Deel via

Politiek en vakbonden: handen af van pensioenbeleid

May 2018
Wanneer het in de media gaat over de pensioenhervorming, lopen de emoties dikwijls heel hoog op. Begrijpelijk, volgens columnist Jan Schils. Er staat immers voor de meeste mensen heel wat op het spel. Het is dan ook zeer de vraag of de politiek en de vakbonden, die elkaar steeds in de haren vliegen, de juiste partijen zijn om de bevolking een minstens redelijke pensioenregeling te kunnen aanbieden.

Wie wil er geen financiële zekerheid over de periode na zijn of haar beroepsleven? Wie wil het na een leven van hard werken financieel slechter hebben dan hij of zij gewend was? Wie kan het waarderen dat hier in België, maar ook in andere landen van de Europese Unie, de pensioengerechtigde leeftijd wordt opgetrokken tot 67 jaar of ouder? Het argument dat hiervoor wordt gebruikt, is dat we allemaal ouder worden en anders de dag zal komen dat de pensioenen niet meer betaalbaar zullen zijn.

België hinkt achterop

Elders in Europa (onder andere in Scandinavië, Oostenrijk, Nederland) heeft het pensioendebat al plaatsgevonden en weten de mensen waar ze financieel aan toe zijn. Daar zijn ze verzekerd van waardevaste en ‘leefbare’ pensioenuitkeringen.

België hinkt ook op dit gebied achterop in Europa. Er worden vaak louter om politieke redenen lukraak maatregelen genomen, die onvoldoende doordacht zijn en zo complex dat de gemiddelde burger er totaal niets van snapt. Je kunt je afvragen of die zogenaamde ondoordachtheid geen opzet is om ten aanzien van bepaalde pensioenregelingen geen kleur te hoeven bekennen en de problemen voor zich uit te schuiven. Zoals we allemaal weten zijn politici – van welke politieke strekking ook – daar kampioenen in.

Duivel uit de doos

Net zoals voorgaande regeringen heeft ook de federale regering-Michel verschillende pensioenmaatregelen genomen. Allemaal hebben deze maatregelen gemeen dat ze behalve ingewikkeld ook dikwijls onlogisch en onrechtvaardig zijn of tenminste zo bij de doorsnee burger overkomen. In een commentaar in een eerder rechtse Belgische financieel-economische kwaliteitskrant lezen we dat de regering-Michel de ‘fout’ heeft gemaakt om de deur open te zetten voor uitzonderingen op de strengere pensioenvoorwaarden voor wie een zogenaamd ‘zwaar beroep’ uitoefent. Het was volgens deze krant te voorspellen, dat de vakbonden en andere lobbygroepen deze kans zouden aangrijpen om die deur heel ver open te zetten. M.a.w. de duivel is uit de doos en die krijgt niemand er terug in …  Want plotseling meent de overgrote meerderheid van de bevolking een dergelijk zwaar beroep te hebben, dat recht geeft op een vroeger pensioen dan op 65-jarige leeftijd. Er is veel voor te zeggen om mensen die echt tientallen jaren een zwaar beroep hebben uitgeoefend, dat hen fysiek en/of geestelijk heeft uitgeput, eerder dan met 65 jaar met pensioen te laten gaan. Er is evenveel voor te zeggen dat gezonde mensen, dikwijls vijftigers, die om welke reden ook onder een totaal willekeurige voorkeursbehandeling of beschermd regime vallen, deze vipbehandeling wordt ontnomen.

Plots heeft de meerderheid van de bevolking een zwaar beroep, dat hen recht geeft op een vroeger pensioen dan op 65 jaar.

Zwaar beroep

beach-2090091_640Vanuit vakbonds- en lobbyistenvisie gezien is het een logische reactie, dat zij zoveel mogelijk Belgen wegens het uitoefenen van een ‘zwaar beroep’ vervroegd naar zonnige zuiderse landen en stranden proberen te sturen. Maar die reactie mist elke verantwoordelijkheidszin. De vakbonden moeten beseffen dat, wanneer hele groepen werknemers uit een bepaalde sector in de categorie ‘zware beroepen’ wordt ondergebracht, het financiële draagvlak voor de uitkering van pensioengelden verzwakt. Wanneer onverhoopt het aantal pensioengerechtigden het aantal werkenden overstijgt, barst de bom. Dan is het afgelopen met een waardevast pensioen. De verschillende elkaar bekampende partijen in het Belgische pensioendebat zouden moeten inzien en aanvaarden dat de vertraagde economische groei, de vergrijzing en de stijgende levensverwachting ontwikkelingen zijn die zij – evenals de klimaatopwarming - niet kunnen blijven negeren als ze werkelijk bezorgd zijn over de pensioenen.

