de tijd van toen: 70 plussers - TE BEWAREN

Hier mag je praten, grappen maken, vertellen over alles.
Een humorist is iemand wiens vrolijkheid van zijn hart naar zijn hersenen is verhuisd. (Otto Weis - 1847)

Fikske
Lid geworden op: 16 dec 2003, 12:31
Locatie: W-O 1970

25 sep 2008, 22:54

Prachtig Jeronimo! Dit is grotendeels jouw werk.

SDW
Lid geworden op: 24 dec 2004, 11:42
Locatie: ANTWERPEN- BELGIE

25 sep 2008, 23:00

Soms komen er nog herinneringen naar boven die mogelijk intresant zijn om hier te plaatsen.........!!!!!! MAAR dan moet ik nog de tijd en woorden vinden omdat hier te plaatsen.

Kom regelmatig bijlezen hoor

SDW
Wens de LUCHTVAART te bevorderen
om de VREDE en VRIENDSCHAP te ontwikkelen tussen de ganse MENSHEID
zonder onderscheid van RAS,NATIONALITEIT of RELIGIE

Ivita
Lid geworden op: 05 nov 2007, 03:01
Locatie: Oostende

26 sep 2008, 09:58

dag fikske, ik ben een lezer van een generatie lager maar ik lees graag jullie "stories" en probeer af en toe een duit in 't zakje te doen.

Ik denk aan iets ineens ...

Ik was 6 en had net mijn eerste communie gedaan, dat was in 1967 en de wekelijkse mis had nu een andere dimentie gekregen! Ik mocht de hostie gaan halen, de echte deze keer want tot dan waren het "nep-hosties" om te oefenen!

Ik was bang om naar voren te gaan en mijn broer zou net achter mij staan... Ik mijn handjes mooi gevouwen zoals we geleerd hadden en de paster legde die hostie in mijn handen en mijn broer fluisterde "da moet je nu in je jaszak steken en buiten mag je die opeten"
:oops: ik deed alles wat mijn broer zei toen nog (nu niet meer want mijn broer is psycholoog geworden)
De priester trok aan mijn kap van mijn anorak toen ik mij omdraaide en was dus heel kwaad "dat doe je niet met het lichaam van christus" enzo van die dingen
Ik vergeet dit dus nooit van mijn leven meer.
Be carefull what you wish for

Fikske
Lid geworden op: 16 dec 2003, 12:31
Locatie: W-O 1970

26 sep 2008, 14:01

Heel mooi verhaal Motte. Ik heb er goed mee kunnen lachen. Het zijn soms zulke herinneringen die ons nauw aan het hart liggen omdat ze zo puur zijn en van kinderlijke onschuld en naïviteit getuigen.


Ik zie nog een verhaaltje uit mijn lagere schooltijd,dat ik hier niet eerder heb verteld. Ik hoop dat het jullie zal bevallen.

- Schooljaar 1946 - "De Bullebak"

Na twee plezante schooljaren bij onze favoriete meester Bagger te hebben doorgebracht, moeten we nu naar het vijfde leerjaar bij meester Heroes, een struise, jonge leraar. Hij is nieuw op school en doet zijn uiterste best om op een goed blaadje te staan bij het schoolhoofd. Tucht en nog eens tucht is zijn leuze. Strafschrijven en nablijven in de klas, zijn wapens. Bijna alle jongens zijn bang van hem, want het is een echte bullebak met sadistische trekjes. Toch heeft hij één zwak punt. Je zou het niet van hem denken, maar onze dwingeland heeft een kinderachtige hobby, namelijk; het fanatiek verzamelen van alle prentjes die in de repen chocolade zitten. Vooral de beeldjes van Chocolade-Jacques, met de verschillende koppen van mensenrassen, genieten zijn voorkeur.

Wie in de gunst van de leraar wil komen moet dus veel chocolade eten en zijn prentjes afstaan. Bijna dagelijks brengt ‘den Elias’ nieuwe prentjes mee naar school en als hij ze demonstratief aan de meester overhandigt, lacht de deugniet zijn rotgesnoepte tanden bloot. Ondertussen is hij de ‘sjoe-sjoe’ van onze boeman geworden en kan in zijn ogen geen kwaad meer doen. Toch is Elias geen engeltje, integendeel. Hij is een echt ‘faffoeileken’* en wil overal haantje de voorste zijn, behalve in schoolse kennis.

