Historie van Nederland

Dit is de plaats voor cultuur en historie. Ook voor nostalgie en geschiedenis van steden, dorpen, kerken, rivieren, enz. kan je hier terecht.

majke
Lid geworden op: 01 jan 2005, 00:20
Locatie: europa

13 jul 2006, 12:48

Afbeelding.
in het duingebied Setingsnollen ten Zuiden van De Koog.
****
Een wandeling van De Koog naar EcoMare door het duingebied Setingsnollen vergt nog geen uur en is zeker de moeite waard. Tussen De Koog en Den Hoorn ligt namelijk het enige bosgebied van betekenis dat op Texel te vinden is en dat maakt het landschap hier heel anders dan op de rest van het eiland. Tussen de dennenbossen en de zee zijn de duinvalleien vaak dicht begroeid met vlier- en duindoornstruiken.
***
Onderweg kom je het beeld tegen van Jacobus Pieter Thijsse, de bekende natuurvorser die eind negentiende eeuw enkele jaren op Texel woonde en werkte als onderwijzer. Hij was medeoprichter en later secretaris van de Vereniging tot Behoud van Natuurmonumenten en heeft vele publicaties op het gebied van natuur en milieu op zijn naam staan. Het beeld werd in 1997 gemaakt door Taeke Friso de Jong.
Afbeelding.
het beeld tegen van Jacobus Pieter Thijsse
in de duinen bij De Koog.
***
Verkade
***
Jac. P. Thijsse, zoals hij meestal wordt genoemd, werd vooral bekend door de natuuralbums die tussen 1905 en 1940 door de koekfabrikant Verkade werden uitgegeven. Er verschenen er in totaal 19, waarvan de meeste door Thijsse werden geschreven. De bij de albums behorende illustraties van planten en dieren werden bij de koek- en beschuitproducten van Verkade meeverpakt. Het was de bedoeling net zo lang te sparen tot je alle plaatjes van een album compleet had. Er ontstond dan ook een levendige ruilhandel in die plaatjes. Uit oogpunt van marketing in die tijd een meesterlijke zet van Verkade, met als neveneffect dat op deze manier duizenden kinderen spelenderwijs vertrouwd gemaakt werden met de natuur. De Verkade-albums bleven zo populair dat een aantal ervan recentelijk opnieuw is uitgegeven.
***
EcoMare is een combinatie van museum, dierenpark en bezoekers- en informatiecentrum voor het Wadden- en Noordzeegebied in het algemeen en voor Texel in het bijzonder. Het biedt leerzame exposities over de geschiedenis van het eiland sinds de IJstijd en over allerlei aspecten van de zee in relatie tot de menselijke activiteit. Een andere expositie belicht de verschillende scenario's voor de ontwikkeling van het eiland in de toekomst, waarbij een balans moet worden gevonden tussen economie, toerisme, natuurbehoud en cultuur. In de spectaculaire Waterzaal geven grote aquariums een beeld van de zee als leefgebied voor vissen en andere diersoorten die in deze wateren voorkomen.
***
Maar het meest populair is toch het buitenterrein, waar de vogel- en zeehondenopvang bekeken kan worden. Texel heeft een lange traditie op dit gebied. Al meer dan een halve eeuw geleden werden hier zieke en gewonde zeehonden of jongen die hun moeder verloren hebben, de zgn. 'huilers', opgevangen en verzorgd. Dat was in een tijd dat de zeehonden nog actief werden bejaagd in de Nederlandse wateren. Vanaf 1962, toen de jacht werd verboden, is het opvangbeleid erop gericht dat de dieren, nadat ze zijn hersteld en aangesterkt, weer in zee worden uitgezet.
Afbeelding.
Zeehond in EcoMare.
***
Door hun ontwapenende uiterlijk oefenen de zeehonden, vooral natuurlijk de kleintjes, op de meeste mensen een bijna onweerstaanbare aantrekkingskracht uit. Dat onschuldige uiterlijk is trouwens nogal misleidend. Zeehonden zijn echte roofdieren en niet bijzonder gesteld op mensen, zoals bijvoorbeeld dolfijnen. Als ze zich in het nauw gebracht of anderszins geïrriteerd voelen zullen ze letterlijk van zich afbijten!
**
Tweemaal per dag, om 11:00 en om 15:00 uur, worden de zeehonden gevoerd. Dat zijn de meest populaire tijdstippen om in EcoMare te zijn en dan verdringen de bezoekers elkaar rond de bassins om de capriolen te zien die de zeehonden uithalen om een visje te bemachtigen. Zelfs in november, buiten het hoogseizoen, is het nog behoorlijk druk rond voedertijd. Jaarlijks bezoeken zo'n 300.000 mensen EcoMare.
Afbeelding.
Voeren van Zeehonden in EcoMare .
****
Vanaf EcoMare verder naar het zuiden gaande komen we uiteindelijk terecht in Den Hoorn, het meest zuidelijke dorp van Texel en met 965 inwoners na De Waal het kleinste van het eiland. Dat is vroeger anders geweest. In de zeventiende en de achttiende eeuw was het dorp veel groter en belangrijk omdat hier veel loodsen woonden. Het beloodsen van de van hun verre reizen terugkerende VOC-schepen door de gevaarlijke wateren rondom Texel was toen een belangrijke bron van bestaan voor het eiland. Inwoners van Den Hoorn stonden op een nabijgelegen hoog duin op de uitkijk naar schepen die mogelijk een loods nodig hadden en omdat ze die schepen eerder in de gaten hadden dan hun collega's uit Oudeschild waren ze die vaak te snel af. Het duin, met ruim 24 meter het hoogste van Texel, heet tot op de dag van vandaag het Loodsmansduin.
**
Afbeelding.
het bekende witte Kerkjeven Den Hoorn
waarvan in feite alleen de toren wit gepleisterd is.
****
Het markante witte kerkje van Den Hoorn is een van de bekendste en meest gefotografeerde in Nederland. In vrijwel geen enkele fotopublicatie over Nederland ontbreekt het. Dat komt enerzijds door de bijzondere vorm, die ontstond toen in 1646 het koor werd afgebroken en vervangen werd door een rechte muur, en anderzijds door de geïsoleerde ligging aan de rand van het dorp. De kerk dateert uit 1425, de toren uit 1450.
***
De 15e-eeuwse torenklok hangt nog steeds in de toren, ondanks het feit dat deze in 1944 door de Duitse bezetter werd gevorderd om te worden omgesmolten voor de oorlogsindustrie, zoals toen bij vrijwel alle kerken in Nederland gebeurde. De klok werd met nog 200 andere per schip afgevoerd, maar de Nederlandse schipper liet vlakbij het eiland Urk zijn schip expres zinken. Na de oorlog konden alle klokken worden geborgen en zo kreeg ook Den Hoorn zijn klok weer terug.
**
De typische situering van het kerkje aan de rand van het dorp is te verklaren door het feit dat Den Hoorn in vroeger jaren veel groter is geweest. De kerk stond toen in het centrum van het dorp, maar toen in de negentiende eeuw het loodswezen als bron van inkomsten wegviel trokken veel bewoners weg en werden hun huizen afgebroken. Zo kwam het kerkje helemaal vrij in het landschap te staan.
****
http://islas.ruudbijlsma.nl/
als je je zelf niet helpt
een ander kan dat niet

majke
Lid geworden op: 01 jan 2005, 00:20
Locatie: europa

16 jul 2006, 13:21

Ga je vanuit Den Hoorn nog verder nog verder in zuidelijke richting dan kom je terecht in De Mok, een schitterend natuurgebied dat zeer geliefd is bij vogelaars. Op de dijk langs de Mokbaai kun je altijd mensen met verrekijkers en camera's in de weer zien. Daarachter ligt de Hors, de kilometers brede strandvlakte op de uiterste zuidpunt van Texel. Een bijna onwezenlijk landschap waar je je geheel verloren voelt.
***
Afbeelding.
De Hors het zuiderlijk puntje van Texel.
***
Op de Hors zijn we aan het eind gekomen van ons rondje Texel. Niet dat we alles al hebben gezien; daarvoor is het eiland gewoon te groot. Veel meer dan een globale indruk kan deze pagina dan ook niet geven. Wellicht heeft het je op het idee gebracht zelf eens een bezoek aan het eiland te brengen. Voor mij was het in november 2004 de zevende of de achtste keer dat ik op Texel was; ik ben de tel een beetje kwijt. Maar het zal vast niet de laatste keer zijn geweest!
***.