Eind vorige week werd een akkoord gemeld tussen de minister van Pensioenen en de christelijke en liberale vakbonden over een lijst van zware beroepen. Bij de N-VA en Open VLD wisten ze van niets. Het bestaan van een akkoord zonder dat zij daarbij betrokken waren, pikten deze partijen niet. Zowel de N-VA, Open VLD, als de entourage van premier Charles Michel benadrukken dat de financiering een belangrijk struikelblok zal zijn. ‘Voor er zelfs nog maar sprake kan zijn van een akkoord, moet het Planbureau de kostprijs nog onderzoeken’, luidt het vanuit de omgeving van de premier. Dat militairen, brandweerlui en een groot deel van de onderwijsjobs op de lijst van de zware beroepen belandde buiten hen om, zinde deze partijen ook niet. Ze onderstreepten voor de erkenning van zware beroepen te zijn, maar dat mocht er niet toe leiden dat zowat de helft van de ambtenaren een zwaar beroep heeft. Ook met de verlaging van de pensioensleeftijd voor de beoefenaars van zware beroepen naar 60 jaar of jonger hebben beide partijen het moeilijk.

Nood aan solidair systeem

Het pensioenbeleid in dit land heeft behoefte aan wat onze oosterburen ‘Realpolitiek’ noemen. Eigenlijk zouden partij- en vakbondsbelangen geen rol mogen spelen in het pensioendebat. Meer nog: de politiek en de vakbeweging bewijzen keer op keer dat zij niet de juiste partijen zijn om een rechtvaardige, eerlijke, niet-discriminerende en financieel-economisch gezonde en duurzame pensioenregeling uit te werken. Politiek en vakbonden zijn te veel concurrent van elkaar om de gepensioneerden (die ook hun doelgroep niet uitmaken) uitzicht te geven op een minstens redelijk pensioen. We hebben als burgers ooit aanvaard dat de politiek alle problemen maar moet oplossen, maar dat blijkt geregeld niet de beste oplossing.

finger-2573745_640Er zijn in dit land genoeg knappe koppen zonder banden met de politiek, de vakbonden, de werkgevers en andere lobbygroepen om een dergelijk rechtvaardig pensioensysteem op poten te zetten. Een solidair systeem dat afrekent met de verziekte toestand dat iemand tot tien keer toe meer pensioen ontvangt dan het gros van de gepensioneerden in ons land, die nagenoeg de laagste pensioenen in Europa ontvangen. We hebben er allemaal onlangs kennis van kunnen nemen: Tienduizenden en nog eens tienduizenden 65-plussers in België zouden door hun lage pensioen in armoede leven als zij geen eigenaar waren van hun huis. Ook dat is een van de redenen waarom de politiek het pensioenprobleem niet als een prioritair op te lossen kwestie ziet.

Tienduizenden 65-plussers zouden door hun lage pensioen in armoede leven als zij geen eigenaar waren van hun huis.De drie vakbonden wisten onlangs naar eigen zeggen 55.000 leden op te trommelen voor een betoging in Brussel tegen het pensioenbeleid van de federale regering. Wanneer men dat aantal afzet tegen dit immense probleem, mag men ronduit van een fiasco spreken, al zullen de organisatoren dat niet graag horen. Zelfs als onpartijdig waarnemer zou je minstens het dubbele of nog meer deelnemers hebben verwacht. Mogelijk heeft de relatief lage opkomst te maken met het dramatische ledenverlies bij de vakbonden, die vooral minder jongeren aantrekken.

‘Heilige huisjes’ slopen

Bij de installatie van de Federale Adviesraad voor Ouderen enkele jaren geleden sprak toenmalig vicepremier en minister van Pensioenen Alexander De Croo de hoop uit dat de adviesraad aandacht zou besteden aan de solidariteit tussen generaties. ‘De jongeren van vandaag zijn de ouderen van overmorgen. Heb dus ook oog en oor voor de situatie van de ouderen van de toekomst. Op lange termijn nadenken over de vergrijzing betekent ook voortdurend rekening houden met de generaties die na ons komen,’ aldus De Croo. Mooie woorden die De Croo over de hoofden van de adviesraad ongetwijfeld ook bedoelde voor de politici van dit land en de vakbondsleiders. Onder hen zijn er die nog altijd geen oog hebben voor de uitdagingen waarvoor ons westerse pensioenmodel staat, namelijk de sociale en de financiële houdbaarheid van de pensioenen.

