de tijd van toen: 70 plussers - TE BEWAREN

Hier mag je praten, grappen maken, vertellen over alles.
Een humorist is iemand wiens vrolijkheid van zijn hart naar zijn hersenen is verhuisd. (Otto Weis - 1847)

Wout
Lid geworden op: 06 jul 2004, 18:06
Locatie: 50,90 N- 5,50 E

07 jul 2007, 22:02

Herinneringen!?
Raar toch dat wij met het ouder worden ook niet meer zo goed kunnen onthouden. Maar jeugdherinneringen, zoals ik hier merk, die kunnen wij ons nog helder voor de geest halen.
Zo denk ik nog vaak terug aan de kleuter- of kakschool waar ik vanaf mijn 5 jaar naar toe moest. Mijn oudere zussen moesten mij er naartoe sleuren en maar bleiren en tegenstribbelen.
Het was voor de meisjes een echte karwei om mij mee naar school te nemen. Geen enkele van de vier wilde nog met het jongste broertje de weg naar school doen. Als mijn vader een eerste eindje meeliep dan was ik nogal meegaand; temeer omdat de brave man iedere keer van een stuk tak uit het kreupelhout een fluitje maakte. Ik stond telkens sprakeloos van bewondering en liet mij dan ook gewillig meevoeren aan de hand van mijn vader die mij vervolgens overliet aan de zussen.
Ik probeer mij te herinneren hoe hij te werk ging bij het fabriceren van zo'n eenvoudig houten fluitje. Het kwam hierop neer: hij sneed een tak uit het kreupelhout en vervolgens een recht stuk van ongeveer 20 cm. uit de tak.Dan klopte hij een deel van de schors los en schoof die er van af. Over een kleine afstand, +/- 5 cm sneed hij een stukje van het uiteinde horizontaal af en maakte daarna nog een soort v-inkeping. Vervolgens schoof hij de schors terug over het uitende en de inkeping en het fluitje was af. En zowaar het floot. Ik blij als een kermisvogel.
In de eerste kleuterklas had ik zuster Christiane die ons de ganse dag onder haar hoede had. Ik vond haar een mooi nonneke die heel zacht met ons omging. Veel van de tijd brachten wij door met prikken. Uit stukken behangpapier met een bloemmotief prikten wij met een naald en op een klein kussentje de bloemen. Het gebeurde onder de grootste spanning en absolute stilte.
In de tweede kleuterklas "ontfermde" zuster Gusta zich over ons.
Ik zie nog haar enorme wrat op haar kin. Zij geurde naar stijfsel en formol. Dat laastste werd gebruikt in de wc als ontsmettingsmiddel.
Die wc's waren allemaal lage gemetste vierkanten bouwseltjes met bovenop een plank met een rond gat erin. Het gat was zo groot dat wij er bijna dubbel geplooid in hingen met onze broek op onze kloefen of schoenen. De onderste helft was zwart geschildert met koolteer; de bovenkant was wit gekalkt. Een klein deurtje ontrok je aan het zicht van de spelende kinderen op de speelplaats. Als de rijzige gestalte van zuster Gusta boven het deurtje verscheen kwam zij je uit je hachelijke positie verlossen. Zij maakte je schoon en trok je broekje weer op de goede plaats. In de klas hoor ik nog steeds haar luide aanmaning: "Eerste plecht! Mondje decht!" Zij was ook westvlaamse peins ik.
Zuster Christiane en zuster Gusta: het waren engelen. Nu weet ik het.
Het denken mag zich nooit onderwerpen!

jeronimo
Lid geworden op: 23 jan 2005, 22:18
Locatie: pajottenland

08 jul 2007, 00:35

Dat fluitje wout daar heb ik ook herinneringen aan.
Vorig jaar heb ik er nog gemaakt voor de kleinkinderren, weet ge,
het ging het best met wissen (wijmen) en in het voorjaar wanneer er opwaartse sapstoom is, van die w cees, ...er waren geen andere.
Ik herinner mij nog dat ik een ongevalletje had, ja in mijn broek gedaan
en zuster Alfonsa mij gewassen had en een gebreide broek aangedaan.
Wij mochten ook prikken en lappekes plukken hetgeen diende als opvulsel voor een kussen, soms mochten we eens matjes weven maar achteraf er de gekleurde bandjes er weer uittrekken.
We hadden ook een zandbak waar we alleen mochten naar kijken
Ik geloof dat er in mijn verre geheugen genoeg verhalen staan om een gans boek te schrijven. maar ik heb het nog te druk om mij daarmee bezig te houden.
niet wat ge zegt telt maar hoe ge het zegt.