Het is speeltijd, maar de helft van onze klasgenoten is gestraft en wij mogen niet buiten om te gaan spelen. Heroes houdt toezicht op de speelplaats en heeft de deur van de klas op slot gedaan zodat we niet naar buiten kunnen. Elias gaat vooraan tegen het bord staan en voert het hoogste woord. Naast hem staat Felix, één van Elias’ beste vrienden. Felix is de zoon van een welgestelde boer en zijn bijnaam ligt voor de hand, we noemen hem ‘Boerke’. Boerke is zo mogelijk nog dommer dan Elias en doet alles wat zijn voorman hem vraagt.
“Die smeerlap denkt dat hij ons kan blijven pesten,” schreeuwt Elias en hij geniet dadelijk alle aandacht, “maar vandaag gaan we hem eens goed liggen hebben. We barricaderen de deur van onze klas met enkele schoolbanken, dan kan hij na afloop van de speeltijd niet meer binnen.”
“En als hij door het sleutelgat wil kijken,… wel dan laat ik hem mijn gat zien!” zegt Boerke en om zijn woorden kracht bij te zetten, laat de schavuit zijn broek zakken en toont zijn blote billen aan alle jongens in de klas. Grote hilariteit bij de binnenblijvers!

“Maar Elias, jong toch,” protesteert één van de jongens voorzichtig, “de meester zal razend zijn, laat ons dat liever niet doen!”
“Het is vandaag één april en dan is dat toegelaten!” roept Elias zelfverzekerd.
We zijn er niet gerust in en schuiven met tegenzin vier banken tegen de inkomdeur.
Elias heeft aan alles gedacht.
“ Wij zullen zeggen dat het een grap is. Kom, we schrijven op dit groot tekenpapier dat het de eerste april is en als de meester nadien binnenkomt steken we dat in de hoogte.”
Hij neemt een pen, stopt die in de blauwe inkt en schrijft: 1 APRIL, maar het is nauwelijks leesbaar.
“Pak iets dikkers om te schrijven Elias,” zeg ik, “ ge ziet bijna niks op het papier staan!”
Plots steekt de belhamel zijn wijsvinger in de inkt en overschrijft er de dunne letters mee.
“Voilà,” zegt hij trots, “nu zal hij het wel goed zien.”

Boerke wil nog straffer doen dan zijn kompaan en zegt dat hij zijn penis in de inktpot durft steken. Er wordt gelachen met zijn voorstel, maar als we hem aanmoedigen om het te doen, neemt hij de inktpot uit de bank en steekt zijn piemeltje in het kleine ronde gaatje van het porseleinen potje. Het pietje gaat gemakkelijk in de smalle opening en Felix laat zelfs het potje helemaal los en… het blijft vrolijk aan zijn fluitje hangen, maar… als hij zijn plassertje eruit wil halen, is het dingetje gezwollen en zit het muurvast.
Opnieuw lachen de binnenblijvers zich een kriek.
“Trek die inktpot daar toch gewoon af,” zegt den Elias, en hij wil de daad bij het woord voegen, maar Boerke huilt als een speenvarken.
“Nee! Niet doen! Dat doet pijn zulle jong!”
Juist op dat moment horen we de bel die het einde van de speeltijd aankondigt. Iedereen stopt met lachen. Nu wordt het ernst, de spanning stijgt. Binnen enkele ogenblikken zal Heroes willen binnenkomen en wat er dan gaat gebeuren… daar durf ik niet aan denken.

