Deel via

4.6 Als het einde nadert

4.6 Als het einde nadert

Afscheid nemen van iemand die ons dierbaar is, is een zeer intiem gebeuren. Voor vele mensen is thuis mogen sterven, tussen gezins- en familieleden, dan ook hun diepste wens. Thuis weet men zich omringd door mensen die men liefheeft. Men voelt zich gesteund in deze periode, die vaak gepaard gaat met lichamelijke en emotionele pijn. De zorgbehoevende persoon sterft immers alleen, maar het stervensproces beleeft hij samen met mensen die hem liefdevol omringen. Hun aanwezigheid helpt hem om pijn en angst te dragen.

Omdat sterven veel meer een diepmenselijk dan een medisch gebeuren is, kan sterven thuis gebeuren. Thuis hebben de zorgbehoevende persoon en de familieleden rustig de tijd om afscheid te nemen. Men kan afscheid nemen op eigen tempo en wijze. Zelfs na het overlijden kan het lichaam thuis opgebaard worden, zodat afscheid kan genomen worden op elk moment van de dag en zoveel keer als men dat wenst.

Palliatieve hulp
Palliatief komt van het Latijnse 'pallium', dat mantel of deken betekent. Palliatief heeft voor ons de betekenis gekregen van een verzachtende begeleiding bij het sterven, terwijl de eigenlijke betekenis 'pijnbestrijding' is.

In heel Vlaanderen zijn professionelen opgeleid tot palliatief deskundigen. Zij ondersteunen families en professionelen bij het stervensproces. Daarnaast beschikken zij vaak ook over een team van vrijwilligers die, indien u dat wenst, komen waken bij de zieke.

Door het RIZIV worden multi-disciplinaire begeleidingsequipes voor palliatieve thuiszorg gefinancierd, die in de palliatieve netwerken moeten zijn ingeschreven. Een palliatief netwerk is een vorm van samenwerking rond de patiënt, waarbij alle partijen die bij de palliatieve zorg betrokken zijn, worden samengebracht, dus zowel de mantelzorg als de verschillende diensten. De bedoeling is de krachten te bundelen om zo de totaalzorg te realiseren.

Gevoelens en communicatie omtrent het levenseinde
Niet zelden zal iemand die stervende is, willen praten over zijn situatie. Zorgdragers mogen deze signalen niet negeren. Praten maakt rustig. Luister zoveel mogelijk naar de wensen, verwachtingen en angsten die de zorgbehoevende persoon omtrent zijn overlijden uit. Vindt u het zelf te pijnlijk om over het naderend overlijden te praten, geef de stervende dan de kans om het aan anderen te vertellen. Hoe moeilijk dit ook is, probeer eerlijk te zijn tegenover uzelf en probeer in elk geval de wens van de stervende te respecteren.

Wenst de zorgbehoevende persoon zelf niet te praten over zijn situatie, respecteer dit dan. Misschien zal hij het niet zo duidelijk uiten, maar blijft hij bijvoorbeeld praten over: 'als ik genezen ben, dan...' De wens van de zorgbehoevende persoon zou steeds het uitgangspunt moeten zijn. Zorg er echter wel voor dat u zelf ergens terecht kunt met uw vragen.

Bij iemand die met de dood wordt geconfronteerd, is angst een erg normaal verschijnsel. De zieke kan angstig zijn voor het onbekende, voor de eenzaamheid, voor de pijn en het lijden. Men kan deze angst niet echt wegnemen, maar men kan ermee leren omgaan zodat ze niet omslaat in paniek. Angstige mensen kan u warmte geven door uw aanwezigheid, door hun hand vast te houden of te strelen, of gewoon door er te zijn.

Een stervende denkt ook na over zijn leven. Daarbij kunnen ook schuldgevoelens, schaamtegevoelens of een depressie optreden. Neem deze gevoelens steeds ernstig en wuif ze niet weg. Laat de stervende uitpraten en eventuele ruzies bijleggen.