Fikske
Lid geworden op: 16 dec 2003, 12:31
Locatie: W-O 1970

08 jul 2007, 14:16

Ja jongens dat zijn mooie herinneringen hé?
Wout je kan heel mooi vertellen, blijf asjeblieft bij ons!
Jeronimo en Wout herinneren zich nog goed hoe een fluitje werd gemaakt uit eenvoudig materiaal. Ik heb het ook ooit eens zien doen maar kan het helemaal niet navertellen zoals jullie en het zeker zelf niet maken.
Toch vind ik het nog altijd fantastisch hoe de mensen en kinderen vroeger uit dingen van twee keer niks toch nuttige werktuigen en speelgoed konden maken.
Zo herinner ik me dat we als kind nooit gekocht speelgoed hadden.
Er was trouwens geen geld voor en wij voelden ons niet ongelukkig. Iedereen, op een paar uitzonderingen na, had niks anders dan zelf gemaakt speelgoed.
Wij hadden er nochtans geen gebrek aan.
Zo maakten we van een oud fietswiel waar we de spaken uitdeden, een hoepel - 'reep', zeiden we - waarmee je uren langs de wegen en straten kon lopen. Door er met een stokje op te slaan of in de gleuf te laten glijden kon je de 'reep' snel voortbewegen. We deden wedstrijd om ter snelst aan het eind van de straat enz.
Een papieren vlieger gemaakt met twee kruiselings over mekaar gespannen rietstokjes, dit alles met bruin papier - en bij gebrek krantenpapier - overspannen. Een lang fijn touwtje eraan en we waren uren zoet met het versturen van 'telegrams' naar onze vlieger die héél hoog in de lucht hing boven het stoppelveld van boer x of y.
Een oude opgeblazen fietsband rond ons bloot lichaam hielp ons om niet te verzuipen als we nog niet goed genoeg konden zwemmen.
Van een versleten klomp maakten we een zeilbootje dat op de beek kilometers ver, al lopend langs de oevers, gevolgd werd.
Een oude boonstaak werd een polstok om over de beek te springen.
Houten stelten maakten we van afval van panlatten en sloegen er blokjes aan om onze voeten te laten steunen.
Boog en pijl waren geduchte wapens als we gingen 'vechten' tegen de bende van de beek.
Elke bengel had wel een katapult gemaakt van een houten v-vromige tak en rubberen rekkers van een versleten auto of motto band.
En dan maar gaan jagen in het veld of het bos! Geen enkele mus of spreeuw was nog veilig.
Een voetbal was te duur. Dan maar enkele vodden lappen stevig tot een bol gebonden en sjotten maar!
Meisjes hadden ook niks, behalve enkelen dan weer. Ze kregen vodden poppen en reden die rond in een houten margarinekistje met een paar houten wieltjes onder.
Ravotten en spelen, overal was er nog plaats en geen of weinig gevaar voor auto's.
Waar is de tijd...?

Ja we worden een beetje melancholisch en willen onze 'memoires' schrijven hé Jeronimo. Velen onder ons zijn daar al mee bezig (ik ook, min of meer) en het doet deugd en is ook goed want het verplicht je om na te denken, niet enkel over vroeger maar ook het niet zo verre verleden komt daardoor klaarder voor onze geest.
Of iedereen het 'boek' over onze belevenissen zal willen lezen?
Daar durf ik aan twijfelen...