De jongens raken verdeeld in twee kampen. Zij die bang zijn en willen dat we vlug de banken weer op hun plaats schuiven en de anderen, die kostelijk willen lachen en zich sterk voelen omdat het toch een aprilgrap is. Ik ben ongerust en behoor tot de eerste groep.
De grootste sukkelaar is Felix met de inktpot die maar niet los komt. Wij horen de sleutel in het slot en dan…
Bang! De deur knalt tegen de banken.
Wij houden ons hart vast en horen de zware stem van de meester die ongelovig vraagt wat er aan de hand is.
Bang!!! Een tweede smak, nu veel harder dan de eerste.
“Hé daar! Wat staat er daar binnen tegen de deur?”
Niemand durft zijn mond open doen.
“Hé, zijn jullie doof of wat?” Heroes kwakt de deur nog een paar keer hard tegen de banken en dan houdt het plots op.
Van het verschieten is den boer zijn penisje terug slap geworden en kan hij de inktpot weer in het gat van zijn bank plaatsen.
Op dat moment verschijnt de rode kop van onze leraar aan het venster van de klas.
“Hé daar binnen! Wat is dat allemaal?” Hij is kwaad en tik zo hard met zijn trouwring op het glas dat dit dreigt te gaan barsten.
Dan ziet hij de banken die de deur blokkeren. Hij wordt zo mogelijk nog kwader en brult.
“Wat zijn jullie van plan? Schuif als de bliksem die banken daar weg of ik sla hier alle ruiten kapot!”
Schoorvoetend gaan we naar de banken, maar den Elias en nog een paar heethoofden houden ons tegen. Er ontstaat een getrek en geduw en uiteindelijk met de hulp en de duwkracht van buitenaf schuiven de banken een weinig opzij en kruipt een verbolgen onderwijzer door de spleet tussen deur en het bord. Het schuim staat op zijn lippen en hij weet niet echt wie hij nu eerst gaat aanpakken. Hijgend staat hij daar en met een dreigende vinger in onze richting probeert hij een paar woorden uit te brengen.
Den Elias is de moedigste van ons allen en hij doet een stap naar voor.
“Het was vandaag toch één april meester,” zegt hij bijna onhoorbaar.
“Watte?” brult Heroes.
“Eén april,” herhaalt Elias en hij krimpt een beetje in elkaar want hij verwacht een paar kletsen rond zijn oren. Onwillekeurig houdt hij het tekenpapier als bescherming met beide handen voor zich uit. De meester heft dreigend zijn arm omhoog en grist het blad uit Elias’ handen. En dan ineens,… als van de hand Gods geslagen blijft de meester staan en kijkt beurtelings van het papier naar zijn favoriete leerling. De donderwolk verdwijnt als bij toverslag van zijn gezicht.
“Vooruit!” lacht hij, “ het is nu al lang goed geweest. Zet die banken terug op hun plaats.”
We zijn er als de kippen bij om alles weer in orde de brengen. Alleen Felix is de enige die niet helpt en vlug in zijn bank schuift. Als we naar huis gaan, verlaat Boerke als laatste de klas en probeert hij met zijn boekentas de grote inktvlek ter hoogte van de gulp te verbergen.



* faffoeileken = jongen die zich graag laat opmerken ( Brussels dialect)

Fikske
amadee

26 sep 2008, 17:32

Dag allemaal,
Bedankt voor de wijze aanmoedigende woorden. Ik kan een hele dag vertellen over vroeger, met de gewettigde vrees dat ik al iets voor de derde keer opnieuw zit te vertellen, en dat tot grote verveling ven de luisteraars. Zo gaat dat met mensen van mijn ouderdom, die hele dagen alleen zitten tussen hun oude foto's en allerlei dingen, waar ze geen afstand van kunnen doen, zoals ik. Vroeger, toen werd alles bijgehouden, totdat het tot de draad versleten was, de gaten in de kousen werden gestopt, enz. Bij afbraak werden de nagels uit de planken gehaald met een klauwhamer, de kromme nagels werden recht geklopt, want die konden nog gebruikt worden, ook al waren ze een beetje verroest.
De tijd van de kleine kruideniers. Tot over een goeie tien jaar was er nog zo een winkeltje in Turnhout, in de Warandestraat (op de hoek - halo mensen van Turnhout!!!). Een gewoon hoekhuis, 5 m breed, met een gang naar achter en de voorplaats. Winkel in de voorplaats, piepklein, met de winkel toog en schabben, volgestouwd met allerlei eetwaren. Met 2 man was de winkel vol. De groenten werden buiten uitgestald, 's avonds werden ze binnengehaald en in de gang gezet.
Ik ben er dikwijls iets gaan kopen, zomaar uit nostalgie, uit sympathie voor de oude man, die het als een roeping aanzag, de zaak die zijn ouders hadden opgebouwd, verder te zetten. Bij vb.: een doosje erwtjes, ik wist dat hij zoiets wel in huis had. Zo'n dingen stonden gewoonlijk op het hoogste schab. Hij nam een lange stok met een haak, schoof het blik daarmee van het schab en ving het sierlijk op; de man daar enige handigheid in verworven.
Ikzelf ben de kleinzoon van zo'n kruidenier.
Vroeger gebeurde er ook allerlei dingen op straat.
Maar dat is voor later.
daag.

jeronimo
Lid geworden op: 23 jan 2005, 22:18
Locatie: pajottenland

26 sep 2008, 19:24

hallo amadee,
Goed jong, 't is zoiets dat we nodig hebben.
dank en doe zo voort
Fikske, dienen bullebak was wel een succes op de verhalensite hé.
in alle geval "welcome back"
niet wat ge zegt telt maar hoe ge het zegt.