Afbeelding.
Zonsondergang aan het strand bij De Koog.
*******
dit was het einde van Texel.
**
http://islas.ruudbijlsma.nl/
als je je zelf niet helpt
een ander kan dat niet

majke
Lid geworden op: 01 jan 2005, 00:20
Locatie: europa

19 jul 2006, 10:51

Tiengemeten.
**********
Een vergeten snipper polderland
***

Tiengemeten. De meeste Nederlanders kennen het wel, of hebben er op zijn minst van gehoord. Sommigen weten zelfs bij benadering waar het ligt. Maar slechts weinigen kunnen zeggen dat zij er ooit geweest zijn. En waarom zou je ook? Want wat is er te beleven op deze vergeten snipper polderland, die al eeuwenlang onopvallend daar midden in het Haringvliet ligt? Een plek bovendien waar je nooit in een opwelling, onderweg van A naar B, even naartoe kunt gaan. Want je moet er echt moeite voor doen om er te komen.
**
Een blik op de kaart leert dat Tiengemeten het laatste echte eiland in het zuidwestelijk deel van Nederland is. Alle andere eilanden in de delta van Rijn, Maas en Schelde zijn met dammen en dijken en via bruggen en tunnels met elkaar of met het vasteland verbonden. Dat is de reden dat Tiengemeten door de jaren heen nauwelijks is geraakt door wat we doorgaans 'de vooruitgang' noemen. En naar het zich laat aanzien zal er in die situatie de eerstkomende tijd - gelukkig - ook geen verandering komen. Tiengemeten blijft dus het domein van de zoekers naar rust, natuur en het 'eilandgevoel'.
**
Tiengemeten dankt zijn naam aan de 'gemet', een oude Hollandse oppervlaktemaat ter grootte van ongeveer 5.000 m². Halverwege de zestiende eeuw lag hier in het Haringvliet een zandplaat die alleen bij hoog water onderliep en die toen tien gemeten groot was, ca. 0,05 km² dus. De Hollanders, altijd belust op landaanwinning, legden er een dijk omheen om een eind te maken aan de periodieke overstromingen en noemden het aldus ontstane eiland 'Tiengemeten'.
**
Afzondering
******

Van 1765 tot 1805 diende Tiengemeten als quarantaine-inrichting voor schepen die terugkeerden uit verre oorden. Als er een besmettelijke ziekte werd ontdekt aan boord moest het schip daar blijven. Er stond op het eiland een quarantainegebouwtje, ook wel Pesthuis genoemd, waar zieke matrozen verpleegd konden worden. Zeelieden die aan de ziekte overleden werden op het eiland begraven.
**
In 1805 werd de quarantaine gesloten en kort daarna werd de plek ingericht als marinedepot, inclusief kazerne en een kruitmagazijn. Gezien zijn ligging een ideale plek voor zo'n 'explosieve' voorziening! In 1958 werd het depot gesloten en verkocht het Ministerie van Defensie het terrein aan de inmiddels opgerichte beheersmaatschappij voor het eiland, de N.V. Tiengemeten.
**
De zee en vooral de rivieren voerden voortdurend slib aan dat zich op het eiland afzette. Die aangeslibde delen, hier 'slikken' genoemd, werden telkens ingedijkt en dan was er weer een stukje land gewonnen. Zo groeide Tiengemeten steeds groter, van de oorspronkelijke tien gemeten in de zeventiende tot bijna 10 km² in de twintigste eeuw. Na de afsluiting van het Haringvliet in 1970, als onderdeel van het Deltaplan, kwam dat proces goeddeels tot stilstand.
****

Afbeelding.
Tiengemeten in de 'Digitale Maquette van Nederland' van TerraDesk.
********
In het nieuws
*****

Eeuwenlang kabbelde het leven kalmpjes voort op Tiengemeten. Het eiland was lange tijd in particulier bezit. Er woonde een handjevol boeren die het land pachtten en er tarwe, aardappelen, suikerbieten, witlof en nog wat meer verbouwden. Verder gebeurde er eigenlijk nooit wat. Of het zou de stormvloed van 1953 moeten zijn, die in de nacht van 31 januari op 1 februari van dat jaar het zuidwesten van Nederland teisterde en Tiengemeten niet spaarde. Op diverse plaatsen bezweken de dijken en binnen een paar uur was het hele eiland overstroomd, waarbij twee inwoners omkwamen. Een tragedie voor de kleine eilandbevolking, maar tegen de achtergrond van het totale aantal van ruim 1.800 slachtoffers van deze ramp slechts een kanttekening bij het nieuws van die dagen
***
Tiengemeten kwam pas echt in het nieuws nadat het in 1967 was aangekocht door het bouw- en baggerbedrijf Volker Stevin. Dat die niet primair geïnteresseerd waren in de landbouw op het eiland was natuurlijk wel duidelijk. Maar de bewoners moeten zich wel rot geschrokken zijn van de plannen die voor hun eiland werden ontwikkeld en die in die dagen met enige regelmaat de kranten haalden. Het leek voorgoed gedaan met de rust op Tiengemeten.
****
Een van die plannen was om het eiland te gaan gebruiken voor de opslag van baggerslib, afkomstig van het uitbaggeren van havens en rivieren en zodanig verontreinigd met zware metalen dat het niet gewoon gestort kon worden. Het moest worden opgeslagen in speciaal te bouwen depots met een dijk eromheen, goed afgeschermd van de buitenwereld. Welnu, met Tiengemeten had Volker Stevin een 750 hectaren groot, reeds omdijkt gebied in handen en daarmee een gigantisch en goedkoop slibdepot. Het plan ging gelukkig niet door.
***
Maar daar bleef het niet bij. In de loop van de jaren zeventig en tachtig is Tiengemeten onder andere serieus in beeld geweest als mogelijke locatie voor een kerncentrale, voor de aanleg van een tweede grote nationale luchthaven ter vervanging van het Rotterdamse vliegveld Zestienhoven, voor de bouw van een windmolenpark en voor de vestiging van een bungalowpark. En al die plannen gingen uiteindelijk niet door. Volker Stevin verloor zijn interesse in het eiland en verkocht het in 1987 aan verzekeringsgigant AMEV.
**
In 1994 nam de overheid het definitieve besluit dat Tiengemeten een groen gebied moest blijven. Drie jaar later verkocht AMEV het eiland aan de Vereniging Natuurmonumenten, de grootste natuurorganisatie in Nederland. De bewoners haalden opgelucht adem; alle onheil leek definitief afgewend. Te vroeg, naar spoedig zou blijken!
***
Natuurmonumenten ontwikkelde namelijk een inrichtingsplan voor het eiland waarin geen plaats meer is voor landbouw. Op Tiengemeten moet de natuur weer zijn gang kunnen gaan. Voor het eerst op deze schaal gaan de Hollanders vrijwillig een stuk van hun op de zee veroverde land teruggeven aan het water, door de dijken te verlagen. Het in- en uitstromende water zal van het land een moerassige wildernis maken, met een rijk gevarieerde planten- en dierenwereld. Prachtig, maar de boeren zullen er wel voor moeten wijken.
**
De meeste bewoners hebben inmiddels eieren voor hun geld gekozen en hebben een afkoopregeling van Natuurmonumenten geaccepteerd. Anno 2003 is er nog maar één boerderij in bedrijf. Pas als deze laatste bewoners vertrokken zijn kan met de uitvoering van het inrichtingsplan worden begonnen. Zoals het er nu uitziet zal dat niet vóór 2007 zijn. Tot zolang blijven de akkers bebouwd worden, om verloedering van het landschap te voorkomen.
****
http://islas.ruudbijlsma.nl/
als je je zelf niet helpt
een ander kan dat niet

majke
Lid geworden op: 01 jan 2005, 00:20
Locatie: europa

23 jul 2006, 23:17

Een rondwandeling op Tiengemeten
*****
Een bezoek aan Tiengemeten begint zoals het hoort bij een echt eiland: bij de veerpont. In dit geval is dat de 'Sint Antonius', die een uurdienst onderhoudt tussen Nieuwendijk op het vasteland en het veerhaventje van Tiengemeten. Als je de pont mist heb je tijd voor een kopje koffie in het aanpalende restaurant, dat heel toepasselijk 'Veerdienst' heet. Geen slecht idee trouwens, want op het eiland is het met de catering droevig gesteld. Je bent daar volledig aangewezen op wat je zelf in je rugzak hebt meegenomen.
***
Hoewel het water dat Tiengemeten scheidt van het vasteland hier maar een halve kilometer breed is duurt de overtocht toch nog ongeveer een kwartier. Dat komt omdat de veerhavens niet recht tegenover elkaar liggen en we een stukje naar het oosten moeten varen. Het water aan deze kant van het eiland heet trouwens het Vuile Gat, een naam die doet vermoeden dat het hier vroeger verraderlijk kon spoken.
***
Afbeelding
De paarsgeverfde pont Sint Antonius in de veer haven van De Nieuwedijk.
*****
Tijdens de overtocht kun je alvast een blik werpen op het eiland. Veel meer is er niet te zien dan een hoge dijk, waar de kruinen van bomen en de daken van een paar huizen bovenuit steken en die je nieuwsgierig maakt naar wat er achter schuilgaat. Die dijk werd overigens pas gebouwd na de stormramp van 1953, toen de oude dijken op meer dan twintig plaatsen bezweken en het hele eiland overspoeld werd. Alle binnendijken van de in de loop der eeuwen toegevoegde poldertjes werden toen afgegraven, zodat het hele eiland nu één grote polder is.
***
Afbeelding.
Gezicht opTiengemeten vanaf de veerpont.
****
Als ik van de pont afstap en om me heen kijk lijkt op het eerste gezicht het landschap niet veel te verschillen van dat op het vasteland. Hetzelfde vlakke polderland, dezelfde kaarsrechte weggetjes met bomen erlangs, onder dezelfde prachtige Hollandse lucht. Maar toch voelt het anders. Misschien omdat je overal om je heen de horizon kunt zien, die wordt gevormd door de zeedijk. Nergens wordt je blik belemmerd. Het geeft je het gevoel dat je tot het einde van je wereld kunt kijken. En wat daarachter ligt is een ándere wereld, die er nu even niet toe doet.
***
Maar het grootste verschil merk je als je een stukje hebt gelopen, weg van de pont met zijn rumoerige dieselmotor. Het is de stilte die als een deken over je heen valt. Vooral het ontbreken van verkeerslawaai is opvallend, omdat we daar in dit drukke land zo aan gewend geraakt zijn. Er rijden wel een paar auto's en landbouwvoertuigen op Tiengemeten, maar echte verkeerswegen zijn er niet. Daardoor ontbreekt hier het constante achtergrondgeraas dat je vaak pas opmerkt als het verder stil is. Hier is het dus écht stil. Een verademing!
****