Tot later,
Fikske
Wie tevreden is met wat hij heeft,
is de rijkste die er leeft.

jeronimo
Lid geworden op: 23 jan 2005, 22:18
Locatie: pajottenland

08 jul 2007, 15:31

Fikske,
Toch eigenaardig , overal hadden we hetzelfde speelgoed.
Ge hebt wel niet geschreven over de" dop" (tol) en de balbus.
Dit was een stuk vlierhout van 20 cm lang en 2 cm dik waar we het merg uithaalden, met een stamper werd er prop van papier of kemp ingestampt dan een tweede prop erachter en maar duwen, de stamper op de borst en ---plop, het balletje vloog lijk bij een luchtkarabijn.
Iedereen had ook wel het onderstel van een kinderkoets waar er een "vigor" bak op gemonteerd werd dan een dissel en een touw over de schouders, twee paarden en rijden maar !!!!
Nooit een varkens blaas met zagemeel er in geprobeert als voetbal??
wat hebben plezier gemaakt en ..... 't koste niets.
Er zou zeker iets geschreven kunnen worden over " ons speelgoed ".
allé tot nog nekie, 'k ga voortkijken naar de tour de France-
niet wat ge zegt telt maar hoe ge het zegt.

Wout
Lid geworden op: 06 jul 2004, 18:06
Locatie: 50,90 N- 5,50 E

08 jul 2007, 17:36

Een balbus; dat woord is totaal nieuw voor mij. Fijn, ik heb weer wat bijgeleerd. Mijn dank Jeronimo. Wij noemden dat een klots. En of het klotste. Ieder seizoen had zijn speelgoed denk ik.
Na de oogst in de herfst gingen wij vliegeren. Die vlieger werd ook zelf gemaakt met papier en dunne latjes droog hout. Van de latjes maakten wij een kruis. over de uiteinden een dun koordeke en het papier werd er over heen geplakt. Een geplette koude aardappel diende als lijm. Dat kleefde uitstekend. Voor de stabiliteit zorgde een staart, die bestond uit een dun touwtje vastgemaakt aan de onderkant van de vlieger en verzwaard met in vier gevouwen strookjes papier die als een vlinderdasje aan het touwtje werden vast gemaakt. Wij holden grote afstanden over de stoppelvelden, tegen de wind in, om het ding de lucht in te krijgen en dan om het hoog te houden. Als het zo ver was vierden wij om onze vlieger nog hoger de lucht in te jagen of gaven korte snokjes aan het touw om te zien hoe hij daar onmiddelijk op reageerde. Een drama was het als het touw brak en onze vlieger kwakkelend naar beneden daalde en ...in een hoge boom of telefoonpaal bleef hangen. Het was een beetje pijnlijk om het ding daar dan soms nog weken en maanden als een wrak zien te hangen. Maar algauw scharrelden wij het matraal samen om een nieuwe vlieger te maken..... maar misschien was de tijd wel aangebroken om met een ander, aan de tijd en omstandigheden aangepast tijdverdrijf te beginnen. Vervelen deden wij ons nooit.
Het denken mag zich nooit onderwerpen!

jadi
Lid geworden op: 25 mei 2006, 17:54
Locatie: de boterstad

08 jul 2007, 18:21

Och god ja die zwijneblazen,bah,...ik vond dat vies.Mijn grootvader liet die drogen en grootmoeder stikte daar een lintje rond en die werd gebruikt van mijn grootvader om zijn tabak in te doen.
Hartelijk dank voor de verhalen Jeronimo,Wout en Fikske ik heb er van genoten.
't Is goed in eigen hart te kijken nog even voor het slapen gaan.
Of ik van dageraad tot avond geen enkel hart heb zeer gedaan.

Wout
Lid geworden op: 06 jul 2004, 18:06
Locatie: 50,90 N- 5,50 E

09 jul 2007, 09:38

Jeugdherinneringen.....

