Waar vandaan: Geld & Werk > Verkoop eigendom > Openbare verkoop

Openbare verkoop

Er bestaat een wezenlijk verschil tussen een gedwongen en een vrijwillige openbare verkoop.

Een openbare verkoop wordt geregeld door de notaris. Hij verkoopt de bouwgrond of de woning aan de meest biedende. Als de verkoop gebeurt tegen de wil in van de eigenaar, bijvoorbeeld door een faillissement of om uit onverdeeldheid te treden, spreekt men van een 'gedwongen' of 'gerechtelijke' openbare verkoop.

Bij een vrijwillige openbare verkoop daarentegen kiest de eigenaar zelf voor deze verkoopprocedure. Zowel een vrijwillige als een gedwongen openbare verkoop worden meegedeeld via aanplakbrieven en advertenties.

Een vrijwillige openbare verkoop verloopt al naargelang van de plaatselijke gebruiken in één of twee zitdagen. De verkoper heeft steeds het laatste woord. Hij kan het bod van de meest biedende aanvaarden of weigeren.

Snel betalen
Bij een gedwongen openbare verkoop is het de notaris die bepaalt of er een tweede zitdag komt. Na de zitdagen hebben geïnteresseerden het recht om binnen 15 dagen een hoger bod te doen. Dat bod moet minstens een tiende van de prijs hoger zijn, met een minimum van € 250 en een maximum van € 6250.

Als er inderdaad een hoger bod komt, dan wordt er een bijkomende zitdag georganiseerd waarop het goed definitief wordt toegewezen. Komt er geen hoger bod, dan gaat de woning of de grond naar diegene die het hoogste bod heeft gedaan.

Voor een openbare verkoop hoeft u geen verkoopovereenkomst te sluiten. Informeer vooraf wel naar de kosten. Reeds enkele dagen na de openbare verkoop moet u een bedrag betalen dat overeenkomt met o.a. de registratierechten, het ereloon van de notaris en de kosten voor de aanplakbrieven en advertenties.

Bron: Special Editons