Deel via

Doping

June 2023
Robert Janssens (84) kan het niet laten. Tijdens zijn beroepsleven volgde hij als wielerjournalist de koers op de voet, en het bloed kruipt waar het niet gaan kan. Deze week heeft hij het over een minder fraai thema uit het wielrennen, namelijk doping.

Wat is doping?

Het is meer dan waarschijnlijk dat ik een van de laatste nog levende journalisten ben die het begin van de strijd tegen de doping in de wielrennerij - en bij uitbreiding in vele andere sporten – meegemaakt heb. Het begon allemaal in de eerste helft van die jaren zestig, toen duidelijk werd dat atleten allerhande hun prestaties opkrikten met middelen die niet direct als gezond mochten beschouwd worden.

Maar alvorens opgetreden kon worden, moest men ook bepalen tegen wat men ten strijde zou trekken. Er werd, in 1965 en in het Franse Uriage, een heus congres opgezet om het begrip doping te definiëren, waarmee dan het probleem op een min of meer gepaste basis aangepakt kon worden. Daarvoor kon beroep gedaan worden op twee instanties: het gerecht via optreden van de politie en de diverse federaties, mits controles op de competities en een sluitende reglementering daarrond voor wat de sancties betreft.

Dat de wielersport als eerste en voornaamste in het vizier kwam, was niet moeilijk te verklaren.

Vanuit de koers circuleerden allerlei verhalen over renners die in de vreselijkste inzinkingen stortten, zonder dat daar evidente redenen voor bestonden, behalve dan het slikken van opwekkende middelen, die nu bij wet en reglement verboden zouden worden. En waar denkt men dat die middelen het meest nodig waren? Juist, in die harde competities die op de fiets uitgevochten werden.

Niet over gesproken

Ik weet nog heel goed dat de renners gewoon niet konden geloven dat ze, voor een pilletje of een spuitje, gestraft zouden worden, aanvankelijk nog vrij licht, mettertijd almaar strenger. In en rond het peloton werd nooit over doping gesproken, woord of begrip dat niet eens scheen te bestaan. Neen, de coureurs ‘pakten’ niet, zij ‘verzorgden zich’ en vonden het dus mensonwaardig dat dit niet meer kon. Ook tegen de sancties werd fors geprotesteerd, want dat werd niet min of niet meer dan als broodroof beschouwd.

doping3-1140

Als jonge en onervaren journalist kon ik daar best inkomen en ik schreef ook, naïef als ik was, in die zin, wat mij tot een vertrouweling van veel renners maakte. Ze vertelden me spontaan wat die ‘verzorging’ inhield en als ik daar, met nu zoveel meer kennis van zaken aan terugdenk, kan ik alleen maar bevestigen wat vanuit alle instanties herhaald werd, met name dat het meer dan hoog tijd was om in te grijpen.

Dopingzondaars

Langs de andere kant bleef ik moeite hebben met de strenge straffen en vooral met de manier waarop de ‘dopingzondaars’ bekeken en beschreven werden. Het leek wel en lijkt nog altijd alsof zij die betrapt werden, dat te danken hadden aan vreselijke misdaden die ze met een pilletje of een spuitje begaan hadden.

Tevens heb ik altijd gevonden dat het wielerpeloton ongeveer beschouwd werd als het grote oord van dopingverderf, dan wanneer in andere takken even lustig gespoten en geslikt werd, feiten waartegen dan veel lakser of helemaal niet opgetreden werd. Of gewoon in de vuilbak gedumpt, wat nog niet zo heel lang geleden in Rusland en op grote schaal gebeurde.

Het wielrennen werd - volgens vele mensen - beoefend door een bende halve criminelen die mekaar met wapens vanuit de farmacie bestreden.

Spectaculaire ommekeer

De almaar strenger wordende controles hebben ertoe geleid dat daarin, en eigenlijk in korte tijd, een spectaculaire ommekeer gekomen is, met dank ook aan de wetenschappelijk wereld, nu niet meer die van de medicatie maar wel die van de op de spits gedreven voorbereiding, die de atleet beter nog dan alle medicamenten, naar het hoogste niveau kan stuwen. Met haast persoonlijk afgestemde traingingsprogramma’s, met tot op de milligram afgewogen gezonde voeding en een aangepaste wedstrijdkalender zijn de coureurs van nu nog meer in staat om verbluffende inspanningen te leveren en zo het niveau van hun sport naar een almaar hoger niveau te hijsen. Waarvan we allemaal genoten hebben in de competities van de voorbije jaren.

doping2-1140

Het wielrennen heeft snel en zo goed als algemeen de reputatie van een bezoedelde sport verloren. De begrippen koers en doping worden niet meer onveranderlijk aan mekaar gelinkt. Het stemt mij, die het allemaal al vele jaren gevolgd en soms ook ondergaan heeft, blij, heel blij.

Zodat men het niet direct als kinderachtig moet beschouwen als ik zeg dat ik toch wat gechoqueerd werd door een ploegsponsor, een bedrijf dat via de koers reclame maakt voor shampoo, shampoo die geciteerd wordt als… ‘doping voor het haar’. Mensenlief, moet men dat woord - doping dus - nu altijd maar weer op de koers plakken? Neen toch.

Auteur: Robert Janssens

1 reactie

marina bal
Weer eens heel actueel! Ik las deze morgen het artikel over Shari Bossuyt.
5/06/23 08:12 REAGEER

Login Registreer

Robert Janssens

journalist-auteur
journalist-auteur
Robert Janssens (Borgerhout, 25 juni 1939) is een voormalige Vlaamse sportjournalist. Hij maakte naam als wielerjournalist voor eerst de Volksgazet en later vooral Het Laatste Nieuws. Hij schreef een 15-tal fel gewaardeerde wielerboeken en maakt in 2021 op 81-jarige leeftijd met 'Sukkelaar' zijn romandebuut. Boek 'Sukkelaar'

Meer artikels van Robert Janssens

Recente Artikels

Gerelateerde Artikels