Het "flashbackt" een beetje bij mij en ongewild wil ik er toch wat orde in houden. Cronologisch bedoel ik. Een beetje angstig misschien om iets simpel en moois te vergeten.
Wij woonden aan een stoffige zandstraat die doodliep op de oostelijke oever van het Albertkanaal; een soort verbindigsweg tussen de nabijgelegen koolmijn en de haven waar de kolen geladen werden in binnenschepen.
Vanaf de ontginning van de kolenmijnen in Limburg waren er gastarbeiders van verschillende nationaliteiten. Balten, Letten, Esten Tjechen en vooral Polen. Zij kwamen toen al werken in België omdat zij in hun thuisland minder goed hun brood konden verdienen denk ik. Zoals nu nog altijd. Maar onder hen waren er die, zo vlug de gelegenheid het toeliet, het zware werk in de mijn lieten steken en een handeltje opstartten. Zo kwam er tijdens de warme zomermaanden een paar keer in de week een Pool voorbij met een ijsroomkarretje. Het was eigenlijk geen karretje maar meer een kleurige, blinkende en met spiegeltjes bezette triporteur of bakfiets. Zijn verschijning zorgde telkens voor veel ophef en stress bij de, in de omgeving wonende, kneuters. Zijn komst kondigde hij aan middels een trompetje van koper zoals de rangeerders van de treinen die ook hadden; als ik mij goed herinner.
Alras drumde heel de jeugdige buurt rond zijn feestelijke bakfiets. Met een lange metalen spatel toverde hij de juiste hoeveelheid "kremdeglas" uit zijn potten in evenredigheid met de hoeveelheid nikkel die hij in je knuistjes zag. Knepkes, 10cent, kwartjes of zelfs een halffrankske hij zag dadelijk wat hij kon leveren. Hij kende ons ook allemaal bij naam; ttz. de naam die hij ons gaf. Lodviksk, Narko, Gradeska (mijn jongdte zus). Ik was Darken. Steevast zei als hij mij bediende; Ha, Darken, pieseman van de roet. Zo vertaalde hij zijn pools in het vlaams van bij ons.
Later, veel later, heb ik pas begrepen wat zijn aanspreektitel betekende.
Darken was mijn naam zoals hij die meende te horen van mijn vriendjes.
Met "pieseman" bedoelde hij blijkbaar het kleine ventje of het manneke dat nog in zijn broek plaste of zo iets. De roet was de spoorlijn waarlangs een trein de kolen van de charbonages naar de kolenhaven bracht.....en vermits wij achter de "roet" woonden was ik Darken enzovoorts.
Nog zo een kleur- en klankrijke figuur die soms aan de school opdaagde was de speelman of hoe hij ook genoemd werd. Die had zo'n metalen puntmuts op zijn hoofd waaraan kleine belletjes waren gevestigd. Op zijn rug droeg hij een grote trom. De pauk van de "groskes" was met een speciaal systeem verbonden met zijn rechtervoet of misschien de andere;zo bleef hij in de maat.
Met zijn beide handen speelde hij accordeon. Hij begon te spelen zodra de school uit was en de kinderen de straat op stormden. Maar voorbij die kleurijk uit gedoste figuur geraakten wij niet. Lijk mieren drumden wij om hem heen. Als zijn deuntje uitgespeeld was bleek dat hij ook nog wat te verkopen had voor een luttele cent die de meesten van ons niet bij hadden. Hier en daar een gelikkige kon zich dan toch een toverachtig uitziende prul kopen. Dat maakte de muziekman rijker. De koper, binnen de kortste keren een ontgocheling rijker. De volgende keer lukte het toch weer.
En dan was er nog Mielke Servela met zijn draaimolen. Ook ons gehucht had zijn kermisdagen
En dan daagde Mielke op met zijn draaimolen. Ik geloof dat het een kwartje kostte om op Mielke's draaimolen te zitten. Maar omdat er bij ons toendertijd nog geen elctriciteit was moest er een manier gevonden worden om het ding draaiend te krijgen. Daarom had Mielke een soort platform geïnstalleerd in de nok van zijn molen. Vijf, zes vrijwillegers, allemaal knapen die krap bij kas zaten, kropen dan op het platform en tussen de spaken van het wiel waaraan de bakjes bevestigd waren, en duwden de molen rond. Eerst langzaam maar dan steeds sneller en sneller over het kleine platform rondhollend. Als wij dat 10 keer deden mochten wij één keer gratis een paar toeren zweven. Alleen bleek dat ge telkens rapper buiten adem en aan je tien toeren waart dan Mielke. Het scheelde volgens Mielke altijd minstens een of twee beurten. En je geloofde natuurlijk wat Mielke vertelde.
Terwijl Mielke zijn molen draaide had hij in de nabijheid ook nog een ronde tafel staan. Aan de buitenkant waren er een aantal nagels, twee aan twee ingeklopt, waartussen al of niet een voorwerp lag dat je bezit kon worden als je Mielke een kwartje gaf. Daarop liet hij een soort pijl draaien, die dankzij een stukje karton aan het uiteinde, halt hield tussen twee nagels waar al of niet iets tussen lag. Mielke had altijd prijs. Hij bleef toch onze grote, vrriendelijke kindervriend.
Het denken mag zich nooit onderwerpen!