Fikske
Lid geworden op: 16 dec 2003, 12:31
Locatie: W-O 1970

26 sep 2008, 19:30

Amadee jong, jij bent een geboren verteller en je kan het nog mooi verwoorden en opschrijven ook. Die nostalgie is een deel van ons geworden hé, zeker als je alleen bent. Toch is het fijn dat we deze goede (en soms ook mindere) herinneringen kunnen koesteren.
Uit ervaring weet ik dat ook jonge mensen graag luisteren als we over 'vroeger' vertellen. En als het soms eens een keer voorkomt dat we iets twee of zelfs drie keer vertellen dan wordt het ons wel (taktvol) gezegd en begrijpen ze het wel.

Ik heb van je verhaal genoten speciaal omdat we, toen we pas getrouwd waren, zelf zo een klein kruidenierswinkeltje hebben gehad. Ik ging overdag werken en mijn vrouwtje hield het winkeltje open zelfs tot elf uur 's avonds. Toen kwamen de supermakten en zagen we ons genoodzaakt om het winkeltje te sluiten. De mensen kochten enkel nog bij ons... wat ze in de supermarkt vergeten waren en we konden hen geen ongelijk geven want wij kochten bepaalde goederen 'in', aan de prijs die ze in de supermarkt 'verkocht' werden, dus...

Enfin we zijn er niet van gestorven want... we leven nog. Tot later.

Groetjes van Fikske

jeronimo
Lid geworden op: 23 jan 2005, 22:18
Locatie: pajottenland

27 sep 2008, 19:30

We zijn er bijna. ! ! ! weldra onze 100.000e lezer
Vóór we zover zijn wil ik mijn terugtocht afmaken.

