de tijd van toen: 70 plussers - TE BEWAREN

Hier mag je praten, grappen maken, vertellen over alles.
Een humorist is iemand wiens vrolijkheid van zijn hart naar zijn hersenen is verhuisd. (Otto Weis - 1847)

jeronimo
Lid geworden op: 23 jan 2005, 22:18
Locatie: pajottenland

31 okt 2008, 18:21

Ja amadee, degenen die nog kunnen vertellen van de dertiger jaren lopen niet dik meer zulle en....zijn niet van de knoppekes tijd.
Bij al mijn hobby's zing ik ook nog in een vierstemmig koor
We zijn zelf met een groepje in de X factor tot aan de boot-kamp geraakt
Morgen gaan we de mis van Johann Michael Haydn zingen.
Neen porsionkelen zit er niet meer in, de zieltjes zullen zelf hunne weg
moeten zoeken.
Laatst gewijzigd door jeronimo op 01 nov 2008, 13:50, 1 keer totaal gewijzigd.
niet wat ge zegt telt maar hoe ge het zegt.
amadee

31 okt 2008, 23:40

Goejedag

Jeronimo, ik denk dat wij op dezelfde golflengte zitten.
Mijn vrouw zong graag, zij zong bij het grote Ceciliakoor van Antwerpen (koor van Lodewijk De Vocht), totdat ze door een dom ongeval in 1983 haar nek brak en volledig verlamd werd. Ik zelf heb ook nog meegezongen tot in 1977; toen werd ik door een auto overhoop gereden, en sindsdien zit ik met een kapotte knie. Mijn vrouw was alt, ik was bas. Maar ik kan de hoge tonen ook wel aan.
Het Ceciliakoor zong grote werken zoals,de Negende Van Beethoven, das deutches Requiem, en nog enkele Requiems.
En paar keer moest het operakoor versterkt worden, zoals bij de “Meesterzangers “, en “Boris Godounov”, en dan is het wel eens interessant om die wereld van de andere kant te bekijken.
In de negende symfonie duurt het bijna een uur eer het koor ook eens iets mag doen en dat is lang om daar bijna beweegloos te zitten zitten, blik op oneindig. Voor u kunt ge de muzikanten in het oog houden; na een aantal uitvoeringen begint ge hun gewoonten te kennen; vlak voordat het aan hun beurt is: de blazers maken hun lippen nat, de bassisten schuiven hun contrabas wat naderbij en gaan recht zitten, en de violisten verschuiven wat op hun stoel. Voor mij zit een een trombonespeler; hij moet 3 of 4 delen van de negende wachten om ook eens iets te mogen doen. Heel die tijd zat hij rustig en met veel aandacht naar zijn papier op de staander te kijken. Juist voor het concert begon had ik het al gezien: bij alle anderen las ik in grote lettere: De Negende Symfonie, en daaronder: Ludwig van Beethoven. Alleen bij onze trombonist stond: De Zingende Rots , en daaronder: Willy Vandersteen. Toen het vierde deel begon klapte hij zijn boekje toe en verscheen Ludwig. Met veel gevoel speelde hij zijn partij. Bij elke uit voering kon hij een stripverhaaltje lezen.
Voor mij was het niet gemakkelijk om rustig te blijven zitten. Als ge tijdens het allegro ma non troppo op de tweede rij uw neef uit Zundert herkent , moogt ge niet beginnen te wuiven; ik heb de neiging het andante recitativo in het derde deel mee te fluiten, maar dat wordt erg kwalijk genomen.
En daarom zong ik ik na mijn ongeluk niet meer mee.
Saluut.

