Waar vandaan: Immo & bouwen > Ruwbouw >Akoestische isolatie

Akoetische isolatie

Geluid is overal om ons heen, thuis, op het werk,... Een gesprek, een liedje op de radio, het ronken van een motor of het zoemen van de pc.
We ervaren al die geluiden echter niet altijd als even aangenaam. Geluidshinder is één van de sterkst toenemende problemen binnen het woongebeuren.
Van bij het concept of tijdens de bouw van een woning kan er aandacht worden besteed aan het akoestisch comfort om latere geluidshinder te vermijden. In sommige gevallen kan ook nog ‘zalvend’ worden opgetreden.

- Wat is geluid?
- Begrippen
- Geluidsnorm
- Akoestische oplossingen

Classificatie van geluiden
Geluid is alles wat we met onze oren kunnen waarnemen. Elke geluidsbron produceert een trilling. Iedere trilling verplaatst zich in een golfbeweging voort. Wanneer deze trillingen tegen ons trommelvlies neerslaan, ervaren we dit als geluid.
Dat geluid kunnen we als hard of stil ervaren. Het geluidsniveau wordt uitgedrukt in decibel – afgekort dB.
0 dB staat daarbij gelijk aan de gehoordrempel van een gezond menselijk oor. Een normaal gesprek bedraagt ongeveer 60 dB, een opstijgende jet al 130 dB.
De pijngrens van het menselijk oor ligt op 140 dB. Geluiden die wij als stil ervaren, situeren zich op 20 dB.
Decibels worden uitgezet op een logaritmische schaal die de verhoudingen tussen geluid aangeeft. Voor een stijging van het geluidsniveau met 10 dB is een vertienvoudiging van het geluidsniveau nodig. Om het geluidsniveau van bijvoorbeeld een wagen (80 dB) met 10 dB te laten stijgen, hebben we dus 10 wagens nodig. Ons oor zal dit echter slechts als een verdubbeling van het geluidsniveau ervaren.

Geluid in de praktijk

 Bron  dB(A)
 Gehoordrempel     0
 Stil bos   20
 Leeszaal bibliotheek   40
 Gesprek   60
 Normaal verkeer   90
 Rockgroep  110
 Opstijgende straaljager  130

Om terug te komen op de trillingen. Het aantal trillingen dat zich per seconde manifesteert is de geluidsfrequentie. Deze frequentie wordt uitgedrukt in Herz – afgekort Hz. Lage tonen hebben dus een lage frequentie of een laag aantal trillingen per seconde; hoge tonen hebben een hoge frequentie.
Hoe hoger de frequentie of hoe meer trillingen per seconde des te kleiner de golflengte zal zijn. Dit verklaart waarom hoge tonen gemakkelijker door een kleine opening in een muur kunnen lekken.


Begrippen
Wanneer we over akoestiek praten, zijn er enkele begrippen die steevast terugkomen. Een overzicht met een woordje uitleg.

Luchtgeluid
Bij deze variant brengt een geluidsbron de lucht aan het trillen, bijvoorbeeld door te praten, radio, tv,… Deze trillingen planten zich voort door de lucht en brengen op hun beurt onze trommelvliezen of gebouwdelen aan het trillen.

Contactgeluid
Bij contactgeluid daarentegen wordt een gebouwdeel rechtstreeks aan het trillen gebracht. Denk hierbij aan het tikken van hakken of een stoel op de vloer, het inslaan van een nagel in een muur, het dichtslaan van een deur,… Deze trilling plant zich voort in de constructie en brengt de lucht er rondom aan het trillen.

Akoestische isolatie
Ook wel geluidsisolatie genoemd, is iedere methode die toegepast kan worden om de geluidstrillingen tegen te houden of te dempen. Dit kan onder meer door toepassing van de massawet of het massa-veer-massaprincipe. Maar ook de nodige zorg vanuit het concept en tijdens de uitvoering van een bouwwerk dragen bij tot een betere geluidsisolatie.

Demping
Dempen is eigenlijk het absorberen van geluid binnen één ruimte. Deze geluidsabsorptie gebeurt met behulp van zachte, dempende materialen zoals tapijt of meubilair.
In een grote, kale ruimte met harde wanden en vloeren en zonder meubilair, is de geluidsweerkaatsing groot. De ruimte zal daardoor hol klinken. Wanneer er zachte elementen in de ruimte aanwezig zijn, zal dit holle effect afnemen. Hoe meer van deze zachte, dempende materialen zich in de ruimte bevinden, des te beter de geluidsabsorptie. Dit is bijvoorbeeld belangrijk in een ruimte waar je naar muziek wil luisteren of wil genieten van surround geluid.
In kantoren of openbare gebouwen wordt deze geluidsabsorptie ook wel toegepast door het plafond te perforeren en hierop een minerale isolatiewol te leggen.

Nagalm
Nagalm of galm ontstaat door de weerkaatsing van geluiden tegen vlakken en objecten in een ruimte. Wanneer er weinig absorberende elementen in een ruimte zijn, heb je sneller last van nagalm. Nadelige gevolgen van nagalm zijn een slechte verstaanbaarheid, een te hoog geluidsniveau in de ruimte, desoriëntatie,…

Installatiegeluid
Dit is het geluid dat wordt geproduceerd door installaties zoals de centrale verwarming, ventilatie, pompen, liften, …
Installatiegeluid kan worden gereduceerd door het nastreven van opstellingen waarbij de trillingen geïsoleerd worden.

Omloopgeluid
Wanneer geluid wordt overgedragen via gemeenschappelijke kanalen of gangen, spreken we van omloopgeluid. Dit is bijvoorbeeld het geval in gemeenschappelijke gangen of inkomhallen in appartementsgebouwen, maar ook via verlichtingskokers over valse plafonds in kantoorgebouwen.

Geluidslek
Een geluidslek is iedere manier waarop een geluidstrilling zich kan voortplanten. Dit kan een luchtlek zijn, maar even goed een verbinding tussen twee gebouwdelen. Bijvoorbeeld een spouwanker of mortelresten in een gemeenschappelijke muur.
Flankerend of lateraal geluid
De geluidsisolatie tussen 2 ruimtes zal grotendeels bepaald worden door de isolerende eigenschappen van de scheidende constructie. Geluidstrillingen kunnen echter ook worden doorgegeven via doorlopende vloeren of wanden en zodoende de scheidende constructie omzeilen. Dit wordt ook wel flankerend of lateraal geluid genoemd

Geluidsnorm NBN S01-400-1
De nieuwe Belgische norm NBN S01-400-1: “Akoestische criteria voor woongebouwen” bepaalt de vereiste akoestische prestaties van een afgewerkte gebouw dat geheel of gedeeltelijk voor woning is bestemd. Die prestaties voor het akoestisch comfort zijn op twee verschillende kwaliteitsniveaus vastgelegd.

De norm legt eisen op met betrekking tot de lucht- en contactgeluidsisolatie, gevelisolatie, het geluidsniveau van technische installatie en de nagalm in gebouwen.
Deze eisen en criteria gelden als regels van de goede praktijk voor woongebouwen.

Normaal en verhoogd comfort
De twee kwaliteitsniveaus die in de vernieuwde norm zijn ingeschreven zijn een normaal akoestisch comfort en een verhoogd akoestisch comfort.
Die dubbele kwaliteitsmaat was nodig gezien de complexiteit van de materie en de verschillende verwachtingen van de bewoners.
Geluid vertrekt in se bij trillingen. Deze trillingen worden doorgegeven via de wanden, het plafond, de vloer,… maar ook via de laterale wanden. Vanaf een geluidsniveau van 52 dB wordt het moeilijker – en soms ook duurder - om de trillingsoverdracht op al deze plaatsen tegen te gaan.
Net omdat niet iedereen zulke hoge eisen stelt of eraan wil voldoen, werd de norm op twee sporen ontwikkeld.

