12.4.2.1 Provincie Oost-Vlaanderen
12.4.2.1 Provincie Oost-Vlaanderen
De provincie Oost-Vlaanderen kan een tegemoetkoming toekennen aan de personen of gezinnen die bij hen thuis een bejaarde verzorgen die op medisch vlak hulpbehoevend is.
- Voorwaarden
Opdat de aanvrager aanspraak zou kunnen maken op de tegemoetkoming moet de bejaarde minstens 75 jaar oud zijn, in rechte lijn een bloed- of aanverwant zijn in de eerste of tweede graad en aangewezen zijn op verzorging en hulp bij de normale dagelijkse handelingen. Dat houdt in dat :
- ofwel twee van de hierna vermelde aandoeningen op hem toepasselijk moeten zijn;
- bedlegerig zijn;
- in de onmogelijkheid verkeren zich alleen te verplaatsen;
- hulp behoeven bij het eten of bij het toilet;
- incontinent zijn.
- ofwel dat de bejaarde in een toestand van psychische stoornis of dementie moet verkeren.
De personen of gezinnen bij wie de bejaarde wordt verzorgd en de bejaarde zelf dienen te voldoen aan volgende voorwaarden om in aanmerking te komen voor deze subsidiëring:
- in de provincie Oost-Vlaanderen gedomicilieerd zijn en er ook effectief wonen;
- een gezamenlijk netto belastbaar inkomen hebben dat niet groter is dan 27268.28 euro per jaar wanneer de bejaarde alleenstaande is en 32226.15 euro per jaar wanneer het gaat om een echtpaar. Deze bedragen worden verhoogd met 10% per kind ten laste en nog eens bijkomend met 10% voor iedere persoon met een handicap van minstens 66% die deel uitmaakt van het gezin van de aanvrager.
- ofwel twee van de hierna vermelde aandoeningen op hem toepasselijk moeten zijn;
- De premie
De tussenkomst van de Provincie bedraagt 2.47 euro per kalenderdag, met een maximum van 619.73 euro per jaar.
- De aanvraag
De aanvraag moet worden ingediend bij de Gouverneur van de Provincie Oost-Vlaanderen, uiterlijk op 31 maart van het jaar volgend op dit waarvoor de tegemoetkoming wordt aangevraagd. Aanvragen die na deze datum worden gedaan, kunnen ten vroegste uitwerking hebben op 1 januari van het lopende jaar.
Volgende stukken dienen te worden voorgelegd :
- een verklaring op eer dat de bejaarde gedurende de periode waarvoor de aanvraag wordt gedaan steeds en ononderbroken in het gezin van de aanvrager heeft verbleven;
- een medisch attest waaruit de hulpbehoevendheid en de noodzaak van verzorging van de in het gezin verblijvende bejaarde blijkt;
- een uittreksel uit de bevolkingsregisters van de woonplaats van de aanvrager, om de huisvesting in deze gemeente en de samenstelling van het gezin te bewijzen. Uit dit stuk moet o.m. ook blijken dat de bejaarde deel uitmaakt van het gezin van de aanvrager;
- een kopie van het aanslagbiljet van de belastingen betreffende het voorlaatste jaar (bijvoorbeeld aanvraag gedaan voor 1999 = inkomsten 1997); zowel voor de inkomsten van de aanvrager als voor die van de betrokken bejaarde. Voor deze laatste eventueel elk ander bewijs.
De aanvrager staat een eventuele controle van de Provincie toe. De aanvrager stuurt binnen de gestelde termijn alle gevraagde inlichtingen op die door de Bestendige Deputatie worden aangevraagd en deelt iedere wijziging in de gezinssituatie onmiddellijk aan het provinciebestuur mee.
De tegemoetkomingen worden door de Bestendige Deputatie verleend binnen de perken van de daartoe op de provinciebegroting voorziene kredieten.
Deel via