Afbeelding.
Fietsers op weg van de veerhaven naar het westen.
***
Afbeelding.
Een van de reeds jaren verlaten boerderijen.
*****
Afbeelding.
Kreek in de Benedenpolder.
***
Afbeelding.
Gezicht op het buurtje nabij de veerhaven.
***
De weg leidt langs een paar grote, verlaten boerderijen en een rijtje huizen. Samen zou je het met enige fantasie een gehuchtje kunnen noemen. Maar dat is het niet. Er is geen kerk, geen kroeg, geen winkel, niets, alleen een stalletje voor een van de huizen waar je bijenhoning van het eiland kunt kopen. Er staat niemand bij.
**
Een stukje verderop sla ik van de verharde weg af en volg de uitgezette wandelroute in zuidelijke richting via een pad tussen velden. De rust en de ruimte zijn weldadig. Je kunt bijna niet geloven dat je hier nauwelijks twintig kilometer van 'mainport' Rotterdam bent.
**
Voor me uit lopen twee andere wandelaars. Ik kruis een kaarsrecht asfaltweggetje waarlangs een groepje fietsers naar het westen rijdt. In de verte beweegt een landbouwmachine door het veld. Dit is het landschap van Tiengemeten dat gaat verdwijnen. Als je het nog wilt zien zoals het nu is moet je dus opschieten.
**
Inmiddels ben ik de route kwijtgeraakt; ik zie tenminste geen paaltjes met gekleurde koppen meer. Het is niet erg, want op Tiengemeten kun je niet echt verdwalen. Ik ben op weg naar de zuidkant van het eiland, waar ik in het buitendijkse gebied een indruk wil krijgen van het Tiengemeten van de toekomst.
*************
http://islas.ruudbijlsma.nl/
als je je zelf niet helpt
een ander kan dat niet

majke
Lid geworden op: 01 jan 2005, 00:20
Locatie: europa

30 jul 2006, 19:09

Even later ben ik het eiland dwars overgestoken en sta ik bovenop de dijk. Ik kan hier in één oogopslag zowel het 'oude' als het 'nieuwe' Tiengemeten overzien. Aan mijn linkerhand ligt het strakke, geordende landschap van de polder zoals hij nu nog is, aan mijn rechterhand de woeste wildernis van het buitendijkse land, de Blanke Slikken.
***
Afbeelding.
Geometrie op Tiengemeten.
****
Afbeelding.
Door de pas gemaaide korenvelden in de Benedenpolder.
****
Een halve eeuw geleden zou men een nieuwe dijk om dit gebied hebben gebouwd, wat sloten voor de afwatering hebben gegraven, een paar wegen hebben aangelegd om overal makkelijk te kunnen komen, en vervolgens zou men de grond hebben omgeploegd en aardappels hebben gepoot, of tarwe gezaaid. Weer een stukje polder erbij. Nu gaat dus het omgekeerde gebeuren.
***
Afbeelding.
Woonhuisje in Brienenswaard.
****
Afbeelding.
Op de buitendijk van de zuidkant van Tiengemeten.
****
Ik daal af van de dijk en via een slingerend pad door de manshoge begroeiing dring ik steeds dieper de wildernis binnen. De uitbundig bloeiende guldenroede kleurt het hele gebied tot een zee van bijna oogverblindend geel. Het enige geluid dat je hier hoort is het gezoem van insecten en het getjilp van vogels. Hier zou de nogal zeldzame blauwborst moeten nestelen, maar vandaag heeft hij kennelijk geen zin zich te laten zien.
***
Afbeelding.
Uitbundige kleurenpracht in de Blanken Slikken
met guldenroede,wilgenroosje en kornoelje.
***
Ik sla rechtsaf een zijpad in. Een paar minuten later sta ik plotseling aan de zuidkust van het eiland en kijk ik uit over het Haringvliet. Aan de overkant ligt het eiland Goeree-Overflakkee. Op deze mooie augustusdag biedt het water een vredige aanblik. Dat was in vroeger jaren wel eens anders! Tijdens de stormramp van 1953 werd juist het gebied rond het Haringvliet zeer zwaar getroffen.
****
Afbeelding.
Uitzicht op het Haringvliet en op het eiland
Goeree-Overvlakkee aan de zuidkust.
*****
http://islas.ruudbijlsma.nl/
als je je zelf niet helpt
een ander kan dat niet

majke
Lid geworden op: 01 jan 2005, 00:20
Locatie: europa

02 aug 2006, 10:18

De vlag van Tiengemeten.
*******************
Afbeelding.
De vier groene en zes witte vlakken verwijzen naar de tien gemeten die het eiland oorspronkelijk groot was. Het blauw aan weerszijden is het water en de dunne gele lijnen symboliseren de dijken die het eiland moeten beschermen. De korenaar verwijst naar de tarwe, ooit het belangrijkste product van het eiland. Links- en rechtsboven de wapens van de gemeenten Goudswaard en Zuid-Beijerland.
****.
Het Deltaplan uit 1958, dat werd ontwikkeld om een dergelijke ramp in de toekomst te voorkomen, voorzag dan ook in afsluiting van deze zeearm. Dat kon echter niet zoals elders met een volledig dichte dam, omdat het Haringvliet de belangrijkste afvoerroute voor het rivierwater van de Rijn en de Maas naar de zee is. Daarom bouwde men in de Haringvlietdam een 1 kilometer lang complex van 17 spuisluizen, die bij laagtij kunnen worden geopend om het rivierwater te spuien en die bij hoogtij gesloten zijn zodat het zeewater het Haringvliet niet meer kan binnendringen.
**
De afsluiting van het Haringvliet, die in 1970 werd voltooid, garandeerde de veiligheid van de bewoners van de eilanden, maar veroorzaakte ook grote veranderingen in het milieu in dit gebied. Het getij verdween en het zoute water werd vervangen door zoet rivierwater. Dit had uiteraard enorme gevolgen voor het planten- en dierenleven hier. Deze effecten waren wel voorzien, maar in de jaren zestig van de vorige eeuw telde milieuschade nog niet zo zwaar. Veiligheid ging boven alles.
***
De laatste jaren wordt echter gewerkt aan plannen om het oude zoute getijdenmilieu althans gedeeltelijk te herstellen. Dat kan door de sluizen in de dam ook bij hoogtij open te laten, zodat het zoute zeewater weer kan binnenstromen. Alleen bij hoge waterstanden worden de schuiven dan gesloten, zoals dat nu ook bij de Oosterscheldekering gebeurt. Dit project heeft de naam 'Getemd Getij' gekregen.
***
Natuurmonumenten is een groot voorstander van deze plannen, omdat deze perfect aansluiten op haar eigen plannen om op Tiengemeten het water vrij spel te geven. Het zal echter nog een aantal jaren duren voor het zover is. De verzilting van het Haringvliet levert namelijk problemen op voor de zoetwatervoorziening in het gebied, die eerst moeten worden opgelost alvorens de sluizen opengezet kunnen worden.
***
Ik wandel een klein uur evenwijdig aan de kust door het buitendijks gebied, waarbij ik via houten bruggetjes diverse landinwaarts lopende kreken kruis. Tijdens mijn wandeling kom ik geen mens tegen. Dan sta ik weer op de dijk en begin aan de terugtocht naar de veerhaven, dwars over het eiland. Het is moeilijk te beslissen welk Tiengemeten nu eigenlijk het mooist is: dat van de woeste kleurrijke wildernis op de slikken of dat van de vlakke polder met zijn rechte weggetjes, zijn bomenrijen en de witte zeiltjes die boven de kaarsrechte dijk uitsteken. Als het aan mij ligt blijft het allebei!.
****

Afbeelding.
Een zee van geel in de Blanke Slikken.
****
Afbeelding.
Kreek in de Blanken Slikken.
****
Afbeelding.
Guldenroede.
***
Afbeelding.
Veenwortel.
***
Wanneer ik langs de dijk terugloop naar de veerhaven zie ik de 'Sint Antonius' al komen aanpuffen. Ik zal me moeten haasten om hem niet te missen en een uur te moeten wachten. Ik werp een laatste blik over het weidse land en neem me vast voor in de toekomst hier terug te komen om te zien hoe het met het eiland gaat. Ruimschoots op tijd bereik ik de veerhaven en stap op de pont.
***
Afbeelding.
Karakteristiek Tiengemeten.
********
http://islas.ruudbijlsma.nl/
***
als je je zelf niet helpt
een ander kan dat niet

