Waar vandaan: Huisdieren > Honden > Angst bij honden

Angst bij honden

Algemeen

Angstig gedrag bij honden kent velerlei oorzaken maar ook diverse verschijningsvormen. Bij een angstige hond denkt u wellicht in eerste instantie alleen of vooral aan een hond die zijn staart tussen de poten drukt, een lage houding aanneemt en/of probeert te vluchten. Veel angstige honden vertonen inderdaad dit soort gedrag; deze vormen komen voort uit zogenaamde passieve verdedigende reflexen. Dat wil zeggen dat de hond wanneer hij zich bedreigd voelt, probeert de bedreiging uit de weg te gaan door zich zo klein en onderdanig mogelijk te tonen en/of door te vluchten.

Maar: angst of onzekerheid bij honden kan zich ook uiten door het tegenovergestelde gedrag (actieve verdedigende reflexen). In dat geval toont de hond zich, wanneer hij zich bedreigd voelt, juist heel stoer. Hij gromt en/of blaft, de haren op zijn rug komen overeind, zijn staart staat hoog en de hond maakt zich zo groot mogelijk. U kunt dit vergelijken met sommige mensen, die zich heel stoer voordoen om hun eigen verlegenheid te "overschreeuwen". Bij honden is er bij dit gedrag vaak sprake van "geconditioneerde (=aangeleerde) dominantie". De hond toont zich dus heel dominant, terwijl hij eigenlijk heel onzeker of zelfs angstig is. Dit kan het gevolg zijn van een leerproces; de hond heeft dan meermalen ervaren dat de "bedreiger" afdruipt wanneer de hond zich dominant voordoet, dreigt aan te vallen of zelfs daadwerkelijk aanvalt. Vaak zien we bij een hond die geconditioneerd dominant gedrag vertoont, tegenstrijdige signalen. Bijvoorbeeld: zijn nekharen komen overeind (groot maken = dominant/actief verdedigend), maar zijn staart wijst naar beneden (klein maken = onderdanig/passief verdedigend).

Angst bij honden kan voortkomen onder andere uit (een combinatie van):

· Genetische aanleg
Eventueel in combinatie met het imiteren (als jonge pup) van het angstige gedrag van de moederhond

· Een slechte inprenting / socialisatie
Tot zo ' n 12 weken oud doorloopt iedere hond de zogenaamde inprentings- en socialisatieperiode, ofwel primaire socialisatieperiode. In deze “ gevoelige ” perioden staat de hond open om te leren wat er normaal is in het leven en wat niet. Dit is als het ware zo voorgeprogrammeerd. Daarom is het heel belangrijk om een jonge pup met van alles te laten kennismaken (drukke mensenmenigte, lawaai, andere beesten, andere honden, kinderen, bezoekers, verkeer enzovoort). Hoe meer een jonge pup opdoet aan positieve ervaringen hoe beter. Hij zal dan later tegenover die dingen waarmee hij als jonge pup uitgebreid en op een positieve manier heeft kennisgemaakt op een ontspannen, vrolijke manier reageren. Heeft een hond de eerste 1 tot 3 maanden van zijn leven weinig kennisgemaakt met allerlei zaken, dan is de kans groot dat hij op latere leeftijd angstig zal zijn (en blijven!) voor deze zaken. Overigens: het socialisatieproces stopt niet abrupt op de leeftijd van 3 maanden. Wanneer een pup op jonge leeftijd bijvoorbeeld prima is gesocialiseerd met allerlei andere honden maar in de periode tussen 3 en 6 maanden geen (of vervelende) ervaringen opdoet met andere honden, dan kan het oorspronkelijk positieve effect van een goede socialisatie weer teniet worden gedaan.

· Een traumatische ervaring
Honden kunnen angsten overhouden aan ingrijpende gebeurtenissen, zoals een auto-ongeluk, een ernstig gevecht met een andere hond, al dan niet opzettelijke mishandeling enzovoort.

Wanneer u een hond heeft die angstig gedrag vertoont, dan raden wij u aan de hulp van deskundige gedragsbegeleiders in te schakelen wanneer dit gedrag van uw hond gepaard gaat met een hoge mate van stress en/of agressie. In dit geval kan (goed bedoelde) verkeerde begeleiding van de hond namelijk al snel leiden tot verergering van het probleem en tot ongelukken!

Wanneer uw hond wel eens ergens bang voor is, zonder dat er sprake is van regelmatig terugkerende grote stress en/of agressie, dan heeft u wellicht iets aan de volgende adviezen:

1. Troost uw hond nooit wanneer hij angstig gedrag vertoont!
Hoe begrijpelijk en menselijk troosten van een angstig dier ook is, het werkt absoluut averechts. Immers: de hond verstaat uw uitleg dat er geen reden is om bang te zijn niet, het enige dat hij hoort is dat u vriendelijk/belonend klinkt. U beloont de hond dus (onbedoeld) voor zijn angstige gedrag, waarmee u bevestigt dat dat gedrag is wat u graag van de hond wilt zien. Belonen van gedrag leidt altijd tot herhaling en intensivering van dat gedrag; uw hond zal dus steeds vaker en heftiger angstig gedrag laten zien!