jeronimo
Lid geworden op: 23 jan 2005, 22:18
Locatie: pajottenland

01 nov 2008, 14:08

amadee,Lodewijk de Vocht , de kleinzoon van...was onze huisdokter
Na een tijdje in Congo is hij naar Sch... komen wonen.
Was voorzitter van de bloedgevers ezn samen met mij kregen we het bericht" geen bloed meer geven"ze hadden hepatiytis C vastgesteld.
Hij is er al enkele jaren niet meer, ik moet toch wel een goede engelbewaarder hebben want ik ben er door gekomen met een paar weekjes moe te zijn en vitaminen te nemen.
Ikzelf zing ook bas maar kan zowel de lage als de hoge MI nemen.
De lage mi is toch nog altijd gemakkelijker te pakken zulle :)
niet wat ge zegt telt maar hoe ge het zegt.
amadee

01 nov 2008, 22:19

Goejedag

16 jaar geleden heb ik overbruggingen gekregen, samen met enen De Vocht, kleinzoon van...., hij woonde in ’s Gravenwezel (’s G...), waar ook de oude Lodewijk woonde. Hij was zeker 20 jaar jonger dan ik.
Ik heb mijn stem eens getest: ik haal geen lage tonen meer, ik kan wel hoger zingen dan vroeger, maar het volume is minnetjes.
Het kroonstuk van de Chorale Caecilia (de officiele naam van het Ceciliakoor) is de Johannespassie van Bach (vroeger was dat de Mattheuspassie), verder was er ook nog het Requiem van Verdi. Bach hen ik nog meegezongen.
Jeronimo, hoe is het met Haydn afgelopen?
Ik vind een bebloemd kerkhof een prachtige traditie, iets waar vele mensen van verschillende opinie aan samenwerken. Het doet me wel iets.
Daag

jeronimo
Lid geworden op: 23 jan 2005, 22:18
Locatie: pajottenland

01 nov 2008, 23:31

Amadee,
Er was een kleine vergissing, onze dokter noemde Emanuel
en kwam ook van ginder ergens aan de Hollandse grens
Ja, ons mis van Haydn is er goed door gekomen
groetjes en tot een volgend verhaaltje.
Tenminste als er iets in mijn geheugen komt, daarom is het zeer goed dat anderen ook iets uit de oude doos bovenhalen.
niet wat ge zegt telt maar hoe ge het zegt.
amadee