Een stervende verliest beetje bij beetje zijn maatschappelijke rollen. Hij heeft zijn werk opgegeven, het huishouden aan anderen overgelaten, hij kan geen rol meer spelen in het sociale leven, ... Hierdoor kan snel een gevoel van machteloosheid en waardeloosheid ontstaan. Het is belangrijk de persoon achter de ziekte niet te vergeten. Blijf met de zieke omgaan zoals u dat altijd heeft gedaan.

Niet alleen de zieke zelf beleeft een rouwproces, ook de familie. Elke betrokkene zal dit proces van verwerking en aanvaarding van het afscheid op zijn eigen manier en op eigen tempo doormaken. De één zal erover praten, de ander zal daar nog niet aan toe zijn. Dit leidt vaak tot spanningen en 'elkaar niet verstaan'. Nochtans komen beide houdingen voort uit onmacht en verdriet om het komend verlies van een familielid. Geef elkaar de tijd en respecteer elkaars manier van omgaan met verlies (Zie ook 4.4 'Leren leven met zorgbehoevendheid').

Stel moeilijke gesprekken ook niet uit. Soms leidt uitstel tot afstel. Wanneer de zorgbehoevende persoon overleden is, blijven de familieleden te vaak met een schuldgevoel achter : 'Had ik maar...' of 'Ik had nog willen zeggen dat...'. Maak tijd voor elkaar en besteed de weinige tijd die u en de zorgbehoevende persoon nog rest, zinvol.

Afscheid nemen gebeurt bij velen geleidelijk, stap voor stap. Bij elke stap achteruit neemt de zorgbehoevende persoon wat afscheid van zijn bekwaamheid tot zelfzorg, van het leven. Wees u daarvan bewust. Durf dit afscheid stap voor stap meebeleven.

Tenslotte moeten er een aantal praktische zaken geregeld worden. Geef de zorgbehoevende persoon de kans om financiële regelingen te treffen. Misschien wenst hij ook een aantal praktische zaken, zoals zijn begrafenis, te regelen. Wuif dit niet weg: het zou een gemiste kans zijn om aan de (laatste) wens van de zorgbehoevende persoon tegemoet te komen.

De familie bepaalt het afscheid nemen en de manier van begraven, niet de begrafenisondernemer of de pastoor. Spreek indien mogelijk met de zorgbehoevende persoon over de wijze waarop hij begraven wil worden. Als dat niet meer mogelijk is, denk dan met uw familie samen na over de wijze van afscheid nemen en begraven. Maak uw wensen en die van de overledene duidelijk aan de begrafenisondernemer. Neem reeds op voorhand contact met hem op. Dit is echter niet eenvoudig : u beleeft een moeilijke periode en de begrafenisondernemer is eraan gewend die taak over te nemen. Zelfs indien u op voorhand reeds afspraken met hem maakte, zal u assertief moeten zijn.

Er zijn mensen die u hierbij kunnen helpen. U kan onder meer contact opnemen met het :

Natuurlijk Doodscentrum,
Van Trierstraat 18,
2018 Antwerpen
tel.: (03) 237 81 43.

Na het overlijden komt misschien nog de moeilijkste taak. Uw leven zal anders ingevuld, anders georganiseerd moeten worden. U en uw familie maken een rouwproces door. Er is een heel andere situatie ontstaan, vaak een leegte. Er komt tijd vrij die opnieuw opgevuld moet worden. Zorgdragers blijven voortaan weg: geen dokters, verpleegkundigen, kinesisten, gezinshelpsters of vrijwilligers meer in huis. Ook relationeel kan er een leegte ontstaan. Die moet worden opgevuld met nieuwe sociale contacten, die niet langer voortkomen uit een zorgrelatie (Zie ook 4.2 'Gevoelens in de thuiszorg').

 

Bron: Werkgroep thuisverzorgers vzw

 

Dossier inhoud

Poll

    Aantal Stemmen: