Frustratie

Literaire pareltjes van maatschappelijke gebeurtenissen.

telloorlekker
Lid geworden op: 26 nov 2002, 17:46

14 mar 2007, 12:08

Hermano, ik rijd ook met automaat dan wel op een benzine.
Het is, volgens mijn instructieboekje, uit de boze om de auto in gang te duwen of te laten slepen om hem aan de praat te krijgen.
Het heeft in mijn geval trouwens totaal geen zin, daar deze koppeling er een is van het viscose-principe. In die vloeistof blijven die schijven toch maar draaien zonder resultaat. Door de wagen te duwen of te slepen kan men toch niet die kracht ontwikkelen om de motor te doen ontbranden. Het in gang duwen van mijn wagen (CRV) zou ook nog andere nefaste gevolgen kunnen hebben, vooral dan op de achterbrug...

hermano
Lid geworden op: 17 mei 2004, 21:11
Locatie: Aangespoelde

14 mar 2007, 12:19

TLL, dat lijkt heel correct. Vraag: met oudere diesels van voor 20 jaar heb ik geen probleem, maar om een recentere diesel in gang te krijgen (door een botsing achteraan bv.) is er toch een probleempje volgens mij, omdat de elektronische injectiepomp nu eenmaal enkel werkt met stroom, dus zal er toch geen diesel meer geïnjecteerd worden, dus kan die auto toch eigenlijk niet meer in gang schieten als er geen contact is? Of ben ik mis, wat ze in de VAB van het Waasland ook beweren, er is toch iets niet juist.

telloorlekker
Lid geworden op: 26 nov 2002, 17:46

14 mar 2007, 16:24

Toch Hermano, het principe van een dieselmotor is gebaseerd op compressie i.p.v. door middel van ontstekingskaarsen zoals bij een benzinemotor.
Natuurlijk heb je gelijk, en dat geldt voor alle brandbare vloeistoffen, als je stelt dat zonder stroom je auto niet werkt; de brandstofpomp wordt uiteraard aangedreven door de capaciteit van de batterij. Maar zuiver theoretisch heeft een diesel zelfs geen brandstofpomp nodig; een rechtstreekste aansluiting op de cilinderkoppen volstaat.
De huidige complexiteit van de motoren vergt méér van de batterij dan van de motor tout court. De injectiepomp, de mengverdeler en uiteraard de vloeistofpomp kunnen nu eenmaal niet zonder. Maar die voorschakelattributen hebben uiteraard ook niets gemeen met de motor op zich, men kan ook alles "handbediend" verwerken, wat dan weer te omslachtig is voor ons luxeleventje hé... :wink:

Fikske
Lid geworden op: 16 dec 2003, 12:31
Locatie: W-O 1970

20 mar 2007, 19:18

Om terug te keren naar de dingen die me nogal eens FRUSTRATIES gaven, hier dan weer een ware gebeurtenis van een drietal jaren geleden.
Kan ik er om lachen? Achteraf wel maar als het gebeurt dan geeft het ... frustratie.

Daags nadat de sportarts me een injectie met kruidenmedicijn had gegeven was mijn linkerknie plots vervaarlijk beginnen opzwellen. Ook mijn onderbeen werd dik en stijf.
‘Ga toch naar de huisdokter,’ zegt mijn vrouw, ‘dit is niet meer normaal!’
‘Goed, als het morgen niet beter is dan ga ik.’
Bij het ontwaken voel ik aan mijn knie de nu helemaal stijf is en veel pijn doet.
Naar de dokter dus. Het lijkt wel of ik een olifantspoot heb want mijn onderbeen is bijna even dik als mijn knie.
‘Spoedgeval.’ Onze huisarts is formeel: zo vlug mogelijk naar het dichtstbijzijnde ziekenhuis. Mijn vrouw zal me brengen en omdat het zo dringend is besluit ze om later op de dag terug te komen met mijn pyjama en toiletgerief.
Met de steun van een kruk geraak ik met veel moeite van de auto tot aan de receptie van de ‘Urgence’, want voor alle duidelijkheid; dit is een Brussels ziekenhuis ...
Mijn vrouw geeft de brief van de huisdokter aan de receptioniste en die wordt plots onvriendelijk wanneer ik in het Nederlands antwoord als ze me in het Frans aanmaant om op een draagberrie te gaan liggen.
Ik wordt naar een koele ontvangstruimte geduwd en nadat ze rondom mij de gordijnen hebben dichtgetrokken, net als in een paskamer, wordt mijn vrouw weggestuurd.
Het is ondertussen bijna middag en ik begrijp dat men mij nu niet dadelijk gaat verder helpen. Toch duurt het nog minstens een uur eer dat er een jonge dokter in mijn pashokje verschijnt.
‘Quel est votre problème?’ Vraagt hij nors.
‘Mijn linkerbeen is helemaal dik en doet pijn.’ Antwoord ik.
‘Vous ne parlez pas Français?’,vraagt hij hooghartig.
‘Een beetje,’ zeg ik ‘maar ik versta beter Nederlands.’
Als door een bij gestoken draait hij zich om en verdwijnt door de gordijnen.
Weer duurt het een half uur voor ik iemand in mijn hokje zie.
Een verpleger komt mijn bloeddruk meten en loopt weer weg als ik vraag of men mijn been niet gaat onderzoeken.
Na weer een kwartuur verschijnt een jonge vrouw die Nederlands spreekt en me naar de Radiografiekamer brengt.
Ik word op de tafel gelegd en in het Frans gevraagd om me links, op de rug en rechts te draaien om foto's te kunnen maken.
Na nogmaals een half uur wachten op de gang komt iemand me halen en brengt me naar het tweede verdiep; orthopedieafdeling.
Ik krijg een plaatsje in het eerst bed van een tweepersoonskamer. In het andere bed bij het venster ligt iemand te kermen die blijkbaar pas wakker is geworden na een zware operatie.
Ik vraag hem of ik iets kan doen, bellen voor een verpleegster misschien, maar er komt geen antwoord.
Even later komen er twee verpleegsters, de gordijnen tussen onze bedden gaan dicht en ik hoor Frans praten. Uit het gesprek versta ik dat ze mijn buurman proberen uit te leggen dat hij op de knop van de pijnpomp moet drukken als de pijn te hevig wordt.
De gordijnen gaan weer open en een half uur later verschijnt er een vrouw in een lang kleed en met een hoofddoek op in de kamerdeur. Ze gaat langzaam tot aan het voeteinde van het tweede bed en kijkt naar de nog steeds kreunende man. Wanneer ze hem schijnt te herkennen loopt ze terug naar de deur en laat twee jongere vrouwen, een man en drie kinderen binnen.
Omdat de jonge vrouwen goed Frans praten veronderstel ik dat ze van Marokkaanse afkomst zijn.
Ze beginnen heel luid te spreken en de patiënt te ondervragen, of hij nog veel pijn heeft en geen honger soms? De oudere man geeft enkel kreunend antwoord.
Uit twee zware, veelkleurige boodschappentassen haalt de familie een hele hoop voedsel en frisdrank tevoorschijn en begint waarachtig aan hun lunch.
Na nog geen tien minuten is het lawaai van de vrouwen en stoeiende kinderen zo luid geworden dat het tot in de gang moet hoorbaar geweest zijn want een struise verpleegster komt de kamer ingestormd en wil dat er slechts twee bezoekers per bed in de kamer aanwezig blijven. De rest moet op de gang blijven wachten.
Met veel tegenzin gaan de kinderen met een van de jongere vrouwen naar buiten maar na vijf minuten staan ze weer allemaal binnen rond het bed en lunchen verder.
Ondertussen is mijn vrouw aangekomen met mijn kleren en toiletgerief en vraagt me of ik al verzorging kreeg. Als ik neen schud loopt ze vrij kwaad de gang in en komt even later terug met een jongere man die een lange naald in mijn rechterarm steekt en er een Baxter aanlegt. ‘Voor de minder worden van de gezwel ...’, probeert hij uit te leggen.
Daarmee moet ik het dan maar verdere doen want naar zijn zeggen zijn er geen dokters meer beschikbaar vóór maandagochtend. ‘Het is nu eh ... vrijdak - avond en vijf uur. De weekend wordt hier op orthopedie niet ge - snijden ... ’ Daarmee moet ik het maar doen.
Die nacht doe ik geen oog dicht. Mijn kamergenoot heeft blijkbaar nog heel veel pijn, kreunt luidop en bidt tot Allah terwijl de verpleegsters af en aan lopen om hem te verzorgen.
De volgende dag wordt ik naar een andere kamer overgeplaatst en blijft de man alleen achter.


