Deel via

Fervente Knacklezer

October 2021
We verdenken er onze huiscolumnist Robert Janssens (82) van alles te lezen wat in zijn buurt komt. Deze wielerjournalist en -auteur op rust en sinds kort ook romanschrijver brengt deze week een ode aan het magazine Knack dat hij elke week plichtsgetrouw tot zich neemt.

Ik beken: ik ben een fervente Knacklezer. Ik worstel me doorheen de meeste artikels, hoewel ik het niet altijd met de neergepende meningen eens ben. Maar dat geeft je dan weer de gelegenheid om ingebeelde discussies te houden met ofwel de journalist, ofwel de geïnterviewde. Waaruit er ook wat te leren valt.

Los van meningen en overtuigingen, heb ik Knack-redacteur Walter Pauli altijd beschouwd als de knapste collega (of ex-collega) uit het veld. Ik leerde Pauli kennen toen hij nog voor ‘De Morgen’ werkte en daar mee instond voor de Tourverslaggeving, als man ter plaatse. Ik vernam dan rap hoe rijk zijn journalistiek palet wel is. Hij kon het met alle deskundigheid van de wereld even goed hebben over het Vaticaan als over de koers. En over alles wat daartussen zit.

Ik moest ook aan hem denken toen ik, steeds in ‘Knack’, een reportage las met dokter Ivan Van Mol, jarenlang onder meer ploegarts bij de teams die Patrick Lefevere in het veld bracht.

Ook die man heb ik goed gekend. Hij was vaak aanwezig in de Tour en andere wedstrijden en als je gedurende een maand op stap bent met bepaalde mensen, mag je toch wel denken dat er zich links en rechts eens gelegenheid aanbiedt om een praatje te doen. Maar neen, dat is zelden of nooit gebeurd hoewel ik dokter Van Mol even hoog inschatte (en nog inschat) als Walter Pauli.

Ik denk nu weer wat intenser na over de redenen, waarom ik nooit echt met die mensen aan de praat geraakte, maar dan ook echt aan de praat. ’s Avonds, aan de bar van het hotel bijvoorbeeld, als we al eens in eenzelfde zaak logeerden. Betreffende Walter Pauli vind ik maar een flauw excuus. Hoe klaar en duidelijk de man ook over alles wat men zich maar kan verbeelden schrijft, zo… onduidelijk spreekt hij. Flauw, zeg ik, want het zal zeker de moeite lonen om dat euvel mits versterkte aandacht te overwinnen, ook als er in de geciteerde bar wat te veel lawaai is.

Voor dokter Van Mol lagen de zaken nog iets anders. Ik kende hem ook en vooral in periodes waarin de wielersport geteisterd werd door dopingproblemen en elke begeleidende arts wel moet gedacht hebben dat de journalist die op hem afkwam, een notaboekje vol vervelende vragen in de hand had. Ivan Van Mol zal wel geweten hebben dat ik rond heel dat dopinggedoe geen sensatiejager was en hij ter zake zelfs in alle vertrouwen een klapke kon doen. Hij heeft mij ooit eens – en dus in dat volste vertrouwen – verteld waarom een van de topcoureurs uit zijn ploeg finaal toch aan het spul is geraakt.

Maar kom, eigenlijk geef ik hiervoor alleen maar drogredenen waarom het nooit gelukt is tijdens de lange maanden van de vele Ronden waarin ik met hen en met nog andere interessante mensen op gang was, eens interessant en ernstig te praten. Dat kwam gewoon (en waarschijnlijk is dat nog altijd zo) omdat je tijdens zo’n campagne (of dat nu als atleet, begeleider of journalist is) zo totaal opgeslorpt wordt door het gebeuren en gewoon geïsoleerd geraakt van de rest van de wereld. En je dus, in het geval van de Tour, alleen over de koers en het bijhorende werk gaat praten. Ik heb altijd gezegd dat, mocht in die periode, bijvoorbeeld… de paus vermoord zijn, wij, de journalisten ter plaatse in Frankrijk of elders, dat amper zouden geweten hebben. Hoewel ze Walter Pauli dan, als specialist, misschien wel terug naar de redactie zouden geroepen hebben.

Maar ik, ik blijf, zoals bij het lezen van de reportage met Ivan Van Mol, toch nog achter met het wrange gevoel dat ik in mijn lange loopbaan veel kansen gemist heb om interessante mensen beter tot heel goed te leren kennen. En troost ik me nu maar met het grote plezier dat ik bijvoorbeeld beleefde aan het lezen van de reportage met dokter Van Mol, die onder meer vindt dat ‘de zin van het leven is: zorg dragen voor andere mensen. Zo simpel is het: zorgen.’ Of ook nog, om half en half met iets ludieks af te sluiten:

Het enige voordeel van ouder worden is dat je weet dat je niet jong gestorven bent.    

Auteur: Robert Janssens

0 reacties

Login Registreer

Robert Janssens

journalist-auteur
journalist-auteur
Robert Janssens (Borgerhout, 25 juni 1939) is een voormalige Vlaamse sportjournalist. Hij maakte naam als wielerjournalist voor eerst de Volksgazet en later vooral Het Laatste Nieuws. Hij schreef een 15-tal fel gewaardeerde wielerboeken en maakt in 2021 op 81-jarige leeftijd met 'Sukkelaar' zijn romandebuut. Boek 'Sukkelaar'

Meer artikels van Robert Janssens

Recente Artikels

Gerelateerde Artikels