We hadden het gezien en meegemaakt, die bewuste morgen nog even naar de grot
en onze terugtocht kon beginnen. hadden we de heenreis over Tours, Angouléme Potiers en Bordeaux gereden, nu zouden we de weg over midden Frankrijk nemen
De ganse dag reden we aan een hoog tempo, ieder deed op tijd kop en we reden tegen een gemiddelde van 30km/uur, eer de avond viel hadden we er 240 km doorgemaald.
Daar we in een nogal eenzame streek reden gingen we in een kasteelboerderij vragen om te overnachten, daar werden we uitgenodigd in het kasteel zelf te slapen en met hen het avondmaal te nemen , neen dat konden we niet aannemen, we bleven liever
op de boerderij waar ons het avondmaal gebracht werd.
Enkele bussels stro werden opengelegd en waar zouden we beter geslapen hebben,
’s anderendaags ’s morgens bracht men ons een kan chocolade melk en een meter brood,... smakelijk.! ! Na een grote “merci” konden we onze tweede dag aanvatten.
Neen veel valt er niet meer te vertellen; behalve dat we er een verschrikkelijk tempo op nahielden, ik herinner mij nog dat ik “de daler” was, ik vond het zonde in bergop zo te moeten duwen en dan in bergaf te remmen, was ik een waaghals, ik weet het niet maar bij, het dalen stak ik de auto’s voorbij, het komt er in de bochten maar op aan u te laten hangen en niet op de kant van de weg te rijden waar de fijne kiezeltjes liggen.
Een tijdje na onze thuiskomst spreekt er mij een vriend van een vriend aan;
Kan het dat ik u gezien heb in de terugtocht van Lourdes, ja dat is juist.
Wel ik zal dat maar niet aan mijn vader zeggen, hij heeft bijna een ongeluk gehad toen gij hem in een bocht voorbijstak, volgens hem moesten ze zulke zotten van de baan houden.
Ja, zo gingen de dagen voorbij met ons aantal kilometers af te malen en om de eentonigheid te breken deden we telkenmale we een bord zagen met de naam van een dorp deden we een sprintje voor de eerste, moe werden we niet meer, toen het avond werd zochten we een plaatsje om te overnachten.
Zo kwamen we ergens in de buurt van Parijs, hier gratis slapen zou wel wat moeilijker zijn, zoals gewoonlijk reden we richting een kerk en vragen naar Mr le Curé.
De pastorie hadden we vlug gevonden maar gene pastoor, nochtans het raam van zijn slaapkamer stond open en een goed bed nodigde ons uit ,maar neen dat konden we toch niet doen.Tegen de kerk was er een dubbele garagedeur, eens geduwd en ja deze
gaf toegang tot een lange gang die uitgaf op een zaal, waarom zouden we verder zoeken, met onze fietsen binnen, hier was er een bar, neen niet voor de drank maar
er was water om ons nog eens te wassen en te scheren, een wc en er lagen tapijten.
Wat moesten we meer hebben, geloof het of niet maar we zijn er vertrokken zonder iemand gezien te hebben.
Nu het centrum van Parijs door ! even langs de Notre Dame en de eifeltoren maar er stonden nergens aanduidingen om de stad uit te komen en die agenten altijd maar
Pas de problémes, tousjours “tout droit.maar toen we na een tijdje aan die zelfde agent de weg vroegen was hij nogal verwonderd en tekende hij ons een plannetje.
Alles liep gesmeerd, behalve onze ketting, die begon nogal te krakene en Rie zijn banden waren tot op den “toile” versleten, ja de binnenband kwam even kijken,.
Dat werd opgelost met er een stukje van een versleten band onder te steken., de remblokjes waren ook versleten.Maar wij, we waren frisser dan ooit, wat een training kan doen.!
Zo kwamen we na vijf dagen en een half, triomfantelijk in ons dorp toe, maar er was niemand om ons te verwelkomen, in onze jeugdorganisatie hebben we wel een forum gehouden waarbij we ons wedervaren vertelden.
Als afsluiter wil ik nog vertellen wat er met mijn fiets gebeurd is.
Dat hij er alles behalve proper uitzag kunt ge u vooestellen, de banden en de remblokjes waren versleten dus, aan vervanging toe.
Met mijn weer bijna nieuwe fiets ging ik een vriend bezoeken en liet
mijn juweeltje tegen de deur langs de straatkant staan, bij het buiten komen na enkele minuten was mijn fiets verdwenen, na aangifte bij de champetter sprak ik volgende woorden uit
" hij moest er zich mee dood rijden" en ja, hij op wie ik vermoedens had maar niet dierf zeggen aan de politie, bleef acht dagen later met een wiel in de wissel van de tram klemmen, viel en werd aangereden door een vrachtwagen met dodelijk gevolg.
Sedert heb ik nooit geen kwaade wens meer uitgesproken.
niet wat ge zegt telt maar hoe ge het zegt.

jadi
Lid geworden op: 25 mei 2006, 17:54
Locatie: de boterstad

27 sep 2008, 23:34

Hallo ik ben weer eens komen bij lezen..en moet zeggen het is nog altijd even boeiend...Ik heb ferm moeten lachen met dat blauw piemelke en over die kruidenierswinkel dat herinner ik me ook nog..Op de toonbank stond er een negerke als je er een muntstuk in stak knikte het van JA...
Och ik weet dat mijn ma koffie Storme kocht en daarvan punten spaarde daar kon je dan een mooie pop voor hebben (ben ik later achter gekomen want die werd gebracht door Sinterklaas)Ook de melkboer en de groentenboer hadden een winkeltje..tjonge dat waren tijden..Het Lourdesverhaal heel heel mooi..ook de andere verhalen zijn mooi..
Het eerste communie verhaal deed me terug denken aan het mijne...Mijn eerste communie was in 1956 of 57 dat weet ik zo goed niet meer..Ik herinner me dat we verplicht een schort moest dragen, niet die zwarte zoals mijn ouders maar hetzelfde model maar in mooie kleurtje en tekeningetjes..Maar de straffen waren niet mee geevolueerd, de zuster of juffrouw gaf wel nog de tik met de regel op de vingers heel pijnlijk hoor..of ons hoofd onder de pomp..de toiletten waren zes op rij,van groot naar klein,en buiten.Model gat in een houten plank..Ik ben aan het afwijken,om terug te komen op de communie..het kerkelijk feest ging door in de kapel van de zusters natuurlijk...Maar wat was dat luguber,de beelden die keken altijd zo dreigend naar ons,en er hing daar ook altijd zo'n speciaal reukje vond ik....Eerst repetitie van achter naar voor mooi in de rij en ook zo met de handjes gevouwen,hoofd wat naar beneden..Een voor de communiebank moesten we op een rij op het teken van de klapper knielen..Toen moesten we het witte doek vastnemen zodat als de hostie viel,die op de doek viel,want we mochten nooit de hostie met de blote hand nemen...De pastoor prevelde iets in het latijn en dan staken wij zo ver mogelijk onze tong uit..Ik herinner me nog dat er tijdens de repetitie uitdrukkelijk gezegd werd dat we niet mochten bijten op de hostie dat de ziel van Jezus veel pijn zou doen..Na ontvangst moesten we terug op maat rechtstaan en dan heel devoot naar onze plaats terug gaan...Ik toch even voorzichtig even bijten,pff..ik hoorde niets dus ik maar ferm kauwen wat je niet mag doen,kan toch zo'n deugd doen moet ik toen gedacht hebben ..Maar....'s avondse eens in mijn bedje,kreeg ik daar verdorie een nachtmerrie niet te doen.Mijn mama dacht en zei "zij is zeker bereden van de maan".Maar de werkelijk reden was,ik werd zo bang omdat ik ferm op de hostie gebeden had en dacht dat Jezus zijn zieltje aan het bloeden was...Zo zie je maar hoe men op school kleine kinderen konden bang maken..
't Is goed in eigen hart te kijken nog even voor het slapen gaan.
Of ik van dageraad tot avond geen enkel hart heb zeer gedaan.
amadee