Het verhaal wordt weer langer dan ik eerst dacht, ik zal het maar in twee stukken kappen ... tot morgen.
Wie tevreden is met wat hij heeft,
is de rijkste die er leeft.

telloorlekker
Lid geworden op: 26 nov 2002, 17:46

20 mar 2007, 19:50

Fikske, noem jij dat "frustratie" ? Hopelijk brengt je tweede deel opheldering, want tot heden kan ik aan die tenniselleboog, voetbal- of skiknie geen verhelderende stukje geven.
Ooit had ik ook een waterknie, als gevolg van een verkeerd manoeuvre bij een van mijn werkzaamheden. Een knie, die het vergelijk met het gedeelte boven de tweederde best kon doorstaan; een knie zo dik als mijn bips.
Pas nadat mijn huisarts er de klisteerspuit aan gewaagt had, en er een niet onachtzame hoeveelheid vocht had aan onttrokken kwam het verdict; zo min mogelijk op steunen, én zeker geen bruuske bewegingen mee uithalen.
Maar van een opname in het ziekenhuis was in zijn repliek helemaal geen sprake. Het gezwel zou, eenmaal de medicamenten én zijn klisteerspuit in extremis nog eens benut zouden worden, wel verbeteren ... zo verzekerde hij mij.
Welnu, ik heb ik daar welgeteld een vijftal dagen mee rondgehuppeld; niet het gebruik van krukken -ter ondersteuning- hebben me er doorheen geholpen maar wel de ski-sticks !
Kort na mijn bezoek aan de huisarts waren wij nl. vertrokken richting de Tiroolse bergen; onze skireis was al geregeld nog voor die waterknie zich manifesteerde.
Niet belasten zei hij...! Hoe dacht hij dan dat ik zou skieen ?
Hét wondermiddel, leek het wel; net dat doen wat hij mij afraadde...
Belasten, swingen, slalommen... en de pijngrimmassen versmolten als sneeuw voor de zon...

Fikske
Lid geworden op: 16 dec 2003, 12:31
Locatie: W-O 1970

21 mar 2007, 11:14

telloorlekker schreef:Fikske, noem jij dat "frustratie" ? Hopelijk brengt je tweede deel opheldering, want tot heden kan ik aan die tenniselleboog, voetbal- of skiknie geen verhelderende stukje geven.
Geen frustratie TLL ? :roll:

Volgens Van Daele is frustratie ; ontgoocheling, teleurstelling, belemmering in het verwezenlijken van zijn verwachtingen of behoeften ...
Als je in de spoedafdeling van een ziekenhuis wordt opgenomen verwacht je toch dat men je snel zal verzorgen en uitleggen wat er met je gaande is ... in je eigen taal!
Goed tot daar dan. Nu de rest van het verhaaltje.