majke
Lid geworden op: 01 jan 2005, 00:20
Locatie: europa

04 aug 2006, 20:14

Eiland van vissers en zangers
************************

Vissers vind je op elke kust. Geen plaats aan zee met een haven die toch minimaal wel een paar vissers onder zijn bevolking heeft. Dat geldt dus zeker voor de eilanden die op deze site beschreven worden. Maar van al die eilanden is er niet één waarvan de geschiedenis zo onlosmakelijk is verbonden met de visserij als Urk.
**
Dat was al zo toen het nog een echt eiland was. Maar waar de visserij in de meeste andere plaatsen in het Zuiderzeegebied na het voltooien van de Afsluitdijk in 1932 wegkwijnde en vaak helemaal verdween bleven de Urkers gewoon doorvissen. Ze konden niet anders; het vissen zit hen nu eenmaal in het bloed. En zo kon het gebeuren dat Urk vandaag de dag nog altijd het belangrijkste visserijcentrum van West-Europa is, met de grootste vissersvloot. En dat terwijl het al ruim zeventig jaar niet eens meer aan open zee ligt!
**
Het harde en gevaarlijke vissersbestaan heeft in de loop der jaren hier een hechte, gesloten gemeenschap doen ontstaan, waarin het geloof een belangrijke rol speelt. Op een bevolking van een kleine 17.000 zielen telt Urk niet minder dan negentien kerken.
**
Die verbondenheid met de zee en met het geloof hebben bijgedragen tot het ontstaan van een traditie op het gebied van de koorzang. Dat vinden we ook wel op andere plaatsen rond de voormalige Zuiderzee, maar nergens zo sterk als hier. De 'Urker Zangers' en het 'Urker Mannenkoor Hallelujah' zijn gevestigde namen op dit gebied. Dat in het repertoire een belangrijke plaats is ingeruimd voor het geestelijk lied spreekt vanzelf.
***
Een bekende geschiedenis.
*********************.
De geschiedenis van Urk is nauw verbonden met die van de andere Zuiderzee-eilanden als Marken en vooral het nabijgelegen Schokland, waarmee het lange tijd één geheel vormde. Toch is er een belangrijk verschil. Urk is een natuurlijke verhoging in het landschap, een heuvel van keileem die tijdens de voorlaatste IJstijd, zo'n 130.000 jaar geleden, door de arctische gletsjers werd opgestuwd, terwijl die andere eilanden plat zijn. Wat dat betreft lijkt Urk meer op Wieringen, hoewel het veel kleiner is.
**
Rond het begin van onze jaartelling lag Urk als een duidelijk herkenbare, droge heuvel in het drassige veenlandschap rond het meer Flevo, later Almere genoemd, een zoetwatermeer dat in de loop van de tijd door inklinking van de bodem en door ontginning van het veen steeds groter werd. Zware stormen in de twaalfde en dertiende eeuw deden de zoute zee naar binnen stromen en sloegen veel van het land in het gebied weg. Zo werd het Almere tot Zuiderzee en werden Urk, Marken, Schokland en ook Wieringen eilanden.
**
Door zijn hoge ligging is Urk door de eeuwen heen een toevluchtsoord voor zijn omgeving geweest. Al in de tiende eeuw was er sprake van permanente bewoning, zoals blijkt uit een document uit 966 waarin het eiland wordt vermeld als zijnde het eigendom van twee kloosters. In de dertiende eeuw kwam Urk in het bezit van de graven van Holland en nadat het eiland nadien nog enkele keren van eigenaar was gewisseld kwam het in 1660 onder bestuur van Amsterdam.
**
De Amsterdamse belangstelling voor Urk was niet verwonderlijk. Het eiland was strategisch gelegen aan de druk bevaren scheepvaartroutes over de Zuiderzee. Het bezit van het eiland, waarop Amsterdam al in 1615 een vuurbaak had opgericht, gaf de stad een belangrijk voordeel in de concurrentiestrijd met andere Zuiderzeehavens zoals Enkhuizen, Hoorn en Medemblik.
**
Urk bleef tot 1792 bij Amsterdam behoren. In 1814, toen aan de Franse bezetting een eind was gekomen, werd het een zelfstandige gemeente, ingedeeld bij de provincie Noord-Holland. Pas in 1950 kwam een einde aan de langdurige relatie van Urk met het Hollandse; de reeds in 1942 drooggevallen Noordoostpolder inclusief de gemeente Urk werd toen aan de provincie Overijssel toebedeeld. Tijdelijk slechts, want op 1 januari 1986 werd het voormalige eiland een deel van de nieuw opgerichte provincie Flevoland.
***
Urk en de Zuiderzeewerken.
***********************
Voor Urk kwam er een paar jaar eerder een einde aan het eilandbestaan dan voor het zustereiland Schokland. Dat kwam omdat de plannenmakers van Rijkswaterstaat het eiland als het ware hadden opgenomen in de dijk van de aan te leggen Noordoostpolder. Toen de noordelijke tak van die dijk, die Urk verbond met Lemmer op de Friese kust, op 3 oktober 1939 werd gesloten was het officieel eiland af. Het jaar daarop werd ook de zuidelijke dijk voltooid en kon het droogpompen van de polder beginnen. Schokland, nu weliswaar helemaal omsloten door de polderdijk, was toen feitelijk nog steeds een eiland. Dat duurde nog tot 9 september 1942, de dag dat de Noordoostpolder officieel droogviel.
**

Afbeelding.
Urk ontbreekt (gedeeltelijk) in de 'Digitale Maquette van Nederland' van TerraDesk en is op de satellietopnames van
NLR / ESA te klein om details te zien. In plaats daarvan daarom een luchtfoto van digitaalurk.nl.
*****
Ook na de inpoldering bleef Urk dus, in tegenstelling tot Schokland, nog wel aan zee liggen. De gevolgen van de Zuiderzeewerken voor het leven op het eiland waren daardoor echter niet minder ingrijpend. De voltooiing van de Afsluitdijk in 1932 maakte al snel een einde aan de zeevisserij in de Zuiderzee, het belangrijkste bestaansmiddel van de bevolking op Urk. Maar de Urker vissers legden zich daar niet bij neer en verlegden hun werkterrein naar de Noordzee om te kunnen blijven vissen. En ze wisten te overleven.
**
In eerste instantie bleven de vissers hun thuishaven op Urk trouw. Maar vandaag de dag is vaartijd te kostbaar om telkens de lange tocht van de Noordzee, via de sluizen in de Afsluitdijk bij Den Oever en dan over het IJsselmeer naar het eiland, te maken. Bovendien zijn de schepen in de loop van de tijd steeds groter geworden, zodat ze de thuishaven nog maar moeilijk kunnen bereiken. De Urker vissersvloot brengt daarom zijn vangsten nu in Noordzeehavens als IJmuiden en Lauwersoog aan land. De vis gaat echter nog steeds naar de afslag op Urk, al is het dan tegenwoordig per vrachtauto. De nieuwe Urker visafslag vind je dan ook niet meer aan de haven, maar ergens midden op het industrieterrein.
***

De afsluiting van de Zuiderzee bracht nog meer ongerief met zich mee. Het zoute water werd langzamerhand brak en daarna zoet en dat leidde, vooral de eerste jaren na de afsluiting, 's zomers tot onafzienbare zwermen muggen, soms zo dicht dat de auto's er voor moesten stoppen. Daarna kwamen er massa's grote spinnen, die op die muggen afkwamen. Uiteindelijk werden de muggen- en spinnenplagen bestreden door het uitzetten van karpers in het IJsselmeer, die de muggenlarven opaten.
**
Natuurlijk waren er ook positieve gevolgen. Urk bestaat in feite uit twee delen, de hooggelegen 'berg' en een lager gelegen weiland, dat vóór de bouw van de Afsluitdijk regelmatig overstroomd werd. Na de inpoldering gebeurde dat niet meer en kwam deze ruimte beschikbaar voor bebouwing. Dat was goed nieuws, gezien de chronische ruimtenood op het eiland. Inmiddels is het weiland helemaal volgebouwd en heeft de bebouwing de grenzen van het oorspronkelijke eiland overschreden, tot op de bodem van de voormalige Zuiderzee. Dat heeft wel tot gevolg dat er op Urk nauwelijks groen is overgebleven. Voor een beetje natuur moeten de Urkers dus de polder in, naar het Urkerbos bijvoorbeeld, dat juist ten noorden van het voormalige eiland is aangelegd.
***
http://islas.ruudbijlsma.nl/
als je je zelf niet helpt
een ander kan dat niet

