Waar vandaan: Toerisme > Caraïben > Cuba > Informatie

Caraïben > Cuba > Informatie

Promoties & reserveren
Bezienswaardigheden
Belangrijke informatie
Reisverhalen

 

Cuba is het grootste eiland van de Caraïben. Het ligt op ongeveer 145 Km ten zuiden van Florida. Het eiland is 1.250 Km lang en 191 Km breed op het breedste punt. De naam is waarschijnlijk afgeleid van het Arawak woord ' Cubanacan ' , wat 'centraal' betekent. Cuba heeft alles om een paradijselijk eiland te zijn : een mild klimaat, voldoende regenval, goede vruchtbare bodem, slechts af en toe bezocht door orkanen. Cuba is traditioneel een van de belangrijkste producenten van suikerriet in de wereld.

Er zijn drie bergachtige gebieden op het eiland. In het westen bevindt zich de Cordillera de Guaniguanico die bestaat uit de Sierra de los Organos (W), die meestal uit leisteen bestaat, en de Sierra del Rosario (O) die een mengeling bevat van leisteen, lava en andere rotsformaties. Ten noorden van de stad Trinidad in centraal Cuba bevindt zich nog Escambray bergketen, waar onder andere marmer te vinden is.  In het oosten van Cuba kan men de hoogste bergen van het eiland zien in de Sierra Maestra . De Pico Turquino bereikt een hoogte van 1.974 m. Ook hier bestaat een gedeelte uit rotsen van vulkanische oorsprong, en tevens is er marmer te vinden.

Tot aan de Spaanse kolonisatie bestond de oppervlakte van Cuba voor 90% uit woud. Veel is verdwenen om plaats te maken voor veeteelt en suikerriet. Het huidige Cuba bezit een grote diversiteit in flora : regenwoud, savanna, leisteenvegetatie, naaldwouden, mangroves, enz.. Er zijn ongeveer 7.000 verschillende plantensoorten te vinden . 950 ervan staan op het punt te verdwijnen. De koningspalm is de nationale boom van Cuba en kan overal op het eiland gevonden worden.

Er zijn ongeveer 14.000 verschillende diersoorten op Cuba, waarvan 10% dreigt te verdwijnen. Er zijn geen inheemse grote zoogdieren. De belangrijkste reptielensoorten zijn de Cubaanse krokodil  (alleen nog te vinden in de Ciénage de Zapata), iguanas en salamanders. Op Cuba vindt men de kleinste vertegenwoordigers van enkele diersoorten : de Cubaanse pygmee-kikker (12 mm), de almiqui (insectenetend zoogdier), de motvleermuis en de Zunzuncito (een vogel ter grootte van een bij). Vogelliefhebbers komen zeker aan hun trekken op het Zapata Peninsula waar men ongeveer 170 verschillende vogelsoorten kan observeren. Beschermde natuurgebieden maken 30 % uit van de oppervlakte van het eiland. Er zijn 14 nationale parken en 4 UNESCO biosferen.

Geschiedenis

Cuba werd door Columbus bezocht tijdens zijn eerste reis op 27 Oktober 1492. Twee jaar later maakte hij er nog een korte stop. Hij realiseerde zich niet dat Cuba een eiland was. Hij hoopte aanvankelijk dat het Japan was. Columbus vond geen goud, maar merkte op dat de Indianen zich te goed deden aan de rook van een brandende stok van opgedroogde en opgerolde bladeren die ze ' tobacos ' noemden.  In 1511 veroverde Diego de Velazquez het eiland en stichtte verschillende steden, waaronder Havana. De eerste Afrikaanse slaven kwamen aan in 1526, kort hierna werd suiker geintroduceerd. Tabak werd een officieel Spaanse monopolie in 1717. Koffie werd voor het eerst verbouwd in 1748. In 1762-1763 veroverden de Engelsen het eiland, maar gaven het dan terug aan Spanje in ruil voor Florida.

Tegen het einde van de 18de eeuw was Cuba een gemeenschap geworden die voornamelijk uit slavenplantages bestond. In het midden van de 19de eeuw produceerde Cuba 30% van de suiker in de wereld. Tijdens de eerste helft van deze eeuw groeide een onafhankelijkheidstreven tegenover het moederland Spanje dat geen politieke hervormingen wou doorvoeren. Er vonden twee onafhankelijkheidsoorlogen plaats (1868-1878 en 1895-1898). Tijdens die periode versterkten de Verenigde Staten hun belangen op het eiland. In 1898 verklaarde de USA Spanje de oorlog, de Spaanse vloot werd veroverd en de USA bezette het eiland gedurende 4 jaar.

In 1902 werd de Republiek Cuba opgericht. De USA zorgde er echter wel voor dat het eiland een protectoraat bleef om de Amerikaanse economische belangen te vrijwaren. Zo ging bijv. twee derden van de suikerproductie naar de USA onder een vast prijsquotum. Ondertussen bleef de situatie van het werkende volk erbarmelijk door corruptie. In de jaren 20 kwam het tot een nationalistische opstand en in 1933 werd de regering afgezet door Sergeant Fulgencio Batista . Deze regeerperiode werd gekarakteriseerd door nationalistische en populistische tendenzen, terwijl corruptie en politiek geweld verder bleven doorgaan. In 1944 verloor Batista de verkiezingen, maar hij kwam terug aan de macht na een militaire staatsgreep in 1952. Zijn harde dictatuur werd dan uiteindelijk ten val gebracht na een 3-jarige campagne van Fidel Castro .

Castro reorganiseerde Cuba naar communistisch model : pers, gerecht en vakbond kwamen onder staatscontrole. Alle belangrijke industrietakken werden genationaliseerd en een Centraal Plan Bureau werd geïnstalleerd. Prompt volgde er een exodus van de middelklasse naar de Verenigde Staten, waardoor Cuba veel van zijn geschoolde werkkrachten verloor. In 1961 probeerde de USA een aanval op Cuba in de Varkensbaai (Bahia de Cochinos) waarbij een leger van 1.400 door de CIA opgeleide Cubaanse emigranten door Castro werden in de pan gehakt.  Castro verklaarde hierop dat de Cubaanse Revolutie een socialistische revolutie was. Amerika reageerde door Cuba volledig economisch en politiek te isoleren. Hierdoor ontstond vanaf 1962 een grote schaarste op Cuba. Kruschev reageerde door middellange afstandsraketten op het eiland te installeren om, desgewenst, de USA te kunnen aanvallen. De wereld kwam hierdoor op de rand van een nucleaire katastrofe te staan. Geheime onderhandelingen tussen John F. Kennedy en Kruschev leidden tot het weghalen van de raketten door de Sovjet-Unie.

In de jaren 70 volgde Cuba dan verder getrouw de lijn van Moskou . Cubaanse soldaten kwamen ook tussenbeide in andere landen om communistische revoluties te steunen (bv. Angola, Ethiopa, Nicaragua,..). In de jaren 80 kon Fidel Castro de beloofde communistische welvaartsstaat niet waarmaken waardoor honderdduizenden Cubanen op de vlucht sloegen. Na de ineenstorting van de Sovjet-Unie, moest Castro noodgedwongen de Cubaanse maatschappij liberaliseren om te vermijden dat nog meer mensen op de loop gingen en het eiland in economische chaos zou tenondergaan.

 

 

 

 

Promoties & reserveren
Bezienswaardigheden
Belangrijke informatie
Reisverhalen

 

 

Bron tekst: Arakea