VictorinaVdP
Lid geworden op: 05 mei 2005, 14:58
Locatie: Bastogne

09 jul 2007, 16:58

Wat fijn we hebben er een maatje bij .
welkom Wout

Maatjes jullie kunnen nog al schrijven zeg.
Ik heb ook met vele van die speeltjes bezig geweest en dat komt omdat ik een neef had die 5 jaar ouder was en zo speelden wij altijd samen
Toppen knikkeren en nog zoveel andere

Dat van die fluitjes dat miek mij pa voor ons en wat wij ook wel deden dat was ruzie maken, en omdat ik mij natuurlijk niet kon verweren moest mijn papa mij komen helpen en zo hebben wij ettele malen de spiegel gebroken tot verdriet van mama , ja als het slecht weer was moesten we wel binnen spelenen en dan kon dat gebeuren niet

In den beginne in de kleuterklas, zo sinte Maarten op bezoek komen maar eerst moesten wij nog een beetje slapen van juf fietje en ten opeens ging de en de goed Sint gooide snoep door het raam en wij kleinjes moesten grabbelen.
Opeens staat mijn tante aan de deur om mij op te halen,maar ik had nog geen snoep en ze konden mij met geen paarden naar buiten krijgen
Ik heb daar dan zo een concert gehouden dat fietje zelf wat snoep bijeen graaide
Anders stond ik daar misschien nog (lach)

Gisteren en eergisteren kon ik maar niet op sennet geraken

Germain had meer geluk
als zijn epistel verstuurd was , heb ik ook nog een reactie proberen schrijven maar het was niets gekort
Ik wou dat vooral doen omdat Jadi mij de groeten gestuurd had na de reactie van Germain, maar als mijn laptop zijn werk niet wil doen is het niks gekort

En nu op hoop van zegen
Groeten aan iedereen
vic

jadi
Lid geworden op: 25 mei 2006, 17:54
Locatie: de boterstad

10 jul 2007, 20:34

Lieve Vic bedankt voor de groetjes met deze is dit dan gebeurd.
Wout dat is prachtig geschreven,je woordkeuze is zo goed.Hier zitten toch schrijverstalent.Volgens mij dan,ik zeg dat serieus hoor,niet als grap.
Ik speelde ook graag op straat en dat was niet om met de poppen te spelen.Zo heb ik ook met de tol gespeeld,knikkeren kon ik ook mijn mannetje staan.Pikkelen of pekkelen dat deed ik ook graag.Er werd ook verstoppertje gespeeld,"ketje duk=katje duik"noemde wij dat.
Wanneer de lichten branden moest ik in huis zijn.Maarja ik vergat dat nog al dikwijls.Toen kwam pa of ma mij zoeken,en ik kan je verzekeren dan was het mijn beste dag niet hoor.
***balbus dat ken ik ook niet***
't Is goed in eigen hart te kijken nog even voor het slapen gaan.
Of ik van dageraad tot avond geen enkel hart heb zeer gedaan.

Wout
Lid geworden op: 06 jul 2004, 18:06
Locatie: 50,90 N- 5,50 E

11 jul 2007, 18:58

Dank voor de complimentjes beste 70 plussers. Soms gaat het vlot dan weer wat minder. Maar het is toch jeronimo die een prachtig initiatief genomen heeft en de aanzet was van veel sluimerende herinneringen. En daar verdient hij een pluim voor vind ik. Het is ook verheugend vast te stellen dat nog zovelen zo'n mooie herinneringen kunnen ophalen en neerpennen. Wij zijn wel 70-plus maar nog geen doetjes. Ik voel mij fijn in jullie gezelschap.
Het denken mag zich nooit onderwerpen!

