Waar vandaan: Juridisch advies > Passagier toegelaten?

Passagier toegelaten?

Juridisch advies

< Vorige Archief Volgende >
     

In de praktijk is het een veel voorkomend beeld: je neemt je hond mee in de wagen. Je rijdt even naar een rustige plek waar je je dierbare vriend even de vrije loop wenst te geven. Tijdens de rit installeert je hond zich naast jou op de passagierszetel. Het is over dit feit dat er heel wat hondeneigenaars met de vraag rondlopen of dit door onze wetgeving wel is toegestaan. Mag je hond volgens onze Belgische wetgeving plaats nemen op deze passagierszetel? Hoe oordeelt de rechter hierover in de praktijk?

 

Wat zegt de wet?

 

Onze Belgische verkeerscode heeft het wel over het besturen van trek- last- of rijdieren, maar nergens wordt er iets bepaald betreffende dieren in de wagen.

Wel stelt onze verkeerswetgeving dat iedere bestuurder in staat moet zijn te sturen, de vereiste lichaamsgeschiktheid en over de nodige kennis en rijvaardigheid moet beschikken. De bestuurder moet in staat zijn alle nodige rijbewegingen uit te voeren en voortdurend zijn voertuig of zijn dieren in de hand hebben. Dit principe is terug te vinden in artikel 8.3 van onze Wegcode.

 

Met de term "kunnen besturen" wordt hier bedoeld dat de bestuurder ten allen tijde en onder gelijk welke omstandigheden, de mogelijkheid moet hebben om de gewenste rijbewegingen uit te voeren. Het gaat dus om de "kunde" tot het sturen zodat men in alle veiligheid zijn voertuig in de hand kan houden in een normaal verkeer.

 

Naast deze kunde om een voertuig te besturen, moet men eveneens over de nodige "rijvaardigheid" beschikken. Men kan dus wel de kennis hebben om een voertuig te besturen, maar men kan de vaardigheid hiertoe verloren zijn (bv een bejaarde bestuurder).

Wat betreft de "lichaamsgeschiktheid" is het zo dat een bestuurder die over een blijvende ongeschiktheid beschikt, zich in de onmogelijkheid kan bevinden om een voertuig te besturen. Deze ongeschiktheid kan te wijten zijn aan fysische of psychische factoren.

 

"Rijbewegingen" zijn deze bewegingen die noodzakelijk zijn om een voertuig te kunnen besturen. De bestuurder moet de nodige aandacht besteden aan het besturen van zijn wagen en moet bovendien over de nodige bewegingsvrijheid genieten. De bestuurder moet er dus op toezien dat hij zijn wagen op een vlotte manier kan besturen.

 

Concreet betekent dit alles dus dat het plaatsnemen van je hond op de passagierszetel op dit ogenblik in België nog niet strafbaar wordt gesteld. Wel bestaat er in de handel een "hondengordel", doch ook het gebruik hiervan is nog niet verplicht in ons land. In de praktijk blijkt namelijk dat een hond die niet vastgemaakt is in de wagen, ernstige letsels kan oplopen tijdens een ongeval en zelfs kan sterven ten gevolge het ongeval. In sommige landen is het echter al verplicht om je hond in de wagen vast te maken.

 

Wat zegt de rechter?

 

Recentelijk moest de rechter zich uitspreken over het al dan niet straffen van een dame wiens hond op de passagierszetel had plaats genomen. De eigenares Ingrid heeft een grote witte hond die tijdens het meereizen in de wagen plaats neemt op de passagierszetel. Op een bepaald moment wordt Ingrid gecontroleerd door een politieagent die een proces-verbaal opstelt op grond van het hierboven aangehaalde artikel 8.3 van onze verkeerscode.

De politieagent vond dat Ingrid niet in staat kon zijn om de nodige rijbewegingen uit te voeren terwijl haar grote hond naast haar op de passagierszetel zat! De politieagent verklaarde dat op het ogenblik van de feiten de hond van Ingrid stil voor zich uit zat te kijken. Verder werd er in het proces-verbaal geen nota genomen van de aard of het ras van de hond, noch over het feit of de hond een veiligheidsgordel droeg.

Ingrid wordt vervolgd op basis van dit artikel 8.3; zij meent echter geen enkele overtreding te hebben begaan en verdedigt zich bij de rechter.

 

De uitspraak van de rechter is deze zaak was klaar en duidelijk: in de eerste plaats hekelde hij het feit dat er in het proces-verbaal bitter weinig informatie instond. Verder oordeelde hij dat Ingrid geen enkele overtreding had begaan. De rechter was van mening dat bij gebreke aan concrete gegevens en bewijskrachtige elementen het zeker niet bewezen werd dat  de aanwezigheid van een stilzittende hond op de passagierszetel en die "noch boe of ba, noch woef of waf zei", niet noodzakelijk tot een overtreding van artikel 8.3 leidde! De aanwezigheid van Ingrids hond op de passagierszetel betekende dus niet dat Ingrid plots niet meer in staat zou zijn om haar wagen te besturen, of ineens niet meer zou beschikken over de nodige rijvaardigheid, lichaamsgeschiktheid en kennis! Ingrid gaat dus vrijuit in deze zaak.

 

Solange Tastenoye

 

Vrijdag 20 April 2012

 

 

rss