2. Stel u in plaats van troostend juist kordaat en vrolijk op wanneer uw hond bang is.
Wanneer uw hond u als zijn leider ziet en u laat zien dat er geen enkele reden is om bang te zijn (door vrolijk en zonder aarzeling gewoon recht op "het gevaar" af te gaan), dan draagt u ertoe bij uw hond over zijn angst heen te helpen. Neem een houding aan die uitstraalt "kom op, stel je niet aan" en beloon de hond pas op het moment dat die besluit om ondanks zijn angst toch maar met u mee te lopen. Wanneer u op dat moment met uw stem beloont, zorg er dan voor dat u oprecht vrolijk en dus niet geruststellend/troostend klinkt.

3. Welke beloning u ook gebruikt, zorg dat de timing van die beloning precies goed is.
Het is dus niet goed om een hond die al angstig gedrag vertoont, af te leiden met iets lekkers of een speeltje! Dan beloont u immers precies het gedrag dat u niet wilt zien en beloond gedrag zal zich steeds vaker en heftiger herhalen. Wat wel kan is om te proberen het ontwikkelen van angstig gedrag vóór te zijn. Bijvoorbeeld: wanneer uw hond bang is voor andere honden en u ziet in de verte een andere hond naderen, doe dan iets met uw hond dat hij heel leuk vindt (vóórdat uw hond de eerste tekenen van angst of opwinding i.v.m. de naderende hond vertoont!). Speel met hem met een balletje of laat hem simpele gehoorzaamheidsoefeningetjes doen waarbij u beloont met iets lekkers. Stop het spel/de beloning zodra uw hond toch angstig gedrag gaat vertonen! Hervat het spel/de beloning zodra uw hond zich weer "gedraagt". In de tussentijd negeert u het angstige gedrag van uw hond volkomen (niet mopperen, niet troosten; gewoon niet reageren). Wanneer u dit consequent herhaalt dan gaat uw hond de komst van een andere hond zien als de voorbode van iets leuks in plaats van als iets bedreigends (namelijk dat u met hem gaat spelen of dat hij iets lekkers kan verdienen).

Of angstig gedrag kan worden afgeleerd is vooral afhankelijk van de oorzaak. Wanneer de basis van de angst een slechte inprenting / socialisatie is, dan is de kans op verbetering klein (maar niet onmogelijk). Is de angst op latere leeftijd ontstaan, dan is in de meeste gevallen verbetering of zelfs "genezing" mogelijk.

Verlatingsangst

Het is heel normaal en natuurlijk dat honden niet graag alleen zijn. Een hond is een sociaal dier dat van oorsprong in groepen (roedels) leeft. Wel kan door middel van training worden bereikt dat de hond het alleen zijn accepteert als een "normaal" onderdeel van zijn leven.

Uitingen van verlatingsangst zijn onder meer vernielen, onzindelijk zijn en janken en blaffen wanneer de hond alleen thuis is. Weet u niet zeker hoe u hond zich gedraagt wanneer hij alleen thuis is, dan kunt u een keer een video-opname maken terwijl u weg bent. Aan de hand van de opgenomen beelden en geluiden krijgt u zo een indruk van het gedrag van uw hond. U kunt dit ook doen wanneer uw hond zich "misdraagt" wanneer hij alleen is, maar u niet zeker weet of dit al dan niet met verlatingsangst te maken heeft. Aan de hand van de opgenomen beelden en geluiden kunt u dan wellicht vaststellen of de hond al dan niet een nerveuze indruk maakt.

Afhankelijk van het karaktertype van de hond, zijn eerdere ervaringen in dit verband en nog een aantal zaken die later aan de orde zullen komen, is deze training een meer of minder gemakkelijke opgave. Wanneer er sprake is van heftige stress bij de hond zodra die alleen thuis moet blijven, dan doet u er zondermeer verstandig aan om bij de training van de hond de hulp van een professionele gedragsbegeleider in te roepen. Gaat het om een hond die niet zo goed alleen kan zijn zonder dat er sprake is van veel stress, of gaat het om een puppy die u het alleen kunnen zijn wilt leren, dan kunt u de volgende trainingstips wellicht gebruiken:

Leer de hond de oefening AF en BLIJF (hoe dit kan op basis van beloning, kunt u leren door het volgen van een goede gehoorzaamheidscursus met uw hond). Eén van de “ trucs ” die u in combinatie met de oefening AF en BLIJF kunt gebruiken, is een trommeltje met hondenkoekjes. Zodra u de oefening gaat doen, staat dit trommeltje op de grond vlak bij de hond. Zodra de hond lang genoeg is blijven liggen, geeft u hem VRIJ (dit commando betekent "einde oefening"), u maakt direct het trommeltje open en geeft de hond een hondenkoekje.