28 sep 2008, 23:23

Halo,
Over die winkeltjes valt nog veel te vertellen. Veel keus zoals nu was er niet. Wel waren er meestal 3 soorten kaas: jonge kaas (of gewone), belegen en oude. Belegen kaas noemde men "half-en-half" of ook wel "tussenin". Toen ik eens met 2 dames aan de toonbank stond vroeg de eerste "half-en-half" kaas, de tweede moest "tussenin" hebben en ik vroeg dan maar belegen kaas. De winkelvrouw sneedt drie keer van hetzelfde blok kaas af. "Och" zei ze "er is wel een verschil: de ene kaas is wat meer belegen dan de andere, maar niemand maakt er daar iets van, en ik heb trouwens maar één soort in huis.
Bij het buitengaan ("merci,dankuwel,merci) viel het oog op een plaatje met een vrouwtje met kap die minzaam een kopje koffie vast hield. Daaronder de tekst: "Bent U niets vergeten? Ja, een pakje chicoree De Beuckelaer." Vraag met antwoord! Op den duur werd dat zinnetje een gezegde, een staande uitdrukking, bij wijze van afscheidsgroet , wanneer men ergens bij vrienden buiten ging.
Veel dingen werden per schep verkocht; dat was ooit het geval met mosterd. Maar in de jaren dertig en daarna werd het verbruik van mosterd en pickels bevorderd door XXX (verdomd, ik ben de naam kwijt, ik twijfel er niet aan dat iemand kent nog wel de naam van die firma, die toen heel populair was), een firma die die dingen verkocht in glazen die het juiste formaat hadden om ze te gebruiken voor allerlei drinkbare vloeistoffen, bier, melk, limonade, zelfs water.
Op den buiten waren er veel klein cafétjes, dikwijls met een klein winkeltje aangehecht. Heel handig op zondag na de tien of elfurenmis: terwijl de mannen een pintje pakte (en nog een en nog een), konden vrouwen de nodige aankopen doen en de laatste dorpsnieuwtjes uitwisselen.
Ik probeer al uren een foto hier binnen te krijgen. Ik volg nauwgezet daarvoor de instructies op, maar het lukt me niet. 't Zal wel aan mij liggen zeker.
Tot het volgende hoofdstuk. daag.

jadi
Lid geworden op: 25 mei 2006, 17:54
Locatie: de boterstad

28 sep 2008, 23:37

Och ja Amadee dat is juist...ik herinner dat ook van die mostard..Bij ons kwam er een ventje met een zwarte fiets rond,vooraan had hij op zijn fiets een tonneke staan en daar werd er dan mostard uitgeschept, één pollepel of twee...herinner dat heel goed als kind..Bij ons was dat Mostard Wostyn Torhout..Ik heb nog altijd mijn moeder mostard potje staan dit was in grijs aardewerk met een kurk deksel er op..Kan er niet van scheiden het staat in mijn keuken op de kast..
Weet je wat ik me ook nog herinner de schareslijper..die kwam ook rond om messen en scharen te slijpen...
Merken mostard...even denken ...DL-mostard,Dyon Mostard,Sterreke er zijn er nog hoor maar die komen niet in mijn gedachten onmiddellijk..het is ook al laat zal maar mijn beddeke opzoeken
't Is goed in eigen hart te kijken nog even voor het slapen gaan.
Of ik van dageraad tot avond geen enkel hart heb zeer gedaan.