majke
Lid geworden op: 01 jan 2005, 00:20
Locatie: europa

07 aug 2006, 19:13

Een rondwandeling op Urk.
**********************
De meeste bezoekers komen vandaag de dag per auto naar Urk, hoewel er ook een bootdienst is die het eiland met Enkhuizen, aan de overkant van het IJsselmeer, verbindt. Die is echter voornamelijk van toeristische betekenis en vaart zo vroeg in het seizoen - het is half mei als ik het eiland bezoek - nog niet. Jammer, want met de auto is de aankomst op Urk weinig spectaculair.
**
Als je vanaf de snelweg A6 de afrit 13 richting Urk hebt genomen is er niets dat erop wijst dat je een eiland nadert. Aan je linkerhand zie je de dijk van de Noordoostpolder steeds dichterbij komen en rechts strekt zich een industrieterrein uit, zoals er bij elke willekeurige plaats wel te vinden is. 'Domineesweg' heet het hier, wel toepasselijk. Een stukje omhoog, langs het gemaal 'Vissering', over de ophaalbrug van de Urkervaart en vóór je er erg in hebt ben je er. Ik volg de richtingborden naar de havens en parkeer op het enorme, bijna lege parkeerterrein bij de IJsselmeer-visafslag.
***.
Afbeelding.
Urk Nieuwe Haven.
*****
Afbeelding.
Vissersschepen op de helling van de scheepswerf aan de Werkhaven.
****
Het valt direct op dat Urk een zeer bedrijvig plaatsje is. Langs de kades van de Werkhaven en op de werven wordt gelast, geboord, geschuurd, gehamerd en geverfd, kortom hard gewerkt aan diverse vissersschepen. Dit zijn niet de vissersbootjes van de romantische, toeristische plaatjes, maar forse zeewaardige schuiten. Het gebutste staal en de gehavende verflaag bewijzen dat deze schepen onder harde omstandigheden hun geld moeten verdienen. De panden langs de kade dragen opschriften als "Oliehandel", "Machineonderdelen" of "Scheepsbenodigdheden", in plaats van "Souvenirs" of "Boutique". Nee, dit is geen vakantie-eiland.
Afbeelding.
Brits vissersschip aan de kade in de Werkhaven.
****
Afbeelding.
Drukte en bedrijvigheid in de Oosthaven op de achtergrond
de toren van het museum Het oude Raadhuis.
****
Via de Raadhuisstraat loop ik naar het VVV-kantoor om mijn wandelroute op te halen. De straat is feestelijk versierd, want binnenkort is de Visserijweek, een evenement dat eens per twee jaar gehouden wordt. Het programma vermeldt een groot aantal activiteiten op allerlei gebied, zoals een visserijbeurs, open dag op de visafslag, bezichtiging van diverse vissersschepen, een hardloopwedstrijd, optredens en nog veel meer.
Afbeelding.
Versierde straten vanwege de Visserijweek.
****
De routebeschrijving van de VVV heeft als titel 'Een ginkiestocht', genoemd naar de 'ginkies', de smalle steegjes die in het oudste gedeelte van Urk veel voorkomen. Maar in eerste instantie voert de route langs de grote, gereformeerde Bethelkerk terug naar de haven, de Westhaven in dit geval. Het zijn meest plezierboten die hier afgemeerd liggen. Het is er nog rustig, want het seizoen is nog niet echt begonnen.
Afbeelding.
Op de terrasjes aan de Westhaven is het 's zomers goed toeven.
*****
De Westhavenkade telt verscheidene cafés en restaurants met terrassen die uitkijken op het water. Hier moet het in de zomer goed toeven zijn. Vandaag is het echter nog uitgestorven. Aan het einde van de Westhaven ligt de oude scheepswerf, die in de negentiende eeuw met de hand uit de berg van Urk werd gegraven en die later werd ommuurd. De muur aan de westzijde werd opgemetseld door Belgische militairen die hier tijdens de Eerste Wereldoorlog - Nederland was toen neutraal - verbleven. Er was toen namelijk op Urk een interneringskamp voor Belgische, Franse en Engelse officieren die in Nederland terechtgekomen waren. Op het geïsoleerde eiland, waar ze bovendien streng bewaakt werden, hadden ze weinig kans om te ontsnappen en naar de oorlog terug te keren.
*****
http://islas.ruudbijlsma.nl/
als je je zelf niet helpt
een ander kan dat niet

majke
Lid geworden op: 01 jan 2005, 00:20
Locatie: europa

11 aug 2006, 12:57

De vlag van Urk.
*************.
Afbeelding.
De vlag van Urk toont een witte schelvis op een veld van blauw, omzoomd met banen van wit en rood. Dezelfde vis komt ook voor in het gemeentewapen.
*******
De oude scheepswerf blijkt nog steeds in gebruik. Er liggen verschillende kleine vaartuigen op de hellingen, waaraan gewerkt wordt. Een reiger loopt vlak vóór de helling in het water van de haven heen en weer, alsof hij de baas van het spul is. De aanwezigheid van zo'n vogel benadrukt dat Urk vandaag de dag meer bij het land dan bij de zee hoort.
***
Afbeelding.
De oude ommuurde scheepswerf aan de Westhaven.
****
Afbeelding.
Een blauwe reiger houdt toezicht op de werkzaamheden
op de oude scheepswerf.
***
Voorbij de scheepswerf wijk ik even van de VVV-route af om een kijkje te nemen aan het strand, aan de overkant van de Westhaven. Er lag hier van nature altijd al een smalle strook zand, gevormd in de luwte achter het havenhoofd, maar het strand is in latere jaren ten behoeve van de recreatie aanzienlijk vergroot. Op zomerse dagen is het hier een drukte van belang, maar vandaag is het nog veel te koud en is het strand leeg. De ijzeren frames voor de afvalzakken, keurig in het gelid als de grafstenen op een kerkhof, verlenen het toneel een wat desolate indruk. Maar vanaf hier heb je wel een prachtig uitzicht op de 'Kaap van Urk', met daar bovenop de vuurtoren. Dat is op Urk de plek waar het 'eilandgevoel' nog het meest tastbaar is blijven hangen.
***
Afbeelding.
Zicht op de Kaap met de vuurtorenvanaf het strand.
***
De Ommelebommelestién
***
Vlak vóór de kust van Urk, bij de vuurtoren, ligt een grote zwerfkei in zee die destijds door de arctische gletsjers vanuit Scandinavië hierheen werd gevoerd. Alleen bij laagwater is hij te zien. Volgens een oude Urkse legende komen hier de kindertjes vandaan. De aanstaande vader moest met een bootje naar deze steen roeien om daar - tegen betaling - zijn spruit in ontvangst te nemen. Hij werd daarbij bijgestaan door een vroedvrouw. Voor een jongetje moest tweemaal zoveel worden betaald als voor een meisje! De kei werd plaatselijk bekend als de 'Ommelebommelestién'.
********************
Urk wordt vaak vergeleken met Marken en dat is ook niet verwonderlijk, want ze hebben veel gemeen. Hun ligging in de vroegere Zuiderzee, de visserij, de kleine huisjes aan de smalle straatjes die geen naam hebben maar hier op Urk Wijk 1, Wijk 2 enz. heten en op Marken Buurt 1, Buurt 2 enz., en natuurlijk de traditionele klederdrachten. Maar als ergens het verschil tussen beide eilanden tot uiting komt dan is het hier wel, bij de vuurtoren. Want waar het beroemde 'Paard van Marken' als het ware met zijn voeten in het water staat, daar zien we de Urker vuurtoren op een heuse kaap staan die, 12 meter hoog, in zee uitsteekt. Wat een contrast met het platte Marken!
**
Een stenen trap leidt naar de voet van de bijna 19 meter hoge toren, die in 1844 werd gebouwd op de plaats van de vroegere vuurbaak. In 1920 kreeg hij elektrisch licht en in 1989 werd de bediening geautomatiseerd waardoor de lichtwachter overbodig werd, zoals helaas op ook op veel andere plaatsen gebeurde.
**
Het uitzicht vanaf de kaap is op deze heldere meidag schitterend; naar het zuiden toe zie je de brug waarmee de A6 het Ketelmeer kruist, en daarachter zijn in Flevoland het windmolenpark en de energiecentrale van Lelystad zichtbaar. In noordelijke richting kijk je voorbij het Urkerbos naar de beboste kliffen van Gaasterland aan de Friese zuidkust.
***


http://islas.ruudbijlsma.nl/
als je je zelf niet helpt
een ander kan dat niet

majke
Lid geworden op: 01 jan 2005, 00:20
Locatie: europa

15 aug 2006, 16:36

Vanaf de vuurtoren loop ik via de Vuurtorenstraat (zo hoort het te zijn) naar het pleintje waaraan, verscholen tussen het groen, het 'Kerkje aan de Zee' ligt, het oudste kerkgebouw op Urk. Het werd gebouwd in 1786, of beter gezegd herbouwd, want het oorspronkelijke kerkje dat uit 1714 dateerde was zo bouwvallig geworden dat het moest worden gesloopt. Het wapen van Amsterdam boven de ingang, met de drie kruisen die staan voor Heldhaftig, Vastberaden en Barmhartig, getuigen van de nauwe banden van Urk met de hoofdstad in die tijd.
***
Afbeelding.
De vuurtoren op de westpuntvan het eiland.
****
Afbeelding.
De Vuurtorenstraat in het oudste deel van Urk.
****
http://islas.ruudbijlsma.nl/
Slechts een paar stappen verwijderd van het Kerkje aan de Zee ligt het Vissersmonument, ter nagedachtenis aan de in de loop der tijden op zee omgekomen Urker vissers. Het is het beeld van een vissersvrouw, die vergeefs wacht op de terugkeer van man of zoon. Zij staat met haar rug naar de zee, de rok opbollend in de wind, en kijkt nog éénmaal achterom of ze misschien toch nog in aantocht zijn. Een indrukwekkend beeld, dat in 1968 werd onthuld door de toenmalige koningin Juliana.
***
Afbeelding.
Het Kerkje aan Zee het oudste kergebouw op Urk.
***
Op panelen in de borstwering zijn de namen van omgekomen vissers gegraveerd, met de jaartallen en de leeftijden. Vaak lees je dezelfde namen op één plaquette. Geen wonder; op de visserschepen voeren vaders en zonen, broers en neven vaak samen en als er dan een schip verging werd zo'n familie zwaar getroffen. De laatst bijgeschreven namen hebben het jaartal 1999, een bewijs dat ook in recente tijden de zee zijn tol blijft eisen. Dat de slachtoffers blijven voortleven in de gedachten van de Urker bevolking bewijzen ook de bloemenkransen die, in het kader van de aanstaande Visserijweek, aan de voet van het beeld zijn gelegd.
***
Afbeelding.
Het Vissersmonument
Een visservrouw wacht tervergeefs op de terugkeer van haar geliefden.
****
als je je zelf niet helpt
een ander kan dat niet