VictorinaVdP
Lid geworden op: 05 mei 2005, 14:58
Locatie: Bastogne

11 jul 2007, 20:22

Wel Wout - jeronimo en Jadi het is wel waar jullie kunnen het allemaal goed brengenn en een pluim verdienen julli alle drie zeker.
Bij ons loopt het niet zo goed en ik heb wel veel herinneringen maar zoals onze zoon zegt zit er geen structuur meer in .
Ik vind toch dat het niet geeft en daarom terug een verhaaltje van onze Spaanse belevenissen

In den beginne moesten wij elk jaar als vreemdelingen een werkvergunning aavragen, om niet te moeten sluiten gingen wij dus allemaal apart zo kon de rest ondertussen verder werken. Iedereen kwam met zijn ingevulde papieren terug maar ik alleen had de vergunning niet gekregen, thuis gekomen zegt mijn man trek het u niet aan Vic morgen gaan wij samen .
S andendaags nam hij een kistje sigaren corps diplomatique mee en direct was alles in kannen en kruiken en verder heb ik nooit geen last meer gehad.
Een kistje sigaren had ik elk jaar bij
Groetjes aan al de maatjes Vic

jeronimo
Lid geworden op: 23 jan 2005, 22:18
Locatie: pajottenland

11 jul 2007, 23:20

Hallo vrienden,
Bedankt voor de komplimentjes maar zonder julie had ik al lang gestopt.
Jadi, ik had een tekening van een balbus gemaakt maar krijg ze er niet
op, zal er iets anders moeten op vinden zeker.
Wout, ik vertel mijn verhalen lijk ze in mijne kop zitten, 'n geluk dar er
spellingscontrole is anders stond dat hier vol fouten.!!!
Zal nog eens diep in mijn geheugen tasten, misschien vind ik nog een verhaal.
niet wat ge zegt telt maar hoe ge het zegt.

jadi
Lid geworden op: 25 mei 2006, 17:54
Locatie: de boterstad

12 jul 2007, 16:06

Jeronimo bedankt voor de moeite ik appriciër het

Zo ik kom ook nog maar eens met een verhaal.

SINTERKLAAS

Door Vic haar verhaal over de Sint ,komen er ook bij mij enkele anekdotes op.Spijtig genoeg kan ik er geen jaar meer op plakken.Dat het gebeurd is tussen 1956 en 1959 is zeker want doen wist ik nog niet wie die Heilige was dat al dat speelgoed gratis bracht...
Ik had een ingemaakte kast op mijn kamer.Op een dag zie ik op het einde en gans bovenaan een pakje liggen.Ik kan jullie verzekeren die kast was heel hoog,die reikte tot aan het plafond,en als klein kind toont dit dan heel hoog.Ik vraag aan mijn ma wat er daar dat pakje insteekt.Daar mijn groottante wanneer ze op de streek was om te koken,soms bij mij in het bed sliep,was het eerste wat er in mijn ma opkwam het is een nieuw korset voor Tante X.Met die uitleg was ik een eindje zoet,maar toch was mijn nieuwsgierigheid te groot om het zo maar naast mij neer te leggen.Normaal gezien,veronderstelde mijn mama dat ik toch niet aan de top van de kast zou kunnen.Maar hoe het kwam wist ik niet,maar toch had ik dit geheim pakje kunnen pakken .Hoe ik daar geraakte weet ik niet.Groot was mijn verwondering toen ik een heel mooie "breikas" ontdekte.Zo fier als een gieter kwam ik er mee naar beneden.Maar zo fier ik was,zo verwonderd was mijn mama....En nu.. met welk leugentje moet ik nu afkomen moet mij mama toen gedacht hebben?Ja moeilijk was het niet,met te zeggen dat mijn groottante dat gekocht had voor mij,en dat ze me dit zou geven bij haar volgende bezoek was ze er van af...
Nog een anekdote,maar die is niet gebeurd in hetzelfde jaar.De avond ervoor was de Sint op bezoek geweest,en mocht ik op zijn schoot zitten(dit mocht toen nog)en zoals alle kindjes rammelde ik maar een heel lang lijstje af met wat ik graag zou hebben.Sint keek nog even in zijn grote hemelboek waarop stond waarin ik stout was geweest.En het was altijd juist wat die Heilige man vertelde.Van de Piet kreeg ik een mooie kartonnen doos met een rode Sinterklaas op getekend,en daarin zat er wat snoep.Wat ik niet wist was dat mijn ouders daarvoor hadden moeten betalen.Achteraf wist ik dat die dozen in het begin 10Bfr kosten en op het laatste was het al 20Bfr.Maar dit bepaald jaar hmm...ik herkende die schoenen,van een man die in onze straat woonde...Gelukkig deed die mens dat alle vele jaren,en had hij zijn stem vervormd.Maar toch toen was dit al een jaar van twijfelen.Maar 's morgens was ik dat allang vergeten,toen ik al dat mooie zag staan in de huiskamer.Toen ik binnenkwam,mijn hoofd naar rechts draaide, daar zat ze dan,een pracht exemplaar,mijn oogjes stralen nog als ik er aandenk.In mijn fotografisch geheugen zie ik ze nog zitten de laatste stoel van de rij.Met haar rug naar de straatzijde,.Ik zag niks anders dan die heel mooie pop....zo prachtig...Toen ging ik er voorzichtig naartoe,oei...die viel tussen de stoelen en ja haar hoofd was kapot.Ik had ze enkele minuten in mijn handen.Het was echt een ongeluk.Die pop had een porseleinen hoofd,mijn mama wist niet dat dit zo kwetsbaar was waarschijnlijk.Amaai was ik verdrietig,het had echt geen naam.Heel lang heb ik om die pop getreurd.Mijn mama heeft ze nog naar de poppenkliniek gedaan,maar ik heb ze nooit meer terug gezien..In het plaatselijk buurtwinkeltje spaarde mijn mama en grootmoeder de koffiepunten merk STORME,en daarmee kon ik de pop krijgen die al maanden op de toonbank stond te pronken.En toen heb ik al mijn liefde aan die pop gegeven.Ik heb nog die pop.
Zo dat was mijn verhaal