Geduld is een schone deugd maar als er maandagvoormiddag nog niemand is komen opdagen om mij te vertellen wat er nu juist met mijn been ‘aan de hand is’ of wanneer ze van plan zijn om daar iets aan te doen wordt ik nogal nijdig en bel mijn huisarts op.
Deze komt zo vlug mogelijk -na zijn maandagochtendconsultaties - naar mij toe en brengt het slechte nieuws dat de hoofdchirurg pas woensdagavond terugkomt van een congres in Frankrijk en dat ik daarna pas zal geopereerd worden.
‘Kan iemand anders mij dan niet opereren?’
Blijkbaar niet want twee assistenten zijn ook mee naar Frankrijk en de rest heeft zijn handen vol met dringende gevallen.
‘Ik ben toch ook een dringend geval?’
‘De zwelling is al enigszins afgenomen en wij wachten liever op het oordeel van de hoofdchirurg.’ Punt uit, en ik lig daar maar en wacht af.
De pijn is ondertussen wel veel minder en ik besluit dus maar om geduld te hebben.
Donderdag ben ik vol hoop maar wacht tevergeefs op één van de congresgangers.
Vrijdagochtend komt een assistent vertellen dat ik maandagochtend bij het eerste uur op de lijst sta voor een kijkoperatie en om acht uur 's avonds komt de hoofdchirurg -eindelijk zie ik hem - me hetzelfde vertellen.
Weer een lang weekend zonder dat er iets ernstig ondernomen wordt behalve regelmatig bloedprikken en nieuwe Baxters steken.
Vol spanning lig ik maandagochtend te wachten op de verpleegsters die me moeten komen halen maar na de middag laten ze weten dat ik pas vanavond laat aan de beurt kom.
Inderdaad om acht uur die avond is het zo ver en wordt ik naar de operatiekamer gebracht.
Hierover kan ik niks meer zeggen want ik sliep.
Midden in de nacht wordt ik wakker en kort daarop -proficiat - brengen ze me dadelijk naar mijn kamer. De pijn is draaglijk en de volgende dag helemaal verdwenen. Het been is ook al veel minder dik en ik schep goede moed.
De hele week daarop is het rustig maar ondanks mijn vele pogingen om Nederlands te praten zijn er slechts een paar verpleegsters die wat Nederlands kunnen of willen spreken. Van de dokters is er slechts één die eenmaal - na veel aandringen - een schuchtere poging deed om uit te leggen wat er nu precies met mijn knie is gebeurd was.
De rest van het medisch team sprak enkel Frans zodat ik het uiteindelijk opgaf en ook maar antwoordde in hun taal.
Bij het ingaan van de derde week was mijn been weer bijna helemaal normaal maar ondanks mijn aandringen om me te ontslaan en naar huis te laten gaan bleven de dokters koppig volharden met nieuwe Baxters steken en bloed afnemen.
Zelfs toen mijn huisarts om mijn ontslag vroeg kreeg ik enkel de belofte dat ik na het weekend - het derde dus - naar huis mocht.
Wanneer ik opmerkte dat ze me evengoed op vrijdag konden laten gaan omdat er tijdens het weekend toch niks gebeurde liep de dokter kwaad de kamer uit.
Het bloed afnemen en Baxters aanleggen begon mij de keel uit te hangen. Mijn armen aan beide zijde waren doorprikt als een speldenkussen.
Toen een roodharige - wij noemen dat een rosse -, arrogante verpleegster die zondagnamiddag andermaal met een nieuwe Baxter kwam en geen plaats meer vond in mijn rechterarm waardoor ze weer eens verschillende malen prikte om in mijn linkerarm naar een ader te zoeken, werd het mij plots allemaal teveel.
Het bloed steeg naar mijn hoofd en in een vlaag van woede sleurde ik de naald uit mijn arm en wierp ze naar haar toe.
‘Stop,’ schreeuwde ik, ‘ik blijf hier niet langer. Ik ga naar huis!’
‘Pas possible, je vais appeler le médecin de garde!’ Riep ze verschrikt en wilde de kamer uit rennen.
‘Appelez même la police su vous voulez! Je part!!!’ Riep ik haar in mijn beste Frans achterna.
Ik nam een prop watten om het bloed te stelpen, greep de telefoon en belde mijn vrouw.
Deze verschoot een beetje als ze mijn stem hoorde.
‘Luister goed,’ zei ik gedecideerd, ‘ kom mij NU halen!’
‘Maar je mag niet ...,’ probeerde ze nog.
‘NU!’ Siste ik. ‘ Binnen tien minuten sta ik beneden in de inkomhall!’ Ik haakte in.
Dadelijk raapte ik mijn spullen bijeen en nog voor de ‘Rosse’ kans kreeg om mij tegen te houden stond ik al in de lift.
Vóór mijn vrouw kwam aangereden stond ik al buiten op haar te wachten, nog nabriesend van woede.