majke
Lid geworden op: 01 jan 2005, 00:20
Locatie: europa

18 aug 2006, 23:47

Afbeelding.
Als het schip verging werden vaak hele families zwaar getroffen.
***
Het Vissersmonument staat op de uiterste noordpunt van Urk. Hier houdt het eiland op en begint de polder, die oorspronkelijk Urkerland zou gaan heten maar uiteindelijk de prozaïsche naam Noordoostpolder kreeg. Joost mag weten waarom. Het hoogteverschil met de polder is hier aanzienlijk, veel meer dan bij het meer recent gebouwde deel van Urk, waar het voormalige eiland bijna ongemerkt overgaat in de zeebodem. Een deel van de bebouwing heeft daar de eilandgrenzen zelfs overschreden.
**
Afbeelding.
Hier houd het eiland op en begint de polder.
*****
Min of meer de VVV-route volgend dwaal ik door het oudste gedeelte van Urk, terug in de richting van de havens. Het valt me op dat veel van de historische pandjes fraai gerestaureerd zijn, terwijl andere er soms wat verwaarloosd en verpieterd uitzien. Ook staan er op sommige plaatsen hele nieuwe huisjes tussen, waardoor het geheel hier en daar een wat rommelige indruk maakt.
**
Afbeelding.
Veel huisjes in het oudste gedeelte van Urk zijn fraai gerestaureerd
jammer dat er zoveel auto's geparkeerd staan.
***
Een indruk die wordt versterkt door de auto's die overal in de straatjes en op de pleintjes geparkeerd staan. Het is bijna onmogelijk een foto van een aardig straatje te maken zonder dat er auto's hinderlijk in de weg staan. Dat is nog een groot verschil met Marken, waar de auto's meestal op een van de parkeerterreinen worden achtergelaten. Marken maakt toch al een meer opgeruimde indruk, als een openluchtmuseum, terwijl Urk meer een plek is waar wordt geleefd en gewerkt.
**.
Uiteindelijk lukt het me toch een foto te maken zónder auto's. In een van de steegjes zie ik een oudere man en vrouw, zij bezig met het ophangen van de was, hij zittend op een stoel, genietend van het zonnetje. De traditionele rolverdeling! Jammer dat ze niet ook nog in de Urker klederdracht zijn. Maar als je die tegenwoordig nog wilt zien dan ben je aangewezen op speciale gelegenheden zoals de Urker Dag, de zaterdag voor Pinksteren.
Afbeelding.
Steegje in het oudste gedeelte van Urk.
**
Terug op de Westhavenkade loop ik restaurant 'De Zeebodem' binnen voor een kop koffie met een stuk kersenvlaai. Ik ben er de enige gast. "Vanmiddag wordt het wel drukker hoor" zegt de vriendelijke serveerster, bijna verontschuldigend. Met haar blonde krulletjes, blozende wangen en stevige postuur zou ze zó model hebben kunnen staan voor het beeld van het Vissersmonument.
De koffie en de vlaai zijn heerlijk, maar ik besluit de beloofde drukte niet af te wachten en vertrek. Als ik Urk verlaat zoals ik gekomen ben, langs het gemaal en de Domineesweg naar de A6, bedenk ik hoe anders het is om van hier te vertrekken dan van bijvoorbeeld Terschelling of Vlieland. Het gevoel dat je hebt bij het afscheid van een eiland zegt vaak veel over het karakter ervan. Urk, het dichtstbevolkte van alle eilanden die op deze site beschreven worden, heeft best veel te bieden, maar helaas heeft het van zijn 'eilandgevoel' veel verloren.
****.
Afbeelding.
Urk vanaf de zeezijde.Van links naar rechts de torens van het
Kerkje aan Zee .
De Bethelkerk en het museum. Het Oude Raadhuis.
*********************
http://islas.ruudbijlsma.nl/.
als je je zelf niet helpt
een ander kan dat niet

majke
Lid geworden op: 01 jan 2005, 00:20
Locatie: europa

21 aug 2006, 19:22

Het meest veelzijdige eiland
*********************.
Walcheren, het meest veelzijdige eiland. Een slogan die zó uit een folder van de plaatselijke VVV zou kunnen komen. Als je dergelijke folders mag geloven is de beschreven stad of streek altijd wel op de een of andere manier uniek. En vaak wordt er zo kwistig met superlatieven gestrooid dat je er argwanend van wordt.
**
Voor Walcheren gaat de kwalificatie 'het meest veelzijdige eiland' echter zonder meer op. Elk eiland dat op deze site wordt beschreven heeft zijn eigen charmes, maar nergens anders vind je zo'n verscheidenheid aan attracties bij elkaar als hier. Om te beginnen heeft Walcheren een mooie duinenkust met prachtige stranden en een handvol gezellige, sfeervolle badplaatsen. Het binnenland bestaat uit een lieflijk polderlandschap met kronkelende dijkjes waar het heerlijk wandelen of fietsen is. Verder zijn er de prachtige, middeleeuwse stadjes en steden met als hoogtepunt Middelburg, de provinciehoofdstad van Zeeland waar altijd van alles te doen is. Met Vlissingen heeft Walcheren dan ook nog de derde zeehaven van Nederland in huis en laten we vooral het Veerse Meer niet vergeten, dat het eiland tot een geliefde bestemming voor de watersporters maakt.
**
Het kan zonder meer een indrukwekkende opsomming worden genoemd, die bovendien nog niet eens compleet is. Door zijn strategische ligging aan de monding van de Schelde heeft Walcheren de rijkste historie van alle eilanden die op deze site worden beschreven. Het is dan ook geen toeval dat het administratief en bestuurlijk centrum van de hele provincie hier gevestigd is. En het zal daarom al bij voorbaat duidelijk zijn dat er over dit eiland heel wat te vertellen valt.
***.
Een strategische plek
******************.
De delta in het zuidwesten van Nederland is door de eeuwen heen een constant veranderend gebied geweest. Dat feit is op de pagina's die de andere Zeeuwse eilanden beschrijven al meermalen vermeld. De zee en de rivieren, en later ook de mens, zorgden ervoor dat de landkaart van dit gebied er elke eeuw weer anders uitzag. Water werd land, later soms weer water en uiteindelijk dan toch weer land. Een historische atlas van de tegenwoordige provincie Zeeland is als een geïllustreerd verslag van de altijddurende strijd van de mens tegen het water.
**
Maar wat er in de loop der eeuwen ook allemaal veranderde, één ding bleef gelijk, en dat was de rivier de Schelde die bij wat nu Walcheren is de strandwal doorbrak en in de Noordzee uitmondde. Zo'n monding van een rivier is per definitie een aantrekkelijke plek voor de mens om zich te vestigen. De zee biedt de mogelijkheid om handel te drijven met andere landen, terwijl via de rivier van overzee aangevoerde goederen verder landinwaarts kunnen worden getransporteerd. Of, omgekeerd, lokale producten vanuit het achterland kunnen worden aangevoerd om naar overzee te worden verscheept. Als regel geldt: wie de riviermonding in handen heeft beheerst in feite de hele rivier, en dus ook de lucratieve handel. Een stelling die ook voor Walcheren geldt en die het eiland, naast veel voorspoed, ook een hoop ellende heeft gebracht.
**
De Romeinen, die zo rond het begin van onze jaartelling deze kant opkwamen, wisten de strategische voordelen van de Scheldemonding op hun waarde te schatten en stichtten hier hun enige nederzettingen in het ruige deltagebied. Een ervan lag ongeveer op de plaats van het huidige stadje Domburg op Walcheren; de andere nabij Colijnsplaat op wat nu Noord-Beveland is. Overigens moeten we daarbij niet vergeten dat de eilanden Walcheren en Noord-Beveland in die vorm nog helemaal niet bestonden en dat we in feite geen idee hebben van hoe de landkaart van het gebied er toen uitzag. Waarschijnlijk was de monding van de Schelde in die tijd vanaf land gemakkelijker te bereiken dan in latere eeuwen het geval was.
***.
Hoe dan ook, de aanwezigheid van de Romeinen op Walcheren werd onomstotelijk aangetoond toen in 1647 na een hevige storm vanonder de duinen bij Domburg resten tevoorschijn kwamen van een aan de godin Nehalennia gewijde tempel. Soortgelijke vondsten werden aan het eind van de twintigste eeuw gedaan bij Colijnsplaat waar ooit Ganuenta, de andere Romeinse nederzetting lag. Hier werden meer dan 200 beelden en altaarstenen met de beeltenis van Nehalennia opgevist uit het water van de Oosterschelde. Dergelijke beelden werden door kooplieden aan deze beschermvrouwe van de zeevarenden opgedragen uit dankbaarheid voor een behouden overtocht.
**
Uit de aard van de vondsten kan de conclusie worden getrokken dat deze nederzettingen een zekere luxe en welvaart hadden bereikt die voordien in deze streken onbekend was. Daaraan kwam in de derde eeuw n.Chr. een einde, toen hevige overstromingen en binnenvallende Germaanse stammen het deltagebied teisterden en de meeste bewoners op de vlucht joegen. Tijdens deze onstuimige periode is Walcheren waarschijnlijk een eiland geworden.
***
In de daaropvolgende eeuwen lag het gebied er troosteloos en verlaten bij. Pas vanaf de zesde eeuw was er weer sprake van een min of meer permanente bewoning; het waren Friezen die uit het noorden kwamen afzakken en zich in de hoger gelegen kuststrook vestigden. Zij stichtten ongeveer op de plaats van de vroegere Romeinse nederzetting aan de monding van de Schelde een nieuw handelsplaatsje en gaven het de naam Walacria ('wal acra' betekende 'grote akker'). Waarschijnlijk is de huidige naam Walcheren hiervan afgeleid, hoewel andere bronnen de Vikingkoning Walcherius als naamgever van het eiland aanwijzen.
***
In de negende eeuw kreeg het kustgebied te maken met invallen door de Vikingen, die lang niet altijd met vredelievende bedoelingen kwamen. In veel gevallen liep het uit op plundering en moord. Om zich hier enigszins tegen te kunnen verdedigen werden op verschillende plaatsen versterkte 'burgen' gebouwd. Plaatsnamen zoals Middelburg, Souburg (Zuidburg) en Domburg (Duinburg) herinneren daar nog aan.
***
Vanaf de elfde eeuw groeide de bevolking in het gebied van het huidige Walcheren gestaag en breidde de bewoning zich vanaf de kuststrook verder landinwaarts uit naar de daarachter gelegen schorren. Om huis en have te beschermen tegen de voortdurende overstromingen en om meer land geschikt te maken voor bewoning werd de bouw van dijken serieus ter hand genomen. In deze periode werden ook de eerste waterschappen opgericht om de aanleg en het onderhoud van de polders gezamenlijk aan te pakken.
***
Afbeelding.
Kaart van Zeelandomstreeks 1300 waarop de vorm van Walcheren
al duidlijk herkenbaar is .
****
Dat proces van bedijking begon op Walcheren en daarom vinden we de oudste polders in het deltagebied hier. Rond 1300 had het eiland al min of meer zijn huidige vorm en omvang bereikt, wat op de kaart hiernaast te zien is. Terwijl bijvoorbeeld Noord- en Zuid-Beveland en Tholen nog nauwelijks als zodanig herkenbaar zijn is de typische ruitvormige omtrek van Walcheren al heel duidelijk zichtbaar. In de loop van de ruim zeven eeuwen daarna zou het eiland eigenlijk nog maar nauwelijks veranderen.
********
http://islas.ruudbijlsma.nl/
als je je zelf niet helpt
een ander kan dat niet

majke
Lid geworden op: 01 jan 2005, 00:20
Locatie: europa

24 aug 2006, 20:11

Door natuurlijke oorzaken begon in de twaalfde eeuw de Oosterschelde, tot dan toe de belangrijkste vaarverbinding tussen de Noordzee en het Vlaamse achterland, steeds meer te verzanden. Als gevolg daarvan zocht het water van de Schelde een alternatieve uitweg via de Westerschelde waardoor deze zijarm zich tot de voornaamste vaarweg ontwikkelde. Het strategisch belang van Walcheren, aan de monding van de Westerschelde nam hierdoor enorm toe. De keerzijde was dat het eiland betwist gebied werd tussen de graven van Vlaanderen en Holland, die een langdurige strijd uitvochten om de heerschappij in deze regio. Een strijd die tenslotte in het voordeel van Holland werd beslist.
**
Toen de rust enigszins was teruggekeerd ontwikkelde het eiland zich voorspoedig. Middelburg, waar Norbertijner monniken uit Vlaanderen al in de twaalfde eeuw een abdij stichtten, kreeg in 1217 stadsrechten, Vlissingen volgde in 1315 en Veere in 1355. Omstreeks dezelfde tijd werden bij Vlissingen de eerste havens gebouwd, welke in de loop van de volgende eeuwen regelmatig werden uitgebreid.
**
In de zestiende eeuw werden de relatieve rust en de welvaart wreed verstoord door overstromingen, epidemieën en oorlog. De beruchte stormvloeden van 1530 en 1532, die overal in het deltagebied dood en verderf zaaiden en bijvoorbeeld Noord-Beveland volledig van de kaart veegden, richtten op Walcheren betrekkelijk weinig schade aan. Dat was mede te danken aan de duinenrij die het eiland aan de zeezijde afdoende beschermde. Verder had men hier het langste ervaring met dijkenbouw, zodat wellicht de kwaliteit van de dijken hier wat beter was dan elders. De pestepidemie die aan het begin van deze eeuw heerste maakte echter ook op Walcheren veel slachtoffers.
**
In de tweede helft van deze eeuw begonnen de godsdiensttwisten tussen de aanhangers van het uit Duitsland geïmporteerde Protestantisme en de gevestigde orde van het Katholicisme te escaleren. Dat leidde uiteindelijk tot een opstand van de grotendeels tot het Protestantisme bekeerde Lage Landen tegen het gezag van Spanje. De Spaanse koning Filips II stuurde zijn beste veldheer, de hertog van Alva, naar deze contreien om orde op zaken te stellen. Alva, die vanwege zijn keiharde optreden de bijnaam 'IJzeren Hertog' had, zag direct het strategisch belang van Walcheren in en besloot tot de legering van een garnizoen op het eiland en de bouw van een dwangburcht bij Vlissingen.
**
Maar het verzet was taaier dan hij had verwacht. De opstandelingen werden gesteund door de Geuzen, ongeregelde troepen zeerovers die het, met hun vloot van kleine bootjes, de Spanjaarden in het waterrijke deltagebied erg lastig maakten. De 'IJzeren Hertog' kon niet voorkomen dat zij in april 1572, met steun van de plaatselijke bevolking, de stad Vlissingen innamen en het Spaanse garnizoen verjoegen. In 1584 viel tenslotte ook Middelburg in handen van de opstandelingen onder Willem van Oranje. De Norbertijnen moesten vertrekken uit hun abdij en het complex werd in gebruik genomen voor het burgerlijk bestuur, wat tot op de dag van vandaag zo gebleven is.
**
Dat betekende niet dat de strijd daarmee gestreden was. De gewapende opstand die later bekend werd als de Tachtigjarige Oorlog zou nog tot 1648 duren en leiden tot een deling van de Nederlanden, waarbij het Noorden een onafhankelijke republiek werd en het Zuiden onder het gezag van Spanje bleef. Toen de Spanjaarden in 1585 de stad Antwerpen veroverden bleek opnieuw de strategische waarde van Walcheren; de opstandelingen beheersten nu de monding van de Schelde en waren in staat het scheepvaartverkeer naar Antwerpen volledig lam te leggen.
**
De val van Antwerpen had tot gevolg dat veel welgestelde Vlamingen naar de Noordelijke Nederlanden vluchtten. Velen van hen vestigden zich in Zeeland, wat leidde tot een belangrijke impuls aan het economische, sociale en culturele leven en bijdroeg aan de ontwikkeling van steden als Middelburg, Vlissingen en Veere. De vele schitterende monumentale gebouwen in die steden herinneren aan deze bloeiperiode, de Gouden Eeuw, die tot het eind van de zeventiende eeuw duurde.
***.
Afbeelding.
Kaart van Zeeland omstreeks 1650
***
In de achttiende eeuw was de bloei over zijn hoogtepunt heen. Door de opkomst van Amsterdam als centrum van de wereldhandel was al veel economische activiteit uit Zeeuwse steden als Middelburg en Veere naar de hoofdstad van de Republiek verplaatst. De opkomst van het Britse Imperium maakte dat de invloed van de Nederlanden als economische grootmacht afnam. Daardoor ging het verder bergafwaarts en werden de Zeeuwse steden steeds meer stille plaatsen van vergane glorie.
**
Aan het einde van de achttiende eeuw werden de Nederlanden een soort van satellietstaat van Frankrijk, en vanaf 1806 zelfs een provincie van het Napoleontische keizerrijk. Napoleon wist de strategische betekenis van Walcheren snel op zijn waarde te schatten en legerde er permanent een Frans garnizoen. Tegelijkertijd begon hij de havens van Vlissingen en Antwerpen om te bouwen tot marinebases, ter voorbereiding van een invasie van Engeland. De Britten wachtten dat niet af en voerden in 1809 een militaire operatie tegen Vlissingen uit, waarbij de stad zwaar werd beschadigd.
**
Toen in 1815 met de Franse nederlaag bij Waterloo een eind kwam aan het Napoleontische tijdperk bleef Walcheren, na het vertrek van de laatste Fransen, berooid achter. Door de jarenlange status van militair terrein was de handel vrijwel volledig tot stilstand gekomen. Het eiland was verworden tot een achtergebleven, moeilijk bereikbaar gebied. De oprichting van het Koninkrijk der Nederland in 1815 bracht aanvankelijk weinig verbetering in de uitermate belabberde economische situatie.
**
In 1830 werd het strategisch belang van Walcheren opnieuw onderstreept toen België, na een korte opstand, zich onafhankelijk van de rest van Nederland had verklaard. Nederland reageerde prompt door het afsluiten van de Westerschelde waardoor het scheepvaartverkeer van en naar Antwerpen, de belangrijkste havenstad in België, tot stilstand kwam. Aan deze situatie kwam pas in 1839, toen de vrede tussen Nederland en België definitief werd getekend, een einde.
***
http://islas.ruudbijlsma.nl/
als je je zelf niet helpt
een ander kan dat niet