Het blijven liggen wordt stapje voor stapje opgebouwd. Eerst is 5 seconden lang waarbij u bij de hond blijft staan voldoende. Dan werkt u toe naar 10 seconden, waarbij u een paar passen bij de hond wegloopt. de hond moet stapje voor stapje leren om steeds langer te blijven liggen, terwijl de afstand tot u steeds groter wordt. De eerste tijd blijft u in dezelfde kamer als de hond en in het zicht van de hond. Daarna gaat u door de deuropening naar een ander vertrek, maar de deur blijft nog open en u bent binnen een paar tellen weer terug in de kamer. Dan blijft u steeds langer uit het zicht van de hond, uiteindelijk ook achter een gesloten deur.

Iedere geslaagde oefening wordt afgesloten door uw signaal VRIJ en direct daarna een koekje uit het trommeltje. Bij iedere niet-geslaagde oefening (de hond komt voortijdig van zijn plaats) brengt u de hond rustig maar vastbesloten terug naar zijn plaats en doet u de oefening opnieuw. Als de oefening vaak niet slaagt, dan is dat een teken dat u de oefening te snel opbouwt (u wilt te snel te veel). In dat geval kunt u het beste een stapje terug doen in de opbouw (u maakt de oefening eerst weer gemakkelijker totdat het telkens weer goed gaat en bouwt vanaf dat punt de moeilijkheidsgraad weer op). Het trommeltje heeft bij veel honden een soort magische uitwerking. Gedurende uw afwezigheid staat het bij de hond als een soort symbool dat uw terugkomst en de daarop volgende beloning garandeert. Het trommeltje maakt de oefening voor de hond leuk en "helpt hem daaraan herinneren" waneer u langer weg bent. Het trainen op de oefening AF en BLIJF kan worden gecombineerd met het wennen aan een bench (kamerkennel).

Het is belangrijk dat u zich realiseert dat de hond gedurende de periode dat u de training opbouwt, niet langer alleen kan zijn dan het trainingsschema op dat moment toestaat. Dit betekent dus dat, wanneer u in deze periode weg wilt of moet, u de hond zult moeten meenemen of dat u voor hem een vertrouwde "oppas" laat komen.

Overige tips in het kader van het leren alleen zijn:

· Geef uw hond speelgoed dat speciaal bedoeld is om de hond zich in zijn eentje te laten vermaken. Deze speeltjes kunt u vullen met lekkers, zodat uw hond zich niet hoeft te vervelen. Door zich te concentreren op het bemachtigen van het lekkers heeft hij ook minder "de tijd" om zich druk te maken over het feit dat hij alleen is!

· Wanneer uw hond al zenuwachtig wordt als hij denkt dat u straks weggaat (bijvoorbeeld wanneer u uw sleutels pakt, uw jas aan doet e.d.) doe dan regelmatig alsof u weggaat zonder het echt te doen. Trek uw jas aan en even later weer uit. Pak regelmatig uw sleutels op, loop naar de voordeur en kom weer terug. Door dit regelmatig te doen leert u uw hond om minder gevoelig op dit soort signalen te reageren. Besteed geen aandacht aan het gedrag van uw hond tijdens dit soort oefeningen. · Maak van uw vertrek én van uw thuiskomst geen "drama". Hoe meer u zelf uitstraalt dat het volkomen normaal is om weg te gaan en weer terug te komen, hoe sneller uw hond dit ook zal accepteren! Het slechtste dat u kunt doen is uw hond troostend toespreken als u wegggaat. U bevestigt daarmee immers dat het heel erg is voor hem! · Straf uw hond nooit wanneer u bij thuiskomst vernielingen of de gevolgen van onzindelijkheid aantreft. De hond kan uw straf niet in verband brengen met wat hij heeft aangericht, maar zal de straf koppelen aan het feit dat u thuiskomt en hij u wil begroeten! De symptomen van verlatingsangst/stress verergeren zelfs vaak wanneer de hond naderhand gestraft wordt. Immers, alleen thuis blijven wordt voor de hond steeds stress-voller (gezien de verwachte straf bij thuiskomst van de baas). Veel eigenaren denken dat hun hond wel degelijk weet dat hij "fout" is geweest maar dit is niet het geval! Het feit dat hij mogelijk "kruiperig" doet wanneer u thuiskomt is een uiting van onzekerheid en het proberen te vermijden van straf door zich onderdanig te gedragen. Waarvóór hij (mogelijk) gestraft zal worden is de hond echter niet duidelijk! Bedenk bovendien dat een hond die lijdt aan verlatingsangst niet vernielt of onzindelijk is om u te pesten, maar dat het uitingen zijn van een hoge mate van stress.