Dit gaf destijds professor Rik Torfs, gewezen rector in Leuven, gewezen parlementslid en columnschrijver, de mensheid mee:
Gelouterde herinneringen kunnen mooi zijn en in alle stilte gelukkig maken. Ver van onze lichtjes hysterische wereld, met zijn hang naar theater en de grootste aandacht voor wie het hardst schreeuwt.
Heel even “gelukkig gemaakt”, vragen wij, mensen op leeftijd, ons dan wel eens af of het vroeger niet allemaal zoveel beter was. Wie zal het zeggen? Och, het scheelt natuurlijk van het ene moment op de andere, maar één ding is wel zeker: het bestaan van voorheen lijkt zoveel eenvoudiger dan wat het nu is.
Neem nu het dagelijkse leven van weleer. De mensen trouwden op wat nu als (te) jong beschouwd wordt en kregen een aantal kinderen, aantal dat natuurlijk niet noodzakelijk moest oplopen tot tien, zoals dat in het gezin van mijn vrouw het geval was. Vader ging voor zijn kroost elke dag vele uren lang en soms heel hard werken, moeder bleef ‘aan de haard’, waarvoor zelfs een premie voorzien was. De meeste paren kwamen financieel amper tot behoorlijk rond, de kinderen gingen vaak vanaf hun 14de aan de arbeid. Veel ontspanning was er niet bij. ’s Avonds zat ma met haar kroost rond de tafel en onder één luster te keuvelen, vader rustte in de enige zetel die de familie rijk was. En rookte gerolde sigaretten. Man en vrouw bleven samen, ook al was dat soms heel lastig wegens niet al te best meer overeenkomen. Maar scheiden was nog moeilijker…
Is dat dan beter dan anno 2021? Misschien niet, maar eenvoudiger zeker wel. Want nu werken man en vrouw allebei, wat het niet simpeler maakt om kinderen op te voeden, maar wel comfortabeler om de kosten daarvoor te betalen. Die kinderen zijn, gelukkig dan, in elk geval minder in getal. Een gezin met drie nakomelingen wordt al rap als kroostrijk beschouwd. Dat in beperkt aantal ‘kroostrijk’ zijn, maakt het iets makkelijker bij scheiding, waarbij prompt een nieuw term bedacht werd: ‘plus’, wat voorheen ‘stief’ was. Het klinkt beter, maar vereenvoudigt de situatie niet, de situatie van een gezin dat in ‘plus-modus’ belandt, bij een tweede huwelijk van een of van beide partners. Mijn gewezen huisdokter verwoordde het zo:
Ze hebben nu vijf kinderen, twee van hem, twee van haar en eentje van hen!
Om het ingewikkelde van zo’n familie te onderlijnen, dient die maar in een geplaatst te worden. Denk aan ‘moederkes-‘ of ‘vaderkesdag’. Waar moeten de pluskinderen gaan vieren als bijvoorbeeld de pluspa of de plusma bij de nakomelingen populairder zijn dan de bloedeigen ouders. En wat gedaan met oma en opa, als die ‘plus’ worden en er een paar ‘schatjes’ bijkrijgen, die soms zelf niet weten bij wie ze het liefst vertoeven.
Eenvoudig is wat anders en zo kunnen er, zonder dan te spreken over de complicaties die het computergebruik voor vele oudere mensen inhoudt, nog andere ‘problemen’ opduiken. Een voorbeeld. Toen de terrassen van de cafés weer (stormenderhand) werden ingenomen, zaten mijn vrouw ik er op eentje dat ook hamburgers in de aanbieding had. Naast ons werden zo’n hamburgers opgediend, knoerten van wel twaalf tot vijftien centimeter hoog. Het jonge koppel wist duidelijk niet hoe ze dat moesten aanpakken. Er in bijten lukte niet, omdat je daar al een enorme mond moest voor hebben. En bij de pogingen om stukjes af te snijden, vlogen die in het rond. Geef toe dat het in onze jeugd eenvoudiger was: als we met pa en ma al eens op een terrasje gingen zitten, werden we getrakteerd op en boterham met plattekaas en radijsjes. En dat kon je in keurige hapjes verdelen.
Na eerder 15 wielerboeken is ex-wielerjournalist Robert Janssens (81) met 'Sukkelaar' aan zijn debuut als romanschrijver toe.
Auteur: Robert Janssens
2 reacties