02 nov 2008, 19:28

Goejedag

Ik was 13 jaar toen de duitsers België binnen vielen; 17 toen de oorlog eindigde. Ik heb de oorlog meegemaakt tijdens de jaren van volle verstand, veel is in mijn herinnering vervaagd, verkleurd of verdwenen, maar er blijft nog genoeg over om er wat over te vertellen.
Op 10 mei1940 begon het. Het was zeer mooi weer. Heel vroeg werd er al geschoten, “’t’is oorlog” zei mijn vader direct en zette de radio op. Op straat was er een paniekerig geloop, en men begon al direkt te spreken van te vluchten. Die eerste dag (of was het de tweede) vlogen er een paar duitse vliegtuigen (Stuka’s??) in duikvlucht over Merksem, en lieten een paar bommen vallen. Waar ze vielen weet ik niet, men zei dat ze de bruggen over het Albertkanaal vizeerden, maar die bleven alleszins intact. Ik weet dat ik doodsbang was. Toen die vliegtuigen boven huilend naar beneden doken, viel ik op mijn knieën voor het Mariabeeld.
Er werd de volgende dagen paniekerig gereageerd, allerlei verhalen over duitse wandaden, het een al gruwelijker dan het andere, deden de ronde, en er gingen al maar meer mensen op de vlucht, maar het bleef toch meest beperkt tot mensen die een geschikt vervoermiddel hadden, en die wisten waar naartoe, ergens bij familie of waar zij een plaats wisten om er te verblijven.
Mijn vader had 4 jaren in de loopgraven van de IJzer gelegen, hij kende wat van oorlog en strategie, en na bestudering van de situatie, besloot hij niet weg te gaan maar af te wachten.
Mijn vader had het juist voor. Vluchten? Hoe en naar waar? Het huis onbewaakt achterlaten, mekaar en de wederzijdse legers in de weg lopen, om uiteindelijk gekneld te geraken en helemaal niet meer weg te geraken. Hij had alleen schrik dat het Albertkanaal waar we langs woonden, een front zou worden tussen 2 legers.
Dwars door Merksem liep (en loopt nog) de Bredabaan, een bijna rechte weg van Antwerpen naar Breda, de voornaamste verbinding tussen België en Nederland. Op een bepaald punt was die weg zeer smal, misschien maar 10 m., voetpaden inbegrepen, en dan moesten de trams er nog door; toen bleek dat voldoende te zijn , later werd dat verbreed en nog later kwamen er enkele autostrades die weg vervangen, maar destijds in 1940, was 10 m nog voldoende. Men kan zich dat nu echt niet meer voorstellen.
Ik herinner me dat er in die dagen nogal wat beweging was op de Bredabaan. Aan en afrijdende soldaten, ik meen dat er Fransen bij waren. Meestal moe en onfris zowel de vrachtwagens als de manschappen die ze vervoerden. Ons huis stond in een zijstraat op een 50 m ervan, dus kon ik dat in het oog houden, want ik was nogal nieuwgierig van aard. Ik denk dat de scholen dicht bleven, hier en daar werd nog wel wat gewerkt, want het leven moest voortgaan.
Er werd veel verteld over duitse valschermspringers, en dat men daar moest naar uitkijken. Op zekere dag was er veel rumoer op de straat, en werd beweerd dat men een hele troep valschermspringers had weten te overmeesteren, en ja hoor, ze kwamen van ver aangemarcheerd, richting Antwerpen, soldaten in een grijsgroen uniform. Het bleken Nederlanders te zijn. Men zei dat die over Antwerpen Zeeland wilden bereiken, om daar hun land te gaan verdedigen. Te voet dus; ik weet niet of die Hollanders voor het einde van de oorlog Zeeland hebben bereikt.
Het ging niet goed met de verdediging van het vaderland, en mijn vader vond het toch beter het Albertkanaal over te steken, tot in Antwerpen, dan konden we eventueel weer rap terug. Vader, moeder, mijn 2 zusters en ik, elk met zijn fiets, die toen nog “velo” heette, beladen met van alles en nog wat, maar meestal kleren, in een laken gedraaid. De brug van ’t Sportpaleis over...
Wij belandden in de Jacob Jacobstraat . Daar hadden wij verre familieleden wonen, zeer ver, tot op de dag van heden weet ik niet hoe de familieband ik mekaar zat, ik moet niet meer hopen het nog te weten ten komen. Nonkel Jef, een orthopedische schoenmaker en tante Lisa. Nonkel Jef was een vriendelijke, olijke man, met een gote moustache, weggelopen uit een vrolijke musical, Mary Popins of zo, maar toen bestonden er nog geen musicals, dat kon dus niet. De Jacob Jacobstraat ligt pal in de Jodenbuurt, ik denk dat ge in heel Antwerpen geen joodsere straat kunt vinden. Het enige dat ik me daarvan herinner is een straat vol groepjes fel gesticulerende heren met baard, met een lange zwarte jas en
zwarte hoed, en vrouwen en kinderen die vrachtwagens aan het volladen waren. Toen wist ik niet wat er met die mensen nog zou kunnen gebeuren. Hopelijk hebben zij veiliger oorden bereikt.
We waren er nog maar één dag of mijn vader verkondigde dat we terug naar huis gingen. Men had verkondigd dat we 48 uur moesten binnen blijven. “Dat betekend dat de stad zonder slag of stoot wordt overgegeven “ zij mijn vader enigszins opgelucht, “ze gaan de bruggen doen springen; we moeten onmiddelijk terug, anders zitten we hier opgesloten.” De lakens met van alles en nog wat terug op de velo, dag Nonkel Jef en tante Lisa, tegen de stroom van nog steeds vluchtende mensen in de andere richting over de brug van ’t Sportpaleis.
....wordt vervolgt. Daag. Amadeus.