Eenmaal thuis verbeterde mijn humeur met de minuut. En tegen de avond konden we al lachen met mijn ‘ontsnapping’.
De volgende ochtend belde ik onze huisarts en vertelde hem dat ik was weggelopen.
‘Ach, jij bent de eerste niet.’ Zei hij laconiek. ‘Kom vanmorgen maar bij mij, ik zal zien of je nog verder verzorging nodig hebt of niet.’

Toen ik me wilde scheren stelde ik vast dat ik in mijn haast mijn scheerapparaat was vergeten op mijn ziekenkamer.
Zonder dralen reed ik weer naar het bewuste ziekenhuis en stapte resoluut de afdeling orthopedie binnen. Daar vroeg ik aan de receptie of men mijn scheergerief niet had gevonden. Ja dat hadden ze, en of ik mijn ontslagbrief wilde ondertekenen voor het geval er mij nog iets zou overkomen ik alle verantwoordelijkheid op mij nam en niets op de dokters zou kunnen steken.
Ik nam mijn scheergerief in ontvangst en zei dat de dokters hun ontslagbrief konden steken waar ik dacht ... en liep de gang door.
Bij de lift botste ik bijna op ‘De rosse’. Toen ze zag wie ik was hief ze hautain haar hoofd op en maakte zich uit de voeten.
Wanneer ik beneden uit de lift stap bots ik bijna een tweede maal. Deze keer op ... koning Albert die samen met zijn vrouw, koningin Paola, klaar stond om naar de kraamafdeling te gaan om hun schoondochter Claire te bezoeken.
:roll: :wink:
Wie tevreden is met wat hij heeft,
is de rijkste die er leeft.
Gast

21 mar 2007, 12:30

Fikske, heb je jandorie die unieke kans om een handtekening te vragen aan je voorbij laten gaan? :wink:

Achter een paar weken kan je tegen mij opbotsen. We verblijden je thuishaven.

Fikske
Lid geworden op: 16 dec 2003, 12:31
Locatie: W-O 1970

21 mar 2007, 16:44

Ach Kwezel, de koning is niet zo een fan van mij denk ik want hij had me niet eens herkend ... :wink:

Ik lees dat je wel af en toe in onze omgeving fietst zoals Tervuren. Als je in de buurt bent kom dan gerust iets drinken. Vooraf eens verwittigen of we wel thuis zijn misschien?
Wie tevreden is met wat hij heeft,
is de rijkste die er leeft.

telloorlekker
Lid geworden op: 26 nov 2002, 17:46

21 mar 2007, 18:29

Fikske schreef:Ach Kwezel, de koning is niet zo een fan van mij denk ik want hij had me niet eens herkend ... :wink:

Ik lees dat je wel af en toe in onze omgeving fietst zoals Tervuren. Als je in de buurt bent kom dan gerust iets drinken. Vooraf eens verwittigen of we wel thuis zijn misschien?
Boter aan de galg Fikske... je ravitallering moet er een van "groot ornaat" zijn, liefst met kaarslicht en romantische trekjes... en dan nog. Misschien, al jij haar kaart kan afstempelen dat je ze kan strikken... :lol:

Fikske
Lid geworden op: 16 dec 2003, 12:31
Locatie: W-O 1970

24 mei 2007, 11:59

Deze topic kan nog wel eens een nieuwe anekdote gebruiken dacht ik en daarom deze herinnering van lang … geleden.

