Rozen… tijdloze klasse

Geen bloem spreekt meer tot de verbeelding dan de roos.

Dat de roos de lievelingsbloem is van vele tuiniers wordt ongetwijfeld bevestigd door het enorme aantal cultivars en rozentypes. Vaak worden lage struikrozen aangeplant die voortdurend kunnen bloeien. Maar in tuinen waarin romantiek hoogtij viert, zullen ook liaanrozen en klimrozen een ereplaats krijgen.

Geen bloeiende struik die meer teruggeeft voor wat hij krijgt. De productie van een bloeiende roos vraagt echter veel energie. Rozenstruiken zijn dan ook grote eters die je haast nooit te veel voedsel kunt geven. En elke roos die je voor de vaas snijdt of na het verwelken wegsnoeit, wordt snel gevolgd door een andere.

Zo zou het moeten zijn en zo is het ook wanneer je jouw rozen regelmatig bemest. Pas dan zal het tuingeluk in jouw rozentuin bloeien zonder doornen.

Kies voor je rozen een zonnige standplaats die voldoende beschut ligt tegen kille wind. Zorg voor een goed doorlaatbare grond en voldoende voedingsstoffen. De zuurgraad van de bodem is best neutraal tot lichtalkalisch (pH tussen 6,5 en 7,5).

 

Om de bodem optimaal aan te passen aan de behoeften van je pas aangekochte rozen gebruik je best een bodemverbeteraar met een specifieke samenstelling voor rozen en een hoog gehalte aan organisch materiaal. Zo krijgt de teeltlaag een luchtige en kruimelige structuur. De bodem zal het vocht en de voedingsstoffen beter vasthouden en de wortels kunnen uitstekend groeien.

De pH of zuurgraad van je bodem kan je optimaliseren met een snel oplosbare korrelkalk, rijk aan magnesium. Pas wanneer de wortels van jouw rozen voldoende kalk ter beschikking hebben, zullen ze de nodige voedingsstoffen moeiteloos kunnen opnemen.

En jouw lievelingsbloemen hebben veel voeding nodig! Dat is ook logisch, want je verlangt dat ze van mei tot oktober bloeien. Geef ze daarom de beste rozenvoeding, een meststof die rijk is aan kalium voor intense bloemkleuren en sterke planten en die bovendien ook extra magnesium bevat voor een diepgroene bladkleur.

Is aan al deze eisen voldaan, dan zijn rozen dankbare planten die gul met hun bloemen strooien en je een hele zomer lang verwennen.

Zien je rozen er toch lelijk en kleurloos uit? Dan lijden ze waarschijnlijk aan ijzergebrek, geelzucht of chlorose. Dit verschijnsel wijst op een slechte bodemstructuur of een bodem die te nat is en te weinig lucht bevat waardoor de wortels stikken. Om dit probleem op korte termijn op te lossen, kan je een aangepaste bladvoeding voor bloeiende en groene planten gebruiken. Zij zorgt voor onmiddellijk resultaat. Deze bladvoeding kleurt jouw vaalgele rozen, buxus en alle andere groene planten binnen de kortste keren weer glanzend groen. De opname door het blad gebeurt immers snel en accuraat. Makkelijk in gebruik!

 

Tips:
Wanneer je rozen voor de vaas snijdt of verwelkte rozen uit perkrozen snijdt, moet je de bloemstengels steeds boven een vijftallig blad afknippen. Dat is een blad met vijf deelblaadjes. Uit de knop in de oksel van dat blad zal een nieuwe bloemstengel groeien. Op voorwaarde dat de struik voldoende voedingsstoffen uit de bodem kan opnemen. Door de verwelkte bloemen nauwgezet uit de struiken te snijden, verleng je de bloei aanzienlijk.

Dat perkrozen in het voorjaar moeten gesnoeid worden, weet haast iedereen. Klimrozen en liaanrozen die slechts eenmaal in juni of juli bloeien, doen dat vaak met vele duizenden bloemen tegelijk, op voorwaarde dat je ze het jaar voordien oordeelkundig en met kennis van zaken snoeide. De snoei heeft onmiddellijk na de bloei plaats. Spaar alle jonge scheuten die vrij laag uit de oude takken ontspringen en krachtig groeien. De afgedragen ranken snoei je weg. Later kan je de inmiddels meters lang geworden nieuwe ranken leiden of aanbinden. Het spreekt vanzelf dat ook deze rozen na een rigoureuze snoeibeurt een stevige portie voeding nodig hebben.

 

Bron: DCM