jeronimo
Lid geworden op: 23 jan 2005, 22:18
Locatie: pajottenland

02 nov 2008, 20:01

Afbeelding

Deze middag in de zevende dag sprak men over de achteruitgang van de grootbloemige chrisanten, een West-vlaamse kweker zag het ook niet rooskleurig, de eindprijs is zó fel gezakt dat er geen toekomst meer inzit.
Zo één bloemstengel heeft +- 70 bladeren, in ieder bladoksel is er een okskelscheut handmatig te verwijderen hetgeen een zeer intensief werk is
Vroeger was het een specialiteit van de streek tussen Brussel en Aalst
niettegenstaande ons plantgoed uit Roeselare kwam, spijtig dat zo'n bloem gedoemd is te verdwijnen, deze teeld zat bij oudere kwekers en
het jonge volk ziet op tegen het vele werk en het risico van misoogst.
Was de teeltperiopde arbeidsintensief, de oogst was des te erger.
OP een paar dagen moest gans de serre geruimd worden, de bloemen bestemd voor de veiling moesten bloem per bloem ingepakt worden,
in bussels van vijf gebonden en naar de veiling gevoerd worden om daar in vazen van 25 stuks op water te zetten, bloemen zijn nu eenmaal goederen die met zachtheid moeten behandeld worden.
Neen, een gemakkelijke teeld was het niet, planten einde juni om te oogsten tegen 1 November, neen geen 8 dagen vroeger of later.
gedurende die tijd moest men de teeld onkruid, ziekten en insecten vrij houden hetgeen geen gemakkelijke opdracht was.
Op de foto ziet ge de bloemen enkele dagen vóór 1 november, de mensen die er fier bijstonden waren mijn vrouwtje en ik, ja reeds 20 jaar geleden, de andere foto toont een exemplaar met een omtrek van 75 cm.
deze was nog niet volgroeit en kon op water gemakkelijk nog een paar centimeter uitgroeien.
In mijn tijd was er voor de verkoop geen probleem, handelaars stonden aan te schuiven om er een paar honderd te krijgen.
Een schone tijd maar zou hem niet meer willen herbeginnen.
Laatst gewijzigd door jeronimo op 02 nov 2008, 23:46, 1 keer totaal gewijzigd.
niet wat ge zegt telt maar hoe ge het zegt.

SDW
Lid geworden op: 24 dec 2004, 11:42
Locatie: ANTWERPEN- BELGIE

02 nov 2008, 20:07

De morgend van 10 MEI heriner ik mij nog vaag, wij woonden toen aanschijnpoort in een huis met uitzicht op het sportpaleis en ik herinner me nog de bommen welk AMEDEE vermelde.
Enkele dagen zijn wij dan vertrokken naar Frankrijk zoals ik reeds vroeger hier beschreven heb ik was toen slechts 5 jaar oud of eigenlijk 4-1/2 gezien ik geboren ben op 02 OKTOBER 1935 .
dus maar vage herineringen !!!!
Wens de LUCHTVAART te bevorderen
om de VREDE en VRIENDSCHAP te ontwikkelen tussen de ganse MENSHEID
zonder onderscheid van RAS,NATIONALITEIT of RELIGIE
amadee

04 nov 2008, 12:49

Goejedag

Prachtig Jeronimo, die foto, die bloemen. Bloemen telen, planten, bomen, er mee bezig zijn, mooie dingen scheppen, mensen blij maken, jjullie hebben een ideaal beroep gekozen, er zeker veel werk maar ook veel deugd aan beleefd.