In die vroege ochtend van 1942, had nonkel jef (de broer van mijn vader)zich schandalig gedragen door drie zware slagen op onze voordeur te geven en te roepen: OPEN MACHEN GESTAPO !!! , terwijl hij goed wist dat mijn pa ondergedoken zat. Hij had mijn vader de stuipen op het lijf gejaagd en de relatie tussen de twee broer was nadien nooit meer hetzelfde geweest.

Ons moeder wil absoluut niet meer met haar schoonbroer spreken en zeker niet op bezoek gaan in zijn café aan de kerk.
Mijn vader daarentegen is minder rancuneus dan ma en nadat die smakeloze 'grap' al een paar jaar achter de rug is, brengt hij, op het einde van de oorlog - aanvang 1945 - zijn oudere broer opnieuw een bezoekje.

Ons moeder is razend omdat haar man zo lang weg blijft en zijn eten koud wordt maar bovendien maakt ze zich vooral zorgen omdat hij misschien te veel zal gedronken hebben als hij naar huis komt.

Als hij tenslotte toch thuis komt is vader lichtelijk aangeschoten en lacht de hele tijd.
Ma wordt hierdoor nog kwader en wil weten wat er aan de hand is.
‘Zet u hier bij mij aan tafel,’ zegt pa, nog steeds lachend en blijkbaar nagenietend van wat hij heeft meegemaakt. ‘Ik zal het je vertellen.’
Onder het inscheppen van zijn eten begint hij:

‘Onze Jef heeft vandaag zijn lesje geleerd.' Lacht hij.
'Jullie hebben toch niet gevochten?' Wil ma dadelijk weten.
'Maar nee, ge kent mij toch, ik ben gene vechter.'
'Wat er gebeurd is, is zijn eigen schuld. Hij verdient niet beter.'
'Zeg dan toch wat er is gebeurd.' Ma schuift bij hem aan tafel.
Mijn broer en ik leggen onze kin op tafel en luisteren mee met open mond.

'Wel, onze Jef is altijd met allerlei louche zaakjes aan 't foefelen geweest hé, en als hij ergens profijt kan uittrekken zal hij het niet laten.'
'In zijn café is altijd wel iets te koop achter den toog (in de smokkel), verstaat ge? En als ge geld hebt kan je bij hem alles verkrijgen.'
'Nu is er daar deze namiddag een sjieken type binnengekomen met een valies en die sprak nogal met een raar accent. Precies Hollands.'
'Hij vroeg of de Jef geen boter wilde kopen want hij had nog één klomp van vijf kilo over van een levering die hij was gaan doen in Brussel.'
'Onze Jef wilde eerst eens proeven of het wel échte boter was en met een klein mesje sneed dien Hollander er een stukske af. Hij heeft mij ook laten proeven en ik moet zeggen het was echte boter, zonder twijfel.'
'Dan hebben ze een beetje gediscuteerd over de prijs, maar vermits het dienen Hollander zijne laatste klomp was maakte hij ne hele goeie prijs.'
'Onze Jef vond vijf kilo toch wat veel en wou maar de helft van die klomp, maar dat wilde dien Hollander niet weten: het was alles of niks.'
'Als de verkoop gesloten en betaald was moest dien Hollander rap vertrekken want zijne compagnon wachtte op hem aan de tramhalte.'

'Onze Jef heeft dan een groot broodmes gepakt om die vijf kilo 's te verdelen in klein pakskes voor zijn beste klanten.'
'Ik zien nog zijn gezicht als ... ' Pa is ondertussen in een lachbui uitgebarsten en kan een paar tellen niets meer uitbrengen.
'Watte?' vraagt ma ongeduldig. 'Zeg het!'
'Onze Jef had al de moeite van de wereld om met zijn mes door die boter te geraken,... en als hij er plots door schiet en die klomp in twee stukken openvalt, zit er daar in het midden een dikke ...Haha, Witte kool !!!'
Wie tevreden is met wat hij heeft,
is de rijkste die er leeft.