Afbeelding

Hier een foto van mijn poppen.De pop met het rode kleedje(dat heeft mijn mama gebreid) is die STORME pop
Diegene die rechtstaat is mijn laatste pop.Het communiekleed met alles erop en eraan heeft mijn mama gemaakt van een oude bloes van haar.
de pop die ervoor zit is mijn eerste popje
en dat klein trolleke heb ik in mijn jonge jaren gekregen van een vriendin. Die poppen staan in de slaapkamer.De andere hoek van de kast staat ook vol van herinneringen maar mss is dit wel eens voor een ander verhaal.
't Is goed in eigen hart te kijken nog even voor het slapen gaan.
Of ik van dageraad tot avond geen enkel hart heb zeer gedaan.

Wout
Lid geworden op: 06 jul 2004, 18:06
Locatie: 50,90 N- 5,50 E

12 jul 2007, 20:24

Mijn oorlog.

Vrijdag 10 Mei 1940.

Ik was negen en half jaar oud op 10 Mei 1940. Mijn gedachten gaan vaak terug naar de beroerde tijd die toen begon voor ons, zeventigers en meer. De periode van 10 Mei ’40 tot zeg maar eind ’45 hebben een diepe indruk op mij gemaakt. Er waren tijden dat je als kind niet besefte wat er allemaal gebeurde, maar er waren ook dagen en gebeurtenissen die in je geheugen gegrift blijven. Het was geen ver van mijn bed show; het gebeurde in je buurt, bij familie, bij vrienden en in het kleine gezelschap van je gezin en je thuis. Heel beangstigend,
met een blijvende beklemming en vooral onbegrip. Nu nog steeds.
Daar wil ik in ’t vervolg over vertellen. Met een reeks korte verhaaltjes die ik “Mijn oorlog” noem.
Omdat ik mij alles herinner zoals ik het zag, en hoorde, en las, en mee beleefde. En omdat ik het allemaal zo onrechtvaardig vond. Nu nog steeds.
In een vorig opstelletje vertelde ik dat wij aan het Albertkanaal woonden. Op de oostelijke kant van het kanaal. Dat was de kant van waaruit de Duitsers zouden komen. En dat zij zouden komen wisten wij al langer. Het Albertkanaal was immers niet alleen een vaarweg tussen Antwerpen en Luik; het was ook een verdedigingslinie tegen alles wat uit het oosten kwam. Het moest de opmars van de vijand naar het westen stuiten. Daartoe werden op de westelijke oever om de 5 à 600 meter bunkers gebouwd met meters dikke muren en zwaar bewapend. Wij woonden vlak in de schietbaan van zo’n bunker. Een beetje verderop lag een mooie, pas gebouwde boogbrug waarvan de pijlers konden gevuld worden met springladingen.
De directie van de kolenmijn zorgde niet alleen voor werk, maar droeg ook bij tot cultuur in de breedste zin van het woord. Zo had men het plan opgevat niet ver van ons huis een zwembad te bouwen. Het werk vorderde goed en er werd begonnen aan het bouwen van de kleedkamers. Verder kwam men niet. Omdat het zwembad een soort stelling vormde van waaruit de vijand de andere oever onder vuur kon nemen werden de werken verboden en stilgelegd. Later zou blijken dat de Duitsers daarvoor het kleine zwembad helemaal niet nodig hadden. Maar voor die historie moet je het fort van Eben-Emael maar eens gaan bezoeken.
De ochtend van 10 Mei stond iedereen op de straat voor zijn huis. Het was een mooie zomerse dag. Maar de lucht daverde door het geronk van de vliegtuigen.