Sinds 1970 is de gemiddelde levensverwachting in België met 12 jaar gestegen, terwijl de effectieve pensioenleeftijd met 5 jaar is gedaald. Ook de verhouding tussen het aantal mensen dat werkt en het aantal gepensioneerden baart zorgen. In 2050 zullen er voor elke gepensioneerde nog maar 2,2 mensen zijn die werken. Vandaag is dat nog 3,8 en in 1950, toen het pensioenmodel werd uitgetekend, waren er voor elke 65-plusser nog 7 mensen die werkten. Hoe men het ook draait of keert, of men links is of rechts, vakbondsleider of werkgever, de conclusie kan niet anders luiden dan dat langer werken en een hogere werkzaamheidsgraad (die in België een stuk lager ligt dan in verschillende Europese landen) de enige oplossing kunnen zijn voor het in stand houden van een rechtvaardig en duurzaam pensioensysteem. Waarbij een uitzondering voor mensen met een echt zwaar beroep, die fysiek en geestelijk meer hebben moeten doorstaan dan de doorsnee werknemer en die echt ‘op’ zijn, niet alleen wenselijk maar ook geboden is.  

old-people-1555705_640Nogmaals: het zou niet de taak mogen zijn van politici, vakbonden of werkgevers om de criteria voor deze uitzondering vast te stellen. Zij zijn daarvoor stuk voor stuk te veel belanghebbende partij en zullen dat privilege niet willen afstaan. De onenigheid en ruzie, die nu binnen de federale regering en met de vakbonden is losgebarsten, is daar eens temeer het bewijs van. Een echt onafhankelijke groep van deskundigen, onder wie financieel-economische experts, maar ook medische specialisten en deskundigen uit de geestelijke gezondheidzorg (allemaal zonder politieke bindingen of banden met het bedrijfsleven) zou het meest geloofwaardige, redelijke en rechtvaardige pensioensysteem kunnen uitwerken. Zij zouden de talrijke ‘heilige huisjes’, waarvan duizenden en duizenden geprivilegieerden in dit land totaal onverdiend profiteren, moeten slopen. Het kan toch niet zijn dat het gros van de bevolking met een eerder bescheiden en karig pensioen (gemiddeld 1100 euro per maand) moet zien rond te komen en een happy few van toch nog tienduizenden bevoorrechten (en dat zijn echt niet alleen ambtenaren) maandelijks met 4000, 5000 euro of meer gaat lopen.

Maar het zal moeilijk, zo niet onmogelijk, zijn een dergelijke onpartijdige instantie in het leven te roepen, zodat we weer aan het uitgangspunt van deze discussie zijn aanbeland. Daarom de vraag: welke politieke partij, welke politici zijn nu eindelijk eens echt bereid hun nek uit te steken voor een eerlijk, rechtvaardig en duurzaam pensioensysteem? Een systeem dat niet over vele jaren van kracht wordt maar waarvan de huidige generatie gepensioneerden, onder wie talrijke armen, bijvoorbeeld al onder de volgende federale regering kunnen profiteren? Wie daartoe bereid is, mag opstaan, mag het luidop zeggen!