majke
Lid geworden op: 01 jan 2005, 00:20
Locatie: europa

28 aug 2006, 09:45

Afbeelding.
Zeeland omstreeks 1930
voor de uitvoering van het Deltaplan.
******
Het bleef kwakkelen met de economie op Walcheren, totdat de komst van de spoorweg in 1872 een einde maakte aan het isolement van het eiland. Hierdoor werden zowel Middelburg als Vlissingen aangesloten op het Nederlandse spoorwegnet. Een jaar eerder was het Sloe, het water tussen Walcheren en Zuid-Beveland, al door een dam afgesloten zodat er wegverkeer tussen de beide eilanden mogelijk werd. Vervolgens werd in 1873, ter vervanging van het Sloe als vaarverbinding tussen Wester- en Oosterschelde, het Kanaal door Walcheren in gebruik genomen. Het liep dwars door het eiland, van Vlissingen via Middelburg naar Veere. De havens van Vlissingen werden uitgebreid met twee binnenhavens en bovendien vestigde zich hier in 1875 de scheepswerf 'De Schelde', die zich ontwikkelde tot een belangrijke bouwer van marineschepen en die voor veel bedrijvigheid en werkgelegenheid zorgde.
**
Met de spoorlijn kwam ook het toerisme goed op gang. Het stadje Domburg ontwikkelde zich tot een mondaine badplaats die tot ver over de landsgrenzen populair werd, vooral onder de meer welgestelden. Vorsten, politici, industriëlen en kunstenaars, kortom de hele Europese 'jetset' van de negentiende eeuw was hier kind aan huis, onder andere aangetrokken door de reputatie van de geneeskrachtige en heilzame werking van het zeewater bij Domburg. Het sociale en culturele leven stond er op een hoog niveau. Vandaag de dag straalt de plaats nog altijd een zekere grandeur uit.
*
Tijdens de Tweede Wereldoorlog werd Walcheren opnieuw het slachtoffer van haar strategische ligging aan de mond van de Schelde. Al snel na de capitulatie van Nederland in mei 1940 werden Duitse militaire installaties bij Vlissingen een permanent doelwit voor geallieerde bommenwerpers. Na afloop van de oorlog zou blijken dat Vlissingen de twijfelachtige eer van de meest beschoten stad van Nederland te beurt viel.
*
Het einde van de oorlog was voor Walcheren uitermate wrang. Na D-Day op 6 juni 1944 rukten de geallieerde troepen in snel tempo vanuit Noord-Frankrijk op naar het noorden. Daardoor werden de aanvoerlijnen voor bevoorrading vanaf de provisorische havens aan de Normandische kust steeds langer. Voor de slotcampage tegen het Derde Rijk hadden zij dringend behoefte aan een dichterbij gelegen, goed uitgeruste haven en die van Antwerpen voldeed aan alle voorwaarden. Begin september 1944 vielen stad en haven zo goed als onbeschadigd in handen van Britse troepen, maar dat succes was waardeloos zolang de Duitsers nog op Zuid-Beveland en Walcheren zaten en het scheepvaartverkeer op de Schelde volledig controleerden.
*
Die Duitsers moesten daar verdreven worden voordat de haven van Antwerpen kon worden gebruikt, maar de vraag was: hoe? Het eiland was vanaf de landzijde via de smalle, zwaar verdedigde dammen niet of nauwelijks toegankelijk en de zeezijde was onderdeel van de Atlantik- Wall, de versterkte Duitse kustverdedigingslinie die reikte van Noord-Noorwegen tot aan de Pyreneeën. De Geallieerden kozen uiteindelijk voor de methode die de de Nederlanders zelf zo vaak als krijgsmiddel hadden ingezet: het water. Op 3 en op 29 oktober 1944 bombardeerde de RAF de zeedijk bij Westkapelle, waardoor er een gat van 150 meter ontstond en vrijwel heel Walcheren onderliep. De bevolking was vooraf door middel van pamfletten gewaarschuwd, maar door onnauwkeurigheid viel er een aantal bommen op het dorp, waardoor zo'n 200 bewoners omkwamen.
*
De inundatie van Walcheren beperkte de Duitsers in hun bewegingen en bevoorrading, maar zij bleven zich fel verdedigen. Pas op 1 november slaagden troepen van de 52e Schotse Lowland Divisie erin op Walcheren te landen en de Duitsers, ondanks hevige tegenstand, te verslaan. Zo betaalde Walcheren opnieuw een hoge prijs voor zijn strategische ligging; het eiland was geruïneerd en het zou tot oktober van het volgende jaar duren voor de dijken waren hersteld en het water was weggepompt, zodat voorzichtig kon worden begonnen met het herstel.
*
De stormvloedramp van 1 februari 1953, die in het deltagebied enorme verwoestingen aanrichtte en aan 1835 mensen het leven kostte liet Walcheren zo goed als ongemoeid. De duinen, die hier trouwens erg hoog zijn, boden afdoende bescherming en de dijken hielden het zodat er, op een enkele uitzondering na, nergens land overstroomde. Er waren op heel Walcheren slechts 5 slachtoffers te betreuren; een gering aantal vergeleken met de andere eilanden.
*
Door de uitvoering van de Deltawerken is er ook op Walcheren veel veranderd. Door de afsluiting van het Veerse Gat in 1961 werd het eiland verbonden met Noord-Beveland en verloor Veere haar betekenis als vissershaven. De Veerse vissersvloot kreeg een nieuwe thuishaven in Colijnsplaat op Noord-Beveland. Aan de positieve kant van de balans staat het Veerse Meer, een ideaal watersportgebied dat achter de Veerse Dam is ontstaan en het toerisme op Walcheren een belangrijke impuls heeft gegeven. Daarnaast heeft het eiland via de diverse Deltadammen een veel betere verbinding met de rest van het land gekregen.
*
Afbeelding.
Satellietfoto van Walcheren.
**************
Het Sloegebied ten oosten van Vlissingen is in de jaren zestig en zeventig van de vorige eeuw grotendeels ingepolderd en er is hier een belangrijk haven- en industriegebied ontstaan. Hoewel dit complex gedeeltelijk op het oorspronkelijke Zuid-Beveland ligt behoort het toch tot de Gemeente Vlissingen op Walcheren, waardoor de ooit zo duidelijke natuurlijke grens tussen beide eilanden volkomen vervaagd is. Dankzij de Sloehavens mag Vlissingen zich nu qua grootte de derde haven van Nederland noemen, na Rotterdam en Amsterdam.
****************
http://islas.ruudbijlsma.nl/
als je je zelf niet helpt
een ander kan dat niet

majke
Lid geworden op: 01 jan 2005, 00:20
Locatie: europa

30 aug 2006, 13:39

Een dagje op Walcheren.
********************.
Mijn eerste bezoek aan Walcheren duurt slechts één dag en ik weet al bij voorbaat dat dat veel te kort is. Hoewel het eiland niet al te groot is is hier zoveel te zien dat een week nog niet genoeg zou zijn om meer dan een globale indruk te krijgen van wat Walcheren te bieden heeft. Helaas, het is niet anders en ik zal het er voorlopig mee moeten doen, tot een eventueel vervolgbezoek.
*
Mijn 'rondje Walcheren' begint in Westkapelle, dat de meest westelijke plaats op het eiland is. Het ligt precies op de punt die als een kaap naar het westen wijst en heeft daardoor een tamelijk hoog 'Lands End' gehalte, hoewel het niet de meest westelijke plaats van heel Nederland is. Die eer valt Sint Anna ter Muiden in Zeeuws-Vlaanderen te beurt, aan de andere kant van de Schelde. Maar daar kun je de grens met België oversteken en gewoon verder reizen in westelijke richting, naar Knokke-Heist aan de kust. Hier in Westkapelle houdt het land op en kun je echt niet verder naar het westen.
*
De geschiedenis van Westkapelle gaat ver terug. Al in 1223 verleende de Hollandse graaf Floris IV de plaats stadsrechten, tegelijk met het vlakbij gelegen Domburg. Op dat moment waren en in heel Zeeland maar vier steden: Middelburg, Zierikzee, Domburg en Westkapelle. Tot halverwege de zestiende eeuw was Westkapelle een welvarende vissershaven, maar daarna ging het bergafwaarts. De haven moest wijken voor de bouw van de zeedijk om het stadje te beschermen tegen de zee en de economische activiteiten verplaatsten zich naar Vlissingen en Middelburg. Door het bombardement van oktober 1944 is van die vroegere bloeitijd vrijwel niets bewaard gebleven. Alleen de oude vuurtoren staat er nog.
*.*
Afbeelding.
De Karateristieke 15e-eeuwse Vuurtoren van Westkapelle.
***
Die toren, met zijn nogal merkwaardige uiterlijk, is meteen de opvallendste blikvanger van het stadje. Hij hoorde oorspronkelijk bij een driebeukige, aan St. Willibrordus gewijde kerk die rond 1470 werd gebouwd. In 1818 werd de vijftig meter hoge toren omgebouwd tot een vuurtoren door de torenspits te verwijderen en er een lichthuis op te plaatsen. Het schip van de kerk werd in 1831 door brand verwoest en daarna niet meer herbouwd.
***
De andere blikvanger van het dorp is de zeedijk, uit de aardrijkskundelessen op de basisschool bekend als de 'Westkappelse Zeewering'. Dit is een van de twee plaatsen langs de Nederlandse kust waar de duinenrij onderbroken is en een dijk moest worden gebouwd om het land te beschermen (de andere is de 'Hondsbossche Zeewering' bij Petten in Noord-Holland). De eerste dijk hier werd al in de 15e eeuw gebouwd om de afkalvende duinen te versterken.
Afbeelding.
De massieve Westkappelse Zeewiering
die het dorp Westkapelle en het hele eiland Walcheren beschermt.
**
De ligging direct achter de dijk werd Westkapelle in 1944 noodlottig. Op 3 en 29 oktober bombardeerde de RAF de dijk, met de bedoeling het land onder te laten lopen en zo de Duitsers te verdrijven. Helaas werd daarbij het dorp grotendeels verwoest. Op 1 november landden Britse troepen bij Westkapelle en kon de bevrijding van Walcheren beginnen. Ter nagedachtenis hieraan werd er op de plaats van de bres een Sherman tank op de zeedijk geplaatst.
**.
Afbeelding.
Monument ter nagedachtenis aan de landing vande Geallieerden
op 1 November 1944.
***
Achter de zeedijk ligt een kreek, die ontstond als gevolg van de bombardementen van oktober 1944. Het door de bres in de dijk binnenstromende water schuurde hier een metersdiepe geul uit. Toen een jaar later het gat was gedicht en het eiland weer was drooggelegd bleef hier water in staan. Rond deze kreek heeft zich een waardevol natuurgebied ontwikkeld, zodat het bombardement tenslotte toch ook nog iets goeds teweeg heeft gebracht.
Afbeelding.
De Kreek achter de dijk bij Westkapelle die ontstond
van het bombarnement van october 1944.
****
http://islas.ruudbijlsma.nl/
als je je zelf niet helpt
een ander kan dat niet