Mijn ouders baatten een winkel en café uit waarvan het cliënteel vooral bestond uit binnenschippers die daar met hun schepen kolen kwamen laden voor verschillende bestemmingen. Het café werd vooral bezocht door dezelfde schippers om te telefoneren.
In de winkel werd zowat alles verkocht wat een schipper of zijn vrouw kon gebruiken.
Ook de krant Het Laatste Nieuws. Een van mijn grote zussen moest iedere dag een paar kilometer verder een aantal kranten gaan ophalen voor de klanten. De krantenkoppen van die dag lieten er geen twijfel over bestaan: het was oorlog!
Een paar uur later zagen wij de brug eventjes oplichten en dan middendoor breken en in het kanaal plonsen. Precies zoals in een vertraagde film. De paniek en de angst namen overhand toe. Ik kan mij niet herinneren of wij het middagmaal nog gebruikt hebben. Mijn ouders besloten te vluchten. Er werd allerlei van alles en nog wat bijeen gescharreld, in lakens gewikkeld op fietsen geladen en wij vertrokken. Mijn ouders, mijn 4 zussen, en ik de jongste
van het groepje. Maar hoe nu over dat kanaal geraken? De brug was vernield. Onder aan de dijk van het kanaal lag een roeiboot toebehorend aan de kolenmijn. Klaar voor gebruik voor de directie van de mijn natuurlijk. Hij lag daar gemeerd met zware kettingen en hangsloten vast aan een ingemetselde ring.
Mijn vader ging direct op het bootje af en trok met een forse ruk de ketting los. Weer eens steeg mijn vader enorm in mijn achting. Wij bereikten veilig de overkant. Het kanaal was toen ook maar goed 45 meter breed.
Nadat wij ons enkele kilometers van het kanaal verwijderd hadden besloot mijn vader nog eens terug te keren naar ons huis ik weet niet voor wie of wat. Toen hij na een paar uur terug keerde had hij een grote jute zak bij die gevuld was met tabak en sigaretten. Op de korte tijd dat wij afwezig waren hadden de plunderaars al toegeslagen en een en ander klaar gezet om mee te nemen. De soldaten die tegenover ons huis de bunker bemanden hadden de vaten mazout, die aan de zijgevel van het huis lagen, doorzeefd met kogels. De gasolie die moest dienen voor de scheepsmotoren van de klanten vloeide in de greppel naast de weg. Wij liepen verder maar lang niet alleen. De stroom met vluchtelingen zwol steeds meer aan. Karren, stoot- en kruiwagens, bakfietsen, alles waarin of waarop iets kon vervoerd worden sloot zich aan bij de stoet bange mensen.
s’Avonds kwamen wij aan in het dorpje Waanrode waar wij onderdak vonden in een hoeve.
In het gezelschap van twee van mijn zussen viel ik er in slaap in een hoog en warm bed.
De eerste oorlogsdag was voorbij. Ik had een flinke schop in mijn achterste gekregen; richting de volwassenheid.
Het denken mag zich nooit onderwerpen!

jadi
Lid geworden op: 25 mei 2006, 17:54
Locatie: de boterstad

12 jul 2007, 21:14

Afbeelding
Wout ik heb Fort Eben-Emael even opgezocht (via google)ik kende dit niet.Het eerste dat ik zag was een gasmasker in het museum.Het was toch even schrikken,wat moet dat erg geweest zijn voor jullie.Ik krijg er kippevel van.Alles moeten achterlaten,en bang zijn voor je leven.Ik mag er niet aan denken dat dit weer zou gebeuren.
Bedankt voor het verhaal.
't Is goed in eigen hart te kijken nog even voor het slapen gaan.
Of ik van dageraad tot avond geen enkel hart heb zeer gedaan.