De vereisten voor het normaal en verhoogd akoestisch comfort worden bepaald bij een normale lucht- en contactgeluidbelasting in de naburige ruimte. Die belasting is vastgelegd op een gewogen geluidsniveau < 80 dB.
Onder een normale contactgeluidbelasting vallen normale stap- en loopgeluiden, et verschuiven van licht meubilair of de impact van licht speelgoed.

De eisen van het normaal akoestisch comfort zijn erop gericht 70 % van de bewoners tevreden te stellen. Deze eisen worden bovendien als economisch verantwoord beschouwd.
Om het verhoogd akoestisch comfort te bereiken, worden strengere eisen gesteld. Deze eisen zijn ook enkel van toepassing wanneer de bouwheer aangeeft dat hij hieraan wil voldoen.
Wanneer aan deze eisen is voldaan, wordt het percentage tevreden bewoners op meer dan 90% geschat bij een normale licht- en contactgeluidsbelasting.
Bij een grondige conceptuele planning, goed overleg en toezicht, kan de meerkost voor het behalen van dit comfortniveau beperkt blijven.


Akoestische oplossingen
Zoals bij alles is het ook bij geluid beter om problemen te voorkomen dan ze te verhelpen. Een doorgedreven aandacht voor mogelijke problemen bij het ontwerp is de enige manier om hier op in te spelen. Ook de aannemer die de werken realiseert, moet de nodige zorg besteden aan de correcte uitvoering van de aansluitingsdetails, dichtingen,…

Isolatieprincipes
Zelfs wanneer er voldoende aandacht wordt besteed de akoestiek, zal er altijd geluidsoverdracht (lees trillingsoverdracht) zijn tussen ruimtes. Er bestaan twee belangrijke isolatieprincipes om die overdracht te verminderen:

  • De massawet is het belangrijkste principe in de luchtgeluidsisolatie. Deze wet stelt dat door de massa van de wanden te vergroten – dus ze zwaarder te maken – we een betere geluidsisolatie krijgen. Dit geldt enkel voor massieve wanden. Des te zwaarder de wand, des te kleiner de trillingsoverdracht.
    Dit principe is natuurlijk beperkt. We kunnen geen oneindig dikke wanden gaan bouwen om geluidsoverdracht uit te sluiten. Er moet een evenwicht worden gezocht tussen het economisch haalbare en het wenselijke.
    In plaats van de wanden dikker te maken, kan ook geopteerd worden voor zwaardere bouwmaterialen. Een wand opgetrokken in kalkzandsteen zal betere akoestische prestaties leveren dan pakweg een wand opgetrokken in cellenbeton.
    Kalkzandsteen is met een massa van 1 800 kg/m³., immers het zwaarst beschikbare bouwmateriaal dat we vandaag kennen.
  • Massa-veer-massaprincipe : Een andere wetmatigheid om luchtgeluid te dempen is de massa-veer-massawet. Hierbij wordt vertrokken van twee massa’s die van elkaar gescheiden worden door een veer. Die veer kan lucht of een isolatiemateriaal zijn. De dikte van de veer is bepalend voor de mate waarin de trillingen worden gedempt.
    Het systeem werkt als volgt: het geluid botst tegen de eerste massa en brengt deze aan het trillen. De veer tussen de beide lagen vangt deze trilling op en fungeert als schokdemper. Het geluid wordt vervolgens sterk verzwakt doorgegeven aan de tweede massa.
    Bij de toepassing van het massa-veer-massaprincipe zijn er 4 parameters die bepalend zijn voor de bereikte isolatiewaarden:
    • Massa verhogen: wanneer de massa’s in beide wanden worden verhoogd, weren we meer decibels.
    • Spouwbreedte: Hoe groter de spouwbreedte, des te beter de akoestische isolatie
    • Vullingsgraad: Het verdient aanbeveling de spouw volledig te vullen met isolatie.
    • Ontdubbelen wanden: bij een gemetselde wand gebruik je best geen spouwankers. Bouw je een dubbele wand in gipskarton, dan plaats je iedere wand tegen een eigen metalen draagstructuur. Een metalen draagstructuur verdient de voorkeur op hout, omdat metaal soepeler is en dus meer trillingen dempt.

Bron: Habitos