Fikske
Lid geworden op: 16 dec 2003, 12:31
Locatie: W-O 1970

26 okt 2007, 19:11

Nog een van mijn frustraties...

Openingsuren zijn hoe langer hoe meer onderworpen aan willekeur.
Onlangs meegemaakt: Ik heb een internationaal rijbewijs nodig...
Dit kon je vroeger bij de VAB of Touring Wegenhulp gaan halen (kopen) maar daar zegt men me nu dat ik daarvoor voortaan naar het gemeentehuis of de politie van mijn woonplaats moet gaan.
Op het politiebureau weet de agent van dienst niks af van rijbewijzen ( ... ) en kan me ook niet zeggen bij welke dienst op het gemeentehuis ik moet zijn.
Ik stap op goed geluk de eerste deur binnen waarop staat: 'Bevolking'.?
De loketbediende kijkt nauwelijks op van zijn blad papier en als ik naar een internationaal rijbewijs informeer steekt hij zijn wijsvinger omhoog en bromt:
'1e verdieping'.
Omdat ik onlangs geopereerd werd en een knieprothese kreeg, hijs ik me wat moeizaam langs de achttien treden naar boven. Er hangt een plaatje met opschrift 'rijbewijzen' aan een deur die op een kier staat.
Een vrij dikke dame zit achter haar computer en is blijkbaar met iets ongeoorloofd bezig want ze schrikt als ik mijn hoofd door de opening steek.
Snel herpakt ze zich en vraagt onvriendelijk:
'Voor wat is 't ?'
Als ik naar een internationaal rijbewijs vraag kijkt ze ostentatief op haar polshorloge en schudt bedenkelijk met haar dikke kop.
'Hebt ge de fiscale zegels meegebracht?' Vraagt ze achterdochtig.
'Nee, hoeveel moeten het er zijn?'
Ze kijkt nogmaals op haar horloge.
'Zestien Euro,... maar het zal niet meer lukken vandaag.'
'Waarom niet?'
'Het is 11 u 30. We sluiten binnen 15 minuten en je moet de zegels nog gaan halen.'
'Maar het postkantoor is hier toch juist aan de overkant van de straat?!'
'Je zal te laat zijn, ... ' zegt ze laconiek, ''t is beter als je morgen terugkomt.'
'En deze namiddag dan?'
'Zomerdienst! De kantoren zijn na de middag niet meer open.'
Ik krijg de kriebels en zeg nogal gedecideerd.
'Wacht op mij!'
Ik loop de deur uit en strompel zo snel mogelijk de trap af en zes minuten later sta ik weer op de stoep van het gemeentehuis met de fiscale zegels in mijn hand.
Groot is mijn verbazing als ik voel dat de ingangsdeur al op slot is.
Het is exact: 11 u 40! - Miljaarde!!!
Met mijn vrije vuist bonk ik op de deur. Nu ben ik echt kwaad.
Omdat ik niet ophoud komt uiteindelijk de portierster en opent de deur op een kier
'Wat is er?'
Ze houdt haar hoofd schuin naar achter en bekijkt me met een achterdochtige blik.
'Ik moet boven zijn, ze wachten op mij.' Voor ze de kans krijgt de deur weer te sluiten 'storm' ik tandenknarsend van pijn de trap op.
'De lokalen zijn gesloten!' Roept ze me na.
Te laat. Ik ben al in het bureau waar de dikke een eerste beet neemt van haar witte boterham.
'Ik ben aan 't eten ...' zegt ze met volle mond.
'Het is nog geen kwart voor twaalf! En ik heb de zegels!' Zeg ik stout en zet me vastberaden neer op de stoel voor haar schrijftafel.
Omdat ze beseft dat ik niet zal weggaan begint ze met zichtbare tegenzin het rijbewijs te schrijven.
Even later sta ik weer op straat.
Het is precies vijf voor twaalf …
Wie tevreden is met wat hij heeft,
is de rijkste die er leeft.

