Waar vandaan: Juridisch advies > Je partner overlijdt: wat nu?

Je partner overlijdt: wat nu?

Juridisch advies

< Vorige Archief Volgende >
     


Je partner overlijdt: wat nu?!

Totaal onverwacht is mijn partner overleden. Naast het verdriet dat ik moet verwerken, komen er nu ook nog een heleboel paperassen bij. Het is voor mij een hele opgave om dit alles tot een goed einde te brengen. Daarom ook mijn vraag wat er mij nu precies te doen staat? Wie zal erven van mijn overleden vrouw? Ik of de kinderen?

De aangifte van de nalatenschap

In de eerste plaats zal er een "aangifte van nalatenschap" moeten gebeuren. De aangifte van de nalatenschap (dit zijn alle goederen van de overledene), moet gebeuren op het kantoor voor Registratie en Successie. Het bevoegde kantoor is datgene dat bevoegd is voor het gebied waar de overledene zijn laatste verblijfplaats had. De aangifte gebeurt op speciaal daartoe bestaande formulieren welke in de registratiekantoren kunnen bekomen worden. Deze documenten moeten juist ingevuld worden en kunnen daarna binnengebracht worden op het registratiekantoor of opgestuurd worden. Het veiligst is uiteraard een verzending per aangetekende brief.
In de meeste gevallen gaan de mensen een beroep doen op de notaris om deze aangifte zo correct mogelijk in te vullen. Doch, deze tussenkomst van de notaris is niet noodzakelijk.

De aangifte moet eigenlijk een hele reeks gegevens bevatten. We sommen er hier enkele belangrijke op :

- de identiteit van de aangevers en van de overledene,

- de identiteit van alle erfgenamen,

- plaats en datum van het overlijden,

- het actief en passief van de nalatenschap,

- een correct adres waar alle briefwisseling kan toekomen.

Het is uiteraard belangrijk dat de aangifte zo correct mogelijk wordt ingevuld en dit om later boetes te vermijden. Deze boetes kunnen worden opgelegd indien men denkt dat de aangever bepaalde elementen niet heeft ingevuld om op die manier successierechten te ontduiken!

De erfgenamen moeten deze aangifte indienen binnen de 5 maanden na het overlijden. Deze termijn neemt een aanvang op de datum van het overlijden. Indien men een wettige reden kan aanhalen, dan kan de directeur van het Bestuur Registratie en Domeinen een uitstel verlenen.
Alle mogelijke schulden welke de overledene had, moeten vermeld worden in de aangifte van de nalatenschap. Deze schulden maken dus deel uit van de nalatenschap. Het gaat hier om volgende schulden :

- onroerende voorheffing van het jaar waarin de overledene overleed,

- inkomstenbelastingen van de overledene,

- kosten van geneeskundige verstrekkingen,

- schulden aangegaan om een bepaald goed aan te kopen.

Begrafeniskosten maken deel uit van het passief van de nalatenschap en moeten aldus ook vermeld worden bij de passiva van de aangifte van de nalatenschap.

Onder deze begrafeniskosten verstaat men de kosten van de begrafenisondernemer, kosten voor de koffietafel, de grafsteen, kosten voor het drukken van het doodsbericht en van de dankbetuigingen, eventueel kosten voor een grafconcessie, kosten voor de kerkdienst enz...

Betaalt de verzekering de begrafenisondernemer rechtstreeks dan moet geen aangifte gedaan worden van de begrafeniskosten. Op dat ogenblik worden ze dus ook niet in het passief opgenomen. Betaalt de verzekering een vast bedrag uit, dan moet dit opgenomen worden in het actief van de nalatenschap; de kosten worden dan opgenomen in het passief gedeelte van de nalatenschap.

Het erfrecht van de langstlevende echtgenoot en de kinderen

In ons erfrecht hebben we te maken met de zogenaamde "reservataire erfgenamen". Dit zijn erfgenamen die recht hebben op een "reserve" en die dus eigenlijk niet kunnen onterfd worden.

Deze "reserve" komt toe aan "reservataire" erfgenamen. Dit zijn bijvoorbeeld de afstammelingen van de erflater, kleinkinderen, ouders, langstlevende echtgenoot. Het overige deel is dan het "beschikbaar gedeelte" waarover de erflater gewoon kan beschikken.

Hoe groot is deze reserve?

Hoeveel deze reserve precies bedraagt, hangt af van het aantal kinderen.

Is er 1 kind dan bedraagt de reserve van dit kind ½ van de nalatenschap. Het kind krijgt deze helft in volle eigendom. Met de overblijvende helft kan de erflater (diegene over wiens goederen het gaat) doen wat hij wil. Dit is het zogenaamde "beschikbaar gedeelte".

Zijn er 2 kinderen, dan hebben zij recht op 2/3 van de nalatenschap. Bij 3 of meer kinderen erven zij ¾ van de nalatenschap. Deze 2/3 of ¾ worden dan door de kinderen verdeeld al naargelang hun aantal. Wij merken hier echter wel op dat een dergelijke verdeling alleen kan gebeuren indien er ook alleen kinderen tot de nalatenschap geroepen zijn. Is er nog bijvoorbeeld een echtgenoot, dan heeft deze eveneens recht op een reserve. De reserve van de langstlevende echtgenoot bedraagt ½ van de nalatenschap in vruchtgebruik, met als minimum het vruchtgebruik op de gezinswoning, de huisraad en het meubilair. De gezinswoning moet dan wel deel uitmaken van de nalatenschap of in onverdeeldheid zijn tussen de twee echtgenoten.

"Langst leeft, heeft al"

Wat betreft de verdeling tussen de echtgenoten, moet er in de eerste plaats nagegaan worden wat voor huwelijkscontract zij onderling hadden afgesloten. Echtgenoten kunnen elkaar bevoordelen in dit huwelijkscontract, zo bijvoorbeeld door het opnemen van de clausule "langst leeft, heeft al". Met deze clausule kan de overledene zijn achtergebleven partner meer toebedelen dan alleen maar de reserve. Een dergelijke clausule moet wel opgenomen worden in het huwelijkscontract. Door deze clausule kan de langstlevende echtgenoot vrij beschikken over alle goederen die zich in het gemeenschappelijke vermogen bevinden. Zonder deze clausule zou de langstlevende echtgenoot dus steeds de toestemming moeten vragen aan de kinderen om bijvoorbeeld het goed te verkopen; dit omdat de kinderen in dat geval over een deel in naakte eigendom beschikken.

Vrijdag 07 September 2007

 

 

rss