aftelrijmpjes en kinderliedjes ...

[Raaike]

Baas Jan de timmerman

Daar is Jan de timmerman,
Wat die man al maken kan!
Kasten, kisten, koffers, banken
Zaagt baas Jan van blanke planken,
Weet je, hoe dat zagen gaat?
Zó! zie zó
Zó zaagt Janbaas in de maat!

Janbaas schaaft het ruwe hout,
Glad als ijs, en blank als goud,
Lange linten voor de oven
Krullen uit zijn schaaf naar boven,
Weet je, hoe dat schaven gaat?
Zó! zie zó
Zó schaaft Janbaas in de maat!

Janbaas heeft de stukken klaar,
Timmert alles in elkaar,
En zijn hamer danst bij 't kloppen
Tikt de spijkers op hun koppen.
Weet je, hoe dat kloppen gaat?
Zó! zie zó
Zó klopt Janbaas in de maat!


Raaike

[Raaike]

Bruiloft op de boerderij

't Is bruiloft op de boerderij
Want knor en zwijn gaan trouwen
Hij heeft een keurig jasje aan
Met lange zwarte mouwen.

Hij heeft een strikje in zijn staart
Zo gaat hij aan het kuieren
Met waggeltje die naast hem staat
Trots op haar mooie sluier.

Daar ginder in de mesthoop in de zon
Zat kwinkelier in het zeisje
Te wachten op het meisje dat komen kon
Floot hij zijn mooiste wijsje.


Raaike

[viv]

Mieneke poes,
aardige kat,
muizekes vangen,
hoe doe je dat?

Met mijn pootjes
sapperlootjes,
want mijn staart
is nikske waard...

[kruimel]

In Bad

Als hansje in zijn badje gaat,
dan is hij altijd boos en kwaad.
Hij huilt en pruilt en scheeuwt in bad,
ja altijd heeft die jongen wat.

Kijk nu eens naar zijn zusje Mien
dan zul je heel wat anders zien.
Als Mientje in haar badje moet,
dan is ze altijd lief en zoet

Ze spartelt in het zeepsop nat
totdat schuim haar om de oren spat
en als moeder roept: "Mien is klaar"
dan roep ze: "Toe nog even maar"


Volgens mij kwam dit uit de bundel: Kun je nog zingen, zing dan mee

[Raaike]

Vlinder

Vertel eens vlinder, vertel eens vlinder
waar kom je vandaan
vertel eens vlinder, vertel eens vlinder
iets van jouw bestaan
Ik was een rupsje, ik was een rupsje
ik zat op een blad
ik was een rupsje, ik was een rupsje
ik at er maar wat
Ik was een rupsje, ik was een rupsje
ik spon en ik spon
ik was een rupsje, ik was een rupsje
ik spon een cocon
Het was een huisje, het was een huisje
zo zacht als satijn
het was een huisje, het was een huisje
ik slier er zo fijn
En toen de zon scheen, en toen de zon scheen
toen merkte ik pas
dat ik een vlinder, dat ik een vlinder
dat ik een vlindertje was
En ik kon vliegen, en ik kon vliegen
wat ik vroeger niet kon
en ik kon vliegen en ik kon vliegen
ik vloog naar de zon



Raaike

[Raaike]

De Bakker.

Bakker, Bakker, bolleman,
Bak een broodje, als je kan;
Bak een broodje, lekker rond,
Voor mijn broertje's kleine mond.
Bakker, Bakker, bolleman
Stook je vuurtje nog wat an!
Stook je vuurtje met wat hout,
Want je deeg dat is nog koud.
Haal je brood en je beschuit
Nu maar gauw den oven uit.
"Dank je baas! Nu met mijn vracht
Naar mijn broer, die lang al wacht."



Raaike

[Raaike]

Calimero

Piep-piep-hallo, piep-piep-hallo, Calimero
Piep-piep-hoi, piep-piep-hoi, Calimero
Piep-piep-hallo, piep-piep-hallo, Calimero
Op zijn kop draag hij een eierdop
O-hoi-o-hoi-o-hoi

Calimero is een heel lief kuikentje
(Calimero: "ja, dat ben ik ook!")
Hij vindt alles leuk en goed
En weet beslist wel wat hij doet!

Piep-piep-hallo, piep-piep-hallo, Calimero
Piep-piep-hoi, piep-piep-hoi, Calimero
Piep-piep-hallo, piep-piep-hallo, Calimero
Op zijn kop draagt hij een eierdop
O-hoi-o-hoi-o-hoi

"Want zij zijn groot en ik is klein en dat is niet eerlijk!"


Raaike

[lutje]

Ofwel ben ik hem vergeten in mijn lijst te zetten
ofwel moet hij hier toch bijgezet worden

Een Nederlandse Amerikaan die zie je al van verre staan
Een Nederlandse Amerikaan die zie je al van verre staan

Van voor naar achter van links naar rechts
van boven naar onder van links naar rechts
Van voor naar achter van links naar rechts
van boven naar onder van links naar rechts


Zijn hoofd lijkt wel op een varkenskop
Er staan maar amper drie haren op

Zijn buik lijkt wel op een luchtballon
Ik wou dat ik er in prikken kon

Zijn schoen lijkt wel op een mosselschuit
Zijn grote teen die steekt eruit

Zijn hemd lijkt wel op een prenteboek
Het hangt wel meters uit zijn broek

Zijn neus lijkt wel op een wandelstok
Ik hang er netjes mijn jasje op

[Raaike]

Ja Lutje, gek dat het bekende liedje er nog niet bij staat.

Zomer.