telloorlekker
Lid geworden op: 26 nov 2002, 17:46

26 okt 2007, 20:32

Ben je er nog fiks vanaf gekomen, van die dienstverleningssector die over geen voorraad beschikt bedoel ik dan. Het "right on time" systeem heeft gefaald, je vastberadenheid heeft er een stokje voorgestoken.
Ik begrijp trouwens niet waarom ze op die dienst naar je zelf-meegebrachte takszegels vragen; dit terwijl dat document toch over die zegels moet beschikken om geldig te zijn.

't Is altijd wat met die ambtenaren hé... weinig volk over de vloer en als er toch iemand verschijnt lijken ze niet geneigd op hun vingers te laten zien terwijl nochthans de loketten in gemeentehuizen open en bloot voor het publiek als toonbanken dienst doen.
Dat ze daarbij niet eens letten op je handicap vind ik wel een beetje cru...
Stel je voor dat je rolstoelpatient zou geweest zijn, wat dan ? Ook deze categorie mag een rijbewijs met internationaal alure hebben; dan heb jij nog geluk gehad dat je slachtoffer geen aanvaring wenste tegen haar corpulentie.
Zijn ze in jouw gemeente ook op andere vlakken zo stipt ? Een voorbeeld kan ik je wedervaren echter niet noemen...

Fikske
Lid geworden op: 16 dec 2003, 12:31
Locatie: W-O 1970

27 okt 2007, 10:41

Ach TLL, bij ons in de gemeente is het niet meer plezierig om (vooral als Vlaming) naar het gemeentehuis te gaan.
Ik heb het hier al herhaaldelijk geschreven; wij wonen in een faciliteitengemeente - ja, één van de drie waar ze deze week absoluut Frans wilden spreken op de gemeenteraad - waar we als Vlamingen bijna niks meer te zeggen hebben.
Toch laat ik mij (samen met nog vele anderen) niet doen en eis dat men mij overal in het Nederlands te woord staat. Wij blijven hopen dat andere Vlamingen - die niet in de Rand wonen - ons blijven steunen en niet toegeven aan de Franstalige druk.
Ik dank minister Keulen voor zijn gedecideerde uitspraak. Nu nog het been stijf blijven houden en het komt wel goed !!!

Het is hier natuurlijk niet de plaats om over politiek te schrijven, daarvoor hebben we het politiek forum.
Dus verder zwijg ik er over en zal hier enkel nog wat verhaaltjes neerpennen van frustraties of andere (plezantere) dingen.
Wie tevreden is met wat hij heeft,
is de rijkste die er leeft.

telloorlekker
Lid geworden op: 26 nov 2002, 17:46

27 okt 2007, 19:06

Ach Fikske, alsof frustratie niet over politiek mag gaan; net hét item bij uitstek om frustraties op te doen... :wink:

Je spreekt ervan in een faciliteitengemeente te wonen; getroost je, ik huis zgn. niet in zulk een gemeente, maar op zich doet zich hier hetzelfde voor, hier pal op de grens met onze Noorderburen. Spreekt men hier al geen Hoog-hollands verstaat driekwart van de bevolking je al niet meer; durf je daarbij nog wat bargoens en koeterwaals van je eigen dialect te gebruiken vallen "hun mussen al van het dak". Anderzijds zitten we ook nog met een revalidatiecentrum voor illegalen opgescheept. Als daarvan de poorten wijdopen worden gezet gewaand men zich in Babylon.
Nog even geduld en alle gemeente in Belgie worden facilititeitengemeenten... als de vreemdelingenproblematiek niet andersom wordt gegooid. Daartegen zijn jullie er misschien vanaf maar zitten wij met de gebakken peren... :wink: