Waar vandaan: Juridisch advies > Nieuw: Stedenbouw: meldingen en vrijstellingen van bepaalde werken!

Nieuw: Stedenbouw: meldingen en vrijstellingen van bepaalde werken!

Juridisch advies

< Vorige Archief Volgende >
     

De Vlaamse regering heeft onlangs een paar belangrijke besluiten goedgekeurd welke van groot belang zullen zijn in onze wetgeving Ruimtelijke Ordening. Enerzijds zal er vanaf 1 december voor bepaalde werken en handelingen geen stedenbouwkundige vergunning meer moeten aangevraagd worden en anderzijds wordt er voor een aantal andere handelingen de "meldingsplicht" ingevoerd. We zetten de belangrijkste principes in verband hiermee even op een rij.

Welke zijn de melding plichtige handelingen vanaf 1 december 2010?

Voor handelingen met stabiliteitswerken die uitgevoerd worden binnen in vergunde gebouwen, wordt de vergunningsplicht vervangen door een verplichte melding indien er geen vergunning plichtige functiewijziging wordt doorgevoerd en het aantal woongelegenheden ongewijzigd blijft.

Worden handelingen met stabiliteitswerken uitgevoerd aan zijgevels, achtergevels en daken van vergunde gebouwen, dan wordt de vergunningsplicht vervangen door een verplichte melding indien er geen vergunning plichtige functiewijziging wordt doorgevoerd; het aantal woongelegenheden ongewijzigd blijft en het fysiek bouwvolume en bouwoppervlakte eveneens hetzelfde blijft.

Voor de oprichting van bijgebouwen die aangebouwd zijn aan de vergunde woning, kan een melding volstaan indien er geen vergunning plichtige functiewijziging wordt doorgevoerd; het aantal woongelegenheden ongewijzigd blijft; de totale oppervlakte van de bestaande en de op te richten aangebouwde bijgebouwen maximaal 40 vierkante meter bedraagt; de gebouwen geplaatst worden in de zijtuin tot op 3 meter van de perceelgrenzen of in de achtertuin tot op 2 meter van de perceelgrenzen en indien de hoogte beperkt is tot 4 meter.

Handelingen vrijgesteld van stedenbouwkundige vergunning vanaf 1 december

Vrijstellingen in verband met woningen

Een stedenbouwkundige vergunning is niet nodig voor de:

1° gebruikelijke ondergrondse constructies als ze niet voor de rooilijn of in een achteruitbouwstrook liggen;

2° handelingen zonder stabiliteitswerken en zonder wijziging van het fysiek bouwvolume aan zijgevels, achtergevels en daken;

3° zonnepanelen of zonneboilers op een plat dak, tot maximaal 1 meter boven de dakrand,en zonnepanelen of zonneboilers die geïntegreerd zijn in het hellende dakvlak;

4° binnen verbouwingen zonder stabiliteitswerken;

5° afsluitingen tot een hoogte van twee meter in de zijtuin en achtertuin;

6° open afsluitingen tot een hoogte van twee meter in de voortuin;

7° gesloten afsluitingen tot een hoogte van 1 meter in de voortuin;

8° niet-overdekte constructies tot maximaal 80 vierkante meter per goed, met inbegrip van alle bestaande niet-overdekte constructies, in zijtuin en achtertuin, tot op 1 meter van de perceelgrenzen;

9° de strikt noodzakelijke toegangen tot en opritten naar het gebouw of de gebouwen;

10° de plaatsing van allerhande kleine tuinconstructies zoals tuinornamenten, brievenbussen, barbecues en speeltoestellen;

11° van het hoofdgebouw vrijstaande niet voor verblijf bestemde bijgebouwen, met inbegrip van carports, in de zijtuin tot op 3 meter van de perceelgrenzen of in de achtertuin tot op 1 meter van de perceelgrenzen. De vrijstaande bijgebouwen kunnen in de achtertuin ook op of tegen de perceelgrens geplaatst worden als ze tegen een bestaande scheidingsmuur opgericht worden en als de bestaande scheidingsmuur niet gewijzigd wordt. De totale oppervlakte blijft beperkt tot maximaal 40 vierkante meter per goed, met inbegrip van alle bestaande vrijstaande bijgebouwen. De hoogte is beperkt tot 3 meter;

12° het opslaan van allerhande bij de woning horende materialen en materieel met een totaal maximaal volume van 10 kubieke meter, niet zichtbaar vanaf de openbare weg;

13° het plaatsen van één verplaatsbare inrichting die voor bewoning kan worden gebruikt, zoals één woonwagen, kampeerwagen of tent, niet zichtbaar vanaf de openbare weg, zonder er effectief te wonen.

Deze vrijstellingen gelden alleen als de handelingen volledig uitgevoerd worden binnen een straal van 30 meter van een vergunde woning; er geen vergunning plichtige functiewijziging doorgevoerd wordt; het aantal woongelegenheden ongewijzigd blijft; de handelingen niet gesitueerd zijn in een oeverzone, afgebakend in een bekkenbeheersplan of deelbekkenbeheersplan, noch in de 5 meter brede strook, te rekenen vanaf de bovenste rand van het talud van ingedeelde onbevaarbare en bevaarbare waterlopen. De handelingen vermeldt onder de nummers 8°, 11°, 12° en 13° mogen niet gesitueerd zijn in ruimtelijk kwetsbaar gebied.

Vrijstellingen in agrarisch gebied

In agrarische gebieden is het niet nodig over een stedenbouwkundige vergunning te beschikken voor het plaatsen van volgende zaken:

1° constructies met een maximumhoogte van 3,5 meter, als ze dienen voor de teelt of bescherming van landbouwgewassen en na de oogst worden verwijderd;

2° open afsluitingen met een maximale hoogte van 2 meter;

3° een schuilhok voor weidedieren. Het schuilhok heeft houten wanden, een oppervlakte van ten hoogste 20 vierkante meter, een hoogte van maximaal 3 meter en minstens één volledig open zijde;

4° een krengenhuisje;

5° het draineren van een goed voor landbouw- of bodembeheerdoeleinden door de aanleg van een geheel van ondergrondse zuig- en/of moerleidingen, omhullingsmaterialen en eindbuizen en van een geheel van boven- en/of ondergrondse uitmondingsvoorzieningen, controleputten en hulpstukken, mits de bovengrondse zichtbare voorzieningen maximale afmetingen hebben van 1 meter x 1 meter en gelijk liggen met het maaiveld of met het talud van de ontvangende waterloop. Bovendien mogen deze drainagewerken niet uitgevoerd worden in Speciale Beschermingszones; de Ramsargebieden; in ruimtelijk kwetsbare gebieden of een overstromingsgebied, of op minder dan 50 meter van deze ruimtelijke kwetsbare gebieden en mag er voor de drainagewerken geen milieueffectrapport vereist zijn.

6° de strikt noodzakelijke toegangen tot en opritten naar de agrarische bedrijfsgebouwen, inclusief de bedrijfswoning;

7° bijenstallen of bijenkorven.

Vrijstellingen in verband met bomen

Een stedenbouwkundige vergunning is niet nodig voor:

1° het vellen van hoogstammige bomen, op voorwaarde dat ze geen deel uitmaken van een bos; ze in een woongebied, een agrarisch gebied of in een industriegebied liggen en niet in een woonparkgebied en ze binnen een straal van maximaal 15 meter rondom de vergunde woning liggen, de vergunde landbouwbedrijfswoning of landbouwbedrijfsgebouwen of de vergunde bedrijfswoning of bedrijfsgebouwen;

2° het vellen van alleenstaande hoogstammige bomen of van enkele bomen in lijnverband omwille van acuut gevaar en na voorafgaande schriftelijke instemming van het agentschap voor Natuur en Bos;

3° het vellen van hoogstammige bomen, gelegen op terreinen waarvoor een door de bevoegde overheid of bevoegde administratie(s) goedgekeurd beheersplan of beheers visie bestaat op basis van de milieu- en natuurwetgeving, als het vellen van de hoogstammige bomen als activiteit in dat beheersplan of beheer visie is opgenomen.

Opgepast!

Laten we hier ook duidelijk stellen dat deze vrijstellingen alleen van toepassing kunnen zijn voor zover de handelingen niet strijdig zijn met de voorschriften van stedenbouwkundige verordeningen, met de uitdrukkelijke voorwaarden van stedenbouwkundige vergunningen, met de voorschriften van gemeentelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen, algemene plannen van aanleg, bijzondere plannen van aanleg of verkavelingsvergunningen die niet opgenomen zijn in de gemeentelijke lijst.

Vrijdag 31 December 2010

 

 

rss