In de zomer rond te dwalen,
Door de bossen, in de heide,
Langs de akkers, over weiden,
Welk genot kan daarbij halen.
Daarom zingen wij verblijd,
Heil U, mooie zomertijd!
Daarom zingen wij verblijd,
Heil U, mooie zomertijd!

Alles lacht ons vriend'lijk tegen,
't Groen der bomen, pracht van bloemen.
Keur van vruchten, niet te noemen,
't Al schenkt ons een rijke zegen.
Daarom zingen wij verblijd,
Heil U, mooie zomertijd!
Daarom zingen wij verblijd,
Heil U, mooie zomertijd!

Frisse lucht en schone dreven
Doen verheugd ons adem-halen,
Doen ons steeds het lied herhalen
Van het heerlijk buitenleven.
Daarom zingen wij verblijd,
Heil U, mooie zomertijd!
Daarom zingen wij verblijd,
Heil U, mooie zomertijd!


Raaike

[Raaike]

Een schilpad

Een schilpad voelde zich zo raar
en riep :,,Wat is mijn schild toch zwaar.
Ik kan het bijna niet meer sjouwen,
het is gewoon niet bij te houden!
,,Geen wonder" dacht de lapjeskat,
die boven op de schilpad zat.



Raaike

[AMY]

Mimi is mijn naam,
ik kwam uit mijn eitje bij volle maan.
Kroop rond en viel uit mijn nest,
dat vond ik niet te best.

Mijn nestje is gemaakt,
van pluimpjes en blaadjes,
de kippen zijn mijn beste maatjes.

De eerste dagen kon ik niet
op mijn pootjes staan.
Ik dacht, wat scheelt daaraan?

Iedere keer als ik wilde lopen,
moest ik het met een duik op mijn
bek bekopen.

De grote mensen leerden mij eten,
door mijn kop in mijn eetbak te steken.
Hoera nu kon ik het alleen
en was de vriend van iedereen.

Vandaag mag ik mee naar de klas,
ik hoopte dat ik al groter was.

Eendjes zitten graag in het water
en worden later zelf moeder of vader.

[lizzy]

Poppemieke, denk goed na
'k deel met jou m'n chocola
is het koud, of is het warm
slapen mag je in mijn arm

en je wiegje wordt gezet
iedere avood, naast mijn bed
en je wiegje wordt gezet
iedere avond, naast mijn bed

Lizzy

[nieuwe bever]

Een liedje dat we zongen terwijl we in het touw sprongen :

We schieten naar de zon met een Duits kanon
Hoera, hoezee.
Wat is de liefde ?
Een pot met vliegen.
Wat is de hoop?
Een pot siroop.
Wat komt erachter?
Een koeiewachter.
Wat komt erveur?
Een pispot met een scheur.


Mijn moeder zong ook altijd van die oude liedjes :

G'hebt zwarte knieen Melanie.
Ge moet ze wassen dakket (dat ik het ) zie.
En als ze dan gewassen zijn
Steekt dan uw voetjes maar bij de mijn.

Klein klein boeleke
Wat zijt ge toch weer stout.
Hebt ge pijn in't buikske of zijn uw voetekes koud?
We zullen een vureke stoken en een pappeke koken.
't Wiegske gaat van zwik zwak voor de kleine dikzakl

en 's avonds voor het slapen gaan :

Danku Jezuke
zoete minneke
maak van ons ...... een braaf kinneke.

Danku Jezuke
Danku engeltjes zoet
die mij bewaren moet
van water
van vuur
en van alle ongelukken.
Amen


Mijn moeder is een wandelende encyclopedie wat oude liedjes betreft.
Ze zong ook altijd van die oude smartlappen zoals : Jantje was een kleine kleuter en : Er staat een soldaat aan't Wolgastrand... Die ken ik nu nog krak van buiten.

[lizzy]

AI AI OLGA

Er was er 's een ouwe Rus
Die woonde in de Kaukasus
En was verliefd op Olga,
Hij zei: 'k wil met je trouwen zus
En geef je mij niet gauw een kus
Dan spring ik in de Wolga,

Ai ai Olga, als jij van mij niet houdt
Dan spring ik in de Wolga
En kind, die is zo koud
Met jou wil ik de wodka delen
Dansen en de balalaika spelen
Ai ai Olga, als jij van mij niet houdt
Dan spring ik in de Wolga
En kind, die is zo koud

Maar Olga zei: nee, dank je wel
Ik blijf voorlopig vrijgezel
Want ik zie meer in Ivan,
Aan hem schenk ik mijn hart misschien
Hij houdt tot 's avonds kwart voor tien
Mijn hand vast op de divan,

Maar Olga gaf hem toch geen zoen
Toen moest hij voor zijn goed fatsoen
Wel in de Wolga springen,
Hij nam een aanloop van het strand
En haalde net de overkant
En ging daar door met zingen,

Ai ai Olga, als jij van mij niet houdt
Dan spring ik in de Wolga
En kind, die is zo koud
Met jou wil ik de wodka delen
Dansen en de balalaika spelen

Lizzy

[lizzy]

WIEGELIED VOOR MARJOLEIN

refr.:
Goedenacht Marjolein
Ga je oogjes nu sluiten
Hoor maar, daar buiten zwijgt elk geluid
Slaap maar zacht Marjolein
Tot de zon weer gaat schijnen
Dag Marjoleine, 't licht gaat nu uit

Je zult straks misschien
In je droomwereld zien
Wat in 't leven niet echt bestaat
Je bent nog zo klein
Maar ik hoop, Marjolein
Dat 't leven je dromen laat

lizzy