Auteur: Jan Schils

8 reacties

marlil
Schrijver van dit artikel heeft volledig gelijk.Eerst de politiek heeft geen voeling met de gewone senioren ,ook de vakbonden niet ..Dus degene die de moed heeft om op te staan en bepaalde eisen te stellen ,buiten de politiek om zie ik nog niet geboren .Het is ook spijtig dat de media zo sterk verbonden is met de politieke partijen en slaafs die partijen volgen in hun berichten Zelden zie ik een eigen mening verschijnen die tegen de partijen in gaat ..De grote massa komt niet aan bod
30/05/18 09:44 REAGEER
Hugoo
Huilen met de pet op...
5/06/18 09:57 REAGEER
karel2
Er is een studie van deskundigen gemaakt, maar wat doet de regering ze negeert de positieve punten en past de negatieve onmiddellijk toe, vb: verhogen pensioenleeftijd naar 67, terwijl dit niet in het regeerakkoord werd opgenomen, dit is bedrog en schandalig, waarom niet inzetten op het zoveel mogelijk actief houden van de werknemer tot 60-65 jaar indien mogelijk, en de mensen die het niet meer aankunnen een deftige regeling toekennen, en wat de financiering betreft, dat ze ne keer eenieder zijn deel doen betalen, dan is er zeker genoeg zoniet over.
Een tip lees het boek over de pensioenen van de pvda eens!
5/06/18 12:27 REAGEER
joségevaert
Iedereen zou moeten evenveel bijdragen voor de pensioenen zodat de zelfstandigen evenveel krijgen als de arbeiders maar ook evenveel bijgedragen hebben. Ze krijgen nu evenveel maar hebben minder betaald.
Pensioen na 45 jaar werken en zware beroepen in het bedrijf de laatste 5 jaar overschakelen naar aangepast werk. Geen uitzonderingen.
5/06/18 15:28 REAGEER
Sylvain
Vanaf 2019 voor iedere werknemer een minimum percentage afhouden (bv. 1%) en dit bedrag in een pensioenpot opsparen met de bedoeling dat dat ook effectief en alleen maar kan gebruikt worden voor de pensioensector. Iedere werknemer verplichten om 6 % van zijn inkomen te sparen in de vorm van een pensioenuitkering die alleen maar kan opgenomen worden op zijn/haar pensioenleeftijd en door maandelijkse uitkering.
De werkende krijgt aldus loon naar werken en... géén discussie of maatregelen van de overheid die het toch altijd beter weet.
6/06/18 14:59 REAGEER
Sylvain
Sorry ik ben mijn naam vergeten in te geven: Sylvain Cuypers
6/06/18 15:01 REAGEER
Ik wil reageren op "veel -plussers zouden in armoede leven indien zij geen eigen huis hebben". Deze reaktie is waar maar ik had een eigen huis. Ik heb dit verkocht toen ik al met pensioen was. Had mijn huis overgekocht in een echtscheiding. Moest dan ook een nieuwe schuldsaldolening aangaan. Het huis was 30 jaar oud en er kwamen kosten aan. Weer nieuwe lening. Het werd me te zwaar al die afbetalingen en ik verkocht. De verkoop ging goed. Bij notaris werd er verrekend. Ik had nog een saldo in mijn voordeel. Nu betaalde ik al de kosten die ik na de verkoop nog niet had gedaan. Nu bleef er nog een saldo over en dan komt het omdat ik mijn huis had verkocht toen ik al met pensioen was kreeg ik 400.00 euro per maand minder plus mijn uitkering handicap werd afgeschaft. Nu leef ik in armoede want ik moet maar bijpassen van de centen ie ik over heb van de verkoop. Nu zijn we 5 jaar verder en is die overschot op. Op vraag om mijn pensioen en handicapuitkering terug te normaliseren is het antwoord, neen dat is pas 10 jaar na verkoop.
Deze reaktie enkel om te tonen hoe smerig het systeem van pensioenen en andere uikeringen hier in elkaar zit. Alle instanties heb ik al gecontacteerd. Overal krijg ik het antwoord pas na 10 jaar.
Ik heb mijn hele leven hard gewerkt. Heb al mijn schulden zelf betaald. Is het niet oneerlijk wat er nu gebeurd?
Met dank voor het lezen. Rose Willemsen.
7/06/18 20:22 REAGEER
rudi_steyaert
Ik zie hier veel domme reacties. Er zou niemand tot 67 jaar moeten werken als de "Belg" effectief langer zou werken. Nu is de gemiddelde leeftijd dat men op pensioen gaat net onder de 60 jaar. Door studies gaan de mensen ook later aan het werk. Er wordt dus voor heel wat minder jaren betaald. Daar tegenover staat dat we gemiddeld 10 tot 15 jaar langer leven tov dat men het pensioen invoerde. Ik spreek dan ook nog niet van al de bruggepensioneerden en tijdskredieters (wat men tegenwoordig al als een recht beschouwt). Volledig verkeerde titel dus voor dit artikel, wat wel meer gebeurt voor artikels van Dhr Schils. Ik denk bijna te weten voor welke partij hij kiest.
12/06/18 18:36 REAGEER

Login Registreer

Jan Schils

Columnist
Columnist
Column Jan Schils
Week- en dagbladjournalist Jan Schils bericht en duidt al 30 jaar de Europese en Belgische economie en financiën. Onder meer voor transport, energie en milieu.

Meer artikels van Jan Schils

Recente Artikels

Gerelateerde Artikels