Waar vandaan: Juridisch advies > Beoordeling van de Consumentenverkoop in de praktijk!

Beoordeling van de Consumentenverkoop in de praktijk!

Juridisch advies

< Vorige Archief Volgende >
     

In de praktijk is er heel wat te doen betreffende de wettelijke (ook de commerciële) garantie. Men koopt een wagen aan maar enkele dagen later moet men vaststellen dat de wagen niet naar behoren functioneert! Onze wetgever legt dan wel een wettelijke garantie op, maar hoe beoordeelt de rechter deze garantie nu in de praktijk?

De Wet op de Consumentenverkoop

De Wet op de Consumentenverkoop zegt duidelijk dat het door de verkoper aan de consument geleverde goed slechts geacht wordt in overeenstemming te zijn met de door hen gesloten overeenkomst, indien het goed in overeenstemming is met de beschrijving die de verkoper ervan gegeven heeft. Dit houdt in dat het geleverde goed niet alleen conform moet zijn met hetgeen door de koper besteld werd, maar ook dat het goed vrij moet zijn van gebreken.

De verkoper is jegens de consument aansprakelijk voor elk gebrek aan overeenstemming dat bestaat bij de levering van de goederen en dat zich manifesteert binnen een termijn van twee jaar te rekenen vanaf de levering. Gaat het om tweedehandsgoederen dan kan deze termijn ingekort worden tot slechts één jaar.

Bij een gebrek in de overeenstemming heeft de consument het recht om van de verkoper ofwel de herstelling of de vervanging van het goed te eisen, ofwel een passende vermindering van de prijs of zelfs een ontbinding van de koop. Daarenboven kan de consument ook nog aanspraak maken op een schadevergoeding.

In eerste instantie heeft de consument het recht om van de verkoper het kosteloze herstel of de kosteloze vervanging van het goed te verlangen behalve als dat onmogelijk of buiten verhouding is. Een herstelling of vervanging van het gekochte goed is buiten verhouding indien zij voor de verkoper kosten meebrengt die onredelijk zijn.

In de praktijk lezen we maar al te vaak dat een wagen verkocht wordt "in de staat waarin hij zich bevindt". Dergelijke clausule is eigenlijk ongeldig en dus ook zonder waarde: de professionele verkoper moet er steeds voor zorgen dat de door hem verkochte goederen minstens gedurende één jaar zonder gebrek moeten blijven (twee jaar voor de nieuwe goederen).

Laten we hier opmerken dat de regels betreffende deze Consumentenverkoop alleen toepassing vinden tussen een consument en een professionele verkoper. Deze regels gelden dus niet tussen particulieren onderling en ook niet tussen handelaars onderling.

Een praktijkvoorbeeld

In de praktijk stellen we vast dat er heel wat te doen is omtrent garanties en meer bepaald omtrent het feit of het goed zal hersteld of vervangen worden. Andere kopers wensen meteen een ontbinding van de koop te bekomen! Het is aan de rechter om zich uit te spreken aan de hand van de juiste feiten en omstandigheden. Hoe hij dit doet illustreren we aan de hand van een recent praktijkgeval.

De feiten en omstandigheden

Albert is handelaar in tweedehands auto's. Hij verkoopt een oude wagen VW aan een particulier Wim voor de prijs van 2.000 EUR. Deze wagen was al 15 jaar oud maar toch nog in "goede staat". Er was een geldig keuringsbewijs voorhanden waaruit bleek dat de wagen technisch in orde was. Bij het afhalen van de wagen bij handelaar Albert, komt Wim al vlug tot de vaststelling dat er allerhande mankementen zijn aan de wagen. Zo stelt hij vast dat de motor nogal schokt, dat de remmen niet goed werken enz...Wim brengt handelaar Albert hiervan op de hoogte, maar deze laatste beweert dat deze mankementen wel zullen weggaan omdat de wagen eigenlijk al lang had stilgestaan.