Vervolg van mijn wedervaren; de eerste dagen van de oorlog.
Na onze tactische elastische terugtrekking gingen wij, fiets aan de hand, terug over de brug van ’t Sportpaleis in omgekeerde richting. Nog altijd zochten anderen het zuiden op, richting Frankrijk. In Merksem zelf was het redelijk rustig, meen ik me toch te herinneren. Alleszins kwam er een moment dat het allemaal heel stil werd, Overal werden de rolluiken langs de straat naar beneden gelaten, een klein spleetje werd open gelaten, zodat we nog naar buiten konden loeren. Wij woonden in een rijhuis, huis aan huis, zoals zowat overal in de Merksemse straten Soms hoorde we nog een legerauto over de Bredabaan rijden, maar toen de bruggen over het kanaal werden opgeblazen bleef het helemaal stil. (ik weet niet zeker of ze wel allemaal werden opgeblazen). Hoe dan ook, het was echt een bijna komplete, ongewone, spannende stilte; we luisterden naar elk vreemd geluid.
Eerst hoorden wij het gebrom van lichte voertuigen op de Bredabaan; dat konden wij gemakkelijk horen van op het hofke achter het huis. Duitse verkenners. Er kwam meer en meer beweging, en dan hoorden we het geluid van allerlei voertuigen in onze straat. Door de spleet in de luik zagen we dat een kolonne duitsers met allerlei voertuigen in onze straat was komen post vatten.. spannende ogenblikken achter de vensterluik.
We zagen een soldaat aan de overkant aanbellen. Hij vroeg aan de vrouw die opende zijn emmer met water te willen vullen. Hij klikte daarbij met de hielen, zoals duitsers dat doen, en toen de vrouw met de emmer water terugkwam, klikte hij nogmaals, en boog het hoofd bij wijze van dank; de vrouw lachte. Een beetje verder stond nog een vrouw in het deurgat te kijken, en nog verder nog mensen; het was vreemd, er klopte iets niet in het beeld dat men ons had voorgehouden, deze duitsers bleken beschaafde, fris geschoren, zelfs vriendelijke jonge mannen te zijn. En hun materiaal wekte ook al bewondering. Na tien minuten stond heel de straat aan de deur. Ook mijn zusters, 18 en 16 jaar, kwamen kijken. Het kon er niet aan mankeren dat ze de aandacht van een paar duitsers trokken. Dat trok ook de aandacht van mijn vader en daarop volgde een stille terugtocht van mijn zusters. Het verliep allemaal zo rustig, misschien was het wel een propagandastunt.
Elders werden bij het binnenvallen een aantal mannen door duitsers doodgeschoten. Maar bij ons verging dat nu eenmaal vredig. Het zou veranderen, 4 jaar later was alles net omgekeerd.
De volgende dagen gebeurde er merkwaardige dingen.
Hallo ouwe mannen en vrouwen van Merksem!! waar zijn jullie, laat eens iets horen!!`
Daag, tot fleus!

jeronimo
Lid geworden op: 23 jan 2005, 22:18
Locatie: pajottenland

04 nov 2008, 13:25

Dank amadee voor uw appreciatie.
Ik zou zeggen ge zijt er ene van bij ons, wij zeggen ook fleus
in de plaats van straks.
Bij ons is de Duitse inval ook zonder slag of stoot verlopen.
Iedereen was op tijd gaan lopen , zowel soldaten als jonge mannen
Laatst gewijzigd door jeronimo op 04 nov 2008, 21:35, 1 keer totaal gewijzigd.
niet wat ge zegt telt maar hoe ge het zegt.
amadee

04 nov 2008, 23:26

Goejedag

De duitsers vertrokken weer uit onze straat. Toen bleek dat de meeste mensen toch thuis waren gebleven. Men was een klein beetje gerustgesteld omdat wij de inval door de duitsers voorlopig zonder kleerscheuren hadden overleefd, maar iedereen stelde zich vragen voor hoe het nu moest voor de toekomst, en hoe het zou zijn met diegenen die op de vlucht waren geslagen.
Maar ik was een klein jongetje, al die vragen waren aan mij niet besteed, ik trok er de volgende dag al op uit op verkenning. Op mijn eentje. Na meer dan zestig jaar stel ik vast dat ik eigenlijk toch ouders had die me veel vrijheid lieten. Want ik was echt in mijn eentje op stap door Merksem waar de meeste mensen nog een beetje aan ’t bekomen waren van de gebeurtenissen. En kinderen waren helemaal niet te zien.
Ik trok naar de brug van ’t Sportpaleis, die was het dichtste bij, om te kijken hoe het met die brug gesteld was. Ik geloof dat de brug in ’t water lag maar ik herinner het me het niet. Wat ik wel zag was een vijftigtal blote mannen die in het kanaal kwamen zwemmen. Dat waren die duitse soldaten. Ik daalde het trapje af. Beneden was een smalle zandweg tussen het talud van de brug en een 2 m hoge afsluiting in gevlochten draad van de fabriek van Vanderelst, fabrikant van sigaretten Belga en tabak Belgam. Ik zag hoe enkele mannen over de afsluiting naar buiten klommen; ze hadden een hoop pakken tabak over de afsluiting naar buiten gegooid grabbelde ze bijeen en liepen met armen vol weg. Eén van die pakken viel terug op de grond, die raapte ik dan maar op. Ik kon dat toch niet terug over de afsluiting gooien, of de vluchtende mannen achterna lopen. Ik nam het mee naar huis. Het bleek tabak Belgam te zijn. Ondertussen was ik ergens een duitser tegengekomen en die gaf me een pull-over, zomaar. Ik argeloos jongetje naar huis. Ik had nog nooit mijn vader zo kwaad gezien. Ik had deelgenomen aan plundering en dat was heel erg. Het pak tabak werd ergens verstopt, de pull-over ook. Mijn vader was een grote roker. En tabak werd raar. Na 2 jaar kon mijn vader het niet uithouden en kwam het pak pas terug te voorschijn. De pull-over was mijn maat en heb ik nog lang gedragen.
De volgende dagen trokken de krijgsgevangenen door Merksem.
Dat is voor nen andere keer.
De groetjes

Wout
Lid geworden op: 06 jul 2004, 18:06
Locatie: 50,90 N- 5,50 E

05 nov 2008, 10:44

Beeldrijk geschetst Amadee vooral als je zoals ik een deel van uw leven in Merksem hebt doorgebracht. (+/- 25 jaar)
Ook ik heb de oorlog als teenager meegemaakt en ben nog altijd verwonderd dat die periode zo duidelijk in mijn herinnering is blijven hangen. Mijn verhaal heb ik hier een tijd geleden al gedaan. Succes verder. Blijf nieuwsgierig.
Het denken mag zich nooit onderwerpen!

Wout
Lid geworden op: 06 jul 2004, 18:06
Locatie: 50,90 N- 5,50 E

05 nov 2008, 10:45

Goed geschetst Amadee. Als oud inwoner (+/-25 jaar)van Merksem zie ik het beeld zo voor mij. Ik beleefde ook als prille teenager de twede wereldoorlog. Mijn verhaal deed ik al een tijdje geleden op SN. café. Maar het is toch verwonderlijk hoe die periode zo duidelijke in je herinnering blijft hangen. Nog veel succes; ik blijf nieuwsgierig uitkijken naar je belevenissen. Misschien hebben wij wel gemeenschappelijke kennissen.
Het denken mag zich nooit onderwerpen!

jeronimo
Lid geworden op: 23 jan 2005, 22:18
Locatie: pajottenland

05 nov 2008, 12:40

Wat een geheugen.! ! !
Ik kan me ook nog heel veel herinneren over vroeger
maar vreemd genoeg, een recente mop, ze mag nog goed zijn,
ben ik zo rap vrergeten.
Er zullen toch al beginnen gaten in te komen zeker.
niet wat ge zegt telt maar hoe ge het zegt.