn moeder woonde,
vluchtte hij langs de achterdeur naar buiten,terwijl Nahon
langs de voordeur werd binnengelaten!
En daar kon ook 't Cupke niks aan veranderen,
hoewel hij ook wel eens voor koppelaar durfde te spelen,
maar dat is voor een andere keer.

Alterego
To be or not to be,that's the question
Niemands meester,niemands knecht

Robol
Lid geworden op: 25 dec 2004, 14:48
Locatie: Beringen

04 mei 2009, 21:53

AfbeeldingAfbeelding
walk on with hope in your heart
And you'll never walk alone...

Alterego1
Lid geworden op: 20 jan 2006, 14:05
Locatie: Antwerpen

05 mei 2009, 01:40

Loquela (= de spreektaal),
Maandblaadje opgericht door Guido Gezelle over het West-Vlaams,
zoals het ten lande gesproken wordt,en verschenen van 1881 tot 1895.
Tot woordenboek omgewerkt in 1907-'9 door Julius Craeynest.

Gezelle begreep dat zijn taal, zelfs voor Vlamingen,
moeilijkheden opleverde,en voegde dus Woordenlijsten
bij zijn dichtbundels.

De nieuwe standaarduitgave heeft
door zorgvuldige taalkundige toelichting
de kennis van Gezelle's taal verrijkt.
Uit diezelfde school komt ook voort
het spring-levendige proza van Hugo Verriest,
dat zich geheel van de boekentaal losgemaakt heeft,
dat kunstrijk is, en tegelijk natuurlijk.

Met het voorbeeld van zulke voorgangers voor ogen,
verkreeg een brede kring van jongeren,
zich los makend van te schoolse voorschriften,
het zelfvertrouwen om naar eigen aard
een taal te schrijven die niet, als vroeger,
door een diepe kloof van hun gesproken taal
gescheiden was.

Ook voor de verdere ontwikkeling
van de Vlaamse letterkunde is de
Westvlaamse taal-emancipatie
van grote betekenis geworden.
To be or not to be,that's the question
Niemands meester,niemands knecht

Robol
Lid geworden op: 25 dec 2004, 14:48
Locatie: Beringen

05 mei 2009, 16:34

Het antwoord op de eerste brief van Gezelle, alsook zijn antwoord op volgende brief en enige andere zijn spijtig genoeg verloren gegaan, aldus August Cuppens in “’t daghet in den Oosten” 1910 n° 4.
Guido Gezelle had de raad gegeven in het Limburgs te schrijven. Gust: En wij beproefden het…eilaas!...op onze onbeholpen wijze, zoals volgende brieven en versjes, die ik letterlijk herafschrijf, het getuigen:



Eerwaarde Heer en Meester,

Gij zoudt bijkans niet kunnen gelooven hoedanig uw wijze en moedgevende brief ons heeft verblijd en hoe hij heeft rondgereisd onder de oogen van al wat hier maar iet of wat aan zijn taal houdt. Hartelijk en welgemeend zijt gij van ons allen bedankt, die u beloven, dat zij de moed niet gauw in hun schoenen zullen laten zakken.
Wij zullen ons eens sterk en voorgoed aan ’t woordrapen zetten; allewijl en gaat dat zoo schouw goed nog niet, maar onder het verlof kunnen wij bij de oude pekes en mekes thuis gaan kazelen en kallen zoveel als wij ’t goedvinden, en zoo een goede dikke zang oesten, bijzonder daar verschillige dutsche kameraden er hen ook zullen mee bezighouden. Na het verlof hebben we dan onze zangen te dorschen en te wannen.
Engelsch hebben wij al een heelen tijd geleerd, zoodat wij, als ’t nuttig is, binnen kort al te lichtelijk aan ’t Angelsaksisch zullen mogen beginnen. Wij zullen dan de verzamelde woorden zoo schrijven wie ge gezeid hebt. Versta ik het krek, dan zullen er 16 woorden op twee blaar papier staan en zoo bijv. 8 woorden met a op ’t eerste blad en weer 8 met b op ’t tweede, enz.
Ge zegt ook in uwen brief dat wij Limburgsch zouden schrijven. Goed, maar dat is nog zoo gemakkelijk niet. Schrijven en schrijven is twee! Limburgsche woorden er in smakken, dat zullen wij wel, maar zoodanig schrijven dat zij seffens hooren dat het uit Limburg komt!
Zouden wij bijv. de ij = î mogen schrijven, zoo zouden wij “wî schrîven meugen” op ’t papier zetten in de plak van die lelijke ij?
Zouden wij mogen zetten, zuutekes aan, het kindeken zîn vutekes enz. in plaats van zoetjes aan?
Zouden wij I(ch) mi(ch) u(ch) meugen zeggen?
En eindelijk of eindelik(?), hoe zullen wij, beginnende jongens, toch komen te kennen welke woorden zuiver en gangbaar Vlaamsch zijn.
Nogwat over “moorup”. Een Duitscher, of eerder een Belg van de grenzen heeft mij doen weten dat men te zijnent moothöffer = mot-heffer? zegt voor mol en in het Hoogd. maulwurf. Dat zou even zo redelijk zijn als moorrup, nie’waar?
Wij hebben Limburgers en Walen uitgevraagd over het woord arlêm of arlàm. Nieverants hebben wij iets anders gevonden dan ’t woord alärm voor huisruzie, ofwel in: “’t luidt alärm (Beeringen, Zonhoven, enz.). Te Beeringen zeggen wij voor mook, moek, maar ’t woord betekent daar wat anders als maag. 1° de darm of zak waar de uitwerpsels van een beest inzitten; 2° pens van een koe, bijv.
Zoo heeft men te Beeringen de moeke ener koe en de keuningskop of de kleinere zak die aan den moek hangt, geloof ik. Ik zet hier een stuksken verzen van M. Lenaerts achter, om U eens te laten oordelen of dat al redelijk Limburgsch zijn zou.




Van een slum waterblommeken

Middel in een droomend graafke
Bloeide een blom en liet heur blad
En heur’ groote witte kellik
Zuutekes golven op het nat
“Kik! Waarveur”, zoo zei een schaapke
“Gees du daar in’t graafke staan?
In ’t water,-lieflik blommeke,
kiekt dich immers niemand aan!
Kom hier op de groeze bloeien
Waar de wind dich wiegewaait
En het bieke mit zîn vlerkjes
Heel den dag din kelksken aait.”
-“Neen, min vrindje, sprak dat blommeke
Ik sta goed hier in dit vocht-
Vindt min wortel hier gin voedsel
En min blad gin frisse locht?
Op de groeze spelen schaapkes
Die gaan peuzelen aan min blâren
En in al hun vroolik huppelen
Zelfs min kellik niet en sparen”




vervolgt
walk on with hope in your heart
And you'll never walk alone...