Waar vandaan: Anekdote > Ouders/grootouders (79) > Een film Daens

Een film Daens

Toen Daens
voor de werkman vocht in Aalst,
in die tijd was je grootvader
op de Bosuilhoeve de jongste zoon.

“In zeven stukken sneed ons moeder
nen haring,
ιιn beet pekelharing bij ons brood
een snee van groffe rogge, ’s avonds...”

Traag keek hij dan naar waar
zijn oleanders stonden
in ’t witte tweelicht van de moos,
en, hij trok zijne wekker op. “Va,
uwe zakdoek!” keef zijn vrouw,
je grootmoeder.

“... dat zijn vader toen al dood was,
dat zijn oudste broer de boer
en baas was, dat hij er
pek van kreeg omdat hij
van veld en werk verdween –
in elke hand een holsblok
zijn benen onder zijn gat vandaan –
naar school;
zijn brood verborg ze dan
in haar schort, ons moeder...”

In ’t bovenste schuifje
van je nachtkastje
ligt zijn raap nog
met ketting en al en sleutels –

SCHOOLLPRIJSKAMP VAN 1890
DE GEMEENTE DEURNE AAN LOD. JACOBS –

de wijzers kan je nog verzetten
maar de veer
is stuk.

 

Anekdote ingestuurd door Louis Jacobs op 20-03-09 (ID 1040)