jeronimo
Lid geworden op: 23 jan 2005, 22:18
Locatie: pajottenland

29 sep 2008, 00:05

maar amadee jong, dat ge zolang gewacht hebt. ! ! !
niet wat ge zegt telt maar hoe ge het zegt.

Fikske
Lid geworden op: 16 dec 2003, 12:31
Locatie: W-O 1970

29 sep 2008, 12:09

Schitterend, gewoon schitterend Amadee en Jadi. Zo even ons hartje kunnen ophalen met oude herinneringen doet deugd hé. Jeronimo zal ook nog wel iets van vroeger weten, maar hij heeft al zo veel verteld en toch komt er af en toe nog iets in je gedachten waarvan je denkt; "Hé, dat moet ik nog maar eens vertellen!

Prettige dag verder en tot later
Fikske

jeronimo
Lid geworden op: 23 jan 2005, 22:18
Locatie: pajottenland

29 sep 2008, 23:19

Nabeschouwingen over onze velotocht naar Lourdes.
Van onze 3.000fr hadden we nog 92 fr over.
De reserve in mijn broeksband niet gebruikt.
We aten zomaar 7 kilo klontjessuiker.
Gebruikten 3 liter naphte voor ons campingvuurtje
Het fruit kwam van de takken die over de straat hingen,
dus niet gestolen.? soms hadden we wel een lange arm. !
Iedere maaltijd gebruikten we een meter brood
We kochten 6 pakjes van 250 gram astra ( margarine)
Was 7 kilo vermagerd maar na 14 dagen had ik mijn gewicht terug.
niet wat ge zegt telt maar hoe ge het zegt.

Wout
Lid geworden op: 06 jul 2004, 18:06
Locatie: 50,90 N- 5,50 E

30 sep 2008, 17:02

Proficiat Amadee; mooi en grappig verhaal en goed verteld. Mijn ouders baatten ook een winkel en café uit. Als er reizigers kwamen om bestellingen op te nemen was ik steeds in de buurt van mijn moeder achter de toonbank. De snoepvoyageur had steeds mijn bijzondere aandacht. Charel was zijn naam.
In een zwart kistje met een tiental schuifjes had Charel zijn aanbod zitten. Hij plaatste de zwarte doos behoedzaam op de toog en trok dan een schuifke open. Hij sprak daarbij bijna geen woord maar floot altijd een sissend deuntje met ingetrokken lippen. Mer een potlood tikte hij , één voor één op de inhoud van van het schuifke en noemde kort en haast fluisterend het aangeduide snoepje:
.....régliskes..tik...sssssss....babbelutte...tik
......ssssssss......Nouga...tik....ssssssss.
.......Belga's...tik .......ssssssss.......drop....tik....ssssssss
karmellen....diabolo......niknakskles.
......surprieskes......parlinnen.....
.groene muntjes.....spekken....
Zo ging dat maar door tot het laatste schuifke zijn wonderen had prjsgegeven. Tusendoor gaf moeder haar bestellingen door; altijd veel te weinig vond ik terwijl ik met grote ogen en waterige mond naar Charel en zijn kofferke keek. Maar wat ik verwachtte kwam nooit. Geen enkel snoepje kwam uit het schuifke in mijn mond terecht. Nooit. Sommige sneukels zaten zelfs onder een elastiekje vastgeklemd in hun vakje. Anderen waren dan weer bekeuzeld door het lange verblijf in hun vakje, in het schuifje nummer zoveel van het wonderklffertje. .......zwarte nestels...tik....sssssss......tutters...tik....sssssss..........en nog veel meer lekkers....
Het is al zo lang geleden, zo'n zeventig jqaar denk ik, maar ik zal Charel noot vergeten. Kan ook moeilijk want hij is de grootvader van één onzer leukste en grappigste TV presentatoren.
Bericht aangepast wegens te breed door de moderator.
Het denken mag zich nooit onderwerpen!