Na verloop van een paar weken moet Wim echter vaststellen dat de mankementen blijven aanhouden en hij brengt de wagen terug naar handelaar Albert. De gebreken worden echter niet opgelost en uiteindelijk brengt Wim zijn wagen naar een diagnosecentrum waar zomaar een twintigtal gebreken worden vastgesteld!

Naar aanleiding van de vaststelling van deze problemen maant Wim Albert per aangetekende brief aan om alle nodige herstellingen aan zijn wagen uit te voeren. Handelaar Albert gaat hier niet op in en uiteindelijk ziet Wim zich genoodzaakt om de zaak voor de rechter te brengen!

Wim vraagt de herstelling of de vervanging van zijn wagen, ofwel de ontbinding van de koop met terugbetaling van de koopprijs. Dit alles gebaseerd op de hierboven besproken bepalingen van de Wet op de Consumentenverkoop.

Beoordeling door de rechter

De rechter verwijst in zijn beoordeling naar de wettelijke regels welke opgelegd worden door deze Wet op de Consumentenverkoop; regels welke dus ook toepassing vinden op tweedehandsgoederen. Dit betekent dat deze wettelijke voorschriften ook van toepassing zijn op de koop die er tussen handelaar Albert en consument Wim tot stand kwam!

Het feit dat er in de koopovereenkomst een clausule was opgenomen dat de auto verkocht werd "in de staat waarin hij zich bevindt", kan hier volgens de rechter geen toepassing vinden. De rechter stelt dat er sowieso moet gezorgd worden dat een tweedehandswagen aangekocht bij een handelaar gedurende minstens één jaar vrij van gebreken moet blijven!

Ook het argument dat handelaar Albert aanhaalt waarbij hij van mening is dat Wim bepaalde gebreken kende bij het afsluiten van de koop, wordt door de rechter niet aangenomen. De rechter stelt namelijk vast dat van alle gebreken welke Wim opsomde in zijn dagvaarding, er geen enkele bij is waarvan Albert kan bewijzen dat een normaal, aandachtig en niet professionele koper de gebreken had kunnen vaststellen op het ogenblik van de koop.

Bovendien was het hier ook zo dat de wagen slechts daags na het afsluiten van de koopovereenkomst gekeurd werd. Op die manier kon, volgens de rechter, Wim dus zeker niet de gebreken gekend hebben op het ogenblik van het sluiten van de verkoop.

De rechter neemt hier ook het verslag van het diagnosecentrum ter hand en stelt vast dat er een hele resem gebreken aan de wagen werden vastgesteld en dat deze gebreken op geen enkel moment door handelaar Albert ontkent worden! Bovendien heeft Albert ook nooit enig gevolg gegeven aan de aanmaningen welke Wim hem toestuurde. Volgens de rechter kan dit stilzwijgen als een erkenning van de juistheid ervan aangenomen worden!

De rechter concludeert dat de auto wel degelijk aangetast is met meerdere verborgen gebreken en dat vooral de motorproblemen van het voertuig onaanvaardbaar zijn. De rechter is hier van mening dat zelfs voor een tweedehandsvoertuig dat al 15 jaar oud is, dit niet kan aanvaard worden!

Wat nu het vervangen van de wagen betreft dat Wim vraagt, stelt de rechter dat dit niet mogelijk is aangezien het vervangen van een tweedehandswagen onmogelijk is.

Kan er dan overgegaan worden tot herstelling van het voertuig? Hier wijst de rechter naar de wettelijke bepaling welke stelt dat er niet tot herstelling kan overgegaan indien deze buiten verhouding is. Hier is het zo dat de hoger ouderdom van het voertuig en de vele kosten die er aan de wagen zijn, de uiteindelijke verkoopprijs van de wagen zullen overstijgen en ze dus effectief buiten verhouding zullen zijn!

In deze omstandigheden kan Wim geen aanspraak maken op vervanging of herstelling, maar gaat de rechter wel akkoord om deze koop te ontbinden!

 

Vrijdag 27 Augustus 2010

 

 

rss